2019-11-00: |
In 11-2019 werd het, tot dan, niet geïdentificeerd lichaam, dat drie maanden na de ramp aanspoelde op Terschelling en daar anoniem werd bergraven, aan de hand van DNA onderzoek alsnog geïdentificeerd als dat van Andries Penning, kapitein van de Westland.
Leeuwarder Courant 17-11-2019: Na 66 jaar in een anoniem graf op Terschelling kennen we eindelijk de naam van Andries Penning, Al 66 jaar ligt Andries Penning begraven op Terschelling. Maar zijn familie weet dat nog maar pas. Dankzij een DNA-test is graf 02 niet langer anoniem en kan er eindelijk een naam op de steen.
‘Ik heb altijd met een soort leegte rond gelopen. En daar is nu een einde aan gekomen’’, zegt Arij Penning (69), zoon van Andries Penning. De Vlaardinger is blij dat hij eindelijk weet waar zijn vader is. En zijn graf kan bezoeken. Want dat heeft Andries Penning al ruim 66 jaar. Op Terschelling, zonder dat zijn naasten dat wisten. Als aangespoelde drenkeling kreeg de kapitein van de in 1953 vergane kustvaarder Westland een anonieme rustplaats. Graf 02 om precies te zijn, op de begraafplaats aan de Longway in West-Terschelling. Dat de familie sinds kort van zijn lot weet, komt dankzij nieuwe technieken. En een toevallige ontmoeting. Daarover straks meer. Eerst wat daaraan vooraf ging. Het is vrijdag 30 januari 1953. De kustvaarder Westland ligt in het Duitse Brunsbüttel, geladen met kunstmest. Rond het middaguur zet kapitein Andries Penning uit Vlaardingen koers naar het Engelse King’s Lynn. In Cuxhaven gaat de loods van boord. Die kan dan nog niet vermoeden dat hij de laatste zal zijn die de achtkoppige bemanning in levende lijve ziet. De zee is kalm. Niets wijst erop dat Nederland een ramp wacht. Van de zeer zware noordwesterstorm, die ’s nachts op zee en aan de Zuid-Hollandse en Zeeuwse kust voor dood en verderf zal zorgen, is dan nog geen spoor.
Al generaties lang verdienen de Pennings hun brood op zee. Zeker tot 1634 kenden de mannelijke telgen van de Vlaardinger familie maar een beroep: zeeman. Misschien nog wel langer terug ook, alleen gaat het register niet verder, ontdekte zijn kleindochter Mariëlle, Arij’s dochter, jaren later. Opgegroeid in een weeshuis.Dat de vis duur betaald wordt, weet Andries als geen ander. Veel mannen uit Vlaardingen en omgeving werden door golven verzwolgen. Vlaardingen alleen al telde vroeger drie weeshuizen. Zijn vader groeide in een ervan op. Vissers sloegen bij een flinke golf zo overboord. Maar Andries werkt op een kustvaarder. In de maritieme wereld gelden dergelijke schepen als veilig. De Westland, eigendom van een Antwerpse rederij, had in juni 1944 de invasie in Normandië doorstaan. Bovendien is er net weer groot onderhoud aan het schip gepleegd en werd het voorzien van het certificaat ‘zeewaardig’. Thuis wacht zijn vrouw Corrie. In de vier jaren die ze getrouwd zijn, kregen ze drie kinderen. Riet is 3, Arij 2 en dan hebben ze nog baby Andries.Een zeeman draagt traditiegetrouw een recente foto van zijn gezin bij zich. Dus zijn er, voor Andries weer naar zee ging, nieuwe gemaakt. Twee exemplaren liet Corrie afdrukken. Eentje voor thuis en eentje voor aan boord. Zo zijn zijn naasten altijd bij hem. Stormvloed en springtij Stormvloed en springtij Andries en zijn mannen zien de golven alsmaar hoger worden. Het is lastig koers houden op een steeds ruiger wordende zee. Stormvloed en springtij doen het water tot extreme hoogte stijgen. De zee is daarvoor en daarna nooit meer zo ruw geweest, zou een gepensioneerde meteoroloog van de KNMI Andries’ nabestaanden jaren nadien vertellen. Het alarmerende bericht van de Stormvloedseindienst heeft de Westland en ook veel andere schepen niet bereikt. Simpelweg omdat er geen communicatiemateriaal aan boord is. Dodelijk vermoeid en ijskoud probeert de gezagvoerder de kop letterlijk boven water te houden. Vaak denkt Arij aan hoe dat voor zijn vader moet zijn geweest. Uit ervaring weet hij dat een kapitein in nood niet zoveel denkt. Die is hard aan het werk. Arij voer zelf drie jaar, in 1968, 1969 en 1970, voor hij de familietraditie doorbrak. En beleefde wel eens benauwde uren op een schip. ,,En dan spookte een ding door mijn hoofd: m’n vader ligt er ook al.’’ Toch moet er een moment zijn geweest dat zijn vader besefte dat alles verloren was. Toen het schip in tweeën brak en de punt naar voren zakte. En hij eraan zou gaan. Natuurlijk heeft hij aan zijn zijn gezin gedacht, zegt Arij. ,,Ik kan daar echt heel verdrietig om worden. Hij was nog maar 28 en had nog een heel leven voor zich.’’ Acht boten vergaan Acht boten vergaan Op maandag 2 februari wordt de Westland in King’s Lynn verwacht. Maar het schip komt er niet aan. Een week later wordt de kustvaarder als vergaan beschouwd. Acht andere boten die de betreffende nacht tussen Nederland en Engeland voeren, waaronder een veerboot, treft hetzelfde lot. De noordwesterstorm heeft Corrie (23) weduwe gemaakt. Omdat er geen inkomsten meer zijn, trekt ze met haar kinderen bij haar moeder in. Zij is ook weduwe en heeft nog kinderen thuis wonen. Het vaderloze gezin leidt een armoedig bestaan. Pas in 1957, met de invoering van Willem Drees’ Weduwen- en Wezenwet, volgt overheidssteun. Op zaterdag 30 mei 1953, ’s middags rond twee uur, stuit timmerman R. Buren op de Boschplaat op Terschelling op een lichaam. Het ligt ter hoogte van strandpaal 25. Eerder die maand, op 6 mei, waren bij een strandpaal verderop ook al stoffelijke resten aangetroffen. Wachtmeester Roelof Hemkes komt erbij. Huis- en tandarts Matthijsen onderzoekt het lichaam. Geen vullingen, constateert hij. Op het hoofd een grijze, wollen bivakmuts. Een grijze wollen trui met rits. Een grijze sok. Een bruine schoen, maat 45. Er worden stukjes van de kleding geknipt. Voor eventuele identificatie van het lijk, aldus het politierapport.
Op 1 juni volgt de begrafenis. De onbekende dode komt in graf 02. De resten van de persoon die eerder aanspoelde, liggen in graf 01. Voor altijd de grote liefde Voor altijd de grote liefde Corrie hertrouwt. Het gezin wordt uitgebreid met nog een jongetje. De kleine Arij weet dat zijn echte vader verdronken is. Missen doet hij hem niet. ,,Ik heb geen enkele herinnering aan hem. Hij was altijd weg.’’ Moeder praat nooit over haar eerste man, die ze als haar grote liefde blijft beschouwen. Het leven gaat door. ,,Mijn moeder is altijd in de verliefdheidsfase blijven hangen’’, zegt Arij daarover. ,,Normaal groei je in de loop der jaren naar elkaar toe. Maar die tijd hebben mijn ouders niet gehad.’’ Arij trouwt zijn Ineke en krijgt met haar vier kinderen. Ze wonen in Maassluis. Boven de man die op de Westland had moeten zitten. Omdat hij zijn been brak, ging hij die ene, fatale keer, niet mee. En dan wordt het 1974. Een Urker kotter blijft met zijn netten in wrakresten hangen. Vanaf 1986 beduiken Terschellingers het overblijfsel dat zo’n 5 meter boven de bodem uitsteekt meerdere malen. Ze vinden ,,herkenbare dingen’’, aldus Hille van Dieren, waaruit blijkt dat het om de Westland moet gaan. Marjolijn Velvis, dochter van de verdronken Westland-machinist Jan Velvis, biedt uiteindelijk uitkomst. Ze heeft foto’s van het schip, waarop ze op de kaapstaander zit. Deze windas is te zien in Van Dierens Wrakkenmuseum. Marjolijn Velvis bezoekt het eiland jaarlijks. Om dicht bij haar vader te zijn. En haar tante woont er. Deze vrouw heeft jarenlang niet geweten dat haar broer op hemelsbreed nog geen 10 kilometer van haar huis zijn einde vond, vertelt Van Dieren. Bloemetje overboord. Meerdere malen is Arij langs de plek gevaren waar het wrak lag. ,,Ik ben zó dicht bij mijn vader geweest, maar ik wist het niet’’, zegt hij. ,,Anders had ik wel een bloemetje overboord gegooid.’’
Arij’s dochter Mariëlle is altijd nieuwsgierig geweest naar de opa die ze nooit heeft gekend. ,,Met mijn andere opa had ik een een uitstekende band. Die had ik met hem ook graag gehad. En ik had mijn vader z’n vader gegund.’’ Ze reist in het voorjaar van 2018 met haar moeder en zus Debora naar Terschelling. Ze weet dat ze in het Wrakkenmuseum moeten zijn om te horen wat er gebeurd is. Van Dieren vertelt hen dat de dochter van Velvis ook op het eiland verblijft. Er volgt een korte ontmoeting, ze wisselen gegevens uit. In de zomer van 2019 bezoekt Marjolijn Velvis de Pennings in Vlaardingen. Ze vertelt dat ze DNA heeft afgestaan in de hoop haar vader te vinden.
In 2011 openden de landelijke eenheid van de politie en het Nederlands Forensich Instituut alle graven met onbekende doden vanaf 1953. Dit om een DNA-profielen vast te stellen. Die zijn opgeslagen in de databank vermiste personen om de lichamen ooit te kunnen identificeren. Tot Marjolijns grote verdriet was er geen match. Na 66 jaar weet Ary eindelijk waar zijn in 1953 verdronken vader begraven ligt. ‘Hij blijft op Terschelling’ Haar verhaal brengt Mariëlle op een idee. Ze krijgt Arij zover dat hij wangslijm afstaat. Zes weken later, op 11 september, komt er iemand van het coldcaseteam Rotterdam langs. Die vertelt dat Arij’s DNA overeenkomt met dat van de onbekende dode in graf 02 op Terschelling. ,,Dat was wel even heftig’’, zegt Arij. Mariëlle: ,,Ik heb mijn vader niet vaak emotioneel gezien, maar dit kwam aan.’’ Ze zegt blij te zijn met de gemeente Terschelling, die zo zorgvuldig met het lichaam van haar opa is omgegaan. ,,Ze hebben hem als mens behandeld.’’ Het ontroert haar dat ze zo goed op zijn graf hebben gepast.
De familie heeft besloten dat Andries Penning op Terschelling blijft. Aan een grafornament wordt gewerkt. ,,Het is lang geleden, maar de tijd heeft hem ineens heel dichtbij gebracht’’, aldus Arij. |