Inloggen
STELLA MARIS - ID 6204


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:0000-00-00 / 0000-00-00

Identification Data

Bouwjaar: 1946
Classification Register: Lloyd's Register of Shipping (LR)
Nat. Official Number: 2659 Z AMST 1951
Categorie: Tanker
Voorstuwing: Motor Vessel
Type: Tanker, bitumen
Standaard scheepstype: Kriegsmarine smeerolietanker 'List'
Type Dek: Flush deck
Material Hull: Steel
Dekken: 1
Construction Data

Scheepsbouwer: Chantier Navals de Caen, Blainville sur Orne, France
Werfnummer: 252
Delivery Date: 1946-10-00
Technical Data

Engine Manufacturer: Soc. Générale des Constructions Mécaniques, St. Denis, France
Motor Type: Motor, Oil, 2-stroke single-acting
Number of Cylinders: 7
Power: 1400
Power Unit: BHP (APK, RPK)
Eng. additional info: Twee 7-cil. Sulzer diesels (290x500)
Speed in knots: 11.50
Number of screws: 2
 
Gross Tonnage: 499.00 Gross tonnage
Net Tonnage: 148.00 Net tonnage
Deadweight: 677.00 tonnes deadweight (1000 kg)
Liquid: 24000 Cubic Feet
 
Length 1: 56.88 Meters Length overall (Loa)
Length 2: 54.76 Meters Length between perpendiculars (Lbp)
Beam: 9.45 Meters Breadth, moulded
Depth: 4.40 Meters Depth, moulded
Draught: 3.75 Meters Draught, maximum
Configuration Changes

Datum 00-11-1951
Type: Rebuilt
Omschrijving: Verbouwd bij De Groot & Van Vliet tot bitumentanker.

Datum 00-05-1952
Type: Propulsion/engine changed
Omschrijving: 29 Mei 1952 tot 18 oktober 1952 Bij Machinefabriek v/h J.H. Keller van nieuwe motoren voorzien: 2x2tew 2x6cil 2x500 Pk Crossley Bros Ltd, Manchester, 10,5 Kn.

Ship History Data

Date/Name Ship 1946-10-00 AUTUN
Manager: Shell Française S.A., Le Havre, France
Eigenaar: Ministère de la Marine Marchande, Le Havre, France
Shareholder:
Homeport / Flag: Le Havre / France
Callsign: TKLU

Date/Name Ship 1951-11-08 STELLA MARIS
Manager: N.V. Teerbedrijf Uithoorn (TEBU), Uithoorn, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: N.V. Reederij Theodora, Uithoorn, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Uithoorn / Netherlands
Callsign: PHSV

Date/Name Ship 1951-12-28 STELLA MARIS
Manager: N.V. Teerbedrijf Uithoorn (TEBU), Uithoorn, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: N.V. Reederij Frans, Uithoorn, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Uithoorn / Netherlands
Callsign: PHSV

Ship Events Data

1944-00-00: Besteld als smeerolietanker HANSA III voor de Kriegsmarine. Juli 1944 in Caen onvoltooid door het Britse leger buitgemaakt.
1951-11-09: Op 09-11-1951 als STELLA MARIS, zijnde een motortankschip, metende 1753.05 m3 bruto inhoud volgens zeemeetbrief afgegeven te 's Gravenhage no. 8577 d.d. 17-10-1951, liggende te Rotterdam, door A. Tromp, scheepsmeter te Rotterdam, van haar brandmerk voorzien door het inbeitelen van 2659 Z AMST 1951 op het achterschip aan S.B. zijde in het achterwand toegang stuurmachine, 6.25 m. uit hekplaat, 0.50 m. uit lengteas en 1.45 m. boven dek.
1953-01-12: Final Fate:
Met een lading van 550 ton vloeibare teer op weg van Newcastle naar Kristiansand ten gevolge van een aanvaring met het Noorse m.s. 'Lyngenfjord' bij Lindesnaes (Zuid-Noorwegen) gezonken in pos. 57.58.N. - 06.47.O. De bemanning werd gered. De gezagvoerder kreeg een maand ontzegging omdat hij bij nevelig weer met volle kracht was blijven varen.

Friese Koerier 12-01-1953: Coaster gezonken na aanvaring. De Nederlandse kustvaarder „STELLA MARIS" is hedenmorgen vroeg, na een aanvaring met het 3800 ton metende Noorse motorschip, bij de kust van Zuid-Noorwegen gezonken. Het Noorse schip nam alle opvarenden van de Stella Maris aan boord. De 619 ton metende kustvaarder was eigendom van de rederij Theodora te Uithoorn. Het vaartuig was op weg van New Castle naar Kristiansand, Noorwegen.
Het Vrije Volk 12-01-1953: Weer een coaster gezonken. Allen gered. Naar het Noorse kuststation Farsund meldt, heeft het 3800 ton metende Noorse m.s., „Lyngenfjord" vanochtend vroeg geseind, dat het bij de kust van Zuid-Noorwegen in aanvaring is gekomen met het Nederlandse schip „Stella Maris". Volgens dit bericht heeft het Noorse schip alle opvarenden van de „Stella Maris" aan boord genomen. Het Nederlandse schip is gezonken. De „Stella Maris" is een kustvaarder van 619 ton en is eigendom van de rederij Theodora te Uithoorn. Het vaartuig was op weg van Newcastle naar Kristiansand in Noorwegen. De bemanning van de „Stella Maris" telde twaalf koppen. Het schip was geladen met teerolie. De bemanning van de „Stella Maris" is Maandagochtend in Christiansand aan wal gebracht. Redding verliep vlot. De kapitein van de „Stella Maris" verklaarde,' dat de „Lyngenfjord" in dichte mist zijn schip aan stuurboord bijna midscheeps raakte De „Lyngenfjord" bleef, met de „Stella Maris" tegen de boeg gedrukt langzaam opstomen totdat de bemanning van het Nederlandse schip via een touwladder aan boord van de „Lyngenfjord" had kunnen klimmen. Korte tijd later zonk de „Stella Maris". De „Lyngenfjord" liep op de waterlijn een klein lek op.
Het Vrije Volk 16-01-1953: „Stella Maris" ging snel te gronde. Noodsprong redde opvarenden. (Van een onzer verslaggevers) Zo snel mogelijk tegen de hoge verschansing van de Noorse Lyngenfjord opklauterend, meer hadden die zeven mannen en een vrouw van de Stella Maris na de aanvaring voor de Noorse kust niet kunnen doen. En nauwelijks stonden zij in werkkleding of nachtgoed op het veilige dek, of ze zagen hun kustvaarder zinken, met alle lichten brandend en een sirene die nog loeide, totdat ook de schoorsteen in de-golven wegzakte. Donderdagmiddag kwamen de zeven en de vrouw van pompman Dekker met een Noors vliegtuig op Schiphol aan. Zij droegen nieuwe schoenen, costuums en jassen, maar die kleding was dan ook alles wat ze bezaten. Met het schip waren al hun bezittingen gezonken voor de Zuidkust van Noorwegen, toen de Lyngenfjord, plotseling opduikend uit de dichte mist, met een enorme klap — de Noor had een vaart van wel vijftien knopen — hun Stella Maris had geramd. Dat niemand werd gedood of zelfs maar gewond, is een wonder geweest, dat bleek wel uit het relaas van kapitein E. van Have. Steeds, signalen gevend, want er hing een gemene mist, voeren zij in die nacht van Zondag op Maandag van Newcastle naar Christiansand. De stuurman stond op de uitkijk. „Kap, wit licht aan stuurboord!", alarmeerde hij.„Hard bakboord!" was de reactie van de kapitein. Maar nauwelijks had de roerganger die order opgevolgd of de aanvaring gebeurde. De neus van de Lyngenfjord boorde zich pal voor de brug in de scheepswand; wel tot de helft van de negen meter brede kustvaarder drong de boeg er in. Door een gat. Roerganger en stuurman konden nog juist aan dek springen. De kapitein moest door een gat in het wielhuis naar buiten klimmen. Meteen maakte de Stella Maris water, en begon al langzaam te zinken. Gelukkig bleef het Noorse schip vooruit draaien en dat voorkwam een nog sneller wegzakken van de kustvaarder. De stuurman en matroos Van Belzen sprongen aan boord van de Lyngenfjord. Zjj staken de pompman Dekker en diens vrouw, die te kooi hadden gelegen, de hand toe. Niemand had nog tijd om geld of kleren te grijpen. Het was immers duidelijk, dat de Stella Maris nu heel snel zou kunnen zinken. Toch, ging de kapitein nog de machinekamer in om te zien, of de „meester" al boven was en ook of hij de pompen niet kon aanzetten. Maar het water steeg al tot de afsluiter van de pompinstallatie. Bij alle misère hadden zij toch veel geluk gehad, daarover waren alle opvarenden het wel eens. Zodra de Noor achteruit stoomde, zagen zij in een paar minuten hun schip in de zee verdwijnen. Wie schuldig? Wie bij deze aanvaring schuld had? De Noorse stuurman heeft voor de Scheepvaartraad in Christiansand verklaard, dat het Nederlandse schip zijn koers had gewijzigd. Kapitein Van Hove sprak dit tegen. Wel was op het laatste moment het roer omgelegd, maar- voordat het schip had kunnen reageren was de botsing al een feit. „Mistsignalen van de Lyngenf jord hebben wij niet gehoord en toch hebben die Noren volgens hun mededelingen al een half uur van te voren ons op het radarscherm kunnen waarnemen", vertelde de stuurman. De Stella Maris, die 499 brt groot was, was eigendom van de rederij Theodora uit Uithoorn, dezelfde rederij; waaraan de kustvaarder Gemma-- de Gemma ging een jaar geleden' onder voor de Spaanse kust-- heeft toebehoord.
Het Vrije Volk 04-06-1953: Raad voor de Scheepvaart: Vergaan „Stella Maris" - ook stuurman schuld. De Raad voor de Scheepvaart heeft de kapitein van de „Stella Maris", P. J. van H. schuldig bevonden aan de aanvaring met het Noorse vrachtschip „Lyngenfjord". Hem werd de bevoegdheid om als kapitein te varen voor drie maanden ontnomen. In tegenstelling tot de inspecteur van de Scheepvaart was de Raad, van oordeel, dat ook de stuurman C. S. schuldig was. Hem werd de bevoegdheid voor een week ontnomen.
De „Stella Maris" was op 12 Januari op weg van Newcaste naar Christiansand met een lading teer en kwam in dikke mist onder de Noorse kust in aanvaring met het Noorse motorschip „Lyngenfjord". De „Stella Maris" zonk en moet als verloren beschouwd worden. De bemanning en een vrouwelijke passagier werden gered. De kapitein verklaarde, dat hij geen mistseinen van de Noor had gehoord. hij was op de brug, had geen uitkijk en het schip voer op volle kracht. De Noorse zeelieden verklaarden destijds voor de Noorse Raad. dat zij wel mistseinen hadden gegeven. De stuurman steunde de verklaring van de kapitein. De inspecteur van de Scheepvaart de heer H. Metz zei in zijn conclusie, dat de stuurman vrijuit zou gaan. omdat de kapitein verantwoordelijk is. De kapitein achtte hij schuldig aan de aanvaring, omdat de „Stella Maris" te snel voer in de dikke mist. Bovendien had hij een derde man op de brug moeten nemen. De Raad achtte echter de stuurman wel schuldig.
Algemeen Indisch Dagblad 19-06-1953: Pleegden Noorse zeelieden meineed? Mysterie rond de ondergang van de tanker „Stella Maris“. In volle vaart bij dichte mist voeren twee schepen op elkaar. (Van onze correspondent. Amsterdam, Juni — In de nacht van de 12e Januari van dit jaar voeren, terwijl de misthoorn over de zee loeide, dicht onder de Noorse kust twee schepen met volle kracht op elkaar, de kleine Nedelandse tanker “Stella Maris” van de N.V.'Teermaatschappij' in Uithoorn en de veel grotere Noor, de ”Lyngenfjord". De „Stella Maris" kreeg een enorm gat onder de waterlinie. De „Lyngenfjord" hield de tanker op zijn boeg, tot de bemanning en de ene passagier, die de “Stella Maris" aan boord had, waren „overgestapt". Toen wilde de kapitein, de 46-jarige P.J. van Hoeve, terug op zijn schip, om de pompen in werking te stellen. De Noren hielden hem tegen. Tevergeefs. Maar de pompen konden het schip niet meer redden. Weinige ogenblikken later zonk de „Stella Maris" en Lloyds zag geen kans het schip te bergen. De maatregel, die de inspecteur voor de Scheepvaart, tegen de kapitein, die hij schuldig oordeelt, wil zien genomen, is zeer streng. Hij vroeg de Raad hem voor de tijd van drie maanden de bevoegdheid te ontnemen als kapitein te varen. Het was toen, nadat de inspecteur had gesproken, dat de stuurman zijn sensationele verklaring aflegde. „We hebben er nooit over willen spreken", zei hij, „ook niet, toen we in Noorwegen voor de Raad van de Scheepvaart daar werden gehoord, omdat we geen Noorse zeelui brodeloos wilden maken. Nu, de zware eis van de inspecteur, acht ik mij niet langer verantwoord te zwijgen. Toen we aan boord van de „Lyngenfjord" waren opgenomen, heeft de hoofd-stewardess van de Noor ons met stelligheid verzekerd, dat zij geen mistsignalen hebben gegeven. Voor de Raad in Noorwegen is dus onder ede gelogen." De „Stella Maris" was op 10 Januari van New Castle met een lading teer naar Christiansand vertrokken. Het schip, dat 619 ton mat, voer de nacht van de 11de op de 12de Januari met een snelheid van 12 mijl onder de Noorse kust. Om 12 uur had de kapitein de hondenwacht betrokken. De zee was kalm", zei hij, en het zicht vrij goed. Misschien was het een beetje nevelachtig, maar ik zag daarin geen aanleiding vaart te minderen. Ik passeerde verschillende kleine scheepjes zeven tot acht minuten, nadat ik voor het eerst hun lichten had gezien. Met de kapitein was alleen de roerganger in de stuurhut aanwezig. De „Stella Maris" had geen radar aan boord. Om ongeveer kwart voor vier liet de kapitein de tweede stuurman porren, om de wacht van hem over te nemen. Vanaf dat ogenblik begon hij ook mistsignalen te geven. „Niet omdat het nodig was, maar uit voorzorg", verklaarde hij nadrukkelijk. De tweede stuurman kwam wat laat — even voor vieren. ”Goed uitkijken", waarschuwde de kapitein hem, echter zonder hem de wacht over te geven. „Ik wilde in de kaartenkamer mijn positie gaan bepalen en was van plan ook daarna nog op de brug te blijven. Ik voerde dus zelf het commando en neem de gehele verantwoordelijkheid voor wat er gebeurd is op mij". Nog geen vijf minuten nadat de kapitein zich van de brug verwijderd had, zag de stuurman wit vuur aan stuurboord. Het zat hoog — in het eerste ogenblik dacht hij, dat het een walvuur was, zó weinig dacht hij aan een tegenligger. Er waren trouwens ook geen boordlichten. Onmiddellijk waarschuwde hij de kapitein, die bakboord-roer liet geven. Maar tussen dat moment en de aanvaring verliepen slechts seconden. Geen uitkijk. Waarom stond er geen uitkijk op de bak?" vroeg de voorzitter van de Raad. Dat deden ze nooit op de ”Stella Maris", zeiden zowel de kapitein als de stuurman. Het schip was zo gebouwd, dat in de stuurhut het zicht veel beter was dan op de bak, waar ook verre geluiden minder goed hoorbaar waren. „Het moet potdichte mist zijn geweest", meende de voorzitter. En hij vroeg de stuurman, waarom hij onder die omstandigheden, zoals de internationale reglementen het voorschrijven, geen vaart had geminderd. „Omdat ik het commando niet had", verweerde de stuurman zich. „Ik mocht geen beslissingen nemen, zolang de kapitein de wacht nog had. Daarbij komt nog, dat het allemaal heel snel gebeurde. We moeten plotseling in een dikke mistbank geraakt zijn. Even eerder was er van werkelijke mist geen sprake." Mysteries. „Er zijn dingen gebeurd, die ik niet kan verklaren," zei de kapitein in zijn laatste woord. En ook de Raad vroeg zich af, waarom op de Noor de kapitein niet op de brug, maar in zijn kooi in zijn hut was toen de ramp plaats had. En hoe het kwam, dat de „Lyngenfjord", die wel radar aan boord had, en volgens de voor de Noorse Raad afgelegde verklaringen, de”Stella Maris" op meer dan drie mijl had gepeild, evenmin vaart had geminderd en had kunnen menen, dat het Nederlandse schip bakboord zou passeren. De inspecteur nam zeker ook schuld bij de Noor aan. Maar ook voor de kapitein van de “Stella Maris" beet hij zich vast op het „op volle kracht in potdichte mist". „Het spijt me meer dan ik zeggen kan," zei de kapitein. „Maar dat neemt niet weg, dat ik me verantwoord achtte. Waarom zou ik vaart hebben geminderd, als ik mijn tegenliggers zeven of acht minuten na eerst waargenomen vuur passeerde?" De Raad zal later uitspraak doen.
De Telegraaf 16-07-1953: Kapitein en stuurman van „Stella Maris" gestraft. (Van een onzer verslaggevers) Amsterdam, 15 Juli. De Raad voor de Scheepvaart heeft uitspraak gedaan inzake de aanvaring van het Nederlandse motortankschip „Stella Maris" met het Noorse m.s. „Lyngenfjord" op 12 Jan. 1953, tengevolge waarvan de „Stella Maris" is gezonken. De Raad is van oordeel, dat de kapitein en stuurman van de „Stella Maris" beiden mede schuldig zijn aan de aanvaring. Rekening houdende met het manmoedige en flinke gedrag van de kapitein na de aanvaring, straft de Raad kapitein P. J. van H. uit Uithoorn door hem de bevoegdheid te ontnemen om als kapitein op zeeschepen te varen voor de tijd van een maand en zijn stuurman C. S. te Aalsmeer door hem de bevoegdheid te ontnemen om als kapitein of stuurman te varen voor de tijd van een week. Volgens de Raad is de aanvaring veroorzaakt doordat beide schenen in strijd met de voorschriften hebben gehandeld. Beide schepen bleven volle kracht varen, terwijl zij reeds enige tijd slecht zicht hadden. Op de ”Stella Maris'' liet de kapitein na, bij slecht weer een extra-uitkijk te plaatsen. Hoewel de stuurman de wacht nog niet had overgenomen, voornamelijk door eigen schuld, omdat hij een kwartier te laat boven kwam, stond hij daarna op de brug als enig lid van de bemanning, dat uitkijk hield. Hij had moeten opmerken, dat de mist zoveel dikker werd sinds hij op de brug was gekomen en daarvan had hij de kapitein mededeling moeten doen.

Afbeeldingen


Omschrijving: STELLA MARIS net na aankoop met grijze romp
Collectie: Grootenboer, Ton
Vervaardiger: Onbekend *

Omschrijving: STELLA MARIS overdracht in 1951
Collectie: Grootenboer, Ton
Vervaardiger: Onbekend *
Onderwerp: Overdracht

Omschrijving: STELLA MARIS overdracht 1951
Collectie: Grootenboer, Ton
Vervaardiger: Onbekend *
Onderwerp: Overdracht

Omschrijving: STELLA MARIS
Collectie: Slagter, J. A. (Jacob)
Vervaardiger: Hill, Charlie A.

Omschrijving: STELLA MARIS
Collectie: Lindenborn, Marien
Vervaardiger: Unknown