| 1988-05-27: |
Final Fate:
Tijdens de reis van Dordrecht naar Grangemouth t.g.v. een aanvaring met het Zweedse m.s. 'Atlantic Compass' op 70 mijl ten westen van IJmuiden gezonken. (Pos. 52.36.N. - 03.10.O) Twee bemanningsleden kwamen om. Gezien de voor mens en natuur gevaarlijke lading (547 ton acrylonitrile en 500 ton dodecyl benzeen) werd besloten de 'ANNA BROERE' zo spoedig mogelijk te bergen. Na een langdurige bergingoperatie kwam het schip (in tweeën gezaagd) op 10-08-1988 op pontons in Rotterdam aan. Het achterschip werd verkocht voor de sloop aan Van Schie Sloopwerk B.V. te Schiedam. De motor, de pompen en het voorschip werden verkocht aan Scheepswerf Dicago te Ridderkerk, die het doorverkocht aan de rederij H.J. Fongers in België. Na faillissement van de inmiddels aan de zoon van Fongers verkochte rederij besloot scheepswerf Hemiksen te Hemiksen het schip zelf te verbouwen. Deze plannen werden niet uitgevoerd. Uiteindelijk in 1995 gesloopt.
NRC 28-05-1988: Schip met gevaarlijke lading na aanvaring bij IJmuiden gezonken. Door een onzer redacteuren. IJmuiden, 28 mei — Op de Noordzee is gistermiddag de Nederlandse chemicaliëntanker Anna Broere met aan boord 500 ton van de gevaarlijke chemische vloeistof acrylonnitril gezonken na een aanvaring met het Zweedse schip Atlantic Compass. Van de elf opvarenden wordt er één vermist. Negen bemanningsleden zijn in Vlissingen aan wal gebracht en konden naar huis; één opvarende is zwaargewond en moest in het brandwondencentrum in Beverwijk worden behandeld. De botsing vond door nog onbekende oorzaak plaats op ongeveer 50 mijl ten westen van IJmuiden. De Anna Broere zonk vrijwel onmiddellijk en ligt nu op 25 è 30 meter diepte. Direct werd met het Marinevaartuig H.M. Callenburgh een inspectie ter plaatse uitgevoerd. Vannacht om drie uur werd dit schip afgelost door het vaartuig Bree 14 van de Kustwacht, dat wrakbetonning in de omgeving van het gezonken vrachtschip legde om de scheepvaart op afstand te houden. Vanaf 1 uur vannacht is ook de Smal Agt van de Rijkswaterstaat ter plaatse om luchtmonsters en watermonsters te nemen. Tot nu toe zijn geen bijzondere concentraties giftige stoffen gemeten. Vanmorgen wordt ook een vliegtuig van de Kustwacht ingezet. Het Zweedse schip kon zijn reis naar Antwerpen voortzetten. De kapitein van de Atlantic Compass weigerde tot gisteravond een verklaring over de toedracht van de aanvaring af te leggen. Waarschijnlijk vandaag nog wordt een onderzoek door duikers verricht om de gevaarlijke lading van de Anna Broere zo snel mogelijk te laten bergen. Acrylonnitril staat bekend als zeer brandgevaarlijk. De stof werkt prikkelend op ogen en ademhalingsorganen. Acrylonitril lost wel op in water maar er kan zich een laag gas op het water vormen en dat kan gevaar opleveren voor de scheepvaart. Volgens een woordvoerder van het bergingsbedrijf Smit Tak is er behalve de acrylonitril 300 ton dodecylbenzeen aan boord.
Het Vrije Volk 30-05-1988: Smit Tak bergt gifschip. IJmuiden - Smit Tak zal het wrak van de Anna Broere, het Nederlandse gifschip dat vrijdagavond op vijftig mijl uit de kust bij IJmuiden zonk, vandaag vastleggen met ankers en stroppen. Een deel van de stroppen zal later dienen om het schip rechtop te zetten. Er wordt vandaag verder gezocht naar het lichaam van de 48-jarige tweede stuurman dat vermoedelijk nog in de stuurhut ligt. De zwaargewonde 28- jarige tweede machinist van de Anna Broere die vrijdagavond was overgebracht naar het Brandwondencentrum in Beverwijk is zaterdagochtend overleden.
NRC 02-06-1988: Bedrijf denkt ruim week nodig te hebben voor berging Anna Broere. Door een onzer redacteuren ROTTERDAM,2 juni — Het Rotterdamse bergingsbedrijf Smit Tak denkt, als het weer het toelaat, volgende week vrijdag klaar te zijn met de berging van de chemicaliëntanker Anna Broere. Het schip van het Dordtse oliebedrijf Gebroeders Broere was vorige week vrijdag betrokken bij een aanvaring. Een kleine honderd kilometer ten westen van IJmuiden werd het schip aan stuurboordzijde geramd door de Atlantic Compass uit Zweden. De Anna Broere scheurde van voren tot aan de machinekamer open en zonk. De tweede stuurman die op de brug stond, wordt nog altijd vermist. Smit Tak kreeg dinsdag de opdracht het schip te bergen. Zowel de rederij als de eigenaar heeft afstand gedaan van de lading. Het ministerie van verkeer en waterstaat draait vooralsnog op voor de kosten van de berging. Die worden geraamd op een bedrag tussen drie en vijf miljoen gulden. De overheid moet de kosten zien te verhalen op de verzekeraars van de schepen. De kapitein van het Zweedse schip weigert te getuigen voor hij de advocaat van zijn bedrijf heeft gesproken. Uit een van de tanks van de Anna Broere lekt licht acrylonitril, een stof die in water oplosbaar is en boven de zeespiegel gasvormig wordt. Het spul is giftig en irriteert de slijmvliezen. De Kustwacht neemt permanent monsters en meldde gisteren dat er-geen verontrustende ontwikkelingen zijn. Volgens een woordvoerder van Smit Tak vormt de lekkage geen gevaar voor de bergers. Ze dragen beschermende pakken en persluchtfilters om zich tegen het gas te beschermen. Het schip zal door de drijvende bok Taklift 4 rechtop worden getrokken en daarna aan de achterkant worden gelicht. Het schip heeft aan de voorkant voldoende drijfkracht, zodat het relatief eenvoudig is een ponton onder het schip aan te brengen. De 550 ton giftige lading zal daarna in een andere tanker worden overgepompt. Doordat de Anna Broere aparte tanks heeft is alleen de scheepshuid zwaar beschadigd en hebben de wanden van de tanks slechts enkele deuken opgelopen. Volgens een woordvoerder van verkeer en waterstaat bestaat er daarom pas gevaar wanneer tijdens het takelen het schip zou scheuren. In dat geval zouden de tanks waarschijnlijk ook openbarsten. De Anna Broere is het derde schip dat binnen twee jaar op last van Verkeer en Waterstaat wordt geborgen. Augustus '86 werd de Britse coaster Olaf tijdens een grootscheepse operatie boven water gehaald wegens de gevaarlijke lading. Half september vorig jaar zonk negen kilometer ten westen van Kijkduin de Maltese vrachtvaarder Junior met 388 ton sterk vervuild afvalslib. Het 42 meter lange schip werd op 7 oktober door Smit Tak naar de Rotterdamse haven 'gedragen'.
De Telegraaf 10-06-1988: Berging giftanker weer uitgesteld Rotterdam, vrijdag. De berging van de chemicaliëntanker Anna Broere is opnieuw uitgesteld. Door de ruwe zee was het te riskant om de duikwerkzaamheden rond het wrak voort te zetten. Een woordvoerder van het ministerie van Verkeer en Waterstaat deelde gisteren mee, dat de Anna Broere op z'n vroegst aanstaande zaterdag wordt gelicht.
Het Vrije Volk 18-06-1988: Bergers vinden lijk van stuurman. IJmuiden — Bergers van Smit Tak hebben gisteravond in het totaal vernielde stuurhuis van de Anna Broere het stoffelijk overschot gevonden van de vermiste tweede stuurman van de tanker, de 48-jarige J. van Egmond uit Rijnsburg. Dat gebeurde nadat de gezonken chemicaliëntanker geheel volgens plan was gelicht. Dat gebeurde rond vijf uur 's middags. De bergers verwachtten toen nog tenminste vijf uur nodig te hebben om de Taklift 4 met de tanker aan staalkabels naar het afgezonken zware ladingschip Giant 2 te slepen, in positie te brengen en op het dek van de Giant te laten opdrijven. De stuurman moet door de klap van de aanvaring bekneld zijn geraakt op de brug van het schip en kon daardoor het zinkende schip niet met de elf andere opvarenden verlaten. Onmiddellijk na de vondst van het stoffelijk overschot zijn op alle bij de berging betrokken schepen de vlaggen halfstok gehesen. Uit metingen is vrijdagmiddag gebleken dat de Anna Broere bij het lichten toch gevaarlijke lading heeft verloren. Er is in de watermonsters zowel acrylonitril als dodecylbenzeen aangetroffen. Nadere inspectie heeft aangetoond dat een schot tussen twee tanks door de aanvaring is weggeslagen, waardoor de twee stoffen zich over twee tanks hebben verspreid. De lekkage is bij het lichten van de tanker weliswaar fors geweest, maar de aanwezige gifdeskundigen hebben er geen aanleiding in gezien de berging te laten staken.
Leeuwarder Courant 22-06-1988: Anna Broere gezonken: berging opnieuw vertraagd. Umuiden (ANP) - De bergingsoperatie van de gezonken cnemicaliëntanker Anna Broere heeft verdere vertraging opgelopen doordat het schip gisteren geheel gezonken is. De verwachting is nu dat het kantelen en lichten in de loop van volgende week zal plaatsvinden. Dit heeft een woordvoerder van Smit Tak meegedeeld.
Het Vrije Volk 30-06-1988: Kantelen en doorzagen van Anna Broere begonnen. IJmuidden — Bergers van Smit Tak zullen vanmiddag de gezonken chemicaliëntanker Anna Broere kantelen. Morgen zal dan het schip worden doorgezaagd. Aanvankelijk was het de bedoeling dat het wrak vanmorgen zou worden gekanteld, zodat vanmiddag met het doorzagen zou kunnen worden begonnen. Vannacht echter draaide de wind en moesten de bergers eerst de drijvende bok Taklift 4 in een andere positie manoeuvreren.
Smit Tak verwacht na het kantelen en doorzagen twee dagen nodig te hebben voor het in positie brengen van de hijsstroppen. Als alles zonder problemen verloopt zal het circa zestig meter lange voorschip van de tanker met de 726 kubieke meter acrylonitril zondag worden gelicht. Het wordt de tweede bergingspoging. Twaalf dagen geleden moest de succesvol gelichte tanker na het knappen van twee van de vier 9,2 centimeter dikke staalkabels rond het schip in allerijl op de zeebodem worden teruggezet. Voor het zagen gebruiken de bergers een stalen ketting van dertienduizend kilo met schakels van zestig bij dertig centimeter. De Taklift 4 trekt de ketting met een zagende beweging en met grote kracht door de Anna Broere ter hoogte van twee lege ladingtanks vóór de machinekamer.
NRC Handelsblad 06-07-1988: Bod op Anna Broere. Rotterdam, 6 juli — Het Rotterdamse metaal- en sloopbedrijf L. van Leeuwen heeft het wrak van de tanker Anna Broere voor een onbekend bedrag gekocht. Het schip dat met giftig acrylonytriel is geladen, zonk een maand geleden na een aanvaring °P de Noordzee. Smit-Tak werkt aan de berging van het inmiddels 'n tweeën gezaagde schip.
NvhN 06-07-1988: Sloopbedrijf koopt Anna Broere. Van onze redactie binnenland.Rotterdam — Het Rotterdamse metaal- en sloopbedrijf L. van Leeuwen heeft het wrak van de chemicaliëntanker Anna Broere gekocht. Dat heeft het bedrijf vandaag bekendgemaakt. Welk bedrag met de koop is gemoeid wil het, `uit concurrentieoogpunt" niet zeggen. De deels met het giftige acrylonytriel geladen schip zonk een maand geleden na een aanvaring op de Noordzee.- Het bergingsbedrijf Smit-Tak legt op het ogenblik de laatste hand aan de berging van de inmiddels in tweeën gezaagde Anna Broere. Volgens Van Leeuwen is het de bedoeling dat het wrak naar Schiedam wordt gesleept. Het gemeentebestuur van die plaats heeft het bedrijf in principe toestemming gegeven de Anna Broere op het terrein van Brown and Root bij de scheepswerf Wilton Fijenoord te slopen.
Nederlands Dagblad 09-08-1988: In tweeën gezaagde 'Anna Broere' naar Europoort. IJmuiden (ANP) - De afwikkeling van de berging van chemicaliëntanker 'Anna Broere' verloopt zeer voorspoedig, zo hebben woordvoerders van de Kustwacht en het ministerie van verkeer en waterstaat gisteren meegedeeld. De lading, 466 kubieke meter uiterst giftig acrylonitrile, is geheel overgepompt in de zustertanker "Engelina Broere' en de twee tanks waarin het gif zat, zijn geledigd. Het overslaan van de duizend kubieke meter dodecylbenzeen is gisteravond voltooid. Beide ladingen zullen door 'Engelina Broere' naar Europoort worden vervoerd en door het chemische bedrijf Paktank van zeewater worden ontdaan. Onder gunstige omstandigheden verwacht het jk, dat eigenaar is geworden van schip en chemicaliën, in verkoop voor beide ladingen in totaal circa een half miljoen gulden te ontvangen. Het lichten van het achterschip van de 'Anna Broere' gisterochtend om 10 uur begonnen. Even na het middaguur was dit scheepsdeel boven water verschenen en de bergers van Smit Tak plaatsten het later op het drijvend ponton Giant 2. Onvoorziene tegenslagen voorbehouden, vertrekt de Giant 2 met op het laaddek de in tweeën gezaagde tanker vandaag naar Europoort. De beide scheepsdelen zullen als schroot worden verkocht, waarvan de opbrengst aan de Staat vervalt. De berging van de 'Anna Broere' kost volgens een woordvoerder van Verkeer en Waterstaat in totaal zon vijftien miljoen gulden. Door de noodzaak van uitgebreide veiligheidsmaatregelen rond de riskante berging is het honorarium voor Smit Tak verhoogd tot vier miljoen gulden. Volgens de woordvoerder valt niet te verwachten, dat het Rotterdamse bergingsbedrijf compensatie krijgt voor de talloze tegenslagen, voornamelijk door onwerkbaar weer, waardoor de berging anderhalve maand langer heeft geduurd dan oorspronkelijk was verondersteld. De overige elf miljoen gulden zijn de kosten, die de Rijksoverheid in de supervisie, de coördinatie en de begeleiding van de berging heeft gestoken. Het voorstuk van de Anna Broere hieraan dek van de superdok Giant 2. Waarschijnlijk de enige Nederlandse minister niet op vakantie, Smit-Kroes, bracht een bezoek aan de bergers van de Anna Broere voor de kust van IJmuiden. In verband met de gevaarlijke gassen in de tanks van de Anna Broere, moest ook de minister zich eerst vertrouwd maken met persluchtapparatuur.
Leeuwarder courant 12-08-1988: Restant Anna Broere brengt ƒ 357.000 op. Rotterdam (ANP) - De twee helften van de geborgen chemietanker Anna Broere zijn gistermiddag voor een bedrag van / 357.000 verkocht aan het Rotterdamse sloopbedrijf Van Schie. Zodra dit bedrag aan het rijk is betaald, zullen de restanten van het schip aan het sloopbedrijf worden overgedragen, aldus R. C. Schriel van net directoraat Noordzee van Rijkswaterstaat. Het rijk zal proberen via de verzekeraar van de voormalige eigenaar van het schip, rederij Broere in Dordrecht,
Het Vrije Volk 26-08-1888: Werf wil Anna Broere herbouwen. Ridderkerk - De Ridderkerkse scheepswerf Digaco BV wil de onlangs geborgen chemicaliëntanker Anna Broere weer opknappen en in de vaart brengen. De werf heeft het voorschip opgekocht en overweegt er een nieuw achterschip aan te zetten. Werfdirecteur M. Dijke heeft nog geen definitief besluit genomen. Er zijn twee buitenlandse rederijen in de Anna Broere geïnteresseerd. De één wil alleen het voorschip overnemen, de ander wil de herbouwde tanker van de Ridderkerkse werf kopen.
Het Vrije Volk 30-08-1988: Deel Anna Broere verkocht naar België. Rotterdam — Het voorschip en de motoren van de onlangs op de Noordzee geborgen chemicaliëntanker Anna Broere is voor een bedrag van rond de 1 miljoen gulden verkocht aan de rederij Fongers in Antwerpen. De Belgische rederij is van plan met deze onderdelen opnieuw een tankschip te maken en in de vaart te brengen. Dit heeft directeur M. Dijke van de scheepswerf Digaco in Ridderkerk gisteren bekendgemaakt. Digaco kocht het voorschip en de motoren, die volgens Dijke nog in verbazingwekkend goede staat verkeren, van het Rotterdamse sloopbedrijf Van Schie. Dijke wil niet zeggen voor welk bedrag, maar meldt wel „dat het voor alle partijen een goede transactie was". Van Schie betaalde Rijkswaterstaat 357.000 gulden voor de in twee helften geborgen Anna Broere. Het onbruikbare achterschip wordt door Van Schie gesloopt. Het is nog niet duidelijk wie de Anna Broere gaat „repareren". De kans bestaat dat Digaco dit gaat doen. Hierover wordt nog onderhandeld, aldus Dijke. De Anna Broere zonk eind mei ten westen van IJmuiden, waarbij twee personen om het leven kwamen. De berging, die gepaard ging met veel tegenslag en daardoor wekenlang duurde, kostte het rijk in totaal ongeveer 15 miljoen gulden. Geprobeerd wordt dit bedrag via de verzekeraar van de voormalige eigenaar van het schip, rederij Broere in Dordrecht, terug te krijgen.
NRC Handelsblad 14-11-1988: Zaak Anna Broere nader onderzocht. Amsterdam, 14 nov. — De aanvaring in mei tussen een Zweeds schip en de chemicaliëntanker Anna Broere blijft een mysterie. Het verhoor van de kapitein en de derde werktuigkundige van de Anna Broere,. vandaag voor de Raad voor de Scheepvaart in Amsterdam, leverde nauwelijks nieuwe feiten op. Na het ongeluk op de Noordzee ging een groot deel van de lading van het schip, zeer giftig acrylonitril, verloren. Aanvaring tussen Zweeds schip en Anna Broere blijft raadsel. Door een onzer redacteuren Amsterdam, 14 nov. — Het is nog steeds een raadsel hoe op 27 mei voor de Nederlandse kust de chemicaliëntanker Anna Broere kon worden aangevaren door het Zweedse schip Atlantic Compass. De Raad voor de Scheepvaart behandelde de zaak vanmorgen en hoorde kapitein S. Batenburg en de derde werktuigkundige R. Poth. De Anna Broere (2.700 ton) was met een lading zeer giftig acrylonitril om 13.15 uit Vlaardingen vertrokken naar een Schotse haven. De bemanning bestond uit elf man. Om 16.50 uur zat kapitein Batenburg in zijn hut te werken toen hij hoorde dat de motor stil viel. Hij begaf zich naar de stuurhut. Daar zag hij hoe op nog maar zo'n 200 meter afstand een ander schip op de Anna Broere kwam afvaren. De tweede stuurman, verstijfd van angst, had in een poging nog iets te doen om een aanvaring te voorkomen de motor gestopt. Luttele seconden later boorde de Atlantic Compass zich ter hoogte van de stuurhut in de Anna Broere. De tweede stuurman werd waarschijnlijk op slag gedood, de kapitein werd dwars door twee deuren de stuurhut uitgeslingerd en moet even buiten bewustzijn zijn geweest. In de machinekamer raakte de machinist in brand. Hij wist nog wel op eigen kracht naar boven te komen. Een uur later werd hij per helikopter naar het brandwondencentrum in Beverwijk gebracht waar hij later overleed. Het stoffelijk overschot van de stuurman is pas na de berging van de Anna Boere in augustus geborgen. Over de berging, die 14,3 miljoen gulden heeft gekost, spreekt de Raad niet. De voorzitter van de Raad, P.A. Roggen, vroeg kapitein Batenburg of hij van de Zweedse kapitein aan boord van de Atlantic Compass kort na de aanvaring nog iets had gehoord over de oorzaak van de aanvaring. Batenburg: „Ik vroeg hem hoe een schip dat met zo veel moderne apparatuur is uitgerust de Anna Broere kennelijk niet had gezien bij een zicht van naar schatting twee mijl. Hij antwoordde: 'Dat is een goede vraag'." Dit is alles wat de Nederlandse Raad voor de Scheepvaart weet, want de zaak is in Zweden achter gesloten deuren behandeld. Vanmorgen waren op de zitting in Amsterdam wel twee Zweedse advocaten aanwezig van de maatschappij waarvoor de Atlantic Compass vaart. Kapitein Batenburg had met het oog op mogelijk toenemende mist in de nacht zijn normale route iets ruimer genomen om zo veel mogelijk zandbanken te vermijden. Tijdens de zitting zei hij geen verband te kunnen zien tussen deze koerswijziging en de aanvaring. Over zes weken doet de Raad uitspraak.
NvhN 15-11-1988: Oorzaak ondergang Anna Broere vermoedelijk nooit opgehelderd. Van onze correspondent. Amsterdam — De oorzaak van de aanvaring tussen de chemicaliëntanker Anna Broere en de Zweedse vrachtvaarder Atlantic Compass zal vermoedelijk nooit worden opgehelderd. Stuurman J. van Egmond, die bij de botsing op de Noordzee het leven verloor, heeft het antwoord op die vraag meegenomen in zijn graf. Niemand kan verklaren waarom hij met de Anna Broere niet uitweek toen een van de grootste containerschepen ter wereld op 27 mei van dit jaar recht op hem afstevende. De Raad voor de Scheepvaart behandelde gisteren de scheepsramp, waarbij twee opvarenden van de Anna Broere om het leven kwamen. De berging van de gezonken tanker, die het milieu- gevaarlijke en explosieve acrylonitril vervoerde, beheerste maandenlang het nieuws. Pas 8 augustus was de klus geklaard. Het boven water halen van de Anna Broere kostte het rijk ruim 13 miljoen gulden. Op het moment dat de aanvaring in de namiddag plaats had, was het zicht op zee een kleine drie mijl. Ruim voldoende. De Atlantic Compass voer een aanvaringskoers ten opzichte van de Anna Broere die volgens de regels van de zeevaart behoorde uit te wijken. De tanker reageerde echter niet. Ook na fluitsignalen van de Zweedse vrachtvaarder nam de stuurman van de Anna Broere onvoldoende maatregelen om een aanvaring te voorkomen. Een drastische koerswijziging hadden de andere opvarenden moeten opmerken. Onderzoek heeft uitgewezen dat de Anna Broere technisch in orde was. Kapitein Simon Batenburg uit Vught sluit uit dat de stuurman is bedwelmd door de giftige gassen van de lading.
De, ultra-moderne Atlantic Compass had de Anna Broere op ruime afstand reeds opgemerkt. Het schip voer 35 kilometer per uur. Die vaart bleef het houden, ondanks dat de Zweedse stuurman opmerkte dat de Nederlander de koers niet verlegde.
De Telegraaf 15-11-1988: Raad voor de Scheepvaart hoort kapitein Anna Broere. Ramkoers gifschip blijft een raadsel. Door Henk Knoop. Amsterdam, dinsdag;
“De stuurman stond op de brug als aan de grond genageld en deed helemaal niets. Zelf heb ik de motor nog achteruit laten slaan, maar daar was het al te laat voor. Met een enorme klap boorde de boeg van die Zweed zich aan stuurboord bij ons binnen." Zo beschreef kapitein Simon Batenburg van de chemiealiëntanker Anna Broere (1600 ton) voor de Raad voor de Scheepvaart de laatste seconden voor zijn schip werd geramd door het veel grotere Zweedse vrachtschip Atlantic Compass (57.000 ton) op 27 mei op de Noordzee ten westen van IJmuiden. De gevolgen van de aanvaring waren rampzalig. Tweede stuurman Jacob van Egmond kwam vrijwel meteen om het leven en scheepswerktuigkundige Harm van der Vaart overleed later in het brandwondenziekenhuis te Beverwijk. De Anna Broere bleef nog uren drijven en spilde zijn zeer giftige lading acrylonitril in zee. Met de berging was later ƒ 15 miljoen gemoeid. „Doordat de stuurman is omgekomen, zal het wel nooit bekend worden waarom hij niet gehandeld heeft", zei de inspecteur van de scheepvaart J. Konink gisteren voor de raad. Ramkoers: Stuurman Van Egmond stond tijdens de aanvaring alleen op de brug. maar de Anna Broere was voorzien van moderne apparatuur, het zicht was redelijk en de zee kalm. Er stonden twee radars aan, maar toch heeft de stuurman zich niet tijdig gerealiseerd, dat het Zweedse containerschip aan stuurboord naderde op een ramkoers. „Normale procedure was geweest dat wij tijdig naar stuurboord waren afgedraaid, maar dat heeft de stuurman niet gedaan", aldus de kapitein. ..Dat zou ik gevoeld hebben. Hij heeft mij ook niet geroepen." De kapitein was in zijn hut aan het werk geweest en gealarmeerd naar de brug gegaan toen hij de trimpomp en de motor niet meer hoorde. “Toen ik boven kwam stond de motor op "STOP", maar vrijwel meteen werd het donker doordat de boeg van het Zweedse schip zich tot aan de kaartentafel in onze brug doordrong", aldus de zeeman. Snelle hulp: Hij weet zelf niet meer precies hoe hij aan boord van de Zweedse vrachtvaarder was gekomen — vermoedelijk door een wc-raampje — maar was wel vol lof voor de snelle hulpmaatregelen van de Zweden. ..Zij vroegen meteen om een helikopter, lieten een sloep te water en een loodsladder zakken." Negen bemanningsleden konden hierdoor worden gered. De Zweden hadden voorrang en beweerden later dat zij nog waarschuwingsseinen hadden gegeven op de stoomfluit. maar die waren op de Anna Broere niet gehoord. In verband met de gevaarlijke lading is de hrug afgesloten door gasdichte dubbele deuren. Volgens inspecteur Konink hadden de Zweden toch eerder moeten ingrijpen, toen zij zagen dat de Anna Broere niet reageerde. De Raad zal later uitspraak doen.
Leeuwarder courant 15-11-1988: Oorzaak ondergang Anna Broere onopgehelderd. Amsterdam - De oorzaak van de aanvaring tussen de chemicaliëntanker Anna Broere en de Zweedse vrachtvaarder Atlantic Compass op 27 mei zal waarschijnlijk nooit worden opgehelderd. Stuurman J. van Egmond, die bij de botsing op de Noordzee het levan verloor, heeft het antwoord op die vraag meegenomen in zijn graf. De Raad voor de Scheepvaart behandelde gisteren de scheepsramp, waarbij twee opvarenden van de Anna Broere om het leven kwamen. De berging van de gezonken tanker, die het milieugevaarlijke en explosieve acrylonitril vervoerde, duurde tot 8 augustus en kostte het rijk ruim f 13 miljoen.
Op het moment dat de aanvaring in de namiddag plaats vond, was het zicht op zee ruim voldoende. De Atlantic Compass voer een kruisende koers met de Anna Broere die volgens de regels van de zeevaart behoorde uit te wijken. De tanker, waaraan geen gebreken zijn geconstateerd, reageerde echter niet.
De ultra-moderne Atlantic Compass had de Anna Broere op ruime afstand reeds opfemerkt, maar hield zijn koers en snelheid. De Zweedse autoriteiten, die de kapitein van de Atlantic Compass hoorden, hebben daarover geen bevredigende uitleg gegeven. Kapitein Batenburg van de Anna Broere zat in zijn hut te werken, toen hij de trimmotor hoorde uitvallen. Hij ging naar boven, naar de brug. Op de trap botste hij tegen de geschrokken derde machinist Remco Poth op. Deze had bij het terugbrengen van een poetsmiddel naar de brug een totaal verstijfde stuurman naar de aanstormende Atlantic Compass zien staren en wilde de bemanning voor de op handen zijnde ramp waarschuwen.
Vrijwel direct daarna boorde de Zweedse vrachtvaarder zich in de stuurboordzijde van de Anna Broere. De klap was enorm. Kapitein Batenburg werd door een deur geslagen. Stuurman van Egmond moet getroffen zijn door de boeg van de Zweed. Gedurende een klein kwartier hing de Anna Broere op de bulbsteven van de Atlantic Compass. Batenburg kon met vier matrozen en de kok via het dak van het gedeukte stuurhuis op de vrachtvaarder klimmen. Op dat moment waren nog vijf andere bemanningsleden aan boord, van wie de tweede machinist, de 28-jarige Harm van der Vaart uit Midlum, in vlammen stond. Batenburg: „Het schip was een drijvende bom. Op zo'n moment is het ieder voor zich." Machinist Remco Poth bleef wel aan boord. Hij vond dat hij bij zijn zwaar verbrande, maar nog levende collega moest blijven, die inmiddels op het achterdek lag. Batenburg overlegde via een portofoon van een Zweedse matroos met zijn collega van de vrachtvaarder. Toen de reddingssloepen waren gestreken, beval hij zijn eigen bemanningsleden die niet meer zoals hij hadden kunnen overstappen, in het water te springen. Remco Poth werd meegesleurd door een van hen. Hij mocht niet bij Van der Vaart blijven. die later door een helikopter werd opgepikt en op weg naar het Brandwondencentrum in Beverwijk overleed. Kapitein Batenburg gaat volgend jaar wer naar zee. Sedert het ongeluk heeft hij niet meer gevaren. Hij zegt die tijd op land hard nodig te hebben gehad voor het verwerken van het ongeluk. Het meest frustrerende voor hem is nu dat hij niet weet hoe de ramp kon gebeuren. De Raad voor de Scheepvaart doet over twee maanden uitspraak.
Het Vrije Volk 09-02-1989: Anna Broere was voor ramp verantwoordelijk. Amsterdam — De bemanning van de chemicaliëntanker Anna Broere heeft de Bepalingen ter voorkoming van aanvaringen op zee niet nageleefd, met als gevolg, dat de tanker in mei vorig jaar in botsing kwam met de Atlantic Compass. Dat is het oordeel van de Raad voor de Scheepvaart, na een onderzoek over de toedracht van het zeeongeluk, waarbij twee bemanningsleden het leven lieten. Na het ongeluk moest de lading acrylonitril in de tanks van de Anna Broere geborgen worden, een operatie die de Nederlandse staat ruim dertien miljoen gulden kostte. De tanker kwam na het ongeluk door die — vaak uitgestelde en moeilijke — berging vaak in het nieuws. Hoewel de vaart en de koers van de twee schepen onherroepelijk tot het kruisen van eikaars vaarwater moesten leiden, heeft de Anna Broere de koers nauwelijks gewijzigd en pas in een zeer laat stadium de motor stop gezet. De reden waarom de koers niet werd gewijzigd, zal nooit bekend worden, omdat de stuurman van de tanker bij de aanvaring werd gedood. Tankerkapitein S. Batenburg rustte de middag van het ongeluk uit in zijn hut. Hij merkte dat de hoofdmachine stillag en vermoedde dat er iets haperde in de machinekamer. Op de brug trof hij de tweede stuurman aan, die verstijfd van schrik naar de aansnellende Atlantic Compass stond te kijken. De kapitein schreeuwde tegen zijn stuurman, kreeg een onduidelijk antwoord en zette vervolgens de hoofdmachine in zijn achteruit. Het schip heeft vervolgens even achteruit gevaren, maar de Zweedse boot ramde met een enorme dreun in op de Anna Broere. De Raad voor de Scheepvaart spreekt zich in zijn oordeel niet uit over de vraag of de bemanning van de Atlantic Compass fouten heeft gemaakt, omdat deze op de zitting niet is gehoord. Uit een rapportage van de Zweedse scheepvaartinspectie blijkt, dat de Anna Broere niet reageerde op zeven of acht korte signalen, die de stuurman van het Zweedse schip uitzond. Hij stuurde eerst hard bakboord, en nadat een reactie op die signalen uitbleef, zette hij de motor op 'vol achteruit'. De Anna Broere was toen al zo dichtbij, dat het schip 'onder de boeg' begon te verdwijnen. |
