| 1939-01-14: |
RN 140139
H.M. de Koningin doopt de nieuwe veerboot m.s. KONINGIN EMMA te Vlissingen.
Ze arriveerde per trein te Vlissingen waar Koningin Wilhelmina verwelkomd werd door de Commissaris der Koningin in Zeeland jhr. Mr. G.W. Quarles van Ufford, de burgemeester van Vlissingen de heer C.A. van Woelderen en de Zeeuwse kamerheer in buitengewone dienst van H.M. de Koningin, jhr. W.Z. van Teylingen.
Na de begroeting reed de Koningin met haar gevolg naar de scheepswerf van de Koninklijke Maatschappij “De Schelde”. Na aankomst werd ze verwelkomd door de werfdirectie.
Na de toespraken van de heer B.E. Ruys, president commissaris van de Kon. Mij. “De Schelde” en van de president commissaris van de Mij. Zeeland, de heer Th. De Meester, verzocht ir. H.C. Wesseling aan H.M. de laatste beletselen te willen wegnemen. Na een korte rede gaf zij hieraan gevolg door met een zilveren bijltje een touw door te kappen, waarna een fles champagne tegen de kop van het schip stuk sloeg. Onmiddellijk kwam het schip in beweging, maar toen het anderhalve meter had afgelegd, bleef de KONINGIN EMMA op de helling steken. Onder koortsachtige spanning werd er onder het schip gewerkt om te trachten het schip weer vaart te geven. Tergend langzaam zakte het schip centimeter voor centimeter. Na twee uur te hebben gewacht was de KONINGIN EMMA circa 10 meter gezakt. Toen eerst besloot H.M. de Koningin te vertrekken. Ze reed met de auto naar Middelburg. Na haar vertrek verlieten ook de genodigden het fabrieksterrein om in het Grand hotel Brittannia de lunch te gebruiken. Om ruim 5 uur snelde de portier van Brittannia de eetzaal binnen naar de directeur van De Schelde, de heer A. Smit, met de verheugende mededeling dat de KONINGIN EMMA de helling had verlaten. Na een koortsachtige arbeid van vier uur had het nieuwe schip de strijd verloren.
(Note: twee artikelen samengevoegd en bekort)
|
