Inloggen
GEERTRUIDA GERARDA - ID 2397


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1890-03-10 / 1902-07-29 | Reden uitgevlagd: Verongelukt of vermist (zie final fate)

Identification Data

Bouwjaar: 1890
Nat. Official Number: 2568 ROTT 1900
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Bark
Masten: Three masts
Material Hull: Steel
Dekken: 1
Construction Data

Scheepsbouwer: J. & K. Smit's Scheepswerven, Kinderdijk, Zuid-Holland, Netherlands
Werfnummer: 425
Date Laid Down: 1888-11-21
Launch Date: 1889-12-18
Delivery Date: 1890-02-26
Technical Data

Gross Tonnage: 1410.00 Gross tonnage
Net Tonnage: 1360.00 Net tonnage
 
Length 1: 68.00 Meters Registered
Beam: 11.35 Meters Registered
Depth: 7.20 Meters Registered
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1890
Datum agenda: 1890-03-10
Register nr: 0
Scheepsnaam: GEERTRUIDA GERARDA
Type:
Lasten: 0
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Vroege de Wijs
Plaats: Rotterdam
Opmerkingen: ja
1890-03-10, uitvoering68-

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1890-03-10 GEERTRUIDA GERARDA
Manager: Pieter van der Hoog, Krimpen aan de Lek, Zuid-Holland, Netherlands
Eigenaar: Pieter van der Hoog, Krimpen aan de Lek, Zuid-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Krimpen aan de Lek / Netherlands
Callsign: NSRD

Ship Events Data

1902-05-01: Final Fate: Abandoned

01.05.1902: Tijdens storm, in positie 33.20S 100.46E, mastloos verlaten na het losraken van de ballast, op weg van Soerabaja naar New Castle (NSW). Hulp werd verleend door het s.s. DRAYTON GRANGE en het s.s. SAINT MARY die de bemanningsleden overnamen. Het schip is daarna gezonken. Gezagvoerder: H. Duit, Nieuwe Pekela.
(Zie: DBW. Okt. 1999 - blz. 396/399)
1902-05-19: History
Wanganui Herald, Volume XXXVI, Issue 10647, 19 May 1902, Page 3
Westport, May 19, 1902. Rescue of a crew by DRAYTON GRANGE. Sir Joseph Ward received a deputation this morning. He received the following cablegram from the Premier from Durban: - I forgot to tell you one cause of our late arrivalwas searching for a derelict Dutch barque in mid-ocean. Her captain, his wife and 16 of the crew were rescued from an open boat. We lost only eight horses.

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Cornelis van Baalen werd geboren op 09 september 1838 in Vlaardingen als zoon van Jacob Pietersz van Baalen en Jansje Brouwer.

Hij trouwde in 1873 te Alblasserdam met Neeltje langeveld, geboren in 1844 te Hardinxveld als dochter van Paulus Cz Langeveld en Pieternella Hansum. Het echtpaar kreeg te Alblasserdam de volgende kinderen: Johanna (1875), Petronella (1877), Adriaantje (1883), Cornelia (1884), Jacob Pieter(1886).

Kapt.van Baalen kwam in 1892 met de “Geertruida Gerarda” voor orders in Falmouth, stierf er op 7 Augustus 1892 en werd daar begraven”.052 en 064

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

  1. van Baalen was met vlagnummer R31 in de periode 1884 t/m 1892 lid voor de vlag van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart. Dat betekende dat hij wèl de Maatschappijvlag mocht voeren, maar geen recht had op financiële tegemoetkomingen058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1892 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij in dat jaar is overleden058.

 

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein C.van Baalen met vlagnummer R31 als gezagvoeder in de ledenlijst058:

1885, 1886          bark “Johanna & Margaretha”       1033 ton varend voor J.Vroege te Alblasserdam

1887, 1888          bark “Amicitia”                1088 ton varend voor P. van der Hoog te Krimpen a/d Lek

1890, 1891          bark “Geertruida Gerarda”              1364 ton varend voor P. van der Hoog te Krimpen a/d Lek

 

Bouma025 vermeldt C.van Baalen als gezagvoerder gedurende:

*   1879 t/m 1881 van het 3/m-schip “Erasmus”, ex Noord Brabant, ex Armada, gebouwd in 1859 te Kennebunk (Maine), 2298 ton o.m., varend voor van Zeylen & Decker te Rotterdam. Het schip werd in 1881 verkocht naar Bremen;

*   1884 t/m 1887 van het 3/m-schip “Johanna en Margaretha”, gebouwd in 1870 te Rotterdm, 1133 ton o.m., varend voor J.Vroege te Alblasserdam. Het schip werd in 1887 verkocht naar Engeland;

*   1887 t/m 1889 van de ijzeren bark “Amicitia”, gebouwd in 1885 te Rotterdam, 1088 ton n.m., varend voor P.v/d Hoog te Krimpen aan de Lek;

*   1890 t/m 1892 van de stalen bark “Geertruida Gerarda”, gebouwd in 1890 te Krimpen aan de Lek, 1300 ton n.m., varend voor P.v/d Hoog te Krimpen aan de Lek.

 

C.van Baalen was op 28 februari 1887 in Liverpool of Cardiff de vervanger als gezagvoerder op de bark “Amicitia”van kapitein J.H.Wahlberg (zie aldaar). Het schip kwam vanuit Indië en laadde in Cardiff een partij steenkool. Het vertrok op 28 februari 1887 en kwam op 10 juni te Batavia. Begin augustus vertrok het weer en kwam op 17 december 1887 voor Falmouth “for order”. Daar of in de volgende haven Leith werd van Baalen vervangen door kapitein W.B.van der Meer vermoedelijk door ziekte van van Baalen.

“Kapt Cornelis van Baalen werd in 1878 kapitein op de 2298 tons houten bark “Erasmus”(ex. “Noord Brabant”, gebouwd in Amerika in 1859, en toen het grootste zeilschip onder Nederlandsche vlag). Vanaf 1883 voerde hij de 1041 tons houten bark “Johanna en Margaretha” (het tweede schip dat de werf Rijkee in 1869 bouwde). Na zijn reis als kapitein op de “Amicitia”, gaf de reeder P.van der Hoog hem in 1889 het bevel over de nieuwe driemastbark “Geertruida Gerarda”. Met dat schip kwam Kapt.van Baalen in 1892 weer voor orders in Falmouth, stierf er op 7 Augustus en werd daar begraven”.052

 

C.van Baalen was van 1878-1881 kapitein op de houten bark “Erasmus” (ex Noord Brabant, ex-Armada), gebouwd te Kennebunkport, Maine, USA, 2298 ton, varend voor van Zeijlen & Decker te Rotterdam. Het schip werd in mei 1881 naar Duitsland n verkocht025 e052.

Hij was was van 1883-1887 kapitein van de houten bark “Johanna en Margaretha”, gebouwd in 1868/69 door Rijkee & Co te Katendrecht, 1041 ton, varende voor J.Vroege te Alblasserdam. Het schip werd in 1887 verkocht aan Geo Wilne & Co te Aberdeen en herdoopt in “Kintore052.

C.van Baalen was van 1889-1890 kapitein op de stalen bark “Geertruida Gerarda”, gebouwd in 1889/90 op de werf van J.& K.Smit te Krimpen aan de Lek, varend voor P.van der Hoog052.

 

Overige bijzonderheden

Foto’s van kapitein (nr.84) en graf te Falmouth (nr.84) beschikbaar047. Ook in Pronker op p.175/176052.

 

 

Datum vanaf: 1890
Kapitein: Baalen, Cornelis van
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

Geen

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 07 maart 1907 vraagt de oud-gezagvoerder F.A. van der Meij om enige ondersteuning. Hem wordt een gratificatie van f 25,- uit de bussen toegekend.042

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 07 oktober 1918 wordt een brief vermeld met een gratificatieverzoek van kapitein F.A.v.d.Meij. “De heer van Gorcum deelt mede dat hij op verzoek van den voorzitter en secretaris een onderzoek naar aanleiding van deze aanvrage instelde. – Hij brengt rapport uit en vond den toestand hoogst treurig; gaf aan de dochter f 10,-  voor eerste hulp en stelt voor toe te kennen ten hoogste f 100,- voor aanschaffing van hoognoodige dekking en kleeding voor man, vrouw en twee dochters en om tot 30 april 1919 f 5,- in de week bij te dragen alles echter uit te betalen aan de dochter en niet aan van der Meij, omdat deze, althans vroeger , misbruik maakte van sterke drank. Aangenomen.”042.

In de notulen dd 07 april 1919 vraagt F.A. van der Mey om een verlenging en het Bestuur kent hem een uitkering toe van f5,- per week tot 01 november 1919. Op 08 september 1819 volgt een verlenging met een half jaar.042. (Ik heb geen voorgaande toekenningen aangetroffen of ik heb die gemist.). Idem per 12 april 1920. Idem per 27 oktober 1920. Idem per 04 april 1921 voor de periode-1 mei 1821-01 november 1821. In de notulen dd 31 oktober 1921 staat vermeld dat hij een beroerte heeft gehad en zich niet meer kan bewegen. De uitkering wordt weer voor een half jaar verlengd. In de notulen dd 06 februari 1922 wordt meegedeeld dat F.A. van der Meij is overleden.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 03 april 1922 vraagt de wed. F.A. van der Meij om steun en zij krijgt f 2,50 per week. Dit wordt op 09 april 1923 gecontinueerd voor de periode 1923/24. Hoe het verdere verloop van uitkeringen is, kan niet worden nagegaan omdat de notulen van de bestuursvergaderingen vanaf 1923 niet openbaar zijn.042.

In een Bijlage van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop van 07 maart 1907 is een verzoek van kapitein F.A. van der Meij om onderstand. Hij meldt dat hij 61 jaar is en leeft van het inkomen van 2 dochters, die naaiwerk verrichten. Ze wonen in een drukkerij de Kolk op de Zeedijk 16 met vrij wonen en licht en de verplichting tot het schoonhouden van de zalen en het kantoor.042

In een Bijlage van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop is een verzoek gedateerd 9 augustus 1918 van F.A. van der Mey om steun. Een volgend stuk in de Bijlage is een “Rapport over Kaptt. F. van der Meij.”. (Stadsarchief Amsterdam, 491-46, stuk 7495).

      “Op verzoek van den Voorzitter, die een schrijven had gekregen van Kapt. van der Meij om onderstand, heb ik hem opgezocht in zijn woning Zandstraat 5 1e verdieping..

      Hij woont daar met vrouw, 2 dochters en 1 kleindochter waar alleen het hoogstnoodzakelijke staat en kon ik mij dan ook niet begrijpen hoe iemand zoo achteruit was geraakt.

      Kapt. v.d.Meij is 75 jaar, zijn vrouw 68, twee dochters van 41 & 31 en een kleindochter van 9 jr., die op de Christelijke school gaat.

      Zij eenige inkomen is f 2,- per week die hij krijgt als ouderdomsrente, waarvan hij f 1,- afgeeft.

      Zijne vrouw is 3 Jr geleden gevallen en is daar na hulpbehoevend geworden.

      De vrouwelijke leden verdienen de kost met het naaien van overhemden en dames bloeses waarvoor zij 2 trapnaaimachines hebben gekocht, waar wekelijks f 2,- op afbetaald moet worden. De verdiensten zijn ongeveer f 13, per week waar f 3,25 voor huishuur afgaat, zoodat men wel kan begrijpen hoe hier fatsoenlijke armoede geleden wordt, wanneer ik daarbij nog moet vermelden dat goede ligging en verwarming ontbreekt in bed bij de aanstaande winter.

      v.d.Meij heeft 16 jaar gevaren als kapitein bij de firma Meursing alhier en het laatst op de Thorbecke VI, waarvan hij in 1891 ontslagen werd wegens dronkenschap.

      Daarna heeft hij van 1893 t.m 1894 gevaren als kapitein op de Geertruida Gerarda van de firma P. van der Hoog te Krimpen aan de Lek, waarvan hij ook, volgens geruchten, om dezlefde reden ontslagen is.

      Volgens zijn beweren heeft de effecten makelaar Bruck indertijd hem opgelicht toen hij op zee was. Onder voorwendsel dat er obligatiën uitgeloot waren, waarvan hij de nummers op kantoor had, heeft zijn vrouw alle effecten afgegeven zonder reçu.

      Toen genoemde makelaar kort daarop failliet werd verklaard, zijn die effecten en de failliete boedel opgenomen en als eigendom van hem aangenomen, omdat het tegendeel niet bewezen kon worden.

      Ontegenzeggelijk lag de schuld hoofdzakelijk bij Kapt van der Meij door het misbruiken van sterke drank, doch dat doet hij nu niet meer, waarom ik het bestuur ernstig in overweging geef, termen te willen vinden het huisgezin te willen hebben (helpen?), om het van verdere ondergang te behouden..”

 

In de notulen van de Algemene Vergadering van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd 06 juni 1907 staat vermeld dat een gratificatie ad f 25,- is toegekend aan de oud-gezagvoerder F.A. van der Mey.  In de notulen dd 07 november 1907 staat vermeld een: “Brief van F.A. van der Mey bedankende voor de toegestane gratificatie, en zich aanbevelend voor eene betrekking.”023.

 

De schepen van de kapitein

Kapitein F.A.van der Mey was in de periode 1877-1885 gezagvoerder van de driemast clipperbark "Thorbecke". In die periode was Johannes Kuipers zijn eerste stuurman (zie aldaar)010-p.80.

 

F.A.van der Mey was van 1892-1893 kapitein op de stalen bark “Geertruida Gerarda”, gebouwd in 1889/90 op de werf van J.& K.Smit te Krimpen aan de Lek, varend voor P.van der Hoog052

 

Bouma025 vermeldt F.A.v/d Mey als gezagvoerder van/in:

*    1881 t/m 1885 van de bark “Thorbecke Ib”, gebouwd in 1875 te Amsterdam, 962 ton o.m., varend voor A.H.Meursing te Nieuwendam;

*    1886 t/m 1891 van de bark “Thorbecke VI”, gebouwd in 1884 te Nieuwendam, 911 ton n.m., varend voor A.H.Meursing te Amsterdam;

*    1893 t/m 1895 van de stalen bark “Geertruida Gerarda”, gebouwd in 1890 te Krimpen aan de Lek, 1300 ton o.m., varend voor P.v/d Hoog te Krimpen aan de Lek;

 

Overige bijzonderheden

De bark “Geertruida Gerarda” onder kapitein F.A. van der Meywas op 14 mei 1893 te Newcastle NSW en, via de Pacific, op 08 juli te Valparaiso. Via Guayacan en Tocopilla arriveerde het schip via Kaap Hoorn op 05 februari 1894 te Duinkerken.121

 

 

Datum vanaf: 1893
Kapitein: Mey, F.A. van der
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Harm Dz Duit werd geboren op 14 november 1851 te Oude Pekela

Hij was getrouwd met Jantje Schuur, geboren te Nieuwe Pekela in 1860 en overleden te Oude Pekela in 1927.

Harm overleed op 22 november 1908 eveneens te Oude Pekela op 57 jarige leeftijd.

Het Kapiteinshuis te Nieuwe Pekela  verkreeg in 2002 een portretfoto van Harm Derks Duit en zijn vrouw Jantje Schuur “in passepartout omgeven door een witte, ronde lijst in de vorm van een reddingsgordel met gouden opschrift ‘Jeannette Francoise Krimpen a.d Lek’, de Nederlandse vlag en de vlag (blauw met gele ster)  van rederij P. van der Hoog te Krimpen aan de Lek.” Jaarverslag 2002 van het Kapiteinshuis.

 

H.Duit Dz, geboren op 14 november 1851 afkomstig uit Oude Pekela, behaalde zijn diploma voor 1e stuurman aan de zeevaartschool te Veendam met nummer 353099.

 

De schepen van de kapitein

H.D.Duit was van 1892-1894 kapitein van de ijzeren bark “Anna Aleida”, gebouwd in 1886/87 op de werf van J.& K.Smit te Krimpen aan de IJssel, laadvermogen c. 1700 ton, varend voor reder P.van der Hoog te Krimpen aan de IJssel

Hij was van 1894-1902 kapitein op de stalen bark “Geertruida Gerarda”, gebouwd in 1889/90 op de werf van J.& K.Smit te Krimpen aan de Lek, varend voor P.van der Hoog. Het schip is gezonken in 1902 op de Indische Oceaan.

Hij was van 1902-1903 kapitein van de stalen 4-mast bark “Jeannette Françoise”, gebouwd in 1891/93 op de werf van J.& K.Smit te Krimpen aan de Lek, 3250 ton, varend voor P.van der Hoog te Krimpen aan de Lek052

 

Bouma025 vermeldt H.Duit Dz als gezagvoerder gedurende:

*    1892 t/m 1895 van de ijzeren bark “Anna Aleida”, gebouwd in 1886 te Krimpen aan de IJssel, 1100 ton o.m., varend voor P.v/d Hoog te Krimpen aan de Lek;

*    1896 t/m 1902 van de stalen bark “Geertruida Gerarda”, gebouwd in 1890 te Krimpen aan de Lek, 1300 ton n.m., varend voor P.v/d Hoog te Krimpen aan de Lek. Het schip is in 1902 verloren gegaan in de Indische Oceaan. De bemanning werd gered.

 

Overige bijzonderheden

In maart 2003 verspreidde Ton F.J.Pronker te Vlieland een manuscript getiteld “De laatste Kaap Hoorn reizen van schepen van de Nederlandse Groote Zeilvaart” waaraan een bijlage met nadere bijzonderheden over de schepen. Het laatste schip dat hij behandelde was de “Jeannette Françoise”, een stalen viermastbark, in 1893 voltooid op de werf van J.& K.Smit te Krimpen aan de Lek. Reeder tot 1906 was P.van der Hoog te Krimpen aan de Lek, daana C.J.Lels, Rotterdam en vanaf 1910 J.A.Vroege. Bij 2231 netto register ton had zij een laadvermogen van 3250 ton. Haar Nederlandsche kapiteins waren R.Bleeker (1893-1896 en 1898-1901), R.H.Vil (1897), H.Duit Dz (1902-1903), G.Visser (1904-1910) en J.Bosma (1910-1913).

 

Het zeemanscollege De Trouw te Oude Pekela 1851-1899 door A.Westers in het Jaarverslag 1999, p.8-15 van het Kapiteinshuis te Nieuwe Pekela.

Publicatie bevat een foto uit het einde van de 19e eeuw (1898-1899?) waarop veertien oudere heren. Eén daarvan is schipper Harm Derks Duit (1851 – Oude Pekela 1908). Van 1891 tot 1894 was hij gezagvoerder van de 1102 ton grote ijzeren schoenerbark Anna Aleida onder rederij van P.van der Hoog te Krimpen aan de lek. Vanaf 1895 voer hij voor dezelfde rederij op de 1360 ton grote, stalen driemast-bark Geertruida Gerarda. Op 1 mei 1902 zou het schip op reis van Soerabaya naar New Castle, even benoorden Sydney, ten onder gaan, omdat de ballast, modder, was gaan schuiven. Achttien opvarenden, waaronder de kapitein en zijn vrouw, Jantje Schuur, dreven lang in een lek reddingsbootje rond, totdat zij werden gered door een uit Nieuw Zeeland afkomstig troepentransportschip op weg naar Zuid-Afrika. Na nog een jaar gezagvoerder te zijn geweest op de nog grotere, 2231 ton grote viermastbark Jeanette Francoise, eveneens onder rederij P. van der Hoog te Krimpen aan de Lek, bleef Harm Duit aan wal en bracht thuis in Oude Pekela zijn laatste jaren door. Van het zeemanscollege De Trouw is Duit, wiens belangen geheel in het westen van het land lagen, overigens nooit lid geweest.”

 

In “Bron Privaat” 102 staat op p. 037/038 een brief dd 04 november 1894 vanuit Semarang van kapitein Bron aan zijn vrouw, waarin de passage:

“Maar ’t loopt anderen ook niet altijd mee. Duit van de Geertruida Geerarda verblijft reeds langer in Indië dan ik en is nog niet eens gelost, en van der Laag ligt of liever zit te Soerabya op de bank vast, moet of weer gedeeltelijk lossen of wachten tot volgende springtij, hetgeen nog een dag of tien duurt. Heeft er reeds twee maal een dure stoomboot voor gehad, maar ook tevergeefs. … “

 

De Raad van Tucht voor de koopvaardij deed op 19 december 1902 uitspraak inzake een klacht tegen kapitein Harm Duit, gezagvoerder van de bark “Geerarda Geertruida”. “Op 25 maart 1902 vertrok dit schip bemand met 19 koppen van Soerabaya met als bestemming New Castle in Australië, … “ Ook de vrouw van de kapitein was aan boord. Het schip moest in ballast varen en normaal werd daarvoor zan gebruikt. Maar in dit geval werd het schip geballast met modder. Dat was een inpopulaire grondstof, vanwege de vloeibaarheid en ook veelal de stank. Het schip voer om diverse nautische redenen niet Straat Bali of een meer westelijke doorgang, maar Straat Soenda om via de Indische Oceaan naar Australië te varen.

“Toen het schip zich op 29 april, … in de zuidelijke Indische Oceaan bevond, kreeg men te maken met hoge zeegang waardoor het schip zwaar werkte en slingerde.” Doordat de lading ging schuiven en de schotten niet op de juiste plaatsen zaten, maakte het schip zwaar slagzij. Het werd zo gevaarlijk dat tenslotte masten werden gekapt, echter zonder resultaat. Het schip werd tenslotte verlaten, waarbij drie bemanningsleden op het schip achterbleven omdat de reddingsboot overvol bleek te zijn. De opvarenden in de sloep werden opgepikt door een Engels stoomschip en te Durban aan wal gezet. De drie schepelingen op het wrak werden enige tijd later door een ander stoomschip opgepikt en te Freemantle ontscheept.

“Het wrak van de “Geertruida Gerarda” zou nog maanden in de Indische Oceaan hebben rondgedreven en ten slotte nabij Mauritius zijn gezonken.”

De Raad van Tucht was zeer krities over de gebruikte ballast maar ging toch niet over tot een veroordeling.

 

De bark “Anna Aleida” onder kapitein H.Duit was in 1892 te Sydney “(E-coast, ergo presumably eastern route & C.Horn”). Op 03 juni te Vlissingen op weg naar Antwerpen.

Hetzelfde schip en kapitein was begin 1895 te Banjoewangi en kwam op 16 mei aan te Valparaiso, via een oversteek van de Pacific. Via Tocopilla (29 juli-17 september)  arriveerde het schip, na een ronding van Kaap Hoorn te Rotterdam op 17 januari 1896.121

De bark “Geertruida Gerarda” onder kapitein H.Duit Dz vertrok op 28 november 1899 van Newcastle NSW en verbleef van 24 januari-03 april 1900 te Taltal, van 29 juni-17 september te New York, van 31 december 1900-01 maart 1901 te Adelaide, van 01 maart-11 mei te St. Helena. “calling at St. Helena indicates that the ship came from C. of Good Hope and not Cape Horn”. Alleen van Taltal naar newyork zal het ship Kaap Hoorn hebben gerond.121

De 4-mastbark “Jeanette Francoise” onder kapitein H.Duit Dz was op 28 maart 1903 te Newcastle NSW, op 07 juni te Gatico, op 19 oktober te Caleta Buena en op 31 januari 1904, via Kaap Hoorn, te Duinkerken.121

 

 

Datum vanaf: 1896
Kapitein: Duit, Harm Derks
Overige informatie: (1851 - Oude Pekela - 1908) Op 30-01-1884 getrouwd met Jantje Schuur (Nwe Pekela 1860 - 1927)

Afbeeldingen


Omschrijving: GEERTRUIDA GERARDA
Collectie: Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders
Vervaardiger: Onbekend
Onderwerp: Zeeopname

Omschrijving: GEERTRUIDA GERARDA
Collectie: Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders
Vervaardiger: Onbekend
Onderwerp: Zeeopname
Algemene informatie

1888

NRC 221188. |
Krimpen a/d. Lek, 21 november. Heden werd op de werf der heren J.& K. Smit alhier de kiel gelegd van het ijzeren zeilschip genaamd GEERTRUIDA GERARDA, groot 1.300 register-ton, welk schip, bestemd voor de grote vaart, gebouwd zal worden voor rekening van de rederij P. van der Hoog alhier.
NRC 241188.
Krimpen a/d. Lek, 22 november. Onze gemeente heeft gisteren de 75-jarige gedenkdag van het herstel van Neerlands onafhankelijkheid feestelijk herdacht.
Daar het voornemen reeds bestond op de werf van de heren J. en K. Smit de kiel te leggen van een nieuw schip, was door de bouwmeester en de reder besloten dit, voorzeker voor onze gemeente heuglijke feit, op deze feestdag te doen plaats hebben. Te 9 uur begaven al de personen, die in historisch kostuum aan de te houden optocht zouden deelnemen, zich naar genoemde werf. Een dichte drom van mensen schaarde zich om het voor deze gelegenheid vervaardigde en smaakvol versierde spreekgestoelte, waarop de heer P. v.d. Hoog plaats nam, die een rede hield, waarin hij de betekenis van het feest van de dag uiteenzette. Onmiddellijk na het uitspreken van deze rede werd onder het spelen van fanfares van de muziek de bedekking van het naambord van de gelegde kiel weggenomen en de naam GEERTRUIDA GERARDA vertoonde zich aan ieders oog. Een donderend hoera van de verzamelde menigte getuigde van de hartelijke ingenomenheid met dit verblijdend feit. Namens de gemeente wenste de president van de feestcommissie bouwmeester en reder geluk met deze gebeurtenis. Wederom fanfares, wederom een oorverdovend hoera en deze plechtigheid was afgelopen.
De GEERTRUIDA GERARDA zal zijn een stalen barkschip, groot 1.300 register tonnen en zal varen onder rederij van de heer P. v.d. Hoog.

1889

NRC 201289.
Krimpen a/d Lek, 18 december. Heden is met het beste gevolg te water gelaten het ijzeren barkschip GEERTRUIDA GERARDA, welk zeilschip, bestemd voor de grote vaart en gemeten op 1300 register ton of ongeveer 2100 ton laadvermogen, is geplaatst onder de rederij van de heer P. van der Hoog te Krimpen a/d. Lek.

Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Bronnen

Jaar: 0000
Bron: Diverse Bronnen
Omschrijving: Maandblad De Blauwe Wimpel: Jaargang 1999 - okt. blz. 396 / 399.