Familiegegevens en opleiding
Menso van Gijsel werd geboren op 27 januari 1816 te Appingedam als zoon van Pieter van Gijzel en Catharina Maria Thiele. Hij trouwde op 04 mei 1842 te Rotterdam met Jansje Kok, geboren op 04 oktober 1820 te Haarlem als dochter van Harmen Kok, binnenschipper, en Johanna (Kilrau)005.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
Menso van Gijsel was met vlagnummer R244 in de periode 1848/49 t/m 1866 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In het Jaarverslag 1855 van het College (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij een schadevergoeding van f 100,- heeft gekregen, vermoedelijk vanwege geleden schade met zijn schip058.
In het Jaarverslag 1866 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij in dat jaar is overleden058.
De schepen van de kapitein
In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein Menso . van Gijsel met vlagnummer R244 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
* 1849, 1851 sch.brik “Maria Sophia” ? last M.C. de Crane & Zoon te Zierikzee
* 1855 geen vermelding van schip en boekhouder
* 1858, 1859 fregat “Immegonda Sara Clasina” 407 last Ned. Societeit. van .Scheepsbouw.
en Scheepvaart te Amsterdam
* 1862 geen vermelding van schip en boekhouder
* 1863 t/m 1865 brik “Cornelia Elizabeth” 95 last J. van Leijden Cz te Krommenie
Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:
-
van Gijsel Amalia Augusta 10 maart 1860 05 september 1861
Bouma025 vermeldt M. van Gijsel/Gijzel als kapitein gedurende:
* 1849 t/m 1854 op de schoenerbark “Maria Sophia”, gebouwd in 1847 op de werf De Goede Intentie te Zierikzee, 197 ton o.m., varend voor M.C. de Crane & Co te Zierikzee. Het schip werd overzeild in de Torresstraat op een reis van Sydney naar Batavia, waarbij 4 man omkwamen.
Het schip was vernoemd naar Jkvr. Maria Sophia van Vrijberghe (1817-1869), echtgenote van de reder mr. W.C. de Crane. Na terugkeer van een reis naar Batavia onder kapitein Broeksmit werd op 16 februari 1849 weer (vanuit Zierikzee) uitgevaren onder Van Gijzel. “Eerst werd Rotteram aangedaan en vervolgens (29 maart 1849) via Hellevoetsluis uitgezeild met bestemming Buenos Aires, alwaar men 15 juni arriveerde. Op 29 december van hetzelfde jaar kwam het schip weer voor Vlissingen; daarna werd doorgevaren naar Antwerpen. De “Maria Sophia” verging op 1 juli 1854 ten oosten van Torresstraat. Spin beeldde het schip tweemaal af op één voorstelling, varende op de Oosterschelde met Zierikzee als achtergrond”067 (genoemde afbeelding draagt geen vlagnummer).
* 1855 t/m 1858 van het 3/mschip “Stad Amsterdam”, gebouwd in 1835 te Amsterdam, 726 ton o.m., varend voor P.Scheffer & Zn (Soc.v.Ned.Scheepsbouw en Scheepvaart) te Amsterdam. Het schip werd in 1858 gesloopt;
* 1859 t/m 1860 op het 3/m schip Immegonda Sara Clasina”, gebouwd in 1839 te Amsterdam, 770 ton o.m., varend voor P.Scheffer & Zn te Amsterdam. Het schip voer in 1861 voor Rutgers & Hissink te Amsterdam en werd herdoopt in “Christina & Jeannette”;
* 1861 van de bark “Amalia Augusta”, gebouwd in 1856 te Elshout, 755 ton o.m., varend voor P.L.A.Goudswaard te Amsterdam;
* 1865 t/m 1866 van de brik “Cornelia Elisabeth”, gebouwd in 1863 te Muntendam, 180 ton o.m., varend voor J.van Leyden te Krommenie;
Overige bijzonderheden
De schoener “Maria Sophia” onder kapitein M. van Gijsel vertrok van Dover op 11 juni 1850 en arriveerde via Kaap Hoorn op 13 oktober Valparaiso. Het keerde via dezelfde route terug te Brouwershaven op 02 april 1851, geladen met salpeter.
De schoenerbrik “Cornelia Elisabeth” onder kapitein M. van Gijzel was op 17 januari 1865 te Montevideo en via Kaap Hoorn op 10 april te Valparaiso. Via Caldera was het schip op 28 december 1865 te Montevideo op weg naar Antwerpen, maar een aankomstdatum ontbreekt.121
verschillende kapiteins?
Familiegegevens en opleiding
Geen
* 1839 van de bylndr “Twee Vrienden”, gebouwd in 1818, bouwplaats niet vermeld, 66 ton o.m., varend voor G.Sandersen & Co te Rotterdam.
* 1845 t/m 1847 van de sch.kof “Adriana”, ex Jacobina Barbara, gebouwd in 1829 te Veendam, 115 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Veendam.
* 1867 t/m 1868 van de brik “Cornelia Elisabeth”, gebouwd in 1863 te Muntendam, 180 ton o.m., varend voor J.van Leyden te Krommenie. Het schip werd in 1868 vermist.
Van Sluijs013 vermeldt J. de Jong als gezagvoerder in 1868 van het stoomschip “Koningin der Nederlanden”, 254 last/480 ton, 150 pk, varend voor de Nederlandsch-Indische Stoomboot Maatschappij te Batavia.
* 1868 t/m 1888 van de kof “Wybren Römer” ex Nijssiena Jacoba, gebouwd in 1863 te Martenshoek, 68 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Grouw. Het schip is in 1888 gezonken in de Noordzee.
Harlinger Courant dd 05 december 1874, Scheepstijdingen096.
Binnengekomen:
“Yarmouth 30 Nov. Wybren Römer, de Jong, Groningen.”
* 1875 van de 2/msch “Ommelanden”, gebouwd in 1852 te Groningen, 148 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Veendam. Het schip werd in 1875 afgekeurd te Falmouth wegens lekkage.