Inloggen
ANTONIA GEERTRUIDA - ID 15336


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1857-12-28 / 1870-00-00 | Reden uitgevlagd: Verkocht naar het buitenland
Verkocht naar buitenland: Duitsland

Identification Data

Bouwjaar: 1857
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Bark
Masten: Three masts
Material Hull: Wood, sheathed with copper
Dekken: 2
Construction Data

Scheepsbouwer: Jacob de Jong, Lekkerkerk, Zuid-Holland, Netherlands
Date Laid Down: 1856-04-10
Launch Date: 1857-10-03
Delivery Date: 1857-11-16
Technical Data

Gross Tonnage: 367.00 lasts
Gross Tonnage 2: 694.00 tons (oude meting)
 
Length 1: 40.20 Meters Registered
Beam: 7.37 Meters Registered
Depth: 5.27 Meters Registered
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1857
Datum agenda: 1857-12-28
Register nr: 18571021
Scheepsnaam: ANTONIA GEERTRUIDA
Type: Bark
Lasten: 367
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Arend, P. van den
Plaats: niet gemeld
Kapitein op moment van verzoek: Forbes Browning, D.
Opmerkingen: een zeebrief

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1857-11-16 ANTONIA GEERTRUIDA
Manager: Pieter van den Arend, Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Rotterdam / Netherlands

Date/Name Ship 1861-11-18 SLIEDRECHT
Manager: Firma Gebr. Goedkoop, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands
Callsign: PSJN

Date/Name Ship 1870-00-00 GUSTAV
Manager: Germany
Eigenaar: Germany
Shareholder:
Homeport / Flag: Onbekend / Germany

Bezitters van parten (aandelen) in het schip

part owners van de SLIEDRECHT in november 1861:

firma Gebr. Goedkoop, Amsterdam (boekhouders van het schip en 4/16e part)
P. Visser Azn., Sliedrecht (2/16e part)
H. Schram de Jong, Sliedrecht (2/16e part)
K.A. Visser, Sliedrecht (2/16e part)
J. van Haaften, Sliedrecht (2/16e part)
W.H. Meursing, Amsterdam (2/16e part)
P.J. Wijsman Jr., Amsterdam (1/16e part)
Y. Feenstra, Amsterdam (1/16e part)

Ship Events Data

1861-08-20: Sold at auction
Advertentie. De makelaars F.N. Montauban van Swijndregt, W. van Dam H.Hzn, W.H. Montauban van Swijndregt, B.C.D. Hanegraaff en H.N. Montauban van Swijndregt te Rotterdam, zullen als last hebbende van hun meester, op dinsdag de 20e augustus 1861 in de zaal aan de Scheepmakershaven, wijk 1, no. 499, publiek verkopen: het extra snelzeilend, in 1857 gebouwde gekoperd en kopervast Nederlands barkschip ANTONIA GEERTRUIDA, laatst gevoerd door kapt. … (opm: S. de Boer), volgens meetbrief lang 40 el 20 duim, wijd 7 el 37 duim, hol 5 el 27 duim, en alzo groot 694 ton of 367 lasten, met al deszelfs rondhout, staand en lopend want, ankers, kettingen, touwen, zeilen en verdere scheepsgereedschappen, zoals hetzelve thans is liggende in de Vlugthaven binnen deze stad.
1872-08-00: Damaged
Port Elisabeth, 30 augustus. Het Nederlandse schip SLIEDRECHT, kapt. Willemse, van Batavia naar Amsterdam, heeft bij Kaap Agulhas zeer slecht weer gehad, waardoor enige zeilen wegwoeien en het schip zo zwaar lek werd dat men genoodzaakt was naar hier af te houden om te repareren.
1874-08-00: Damaged
Singapore, 3 september. Het Nederlandse schip SLIEDRECHT, alhier 27 augustus van Cardiff gearriveerd, heeft bij de Kaap de Goede Hoop veel slecht weer gehad en was ontzet. Het schip moest boven water verbreeuwd worden en een nieuwe roerpost hebben.

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

David Forbes Browning werd geboren op 14 augustus 1819 te Folkstone als zoon van de Nederlands Hervormde David Browning en Leuntje Cars, particuliere te Middelburg. Hij woonde te Rotterdam o.a. aan de Herderstraat Wijk 3 nr. 411 (nieuw nr. 20). Hij vertrok naar Voorburg. Hij vestigde zich op 03 mei 1879 opnieuw te Rotterdam aan de Kruiskade nr. 322, komende van Apeldoorn.

Hij huwde op 08 januari 1851 te Rotterdam met Anna de Decker, geboren op 03 november 1828 te Antwerpen, particulier, als dochter van Guihelmes de Decker, leverancier, en Susanna Johanna Schuppens005.

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

D.F.Browning was met vlagnummer R308 in de periode 1851 t/m 1872 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat kapitein D.F.Browning met vlagnummer R308 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

  • 1851 bark “Hoop van Capelle”  304 last  Reuchlin, Moll & Dutilh te Rotterdam
  • 1855 bark “Zuidbeveland” 300 last  S.Smits te Lekkerkerk
  • 1858 bark “Antonia Geertruida”    367 last  van den Arend te Rotterdam
  • 1859, 1862, 1863 fregat “Remigius Adolfus” 398 last  van Zeylen & Dekker te Rotterdam
  • 1864 geen vermelding van schip en reeder
  • 1865 fregat “Minister Fransen van de Putte” 828 last  van Zeylen & Dekker te Rotterdam
  • 1866, 1867 bark “Huydekoper”   399 last  van Zeylen & Dekker te Rotterdam

 

Bouma025 vermeldt D. Forbes Browning als gezagvoerder gedurende:

  • 1851 t/m 1854 op de bark “Hoop van Capelle”, gebouwd in 1851 te Capelle aan de IJssel, 576 ton o.m., varend voor Reuchlin, Moll & Dutilh te Rotterdam;
  • Bouma vermeldt géén kapitein D.Forbes Brownning op de schepen “Zuidbeveland” en “Zwerver”;
  • 1858 t/m 1859 op de bark “Antonia Geertruida”, gebouwd in 1857 te Lekkerkerk, 694 ton o.m., varend voor P.v.d. Arend te Rotterdam;
  • 1860 t/m 1863 op het fregat “Remigius Adolphus”, ex Admiraal van Kinsbergen, gebouwd in 1830 te Rotterdam, 750 ton o.m., varend voor van Zeylen & Dekker te Rotterdam
  • 1865 t/m 1866 op het 3m schip “Minister Fransen van de Putte”, gebouwd in 1864 te Bolnes, 1500 ton o.m., varend voor van Zeylen & Dekker te Rotterdam;
  • 1867 t/m 1869 op het fregat “Huydekoper”, gebouwd in 1858 te Lekkerkerk, 755 ton o.m., varend voor van Zeylen & Dekker te Rotterdam.

Ook van Sluijs013 vermeldt in de kapiteinslijst geen Browning als kapitein van een “Zuidbeveland” en een “Zwerver”, wel op de “Hoop van Capelle” (1849-1854), “Antoina Geertruida” (1856-1859) en “Remigius Adolphus” (1859-1864).

David Forbes Browning maakte de volgende reizen005:

  • de Hoop van Capelle 1854 Akyab - Rotterdam   rijst
  • Zwerver 1857 Rotterdam - Cardif - Hongkong ballast
  • Antonia Geertruida 1858 Rotterdam - Batavia diversen
  • Remigius Adolphus 1860 Rotterdam - Cardif - Hongkong

1863    Rotterdam - New Castle   ballast

  • Huydecoper 1867 Rotterdam - Batavia diversen

 

Overige bijzonderheden

Dutch barque “Hoop Van Capelle” of Rotterdam, arrived at Albany on 14 November 1852, having left England on 14 August 1852. Master = Browning. Tonnage = 400. Cargo = coals for the P. & O. Company.

The Inquirer newspaper at Perth wrote the following story about the Hoop van Capelle in its “Shipping Intelligence” section on 1 December 1852:

“King George’s Sound: Arrivals On the 14th instant, the Dutch ship Hope van Capelle, of Rotterdam, Browning master. She left England on the 15th August for this port, with a cargo of patent fuel for the P. & O. Steam Company. On the night of the 5th instant, she shipped a heavy sea, which carried the captain & the first mate overboard. The captain had hold of some of the braces and got into the ship again, but with one of his legs broken: but the mate was lost. As there was no doctor on-board, the carpenter set the captain’s leg. They were obliged to carry him every day upon the deck to take observations, as there was no other person on board upon whom he could depend to navigate the vessel. The sea carried away a portion of the bulwarks, and some livestock and other things which were not well secured.” 105

NRC 03 april 1851

Rotterdam, 2 april. Heden morgen ten 7 ure is van de werf van de scheepsbouwmeester P. Bakhuizen te Capelle a.d. IJssel met het beste gevolg te water gelopen het barkschip de HOOP VAN CAPPELLE, groot ongeveer 300 gemeten lasten, gebouwd voor een rederij onder directie van Reuchlin, Moll & Dutilh, hetwelk gevoerd zal worden door kapt. David Forbes Browning.

NRC 23 mei 1851

Advertentie. Te Rotterdam ligt in lading naar Batavia voor passagiers en goederen het nieuw gebouwd snelzeilend barkschip DE HOOP VAN CAPPELLE, kapt. D.F. Browning, hebbende geschikte inrichtingen voor passagiers. Adres ten kantore van de cargadoor Vlierboom & Suermondt alhier.

NRC 21 januari 1853

Albany (King George Sound) (opm: West-Australië), 25 november 1852. Het Nederlandse barkschip de HOOP VAN CAPELLE, kapt. Browning, heeft de 15e dezer bij het naar binnen zeilen, alhier op een rots gestoten, doch heeft ogenschijnlijk geen schade bekomen.

NRC 17 september 1853

Cork, 12 september. Het alhier van Akyab gearriveerde Nederlandse barkschip HOOP VAN CAPELLE, kapt. Forbes Browning, is lek en lost de lading om te repareren.

 

In de Biografie van Cornelis Abrahamsz Jr staat de volgende melding109:

23 februari 1843. Vertrek vanuit Zierikzee naar Nederlands Oost Indië met “De Zeeuw”:

“Ik had deze reis evenals de vorige de zoon van mijn Patroon A.Luteijn tot opperstuurman. D.F.Browning 2e stuurman en A.Verhulst als 3e.”

 

Datum vanaf: 1857
Kapitein: Browning, David Forbes
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Simon de Boer werd geboren op 21 juni 1822 te Amsterdam, Nederlands Hervormd. Hij woonde aanvankelijk te Amsterdam en vestigde zich op 09 juli 1861 te Rotterdam, waar hij o.a. woonde aan de Boompjes Wijk 1 nr. 126, de Westzeedijk Wijk 15 nr. 674 (nieuw nr. 49) en aan de Schiedamschedijk Wijk 15 nr. 674. Hij vertrok op 27 april 1863 weer naar Amsterdam.

Hij was getrouwd met Helena Koelman, geboren op 19 maart 1822 te Stavoren, Rooms Katholiek005.

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

  1. de Boer was met vlagnummer R8 in de periode 1858 t/m 1880 lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat kapitein S. de Boer met vlagnummer R8 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

  • 1858 geen vermelding van schip en boekhouder
  • 1862 van de bark “Antonia Geertruida”  367 last  varend voor P. van den Arend te Rotterdam
  • 1863 t/m 1867, 1874, 1877, 1878 geen vermelding van schip en boekhouder

Ene S.de Boer was in 1857-1858 en in 1861 secretaris van de Maatschappij058. Ik heb geen zekerheid of het deze kapitein betreft.

Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:

  1. de Boer Antonia Geertruida 07 maart 1860                                      08 juni 1861

                                                  Delft                                          10 december 1861                               22 oktober 1862

Bouma025 vermeldt geen kapitein de Boer op een schip met de naam “Delft”. Het enige schip dat in aanmerking zou kunnen komen is de bark “Delft” ex Wilhelmina Catharina, (1850 te Delfshaven, 735 ton o.m.) varend voor Bonke & Co te Rotterdam.

Bouma025 vermeldt S.de Boer gedurende:

  • 1860 t/m 1861 op de bark “Antonia Geertruida”, gebouwd in 1857 te Lekkerkerk, 694 ton o.m., varend voor P.v.d. Arend te Rotterdam. Het schip voer in 1862 voor de Gebr. Goedkoop te Amsterdam. Het schip was herdoopt in “Sliedrecht”.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

Datum vanaf: 1860
Kapitein: Boer, Simon de

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

Y.Feenstra werd met nr.600 lid van Zeemanshoop per 26 september 1854 op voorspraak van A.van Oosterom. Zijn schip was de "Sliedrecht"002.

In de notulen van de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd 19/26 september 1854 staan vermeld dat tot effectief lid zijn voorgedragen/benoemd Yeb Feenstra, oud 24 jaar, voerend de schonerbrik “Sliedrecht”, voor rekening van en met als adres de Gebr. Goedkoop te Amsterdam, op voordracht van kapitein P.Goedkoop.023.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                    jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

         600                      1854-1859     sch.brik            Sliedrecht                                              Gebr.Goedkoop

                                           1860           bark                 Triton                                                     idem

                                      1861-1865     bark                 Sliedrecht                                              idem

                                      1866-1871     fregat               Elisabeth                                               idem

                                      1872-1889     geen opgave van schip en boekhouder

 

Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:

Y.Feenstra                   Triton              15 november 1859                                geen melding

                                      Sliedrecht        24 december 1861                                16 oktober 1862

                                      Sliedreccht      februari 1863                                         21 november 1863

 

Bouma025 vermeldt Y.Feenstra als gezagvoerder gedurende:

*    1855 t/m 1859 van de schoenerbrik “Sliedrecht (1)”, gebouwd in 1854 te Joure, 280 ton o.m., varend voor de Gebr. Goedkoop te Amsterdam;

*    1860 van het 3/mschip “Triton”, gebouwd in 1839 te Dordrecht, 704 ton o.m., varend voor de gebr. Goedkoop te Amsterdam. Het schip is in 1860 verongelukt in Nederl. Oost-Indië;

*    1862 t/m 1866 van de bark “Sliedrecht (2)”, gebouwd in 1857 te Lekkerkerk, 680 ton o.m., varend voor de Gebr. Goedkoop te Amsterdam;

*    1867 t/m 1872 van het fregat “Elisabeth”, gebouwd in 1866 te Alblasserdam, 1154 ton o.m., varend voor de Gebr. Goedkoop te Amsterdam;

      Het schip werd in 1866 van eikenhout gebouwd door F.Kloos te Kinderdijk en de kiel werd gelegd op 26 december 1864. Het werd in 1881 te Liverpool uit de hand verkocht voor f 26.400,- door Ed. C.A.Kolo voor een Belgische rederij. (informatie Koen Suyk, Heiloo, januari 2003)

 

Overige bijzonderheden

In het GAA is onder nr.491-236 aanwezig een "Kaart tot aantekening van het dagelijks bestek gedurende de zeereis van het barkschip "Sliedrecht", gezagvoerder Y.Feenstra, 1862".

 

Foto (nr.78) van kapitein IJ.Feenstra beschikbaar047.

 

IJ.Feenstra verzorgde per 15 januari 1862 vanuit Brouwershaven met de “Sliedrecht” een troepentransport van 7 officieren en 150 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 21 mei 1862 na een reis van 126 dagen.

Op 04 maart 1863 vertrok hij met de “Sliedrecht” vanuit Nieuwediep en 1 landmachtofficier. Zijn aankomstdatum te Batavia werd niet vermeld065.

 

In de zitting van 19 october 1874 van de parlementaire enquête door de Tweede Kamer “omtrent den toestand van de Nederlandsche koopvaardijvloot” (zitting 1874 - 1875) werd verhoord kapitein Yeb Feenstra. Het verslag staat op p.428 t/m 433 en bevat interessante mededelingen omtrent het maritieme bestaan van de kapitein.

Hij heeft 18 jaar als koopvaardijkapitein gevaren, zowel op de kleine  als de grote vaart. Hij begon met de vaart op Noorweegen, Archangel, de Middellandse Zee en Brazilie en eindigde met die op China, o.a. Kongkong,  en Java. Daarbij voer hij steeds voor hetzelfde kantoor. Op de vraag of hij een bijzondere opleiding had genoten die hem in staat stelde te weten of deze of gene haven als dan niet voordelig was, antwoordde hij “Neen, ik heb mijzelf gevormd.”. Hij zou echter het toejuichen als er mogelijkheden waren om die kennis op te doen. “Maar het scheppen van zoodanige gelegenheid zou, naar mij voorkomt hoogst moeielijk zijn.”.

Zij laatste reis op de kleine vaart was 1858 op Buenos Ayres. “De Braziliaansche vaart is echter een middending tusscheb de kleine en groote vaart, die men de Atlantische vaart noemt. Als stuurman heb ik op de zoogenaamde kleine vaart wel dienst gedaan; als kapitein echter niet lang. Ik heb ééne reis, de eerste als kapitein, gemaakt op Noorwegen met een kanaalligter van de heeren gebroeders GOEDKOOP. Later heb ik mij met een kof naar de Middellansche Zee begeven, vervolgens naar Archangel in de Witte Zee met diezelfden kof, en daarop nog eens met een schoener naar diezelfde haven. ….Bij mijn reis met de bedoelde kof naar de Witte Zee ben ik van Londen in ballast vertrokken naar Archangel, alwaar ik lading heb ingenomen, en naar Rotterdam overgevoerd. Met den schoener ben ik ook in ballast naar Londen gegaan. Wanneer de vrachten niet hoog stonden moest ik voor eigen rekening koopen datgeen wat mij het geschikste toescheen. Bij die gelegenheid heb ik een lading rogge gekocht, die ik naar Amsterdam heb overgebracht.”

Ten aanzien van de tucht aan boord is kapitein Feenstra een voorstander van het zetten op water en brood. Voor een geldboete is de matroos overr het algemeen niet gevoelig.

 

 

Het boek “Kagen, clippers, werven en motoren” uit 1942 door Dr.J.C.Westermann081 vermeldt op p. 104 e.v. een lovende beschrijving van de betekenis van kapitein Feenstra voor de koopvaardijvaart in het algemeen en de reederij Gebr. Goedkoop in het bijzonder. Ik neem, sterk geselecteerd, hieruit het volgende op (zie vooral het oorspronkelijke boekwerk):

Kapitein Feenstra schreef een aantal verhandelingen op scheepvaartkundig en commercieel gebied en wel:

  1. Instructie voor de scheepvaart op Rio de la Plata. Amsterdam 1860.
  2. Handleiding voor vervrachters, tot het kiezen en sluiten van vrachten en het opmaken der charterpartij. Amsterdam 1861, 2e druk 1867).
  3. De gevaren in den Atlantische Oceaan. Amsterdam 1873.
  4. Zeemans bedenkingen. Brochure uit 1870 over de toestanden in Indië.
  5. Een brochure over het loodswezen op het Noordhollands Kanaal uit 1872.
  6. Beschouwingen over de ontwikkeling van handel, cultuur en nijverheid onzer Oost-Indische buitenbezittingen en in het bijzonder van de Molukken.”. Brochure uit 1880.

Vermoedelijk heeft kapitein Feenstra in 1871 zijn laatste reis aangevangen. In 1873 komt zijn naam niet meer als actief kapitein in de zeevaartregisters voor

In 1878 was kapitein Feenstra, “tezamen met C.J.Westermann een kleine reeder begonnen, die de bark Johan Theodor en de brik Vrijheid (ex Rio de la Plata) onder haar directie had, en die hij na den dood van zijn compagnon in 1880 op eigen gelegenheid nog een aantal jaren heeft voortgezet.”

Het overzicht geeft tweetal rapporten van de kapitein omtrent een reis van de “Elisabeth” vanaf St.Helena naar Nieuwediep in 1870/1871 en één van de uitreis van de “Elisabeth” naar Java in 1871.

“Dit laatste verslag doet vermoeden, dat Feenstra in een al dan niet van te voren afgesproken race gewikkeld was met de Insulinde van Hendrichs & Co.”

“Een ander document op naam van IJ.Feenstra, dat bewaard wordt bij de Gebr. Goedkoop … is een routekaart van de reis, die hij van Januari tot Mei 1862 gemaakt heeft met het barkschip Sliedrecht, van Brouwershaven naar Batavia … De titel luidt: “Kaart tot aanteekening van het dagelijksch bestek gedurende de zeereis van het barkschip Sliedrecht, gezagvoerder IJ.Feenstra.” De kaart is te dateren op 1862. Het journaal van deze reis wordt bewaard op het KNMI.081

 

Uit: De Clippers door Anno Teenstra, uitg. Holdert & Co, Amsterdam, 1945, 306 pp.

p.116-117: Teenstra roemt de kwaliteiten van deze gezagvoerder . “Hij heeft verschillende belangrijke publicaties het licht doen zien op het gebied van handel en scheepvaart n.l. een boekje over de scheepvaart op de Rio de la Plata, een handleiding voor vervrachters, een handleiding voor de vaart op den Atlantische Oceaan, een brochure over de toestanden in Nederlandsch-Indië in 1870 en een over het loodswezen op het Noord-Hollandsch kanaal, om zijn geschriften te eindigen met een dat de aandacht vroeg voor de Molukken.

Hij was een felle man, die vinnig kon schrijven en er niet aan dacht een blad voor zijn mond te nemen. Dat hij een brochre schreef over de loodsdiensten voor Den Helder en over het Noord-Hollandsch kanaal, is te begrijpen. Want daar had hij zelf de allerdroevigste ervaringen mee opgedaan!. Toen hij in 1871 met de Elisabeth van Goedkoop in Den Helder aankwam, viel hij er met de neus in de boter, want het vroor er dat het kraakte, zoodat alle binnenwateren stijf dicht zaten. Op de Elisabeth was het danig koud en daar er maar geen sleepboot kwam opdagen, vertrokken alvast vier passagiers, die, na de jarenlange Indische hitte, de vinnige koude ondragelijk vonden, met een loodsboot naar den wal. De sleepdienst, die toch al veel te wenschen over liet, scheen toen heelemaal in de war te zijn geweest, want kapitein Feenstra schreef: “Wij liggen hier nu twee dagen ons hier te vervelen en te verkleumen, wat helpt het nu of men op zee zijn best doet om voorwaarts te komen en wat is me dat een ellendige sleepdienst hier. Met drie booten in drie dagen één schip halen. Waarom laten ze zich invriezen!””

p.171-176

De clipper “Jupiter” had een accommodatie voor 40 passagiers. “In de barren winter van 1870-71 koerste de Elisabeth huiswaarts. Het schip had St.Helena aangedaan, waarvan het den negenden December vertrok. Tien dagen later werd de Linie gepasseerd en in den morgen van den 19sten December de Kreeftskeerkring. Totdien was het een voorspoedige reis geweest: vanaf Batavia hadden de bramzeils bijgestaan” Maar net voorbij de Keerkring geraakte het schip in zwaar weer, waarbij veel schade aan tuig, mastenen instrumenten ontstond. Met veel moeite bereikte men het Kanaal en op 24 januari (1871) “kwam het schip na deze bewogen reis ten anker voor Nieuwediep.”.

Op 5 mei 1871 voer het schip onder Feenstra weer uit naar Batavia. Een brief is opgenomen in de tekst waarin hij vertelt over de “race” met andere schepen o.a. de “Aurora” (kapt. H.Visser voor rederij Goedkoop) en de “Insulinde” (kapt. J.H.J.Lollie, rederij Gebr. Hendrichs)

 

 Op de zeebrief van 1853 van de kof "CASTOR "varend voor de Fa. Goedkoop wordt IJ Feenstra genoemd als gezagvoerder.In 1854 neemt W.P. de Jonge het schip als goverezagvoerder over. JS 300123

 

Datum vanaf: 1861
Kapitein: Feenstra, Y(Ij)Eb

Familiegegevens en opleiding

Rubertus Herman Borchers werd geboren te Oude Pekela op 28 oktober 1821 als zoon van Egbert Rubertus Borchers en Eltjedina Doornbosch.

Hij huwde te Winschoten op 08 juni 1848 als buitenvaarder met Haike Middel, geboren te Winschoten op 21 januari 1822 als dochter van de schoolonderwijzer Klaas Kuiper Middel en Anna Pieters Brons.. Het echtpaar kreeg een zoon in 1849, een dochter in 1851 en een dochter in 1853.

Haike overleed op 05 oktober 1891 003.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

R.H.Borchers werd met nr.799 effectief lid van Zeemanshoop per 17 juli 1849 op voorspraak van T.D.Sickens. Zijn schip was de “Lewe Van Nijenstein”002. Ten tijde van de inschrijving waren Borchers en zijn vrouw beiden 27 jaar. Ingeschreven staan 1 zoon (1849) en 2 dochters (1851 en 1853)002a.

In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd. 10/17 juli 1849 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Robertus Herman Borchers, oud 27 jaar, voerend de bark “Lewe van Nijenstein” op voordracht van kapitein T.D.Sickens.023

Robertus H.Borchers werd deelnemer van het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 06 oktober 1857003

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 31 augustus 1871 vraagt de wed. R.H.Borchers geb. Middel om de regelementaire uitkering welke haar in de vergadering dd 28 september 1871 wordt toegekend ingaande 01 augustus 1871.042.

In de notulen van de Algemene Vergadering van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” dd 31 oktober 1871 staat vermeld dat per 01 augustus 1871 een uitkering in de 1e klasse is toegekend aan de wed. R.H.Borchers geb. Middel.023.

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 16 december 1884 staat een bedankje van de wed. R.H.Borchers voor de recente verhoging van de uitkering.023.

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                   jaren                       type                  scheepsnaam                   naam reder/boekhouder

       799                        1849-1853                 bark                  Lewe van Nyestein         Kranenberg en Zn, Nap en Co

       412                        1854-1859                 bark                  Lewe van Nyestein         idem

                                          1860                       fregat               Schoonverbond               Gebr.Goedkoop

                                      1861-1865                 bark                  Lewe van Nyestein         Kranenburg en Zn, Nap en Co

                                      1866-1869                 bark                  Sliedrecht                          Gebr.Goedkoop

                                          1870                       Geen opgave van schip en boekhouder

 

Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:

R.H.Borchers              Schoon Verbond                                 05 augustus 1859                                 24 november 1860

                                      Lewe van Nijestein                             05 mei 1862                                          09 februari 1863

                                      Lewe van Nijestein                             22 maart 1864                                      07 januari 1865

                                      Sliedrecht                                              14 mei 1866                                          08 februari 1868

                                      Sliedreht                                                02 april 1868                                        geen melding

 

Bouma025 vermeldt R.H.Borchers als gezagvoerder gedurende:

  • 1850 t/m 1860 van de bark “Lewe van Nijenstein”, gebouwd in 1841 te Groningen op de Noorderwerf bij H.J.Limborg, 453 ton o.m., varend voor Kranenborg & Zn & C.M.Nap te Amsterdam;
  • 1860 t/m 1861 van het 3/m pinschip “Het Schoon Verbond”, gebouwd in 1837 te Amsterdam, 880 ton o.m., varend voor de Gebr. Goedkoop te Amsterdam. Het schip werd gebouwd op de werf ‘d Oranjeboom door scheepsbouwmeester A.de Graaf013.Het schip werd in 1860 verkocht naar Engeland;
  • 1862 t/m 1865 van de bark “Lewe van Nijenstein”, gebouwd in 1841 te Groningen, 453 ton o.m., varend voor Kranenborg & Zn & C.M.Nap te Amsterdam. Het schip werd in 1865 verkocht naar Noorwegen;
  • 1867 t/m 1870 van de bark “Sliedrecht (2)”, gebouwd in 1857 te Lekkerkerk, 680 ton o.m., varend voor de Gebr. Goedkoop te Amsterdam. Het schip werd in 1870 verkocht naar Duitsland.

 

Overige bijzonderheden

Petrus Johannes Schnepel werd op 05 augustus 1859 vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als jongen geplaatst op de “Schoonverbond” onder kapitein Borchers voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij meldde zich weer op school per 17 december 1860004(533/2387).

 

Datum vanaf: 1866
Kapitein: Borchers, Rubertus Herman

Afbeeldingen


Omschrijving: SLIEDRECHT, aquarel gemaakt in 1864, kapitein Yep Feenstra (vlagnummer 600). Van links naar rechts de tjalk Stad Hasselt, de bark Triton, het barkschip Sliedrecht, het schoenerbrikschip Sliedrecht en de kof Castor. Allen schepen waar Feenstra op gevaren heeft.
Collectie: Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders
Vervaardiger: Spin, Jacob
Onderwerp: Zeeopname
Algemene informatie

NRC 051057

Lekkerkerk, 3 oktober. Heden is op de scheeptimmerwerf van de heer Jb. de Jong met het beste gevolg te water gelaten het barkschip ANTONIA GEERTRUIDA, groot 350 gemeten lasten, kapt. D. Forbes Browning, voor rekening der rederij onder directie van de heer P. van den Arend te Rotterdam.

NRC 020861
Advertentie. De makelaars F.N. Montauban van Swijndregt, W. van Dam H.Hzn, W.H. Montauban van Swijndregt, B.C.D. Hanegraaff en H.N. Montauban van Swijndregt te Rotterdam, zullen als last hebbende van hun meester, op dinsdag de 20e augustus 1861 in de zaal aan de Scheepmakershaven, wijk 1, no. 499, publiek verkopen: het extra snelzeilend, in 1857 gebouwde gekoperd en kopervast Nederlands barkschip ANTONIA GEERTRUIDA, laatst gevoerd door kapt. … (opm: S. de Boer), volgens meetbrief lang 40 el 20 duim, wijd 7 el 37 duim, hol 5 el 27 duim, en alzo groot 694 ton of 367 lasten, met al deszelfs rondhout, staand en lopend want, ankers, kettingen, touwen, zeilen en verdere scheepsgereedschappen, zoals hetzelve thans is liggende in de Vlugthaven binnen deze stad.

NRC 210861 . Publieke verkopingen in de zaal op de hoek van de Scheepmakershaven en Bierstraat te Rotterdam op dinsdag 20 augustus: de Nederlandse bark ANTONIA GEERTRUIDA, groot 694 ton, verkocht om NLG 56.000.

 

Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

NA-Den Haag Archiefnummer Rott.3.03.17.01.3675.433
DVD VIII – 1025, 1026
BIJLBRIEF
Naam schip ANTONIA GEERTRUIDA

plaats en datum acte Lekkerkerk, 16 november 1857

type schip bark

bouwwerf/verkoper Jacob de Jong, scheepsbouwmeester te Lekkerkerk

gevoerd door kapt.

eigenaar/aankoper P. van den Arend, Rotterdam

te voeren door kapt. David Forbes Browning

grootte in tonnen 694 tonnen of 367 lasten
(meetbrief Rotterdam, 14 oktober 1857)

tuigage / aantal dekken

afmetingen lang 40,20 m., breed 7,37 m., hol 5,27 m.

kiellegging

tewaterlating 3 oktober 1857

plaats / datum registratie Gouda, 21 november 1857

nummer van registratie deel 33, folio 42, recto, vak 4

notaris verklaring voor gemeentebestuur van Lekkerkerk

prijs

bijzonderheden






researcher/datum research: ML / 250608

Naam ANTONIA GEERTRUIDA
Archiefinstelling Nationaal Archief Den Haag
Jaar 1857
Toegang 3.03.17.01
Inventaris 3675

Noord-Hollands Archief, Haarlem Archiefnummer Amst.198.3174-1861.32

DVD XIII- 7563 - 7566

CEDULE

Naam schip ANTONIA GEERTRUIDA, door kopers genaamd SLIEDRECHT

plaats en datum acte eigendoms-verklaring, Amsterdam, … november 1861

type schip bark

bouwwerf/verkoper

gevoerd door kapt.

eigenaar/aankoper firma Gebr. Goedkoop, Amsterdam (boekhouders van het schip en 4/16e part), P. Visser Azn., Sliedrecht (2/16e part), H. Schram de Jong, Sliedrecht (2/16e part), K.A. Visser, Sliedrecht (2/16e part), J. van Haaften, Sliedrecht (2/16e part), W.H. Meursing, Amsterdam (2/16e part), P.J. Wijsman Jr., Amsterdam (1/16e part) en Y. Feenstra, Amsterdam (1/16e part’

te voeren door kapt. Y. Feenstra

grootte in tonnen 367 lasten of 694 zeetonnen

tuigage / aantal dekken drie masten, twee dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating

plaats / datum registratie Amsterdam, 18 november 1861

nummer van registratie deel 72, folio 166, recto, vak 1.

notaris

prijs NLG.

Bijzonderheden: Het schip was door aankopers gekocht, de laatste koopbrief werd getoond en de laatst uitgegeven zeebrief 134 van 5 maart 1860 ingetrokken.
Het schip lag te Rotterdam.




researcher/datum research: ML / 040109

Naam ANTONIA GEERTRUIDA
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1861
Toegang 198
Inventaris 3174

Bronnen
Documentatie Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders (SKHV), w.o. collectie Hoedemaker/Smit/Suyk
Documentatie Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders (SKHV), w.o. collectie Hoedemaker/Smit/Suyk