Familiegegevens en opleiding
Adrianus Johannes van Nouhuys werd geboren op 03 maart 1819 te Ossendrecht.
Hij trouwde met Anna Johanna Wijnands Geerts, geboren 1818 te Amsterdam en woonde in 1850 in de Wolwevershaven te Dordrecht en vertrok in 1854 naar Oisterwijk
Hij overleed in 1863 (geen aangifte te Dordrecht). In een Memorie van Successie dd 08 november 1863 te Breda wordt opgegeven dat Adrianus Johannes van Nouhuijs is overleden op 08 november 1863 te Ginneken.genlias
Hij werd op 26 december 1849 met nr. 308 lid van de Dordtse vrijmetselaarsloge “La Flamboyante”.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
A.J. van Nahuijs (sic) was in de periode 10 augustus 1847 t/m 1854 met vlagnummer 37 lid van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart”. Ten tijde van de inschrijving was hij gezagvoerder van de schoener “Diana”.111 en 64a
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
In het kasboek van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” dd 01 oktober 1847 staat de inboeking van f 15,- als entreegeld van kapitein Nouhuis.064b
De schepen van de kapitein
In Ledenlijsten de Dordtse zeemansalmanak (Stadsarchief Dordrecht, inv. 93, nrs 16-33) staat A.J. van Nouhuijs als gezagvoerder064a:
1850; 1852 t/m 1855 bark “Graaf Dirk III” boekhouder J.B.’t Hooft en F.C.Deking Dura te Dordrecht
Bouma025 vermeldt A.J.van Nouhuys als gezagvoerder gedurende:
* 1847 t/m 1849 op de 2/msch. “Diana”, gebouwd in 1847 te Dordrecht, 188 ton o.m., varend voor Sandberg & Co te Dordrecht;
* 1850 t/m 1854 op de bark “Graaf Dirk III”, gebouwd in 1850 te Dordrecht, 598 ton o.m., varend voor J.B.”t Hooft & F.C.Déking Dura te Dordrecht.
Overige bijzonderheden
Hendrik Pieter Kluit, als scheepsjongen vanuit de Amsterdamse Kweekschool voor de Zeevaart geplaatst op de “Sooloo” onder kapitein Korteland, vertrok op 27 december 1852 vanuit Schiedam naar Australië. Hij keerde echter terug op 27 februari 1854 (plaats niet genoemd) met de bark “Graaf Dirk III” onder kapitein A.J.van Nouhuys. Deze was gezagvoerder van 1850 t/m 1854 voor rederij J.B.’t Hooft & F.C.Déking Dura te Dordrecht004-533-2232 en 025. Vanwaar dit schip kwam (Australië) is niet vermeld.
Ontleend aan van Blokland-Visser064:
Op 7 juli 1845 is hij, wonend te Roozendaal, 1e stuurman met een maandgage f 60,- op de bark “Juno 1” onder kapitein Willem Jacob Chevalier en vertrekt naar Batavia.
Volgens monsterrol 1356 dd 19 december 1847 in het Gemeentearchief van Dordrecht monsterde A.J. van Nouhuijs, oud 28 jaar, wonend te Dordrecht, als gezagvoerder op de schoenerbrik “Diana” voor een reis met 11 man via Lissabon naar Rio de Janeiro via Lissabon varend voor Sandberg en Compagnie te Dordrecht.
Per 25 februari 1851 is volgens monsterrol nr 1473 te Dordrecht hij gezagvoerder op de nieuwe bark “Graaf Dirk 3” en vertrekt op 07 maart 1851 uit Hellevoetsluis met 20 man naar Batavia waarbij hij op 13 juli 1851 aankomt. Hij vertrekt weer uit Java op 04 september en komt in Nederland aan op 09 december 1851. Tijdens deze reis was zijn zoon L.C.van Nouhuys, 12 jaar, als jongen aan boord voor een gage van f 5,-/maand.
Op de 2e en voor hem laatste reis vertrekt hij op 25 januari 1852 uit Londen naar Java, vanwaar hij weer vertrekt op 25 september 1853 en komt op 20 januari 1854 weer in Nederland aan. Hij was toen 2 jaar weggeweest.
Familiegegevens en opleiding
Cornelis Jans Rotgans werd geboren op 07 april 1819 te Amsterdam als zoon van Jan Rotgans en Wietske van der Zee. Hij was de broer van de kapiteins Sies Jans en Teunis Jans Rotgans
Hij trouwde op 29 augustus 1849 te Middelburg met Dina Petronella Willemse, geboren in 1822 te Middelburg als dochter van Jacobus Willemse en Susanna Antonia Hoogvliet. Zij overleed in 1873 te Dordrecht. In 1850 woonden zij te Dordrecht.
Hij is op 23 april 1880 aan boord van de "Dordrecht II" te Amsterdam overleden. Aan boord was roodvonk uitgebroken en patiënten mochten niet van boord. De kapitein bleef ook aan boord, kreeg de ziekte en overleed.
Kinderen
- Jan Jacobus (1850-1850)
- Dina Cornelia
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
C.J.Rotgans werd met vlagnummer 641 per 03 juli 1855 ingeschreven als effectief lid van Zeemanshoop op voordracht van J.A.de Haas. Zijn schip was de "Graaf Dirk III"002.
In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 26 juni/03 juli 1855 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd C.J.Rotgans (alleen initialen), geen leeftijd vermeld, voerend de bark “Graaf Dirk III”, voor rekening van en met als adres ’t Hoof Deking Dura te Dordrecht, op voordracht van kapitein J.A. de Haas.023.
Cornelis Jans Rotgans wonend te Dordrecht trad per 29 juni 1855 toe als lid tot het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” en was lid in de periode 1855 t/m 1880 met vlagnummer 37 met een korte onderbreking met nummer 99 in 1866/67. Ten tijde van de inschrijving in 1855 was hij gezagvoerder van de bark “Graaf Dirk III”, onder directie van J.B. ’t Hooft & F.C. van Deking Dura.064a
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd. 05 augustus 1877 wordt een gratrificatie van f 10,- uit de bussen toegekend aan de wed. C.J.Rotgans.042-
Kapitein C.J.Rotgans zou in 1880 zijn overleden dus het moet hier om een andere persoon gaan.
In het kasboek van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” staat op 11 augustus 1855 de storting van f 15,- door kapitein C.J.Rotgans als entreegeld voor lidmaatschap van het college.064b
In het kasboek van het Dordtse College dd 14 juni 1880 staat de de boeking van de uitkering aan de erven van kapitein C.J.Rotgans van de regelementair toegestane f 200,-.064b
De schepen van de kapitein
In Ledenlijsten de Dortse zeemansalmanak (Stadsarchief Dordrecht, inv. 93, nrs 16-33) staat C.J.Rotgans als gezagvoerder064a:
* 1856 t/m 1858 bark “Graaf Dirk III” boekhouders J.B. ’t Hooft en F.C.Deking Dura te Dordrecht
* 1859; 1861 bark “Graaf Dirk III” boekhouders G. van Hoogstraten & Zn te Dordrecht
* 1874 fregat “Dordrecht II” boekhouders G. van Hoogstraten & Zn te Dordrecht
lid van het college Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
641 1855-1865 bark Graaf Dirk III J.B.'tHooft&F.C.Deking Dura te Dordrecht
1866-1867 bark Boni G.van Hoogstraten & Zn te Dordrecht
1868 geen vermelding van schip en boekhouder
1869-1871 fregat Dordrecht G.van Hoogstraten & Zn te Dordrecht
1872-1877 fregat Dordrecht II idem
Vermelding van vertrek en aankomst in Amsterdam093
Naam kapitein Naam schip vertrek terugkomst
C.J.Rotgans Graaf Dirk III 16 maart 1861 05 februari 1862
Graaf Dirk III 19 april 1862 24 augustus 1863
Graaf Dirk III 09 november 1863 16 september 1864
Graaf Dirk III 10 december 1864 30 juli 1866
Boni 30 november 1866 16 december 1867
Bouma025 vermeldt C.J.Rotgans als gezagvoerder gedurende:
* 1855 t/m 1858 van de bark “Graaf Dirk III”, gebouwd in 1850 op de werf van Cornelis Gips te Dordrecht, 598 ton o.m., varend voor J.B.’t Hooft & F.C.Dèking Dura te Dordrecht;
* 1859 t/m 1867 op hetzelfde schip maar nu varend voor G.van Hoogstraten & Zn te Dordrecht. Het schip voer in 1868 onder reder F.F.Groen te Amsterdam en was herdoopt in “Auguste”;
* 1867 t/m 1868 op de bark “Boni” ex Kemanglen, gebouwd in 1855 te Capelle aan de IJssel, 575 ton o.m., varend voor G.van Hoogstraten & Zn te Dordrecht;
* 1869 t/m 1880 van het 3/m schip “Dordrecht”, gebouwd in 1869 op de werf van Cornelis Gips & Zn te Dordrecht, 756 ton o.m., varend voor G.van Hoogstraten & Zn te Dordrecht; (deze opgave klopt niet met die van hiervoor, waar hij gezagvoerder wordt genoemd van zowel de” Dordrecht I” als de “Dordrecht II”).
Overige bijzonderheden
C.J.Rotgans verzorgde per 03 juni 1870 vanuit Nieuwediep met de “Dordrecht II” een troepentransport van 4 officieren en 125 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 22 augustus 1870 na een reis van 80 dagen.
Op 10 juni 1871 vertrok hij van Brouwershaven met de “Dordrecht II” en 1 landmachtofficier. De aankomstdatum te Batavia is niet vermeld065.
In het kader van de discussie over de invoering van de Tuchtwet in Nederlands Indië werd in 1865 een memorie aangeboden “aan zijn Excellentie den Gouverneur Generaal van Nederlandsch-Indië over de Wettelijke bepalingen omtrent de handhaving der orde en tucht aan boord der koopvaardijschepen binnen Nederlandsch-Indië.” Deze memorie werd ondertekend door C.J.Rotgans.104.
Het Archief van de Waterschout van het Gemeentearchief van Amsterdam011 bevat een monsterrol op naam van Willem Hendrik Buikes (sic) dd 05 april 1836 met het fregat “Handelmaatschappij”. De reis is bestemd naar Batavia, varend voor Trakranen & Co te Amsterdam en met een equipage van 27 man., waaronder o.a. de ligtmatroos Cornelis Jans Rotgans, oud 13 jaar, afkomstig van Terschelling.(deze leeftijd klopt niet met een geboortejaar 1819.)
Handelsblad 07 februari 1868: Advertentie van publieke verkooping van het gekoperd en kopervast Barkschip BONI te Dordrecht, gevoerd door kapitein C.J.Rotgens (sic), op 7 maart 1868. Volgens meetbrief lang 36,40 el, wijd 7,14 el, hol 4,98 el en alzoo gemeten op 575 ton of 303 last. Ligt aan de werf het Witte Kruis van Joh.Meyjes & zoon Kl.Katteburgerstraat. (BONI, ex KEMANGLAN, behoorende aan Gerrit van Hoogstraten en Zoon Dordreccht. Verkocht aan N.Brantjes Purmerend, gevoerd door kapitein J.E.Visser 77 sch. 303 last – 575 ton gebouwd 1855).”038.
Corn.J.Rotgans was in 1837 jongen op de "Edams Welvaren" onder gezag van kapitein Jacob Meyer. Het schip maakte een reis naar Suriname en de Nederlandse Antillen010-p.50.
Ontleend aan van Blokland-Visser064:
Volgens monsterrol 2368 dd 27 mei 1869 in het Gemeentearchief van Dordrecht was Cornelis Jans Rotgans gezagvoerder op de “Dordrecht II” voor een reis naar Batavia met 25 man..
Op 30 mei 1871 monsterde hij op hetzelfde schip voor wederom een reis naar Batavia (monsterrol 28 te Dordrecht). Volgende aanmonsteringen waren op 17 juni 1872 met 25 man (monsterrol 21 te Dordrecht) en 13 juni 1874 (geen monsterrol genoemd), beide naar Java064.
Na terugkeer in 1880 uit Batavia in de haven van Amsterdam was er aan boord van zijn schip “Dordrecht 2” de roodvonk uitgebroken en de patienten mochten niet van boord wegens gevaar van besmetting. Hij bleef als kapitein ook aan boord en kreeg ook de roodvonk en overleed op 23 april 1880.
“De tweede Dordrecht werd in 1869 gebouwd. Deze clipper was iets groter dan zijn voorganger (Dordrecht I), maar overigens waren ze vrijwel gelijk. Hij was door Gips op speculatie gebouwd, de animo voor nieuwe schepen was in dien tijd echter zoo gering, dat het schip twee jaar op de werf stond voor er een kooper voor werd gevonden. Gips moest toen bovendien nog een derde part van de aandeelen nemen. Tot 1879 voer de Dordrecht II onder bevel van kapitein C.J.Rotgans, daarna verkocht de reeder het schip aan A.Bruinier te Amsterdam, die het tot bark reduceerde.” Later werd het schip door de volgende eigenaar Aug. Köpcke te Rotterdam herdoopt in “Sophia”. Twee jaar later verbrandde de clipper voor Madeira.
Uit: “De Clippers” door Anno Teernstra, Uitg. Holdert & Co, Amsterdam, 1945.p.181.
NRC 15 juli 1878
NAAR SAMARANG direct ligt te Rotterdam in lading het Nederl. Barkschip DORDRECHT II
Kapt. C.J.ROTGANS hebbende uitmuntende inrichtingen voor Passagiers
Adres bij de Cargadoors D.SCHOTMAN Dz, Dordrecht C.H.CORNELDER & ZONEN, Rotterdam.
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Vertrek en terugkomst in Amsterdam093
Kapitein Naam van het schip Aankomst Vertrek
- van Tubergen Admiraal Tromp 12 mei 1860 27 juni 1861
Admiraal Tromp 24 februari 1862 geen vermelding
Admiraal Tromp geen melding 24 maart 1863
Drie Gebroeders 05 oktober 1863 03 februari 1864
Auguste 1867 (geen datum) 01 mei 1868
Bouma025 vermeldt J. van Tubergen als gezagvoerder gedurende:
* 1853 t/m 1863 op het 3/m schip “Admiraal Tromp”, gebouwd in 1837 te Amsterdam, 751 ton o.m., varend voor B.D.Bosscher te Amsterdam. Het schip werd in 1863 verkocht naar Noorwegen;
* 1864 van de bark “Drie Gebroeders” ex Rijswijk, gebouwd in 1850 te Alblasserdam, 525 ton o.m., varend voor F.Smelt & Zn te Amsterdam;
* 1868 t/m 1872 van de bark “Auguste” ex Graaf Dirk III, gebouwd in 1850 te Dordrecht, 598 ton o.m., varend voor F.F.Groen te Amsterdam. Het schip werd in 1872 verkocht naar Duitsland.
Overige bijzonderheden
J.van Tubergen verzorgde per 10 april 1854 vanuit Nieuwediep met de “Admiraal Tromp” een troepentransport van 3 officieren en 139 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 24 juli 1854 na een reis van 105 dagen.
Per 04 november 1855 vertrok hij wederom van Nieuwediep met hetzelfde schip en een contingent van 4 officieren en 100 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 19 februari 1856 na een reis van 107 dagen.
Per 11 maart 1857 vertrok hij vanuit Nieuwediep met wederom de “Admiraal Tromp” en een transport van 3 officieren en 150 manschappen naar Nederlands Oost-Indië. Hij arriveerde te Batavia op 07 juli 1857 na 118 dagen. Onderwg overleed 1 manschap065.