Inloggen
IDA BERENDINA - ID 14070


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1848-09-09 / 1873-12-17 | Reden uitgevlagd: Sloop, afgekeurd

Identification Data

Bouwjaar: 1848
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Kof
Masten: Two masts
Material Hull: Wood
Dekken: 1
Construction Data

foto van Jelle Gerrits Berg (1791-1889), gemaakt ter gelegenheid van zijn 50-jarig huwelijk in 1877, mogelijk door R.J. Berg, de eerste fotograaf te Sappemeer.



Scheepsbouwer: Jelle Gerrits Berg, Sappemeer, Groningen, Netherlands
Launch Date: 1848-00-00
Delivery Date: 1848-08-23
Technical Data

Net Tonnage: 56.00 lasts
Net Tonnage 2: 105.00 tons (oude meting)
 
Length 1: 22.65 Meters Registered
Beam: 4.50 Meters Registered
Depth: 2.32 Meters Registered
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1848
Datum agenda: 1848-09-09
Register nr: 18480567
Scheepsnaam: IDA BERENDINA
Type: Kof
Lasten: 56
Gebouwd in provincie: Groningen
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Hensema, W.L.
Plaats: Sappemeer
Kapitein op moment van verzoek: Hensema, W.L.
Opmerkingen: eerste zeebrief

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1848-08-23 IDA BERENDINA
Manager: Willem Luitjes Hensema, Sappemeer, Groningen, Netherlands
Eigenaar: Willem Luitjes Hensema, Sappemeer, Groningen, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Sappemeer / Netherlands

Date/Name Ship 1861-03-01 IDA BERENDINA
Manager: Jan Stevenz. op 't Holt, Pekela, Groningen, Netherlands
Eigenaar: Jan Stevenz. op 't Holt, Pekela, Groningen, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Pekela / Netherlands

Date/Name Ship 1866-01-09 IDA BERENDINA
Manager: Jurjen Jurjens Koerts, Oude Pekela, Groningen, Netherlands
Eigenaar: Jurjen Jurjens Koerts, Oude Pekela, Groningen, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Oude Pekela / Netherlands
Callsign: PCGN

Ship Events Data

1873-12-17: Final Fate:
20 december 1873. NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant.T
Bremen, 17 december. De Nederlandse kof IDA BERENDINA, kapt. P.P. Prak, van Nerva naar Harlingen, hier binnen, heeft door stormweer anker en ketting verloren en is tussen de Oude en Nieuwe Haven op de wal gedreven, doch zal waarschijnlijk weer afgebracht worden. Er drijft veel wrakhout bewesten de vuurtoren. (opm: de kof, bouwjaar 1848, werd afgekeurd en ter plaatse verkocht)

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Willem Luitjes Hensema werd geboren te Oude Pekela als zoon van de timmerman Luitje Harms Hensema en Swaantje Geerts Remkes.

Hij trouwde te Oude Pekela op 17 december 1822 met de dienstmeid Reine Pieters van der Laan, geboren te Oude Pekela als dochter van de arbeider Pieter Reints van der Laan en Geessien Jochums Hein. Zij overleed te Oude Pekela op 13 augustus 1828, 34 jaar.

Hij trouwde voor een 2de maal op 18 oktober 1837 te Sappemeer als schipper met Ida Klaassens Schut, geboren te Sappemeer als dochter van de schipper Klaas Hindriks Schut en Eilke Reinders en weduwe van Pieter Jans Huges. Ida Klaassens overleed te Sappemeer op 13 mei 1857, 61 jaar.

Willem Luitjes overleed te Sappemeer op 27 oktober 1866, 73 jaar.

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt W.L.Hensema als gezagvoerder gedurende:

*    1836 (1835) t/m 1848 van de kof “Ida Berendina”, gebouwd in 1834 te Sappemeer, 74 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Sappemeer. Het schip voer in 1849 voor kapitein/eigenaar H.R.Post en was herdoopt in “Afiena”;

*    1849 t/m 1861 van de kof “Ida Berendina”, gebouwd in 1848 te Sappemeer, 106 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Sappemeer.

 

Overige bijzonderheden

Mast092 vermeldt omtrent de “Afina” ex Ida Berendina het volgende:

“ Kof, gebouwd in 1835 te Sappemeer en 74 ton groot voor W.L.Hensema te Sappemeer. Na hermeting 63 ton. In 1848 verkocht aan Heere R.Post te Sappemeer en herdoopt AAFINA. Op 26 december 1849 gezonken in de Geul van Everingen op de Schelde na stoten. Het schip was met een lading lijnkoeken onderweg van Koningsbergen naar Antwerpen. De opvarenden hebben zich in de scheepsboot gered.”

 

Een monsterrol in het Rijksarchief te Groningen van de “Ida Berendina” met als gezagvoerder W.L.Hensen is gedateerd 05 september 1835 en vermeld als bestemming “op avontuur”

 

Melding uit een extract van een scheepsjournaal van het verdrinken van de stuurman Luitje Schabels op 05 april 1854 aan boord van de kof “Ida Berendina”, onder kapitein Willem Luitjes Hensema, zeilende op 56o4’NB/ 2o23’OL.115.

 

 

Datum vanaf: 1848
Kapitein: Hensema, Willem Luitjes
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Jan op ’t Holt werd geboren op 09 augustus 1824 te Nieuwe Pekela, als zoon van de zeeman Steven Jans op ’t Holt en Remke Siepkes Spelde.

Jan trouwde op 15 februari 1854 te Oude Pekela als schipper met Grietje de Jonge, geboren te Oude Pekela als dochter van de rustend schipper Derk Tjebbes de Jonge en Aeike/Aike Yzebrands Klatter. Grietje overleed op 01 februari 1901 te Zuidlaren, 69 jaar, weduwe.

Jan op ’t Holt overleed op 30 mei 1874 te Oude Pekela, 49 jaar, zeeman.

 

Burgerlijke Stand gegevens in de provincie Groningen vermelden Jan op ’t Holt als schipper in 1854, 1858, als zeeman in 1867, 1874.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.S. op ‘t Holt was met vlagnummer 11 in de periode 1855 t/m 1869 effectief lid van het zeemanscollege “De Trouw”te Oude Pekela. (Hij staat in de AAKZ (maar niet in Sweys)  op 1873 vermeld met vlagnummer 5).112

 

J.S. op ’t Holt was effectief lid van het zeemanscollege “Voorzorg” te Nieuwe Pekela met vlagnummer 122 in de periode 1856 t/m 1874.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt J.S./J.op ’t Holt als gezagvoerder gedurende

*    1854 t/m 1855 van de 2-mastschoener “Margaretha” ex Eclipse, gebouwd in 1844 te Pr.Edwards Island, 98 ton o.m., varend voor L.E.Tiktak te Pekela. Het schip voer in 1856 voor J.H.Rottinghuis te Delfzijl en was herdoopt in “Teelkelina Hendrika”;

*    1858 t/m 1860 van de galjoot “Margaretha Aikina”, gebouwd in 1858 te Pekela, 129 ton o.m., varend voor A.J.Schröder te Pekela. Het schip is in mei 1860 bij Salis gestoten en gezonken;

*    1862 t/m 1866 van de kof “Ida Berendina”, gebouwd in 1848 te Sappemeer, 106 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Pekela.

 

De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:

27 mei 1858, schip “Margrieta Aikina”, kapitein Jan Stevens op ’t Holt uit Oude Pekela.

22 februari 1866, galjoot “Alida”, kapitein Jan S.Brouwer, stuurman Jan S. op ’t Holt uit Oude Pekela.

14 februari 1868, galjoot “Alida”, kapitein Jan S.Brouwer, stuurman Jan S. op ’t Holt uit Oude Pekela

 

Krantenberichten

NRC 23 maart 1858114

Rotterdam, 22 maart. Te Oude Pekela is de 18e maart te water gelopen het schoenerschip GODELERIS (opm: GODOLEVUS), groot plm. 100 lasten of 140 tonnen, gebouwd op de werf van F.L. Drenth en gevoerd zullende worden door kapt. H.E. Homfeld, en de 17e het kofschip MAGRETHA AIKIENA (opm: MARGARETHA AIKINA), groot plm. 90 lasten of 126 tonnen, gebouwd op de werf van F.L. Drenth en H. Scholtens & Co (opm: te Martenshoek), en gevoerd zullende worden door kapt. J.S. op ’t Holt.

 

NRC 23 mei 1860114

Pernau (opm: Pärnu), 2 mei. De Nederlandse schoenerkof MARGARETHA AIKINA, kapt. J.S. op ’t Holt, van Rotterdam op hier bestemd, heeft 24 april in de nabijheid van Salis (opm: Salacgrïva) op een steenbank gestoten en is de volgende dag gezonken. De bemanning en een gedeelte der takelage is gered.

 

KOFFIJBOOM, groot 672 gemeten lasten, bestemd voor de grote vaart, onder boekhouding van de heer F. Fokkens te Delfshaven.

 

Dordrechtsche Courant 20 februari 1864`114

Zeetijdingen. Helvoet, 18 februari. …..

…..Vertrokken: HOLLANDER, naar Bordeaux; JACOB, kapt. Freneur, n. Nantes; PILOT, naar Londen; KILLARNEY, naar Harwich; BITTERN, naar Liverpool; INTEGRITY, kapt. Harnden, naar Rye; GAZELLE, kapt. Seagers, naar Shoreham; BROTHERS SUCCESS, kapt. Hobart, naar Rochester; ELISAB. LEWIS, kapt. Lewis, naar Plymouth; DELPHIN, kapt. Meijer, naar  Swansea; LADY BASSETT, kapt. Cragery, naar Newcastle; JANE, kapt. Owens; CATHARINA JOHANNA, kapt. Mulder; IDA BERENDINA, kapt. Op 't Holt; GRIETJE DE GROOT, kapt. Mulder, MARGARETHA MARCHINA, kapt. Bekkering, en JANTINA, kapt. Doewes, allen naar Belfast. …..

 

Provinciale Groninger Courant 04 november 1865114

Advertentie. P. Reineke, makelaar, zal op maandag de 27e november 1865, des avonds te zes uur, te Amsterdam, in de Nieuwe Stads-Herberg aan het IJ, ten overstaan van de notaris J.E. Clausing, verkopen: een extra ordinair, welbezeild kofschip, varende onder Nederlandse lag, genaamd IDA BERENDINA, gevoerd door kapt. J.S. op 't Holt; volgens meetbrief lang 22,65 ellen; wijd 4,50 ellen; hol 2,32 ellen en alzo gemeten op 105 tonnen of 56 lasten; liggende in het Entrepôtdok. Breder volgens inventaris en bericht bij bovengemelde makelaar of bij de cargadoors de wed. Jan van Wesel en Zoon.

 

Algemeen Handelsblad 13 november 1865114

Advertentie. De verkoping van het kofschip IDA BERENDINA, kapitein J.S. op ’t Holt, in veiling aangekondigd tegen maandag de 27e november, zal geen voortgang hebben.

 

 

Datum vanaf: 1861
Kapitein: Holt, Jan Stevenz. op 't

Familiegegevens en opleiding

Luppo Stel werd geboren op 17 februari 1838 te Midwolda als zoon van de wagenmaker Gerlof Luppes Stel en Grietje Bottjes Hovenga.

Hij trouwde op 02 januari 1867 te Nieuwe Pekela als schipper met Grietje Poortmans, geboren op 01 maart 1839 te Nieuwe Pekela als dochter van de landgebruiker Sjoert Roelfs Poortmans en Trientje Stoffers Glaseborg.

Grietje oveleed op 24 augustus 1899 te Nieuwe Pekela, 60 jaar, weduwe.

Luppo overleed op 03 maart 1882 te Harlingen, stuurman, 44 jaar

 

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt L.G.Stel als gezagvoerder gedurende:

*     1865 van de kof “Hendrika Margaretha”, gebouwd in 1847 te Martenshoek, 85 ton o..m. varend voor D.Mulder & Zn te Winschoten

  • * 1867 t/m 1868 van de kof “Ida Berendina”, gebouwd in 1848 te Sappemeer, 106 ton o.m., varend voor D.Mulder & Zn te Winschoten.

 

Mail 16 april 2015 van J.S.Moolhuizen, auteur van onderstaand artkele in Gens Nostra

De eerste scheepstijding (van de Hendrika Margaretha) staat gedateerd op 13 maart als vertrek uit Texel met bestemming Aberdeen vlgs. de Opregte Haarlemse Courant van 15-03-1865.

Die Oostzeereis liep in de zeetijdingen door tot 27 september met een passage in Tonningen en bestemming Delfzijl.

Daarna volgde in 1865 zijn 2e zeereis waarvan ik wel een monsterrol (1865-99) vond in het Noord. Scheepv. Museum.

In 1866 vond ik wederom zonder monsterrol, in de scheepstijdingen weer een complete Oostzeereis als kapitein van 24 maart t/m 21 november met de (Uw bekende) “Ida Berendina”.

Daarna volgden in 1867 met monsterrollen/scheepstijdingen weer twee Oostzeereizen op de “Ida Berendina” [1848].

 

Overige bijzonderheden

GENS NOSTRA jg 70, nr. 4 bevat het artikel : “Het stuurmans-leven van zeekapitein Luppo Gerlof Stel van 24 april tot 24 november 1879” door Jan Sjoert Moolhuizn

“Als zoon van een stelmakersfamilie bezit Luppo Stel tevens over een duidelijke voorkeur voor het stuurmanschap. Gedurende het zeilseizoen pendelt hij steeds met vracht onder zeilvoor Groningse reders op diverse zeereizen, ook vanuit Herlingen, langs onze Noorzee-eilanden naar Vlaanderren en bijvoorbeeld Lissabon maar meestal tussen e Engelse, Schotse en Baltische Hanzesteden, door de Oostzee tot ver aan het eind van de Finse Golf zoals Sint Petersburg”

Er worden twee reizen beschreven uit 1879 met de schoener “Reiziger”.

Op 24 april 1879 monsterde Luppo Stel als stuurman op de schoener “Reiziger” onder kapitein Willem Jan Alberda. De reis ging “op avontuur” naar de Oostzee. Op 13 mei varen ze uit vanuit Delfzijl allereerst naar Schotland. en vandaar naar Sint Petersburg eind juni . Op 25 augustus was het schip weeeer terug in IJmuiden.

Het schip vertrekt weer in ballast via de Zuiderzee en maakt de landing mee van een luchtballon, bevaren door de internationaal bekende ballonvaarster Fanny Godard, die tijdens deze vlucht haar arm had gebroken. De twee ballonvaarders, Mary Godard en de journalist Kehrer, worden verzorgd en te Harlingen behandeld.

Vervolgens ging de ”Reiziger” door naar de Oostzee., via Elseneur naar Riga en weer retour. Het schip gaat op 4 november te Termunterzijl voor anker

 

 

Datum vanaf: 1867
Kapitein: Stel, Luppo Gerlofz

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt A.Sliep als gezagvoerder gedurende:

  • * 1869 t/m 1870 van de kof “Ida Berendina”, gebouwd in 1848 te Sappemeer, 106 ton o.m., varend voor D.Mulder & Zn te Winschoten.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1868
Kapitein: Sliep, A.

Familiegegevens en opleiding

Pieter Prak werd geboren op 24 maart 1824 te Midwolda als zoon van de arbeider Pieter Jans Prak en Mientje Hindriks Levering.

Hij trouwde op 11 december 1856 te Winschoten als zeeman met Nijske Jager, geboren op 23 juli 1829 te Winschoten als dochter van de arbeider Freerk Harms Jager en Lutgert Tammes Smedes. Zij overleed op 02 februari 1871 te Winschoten, 41 jaar, gehuwd.

 

Van Pieter Prak geen overlijdensakte op Genlias gevonden. In een overlijdensakte van zoon Freerk op 21 maart 1881 te Winschoten wordt als beroep van vader Pieter Prak opgegeven “landbouwer”.

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt P.P.Prak als gezagvoerder gedurende:

*    1858 t/m 1859 van de kof “Jonker van Slogteren”, gebouwd in 1857 te Appingedam, 84 ton o.m., varend voor D.Mulder & Zn te Winschoten;

*    1860 t/m 1862 van hetzelfde schip maar nu varend als kapitein/eigenaar vanuit Winschoten. Het schip is in september 1862 gestrand bij Lavanskar;

*    1863 t/m 1868 van de kof “Nijssiena” ex Sienke Wiersma, ex Dina Elisabeth, gebouwd in 1837 te Hoogezand, 112 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Groningen. Het schip werd in 1868 verlaten.

*    1871 t/m 1873 van de kof “Ida Berendina”, gebouwd in 1848 te Sappemeer, 106 ton o.m., varend voor D.Mulder & Zn te Winschoten. Het schip werd in 1873 na stranding afgekeurd;

*    1875 van de brik “Hannah Heeres” ex Aberdeenshire, gebouwd in 1825, bouwlocatie niet vermeld, 250 ton o.m., varend voor D.Mulder & Zn te Winschoten. Het schip is gezonken in het Kattegat.

 

Monsterrrollen uit het Gemeentearchief van Delfzijl

09 mei 1857, kof “Jonkheer van Slochteren”, kapitein Pieter Prak, 33 jaar uit Winschoten. Voorts stuurman Tiddo Gerlofs Katoen, 31 jaar uit Nieuwe Pekela, kok en een matroos;

20 maart 1863, kof “Nijssiena”, kapitein Pieter Prak, 39 jaar uit Winschoten. Voorts stuurman Harm W.Visser, 30 jaar uit Delfzijl, kok, en 2 matrozen;

 

Overige bijzonderheden

NRC 16 april 1868114

Hartlepool, 13 april. Het Pruisische barkschip HEVELIUS, kapt. Holtz, heeft gepasseerde zaterdag alhier aangebracht de equipage van het galjootschip NIESSINA, kapt. Prak (opm: kof NIJSSIENA, kapt. P.P. Prak), hetwelk de 2e dezer uit Gotenburg is vertrokken. Volgens een verklaring van de equipage wordt het navolgende gemeld:

Nadat het enige dagen in zee was geweest, werd er bevonden dat er verscheidenen voeten water in het ruim waren, waarop de matrozen onmiddellijk de pompen aansloegen. Zij gingen daarmee voort totdat zij nagenoeg uitgeput waren en toen het water steeds klom na alle krachtsinspanningen, werd er ingezien dat het nutteloos was om het schip te redden. De 8e dezer kwam er een bui opzetten en geraakten de pompen verstopt. Het schip had toen 8 voet water in het ruim; toen het bij de wind drijvende lag, werkte het zeer zwaar en ieder ogenblik dacht men dat het onderste boven zou vallen. Verscheidene malen werd het plat op zijde geworpen, doch telkenmale werd er zodanig gemanoeuvreerd, dat het vanzelf rees en de equipage had de grootste moeite om zich op het dek staande te houden. Er werden noodsignalen gehesen en een Pruisisch barkschip hield op het in nood verkerende schip af en zette de boot uit. Bij het naderen van het zinkende schip wilde de kapitein (opm: kapt. Prak) niet toestaan dat de equipage het schip verliet; desniettegenstaande ging de equipage in de boot en deed alle moeite om de kapitein over te halen om haar te volgen. De stuurman, nadat alle overhaling te vergeefs was, ging wederom aan boord van het in nood verkerende schip en trachtte een eind touw aan de kapitein vast te binden, om hem met geweld in de boot te trekken, doch te vergeefs en hij ging daarop in de kajuit. De equipage was verplicht voor haar eigen veiligheid de kapitein aan boord van het zinkende schip te laten en aan boord van het Pruisische schip te gaan. Zij hielden daarop de wacht en bleven nog enige uren bij het schip. Verscheidene malen werd nog aan de kapitein geroepen om het schip te verlaten, doch hij wilde niet. Ten laatste is het schip gezonken en niets meer is van de kapitein noch van het schip gezien.

 

NRC 17 april 1868114

West Hartlepool, 14 april. Gisteren is alhier aan boord van het Noorse schip RUNER, komende van Laurvig, aangekomen kapt. P.C. Prak, gezagvoerder van het galjootschip NIESSINA (opm: kof NIJSSIENA, kapt. P.P. Prak, zie NRC 160468 en 180468) die zoals ondersteld werd, met zijn schip in het midden der Noordzee, als in ons vorig nummer vermeld, zoude zijn omgekomen. De kapitein werd een dag, nadat zijn equipage hem verlaten had, in een zeer uitgeputte staat gered, en ofschoon zijn schip niet gezonken was, was het nu toch bijna onder water. De lading, bestaande uit wol, hield het drijvende. Hij wederspreekt menig punt van de verklaring door de equipage afgelegd. Hij heeft rapport van zijn ongeval gedaan aan de Nederlandse vice-consul Mr. Groves, en die zijn protest heeft genoteerd. Men onderstelt, dat het schip gebarsten is. De lading was bestemd aan een firma te Gateshead te huis behorende.

 

NRC 18 april 1868114

Hartlepool, 15 april. Het schip NIESSINA (opm: NIJSSIENA, zie NRC 160468 en 170468), kapt. Prak, komende van Gothenburg, is alhier zeer lek binnengesleept door het schip AXEL.

 

In de Harlinger Courant van 22 december 1873 staat in de rubriek BINNENLAND het volgende bericht096:

“HARLINGEN, 20 December

Het schip Ida Berendina, kapt. Prak, van Nerva naar Harlingen, den 17 te Bremerhaven binnen, heeft anker en ketting verloren en is tusschen de Oude en Nieuwe Haven op strand gedreven.”

 

 

Datum vanaf: 1870
Kapitein: Prak, Pieter Pieterz

Monsterrollen

Opgemaakt Groningen
Datum: 1848-09-12
Scheepsnaam voorvoegsel:
Scheepsnaam: IDA BERENDINA
Schipper: Hensema, Willem Luitjes
Scheepstype: kof
Grootte:

Bekijk alle monsterrollen Bekijk alle monsterrollen
Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

Groninger Archieven Archiefnummer Hoogezand 152.87.92.1848.163
DVD XLIX -. 7299
CEDULE en BIJLBRIEF

Naam schip IDA BERENDINA

plaats en datum acte Hoogezand, 23 augustus 1848

type schip kof

bouwwerf/verkoper Jelle Gerriets Berg, scheepsbouwer te Sappemeer

gevoerd door kapt.

eigenaar Willem Luitjes Hensema, schipper te Sappemeer, enig eigenaar

te voeren door kapt. Willem Luitjes Hensema, in eigendom bevaren

grootte in tonnen 56 lasten

tuigage / aantal dekken 2 masten, 1 dek

afmetingen

kiellegging

tewaterlating 1848 nieuw van de bijl te water gebracht

plaats / datum registratie Groningen, 24 augustus 1848

nummer registratie deel 16, folio 5, verso, vak 2

notaris Mr. Abraham Trip, kantonrechter te Hoogezand

prijs

Bijzonderheden:
Schip ligt thans te Groningen.
De bijlbrief met bevestigende verklaring burgemeester van Sappemeer d.d. 19 augustus 1848 wordt getoond.







researcher/datum research: ML / 220711

Naam IDA BERENDINA
Archiefinstelling Groninger Archieven
Jaar 1848
Toegang 152
Inventaris 87

Bronnen

Jaar: 1848
Bron: GRONINGER ARCHIEVEN
Omschrijving: Notaris mr. C. Hartman Busmann te Sappemeer, toegang 106, inv. nr. 39, aktenummer 141, 9 sept. 1848.Kantongerecht Hoogezand, toegang 152, extra judiciƫle akten, inv. nr. 87, nummer 163, 23 aug. 1848
Notaris mr. C. Hartman Busmann te Sappemeer, toegang 106, inv. nr. 57, aktenummer 48, 16 april 1858
Notaris mr. C. Hartman Busmann te Sappemeer, toegang 106, inv. nr. 61, aktenummer 25, 19 febr. 1861
Notaris mr. F. Roessingh te Nieuwe Pekela, toegang 118, inv. nr. 18, aktenummer 7, 9 jan. 1866