Familiegegevens en opleiding
Boele werd geboren/gedoopt te Oude Pekela op 07/09 oktober 1793 te Oude Pekela als zoon van Jan Halbes (Pottjewijd) en Stijntje Boeles.
Boele Jans Pottjewijd huwde op 12 september 1820 als zeeman met Grietje Harms Hesseling, geboren/gedoopt op 20 juli/04 augustus 1799 te Oude Pekela als dochter van Harm Derks Hesseling en Grietje Izebrands Bultena. Grietje Harms overleed te Oude Pekela op 27 maart 1875, 75 jaar, weduwe.
Geen overlijdensgegevens van Boele achterhaald, maar in een huwelijksakte van zoon Jan op 15 februari 1848 te Oude Pekela wordt gesproken van “wijlen Boele Jans Pottjewijd”, dus overleden tussen 1845 en 1848.
Burgerlijke Stand akten vermelden Boele Jans als zeeman in 1820, als schipper in 1821, 1823, 1825, 1828, 1832, 1834, 1837, 1840, 1843, 1845.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
B.J.Pot(t)jewijd was effectief lid van het zeemanscollege te Pekel-A met vlagnummer 41 in de periode 1829 t/m 1842.
De schepen van de kapitein
Uit een fragmentgenealogie van de Pekelder familie Hesseling, op 31 januari 2004 per e-mail ontvangen van G.J.Mulder te Capelle aan de IJssel:
Boele was schipper van de zeetjalk “Vrouw Margaretha”, die op 28 februari 1824, geladen met lijnkoeken, bij de Engelmansplaat is gezonken; de bemanning werd gered. Hij was in April 1826 schipper op het nieuwe door Harm Derks Hesseling (zijn schoonvader) gebouwde kofschip “Agatha” van H.H.Nap uit Groningen. Boele Jans was in 1836 lid van het zeemanscollege in Nieuwe Pekela. In 1842 en 1843 was hij schipper en voor 6/28ste deel mede-eigenaar van de tweemast schoonerkof “Hoop en Verwachting”
Bouma025 vermeldt B.J.Potjewijd als gezagvoerder gedurende:
* 1828 t/m 1839 van de kof “Agatha”, gebouwd in 1826 te Pekela, 160 ton o.m., varend voor C.M.Nap te Groningen;
* 1843 van de sch.kof “Hoop en Verwachting”, gebouwd in 1842 te Pekela, 163 ton o.m., geen vermelding van thuishaven en reeder;
* 1845 t/m 1847 van de smak “Margaretha” ex Maria Geziena, ex Vrouw Geziena, gebouwd in 1816, bouwlocatie niet vermeld, 66 ton o.m., varend voor J.Corver te Amsterdam.
In het Archief van de Waterschout op het Stadsarchief van Amsterdam bevinden zich monsterrollen op naam van kapitein Boel Jans Potjewijd als gezagvoerder van de:
“Agatha”, dd 01 april 1831, 09 oktober 1837 en 30 april 1838.
De collectie monsterrollen op het NoordelijkScheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:
24 maart 1842, schip “Hoop en Verwachting”, kapitein Boele Jans Potjewijd uit Oude Pekela
Overige bijzonderheden
2/schoonerkof “HOOP EN VERWACHTING”
Op 09 maart 1842 stelde scheepsbouwmeester Drenth de volgende declaratie ingevolge de Wet op de Zeebrieven en Turksche Paspoorten dd 14/03/1819, art 5 (Stbl no. 12) op luidende:
‘Ik ondergeteekende Liefke Hendriks Drenth, scheepsbouwmeester, wonende te Oude Pekela, zijnde in dit mijn beroep behoorlijk gepatenteerd bij patent van den 16 November 1841, No. 348, door den Burgemeester van de gemeente Oude Pekela aan mij afgegeven, verklare bij dezen voor en ten dienste van den Heer Udo Freerks Zuiderveen, negotiant, wonende te Oude Pekela, als Boekhouder, en zijne consorten medereeders te hebben gebouwd en frisch van den Bijl te water gebragt het schooner Kofschip, genaamd Hoop en Verwachting, zullende worden bevaren door den schipper Boele Jans Potjewijd van de Oude Pekela, zijnde dat Kofschip door den Heer Scheepsmeter en Ykmeester H. van der Brugh gemeten en bevonden lang te zijn 26 ellen en 93 duimen, wijd te zijn 5 ellen en 13 duimen en hol te zijn 2 ellen en 65 duimen, en overzulks eene inhoud te hebben van 86 lasten, ad 2.84 tonnen blijkens Meetbrief van den 15 Januarij 1842 onder Numero 4 uitgegeven. Ten blijke en tot vestenis waarvan ik deze heb afgegeven en verteekend om te dienen tot Bijlbrief.
(w.g.) L.H. Drenth
De verklaring van de scheepsbouwer Drenth werd bekrachtigd door een verklaring van burgemeester P.J. Huisinga van de gemeente Oude Pekela, waarna inschrijving in het RSV van het Kadaster te Winschoten volgde
Het schip is op 25/03/1842 gebrand: 228 WINSCH 1842
(Bron: Kadaster Winschoten AR dl 1 vak 61 en RSV dl 2 nr 228)
Op 09 maart 1842 werd door boekhouder Engelhard een Reederij-cedul opgesteld. Volstaan wordt hier met de vermelding der medereders:
naam
|
woonplaats
|
beroep
|
aandeel
|
|
|
|
|
U.F. Zuiderveen
|
Oude Pekela
|
negotiant
|
1/28
|
B.J. Potjewijd
|
Oude Pekela
|
schipper
|
6/28
|
D.K. Twiest
|
Oude Pekela
|
touwslager
|
2/28
|
L.H. Drenth
|
Oude Pekela
|
scheepsbouwmeester
|
1/28
|
J. Kranenborg
|
Oude Pekela
|
houtzaagmolenaar
|
3/28
|
E.J. Degenhart
|
Oude Pekela
|
koopman
|
1/28
|
C. Tabe, wed. H. Schröder
|
Oude Pekela
|
koopvrouw
|
1/28
|
J.E. Duin
|
Oude Pekela
|
blokmaker
|
1/56
|
H.A. Potjewijd
|
Oude Pekela
|
bakker
|
1/56
|
N. Engelhard
|
Wedde
|
kantonregter en boekhouder
|
1/28
|
J. Corver & Comp.
|
Amsterdam
|
|
2/28
|
T. Asses
|
Amsterdam
|
|
1/28
|
J. Meijer & Zonen
|
Amsterdam
|
scheepsbouwers
|
1/28
|
Wed. J. Smedes
|
Appingedam
|
|
1/28
|
W.R. Emmen
|
Winschoten
|
|
1/28
|
S.W. Visser
|
Lemmer
|
|
2/28
|
E. Smit & Zoon
|
Hoogezand
|
ankersmid
|
1/56
|
A. Foks
|
Dordrecht
|
winkelier
|
1/56
|
Kuiper, van Dam& Smeer
|
Rotterdam
|
scheepsbevragters
|
1/28
|
wg de boekhouder en medereders vermeld in de aanhef van het cedul, dd 09 Maart 1842. Het stuk werd op 14 maart 1842 te Winschoten geregistreerd.
Te oordelen naar de bijlbrief gaf koopman Zuiderveen opdracht tot de bouw. Hij wordt daar als boekhouder van de rederij aangehaald. Bij het opmaken van het rederij-cedul kwam men anders overeen en werd kantonregter Engelhard de boekhouder.
Op 19 maart 1842 verscheen in de Arrondissements Regtbank te Winschoten de heer Jan Piccardt, zonder bepaald beroep, als gemachtigde voor alle partijen die participeerden in de partenrederij. Onder overlegging van:
-
het rederij-cedul getekend 09 maart 1842
-
de bijlbrief van de scheepsbouwmeester getekend 09 maart 1842
-
de machtiging namens de boekhouder en reders dd 14 maart 1842
legde de heer Piccardt ten overstaan van de President van de Regtbank de eed af dat geen buitenlanders in het schip participeren. Deze verklaring, tezamen met de bovengenoemde stukken, zullen uiteindelijk leiden tot het verlenen van een Nederlandse Zeebrief, dat als paspoort voor het schip kan worden beschouwd.
2m schoonerkof ‘Hoop & Verwachting’
LxBxH = 26,93 x 5,13 x 2,65 m
86 lasten à 2.84 tonnen= 163 tonnen
|
Bj / tonnage / werf
|
periode
|
kapitein
|
reder
|
bijzonderheden
|
1841 / 163
L.H. Drenth –
Oude Pekela
|
1841-1842
|
B.J. Potjewijd
Oude Pekela
|
N. Engelhard
Wedde
|
partenrederij
|
|
1843
|
idem
|
J. Corver & Co
Amsterdam
|
|
|
1844
|
A. Hayen
|
idem
|
|
|
1845-1849
|
B.J. de Boer
|
idem
|
|
|
1850-1856
|
G.H. Pybes
Leeuwarden
|
G.H. Pybes
Leeuwarden
|
Kapitein / Eigenaar
|
|
april 1856
|
G.H. Pybes
Leeuwarden
|
G.H. Pybes
Leeuwarden
|
Gezonken na aanvaring van
Amsterdam naar de Oostzee
|
(Bronnen: Kadaster Winschoten [zie boven] en GN Bouma – pag 338)
8-9 apr 1856 Onder kapitein Pybes in de nacht van 8 op 9 april 1856 verlaten en gezonken in pos. 55°55’ Nb 5°51’ Ol na aanzeiling op reis van Amsterdam naar de Oostzee. Opvarenden gered.
(Bron: NRC 18 april 1856)
Voorgaande gegevens verkregen via de heer R.K.Mast te Delfzijl092. De gegevens zijn verzameld door J.J.Engelhart, Ossenweg 28, TB 9931 TB, Delfzijl dd 25 augustus 2004.
Krantenberichten
Rotterdamsche Courant 16 juli 1822114
Rotterdam, 15 juli. Den 14 arriveerde in de Maas de VROUW MARGARETHA, B.J. Potjewijd, van Dantzig (opm: Gdansk).
Den 15 zeilden de VROUW JANTINA, E.O. de Vrede, en de JOHANNES EN WILHELMINA (opm: bom), D. Mooijekind, naar Londen; de ANNA, R.E. Brouwer, en de VERWACHTING, R. Hansen, naar Bergen; de EENDRAGT, R.J. Klunder, en de VIGILANTIE, J. Duindam, naar Liverpool; de WAAKZAAMHEID, G.H. Luurts, naar Bordeaux; de HOOP, H.K. Dijkhuis, naar Oleron; de NEELTJE JOHANNA, W. ten Noort, naar Gibraltar; de HARMONIE, J. de Best, naar Boulogne, en the MARY, J. Drinkwater, naar Petersburg.
Rotterdamsche Courant 08 augustus 1822114
Rotterdam, 7 augustus.
….Den 7 zeilden de JUNO, D. Rooderkerk, en de VERWISSELING, A. Schaaff, naar Lissabon; de VROUW MARGARETHA, B.J. Potjewijd, naar de Oostzee; de CHARLES PATRIC EDUARD, K.G. Ouwehand, naar Cherburg; de CON CORDIA, H.J. Nagel, naar Leith; de VROUW CHRISTINA, R.J. Dood, naar Hull; de MARGINA, W.R. Huijsman, naar …(opm: niet vermeld), de GOEDE HOOP, J.J. Wijgers, naar Delfzijl; de GOEDE HOOP, B.R. Berg, naar Grimsby, de VROUW ELISABETH, C. van Gelderen, naar Alikanten, de ZUSTER ALBERDINA, H.E. de Boer, de VROUW JANNA, A.H. Breeland, en de VEENSTROOM, S.E. Hoveling, naar Bergen; de wind W.
Rotterdamsche Courant 21 september 1822114
Rotterdam, 20 september. Den 18 arriveerden in Den Briel de MAARTINA ALETTA (opm: MARTINA ALETTA), J.G. Hoetjer, van Dantzig (opm: Gdansk); de VROUW HENDRIKA (opm: VROUW HENDRIKJE), W.J. Drewes, van Busum; de TROOST VOOR MOEDELOOS, R.G. Nieuwveen (opm: smak TROOST VOOR MOEDERLOOS, R.G. Nieveen); de MARGARETHA, B.J. Potjewijd, en der MORGENSTERN, K.H. Meijer, van Kiel; de GOEDE HOOP, L.B. Flonk, van Tonningen; de VROUW GEZINA, H.B. Stutvoet, van Katington; de ADRIANA CHRISTINA, F.C. Pfeffercorn, van Drontheim, en de VROUW JOHANNA, J. de Vries, van Riga…..
Familiegegevens en opleiding
Berent werd geboren/gedoopt op 26 februari/01 maart 1801 als zoon van de schipper Jan Berends de Boer en Harmanna Margretha Dijkhuis.
Beerend (hij ondertekende als Berend Jan de Boer) trouwde op 16 november 1821 te Nieuwe Pekela als stuurman met Dorothea Harms Veen, geboren te Nieuwe Pekela op 26 februari 1802 als dochter van schipper Harm Jans Veen en Grietje Jans Kiers. Vader Harms Kiers heeft via een notariële akte opgemaakt te Riga toestemming voor het huwelijk gegeven. Bij het huwelijk werd de geboorte van hun kind Harmanna op 21 oktober 1821 erkend.
Dorothea overleed te Nieuwe Pekela op 21 maart 1877, 72 jaar, weduwe.
Berend Jans de Boer overleed te Nieuwe Pekela op 20 november 1876, 75 jaar, houthandelaar. Als moeder wordt vermeld Harmanna MAGRETHA Dijkhuis
In Burgerlijke Stand Akten uit de provincie Groningen wordt Berend Jans vermeld als: stuurman in 1821, als schipper/scheepskapitein in 1827, 1829, 1831, 1833, 1834, 1835, 1836, 1839, 1842, 1844, 1848, als houtkoper in 1854, 1856, 1865.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
B.J.de Boer, adres Kranenborg en Zn, werd met nr.521 effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” per 10 maart 1840 op voorspraak van A.K.de Groot. Zijn schip was de “Dorothea”002. Ten tijde van de inschrijving waren de Boer en zijn vrouw 39 resp. 38 jaar. Ingeschreven staan 2 zoons uit 1829 en 1836 en 5 dochters uit 1825, 1827, 1831, 1835 en 1839. Toegevoegd is “bedankt” 002a.
In de Algemene Vergaderingen van 03/10 maart 1840 van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Berend Jans de Boer, oud 39 jaar, voerend de kof “Dorothea”, wonend te PekelA en met als adres Kranenborg & Zn te Amsterdam, op voordracht van kapitein A.K.de Groot.023
B.J. de Boer was effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” met vlagnummer 521 in de periode 1840 t/m 1849.
Barend J. de Boer was effectief lid van het naamloze zeemanscollege te Pekela met vlagnummer 2 in de periode 1840 t/m 1850.
Berend Jans de Boer was effectief lid van het zeemanscollege te Pekel-A met vlagnummer 29 in de periode 1827 t/m 1850.
Ik heb geen BAREND J. de Boer als kapitein/zeeman kunnen vinden
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 25 januari 1844 krijgt B.J. de Boer uit PekelA een maand gage wegens schipbreuk.042.
In de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 12 maart 1844 staat dat het Bestuur een uitkering ad 1 maand gage heeft toegestaan aan D.J.Wiersma, A.J.Hubert, J.L.Schaap en B.J.de Boer.023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
521 1840-1843 kof Dorothea geen opgave
1844-1849 sch.kof Hoop en Verwachting idem
Bouma025 vermeldt B.J. de Boer als gezagvoerder gedurende:
* 1823 t/m 1835 van de kof “Concordia”, gebouwd in 1809, bouwlocatie niet vermeld, 111 ton o.m., varend voor H.H.Nap te Pekela. Het schip werd 4 maal te Harlingen geregistreerd komend met zout van Liverpool.
* 1839 t/m 1843 van de kof “Dorothea” ex Concordia, gebouwd in 1816, bouwlocatie niet vermeld , 111 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Pekela. Het schip is in 1843 gestrand op Juist en wrak geraakt;
* 1845 t/m 1849 van de sch.kof “Hoop en Verwachting”, gebouwd in 1842 te Pekela, 163 ton o.m., varend voor J.Corver & Co te Amsterdam.
In het Archief van de Waterschout op het Stadsarchief van Amsterdam bevinden zich monsterrollen op naam van kapitein Barend/Berend Jans de Boer als gezagvoerder op de
“Concordia” dd 18 maart 1823; 30 augutus 1834.
“Dorothea” dd 15 september 1835
Kof “Hoop en Verwachting”, dd 1846
De lijst van monsterrrollen op het bestand van het het Groninger Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt”:
31 januari 1817, kof “Utrechts Welvaren”, kapitein Jan Berends de Boer uit Nieuwe Pekela, lichtmatroos Berend Jans de Boer uit Nieuwe Pekela
31 maart 1842, kof “Dorothea”, kapitein Berend Jans de Boer, 41 jaar uit Nieuwe Pekela.
09 april 1842, schip “Dorothea”, kapitein Berend Jans de Boer.
Overige bijzonderheden
“Op[ 7 dec, 1824 is voor mij J.H. de Weerd, schout en ambtenaar van de Burgerlijke Stand in de gemeente Nieuwe Pekela, verschenen Berend Jans de Boer, oud 24 jaren, schipper van beroep, wonende te Nieuwe Pekela, en Harm Kral, oud 23 jaren, wonende te Oude Pekela, als stuurman bij eerstgenoemde gevaren hebbende. Verklarende dat op 13 sept. 1824 bij Barseij Eiland in de Sint Geroge Kanaal in zee verdronken is Geert Davids de Jonge, oud 43 jaren, geboren te Nieuwe Pekela, weduwnaar van wijlen Kunnechien, als matroos bij hun op het schip “Concordia” gevaren hebbende, nalatende een zoon.”150.
Krantenberichten
Rotterdamsche Courant 13 april 1822114
Rotterdam, 12 april. Den 12 zeilde CONCORDIA, kapt. B.J. de Boer, naar Genua.
Familiegegevens en opleiding
Geert werd geboren te Nieuwe Pekela op 17 september 1824 als zoon van de koopman Halbe Pijbes en Hillechien Harms Bok.
Geert trouwde te Nieuwe Pekela op 23 februari 1848 als schipper met Harmanna Berents de Boer, geboren te Nieuwe Pekela op 26 februari 1827 als dochter van de schipper Berend Jans de Boer en Dorothea Harms Veen. Harmanna overleed op 20 mei 1882 te Stiens gem. Leeuwarderadeel, 55 jaar, weduwe.
Geert Halbes overleed op 01 oktober 1874 te Nieuwe Pekela, 50 jaar, zonder beroep.
Burgerlijke Stand akten uit de provincie Groningen vermelden Geert Halbes Pijbes als schipper in 1848, 1849, 1850, 1859, en zonder beroep in 1874.
“Op 23 juli 1858 geboren te Nieuwe Pekela, Halbe Pijbes, zoon van Geert Halbes Pijbes en Harmanna Berends de Boer, echtelieden, wonende te Nieuwe Pekela, overleden te Kroonstad op 9 okt. 1859 aan boord van het Nederlands schoenerschip “Harmannas, gezagvoerder G.H.Pijbes.”115.
Lidmaatschap van zeemanscolleges
G.H. Pijbes was effectief lid van het naamloze zeemanscollege te Pekel-A met vlagnummer 29 in 1851.
G.H.Pijbes was effectief lid van het zeemanscollege “Voorzorg” te Nieuwe Pekela met vlagnummer 29 in de periode 1851 t/m 1874.
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt G.H.Pijbes als gezagvoerder gedurende:
* 1850 t/m 1856 van de schoenerkof “Hoop en Verwachting”, gebouwd in 1842 te Pekela, 163 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Leeuwarden. Het schip is op 09 april 1856 gezonken na een aanvaring in de Oostzee;
* 1858 t/m 1867 van de 2-mastschoener “Hermanna”, gebouwd in 1857 te Muntendam, 170 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Pekela;
* 1868 t/m 1873 van hetzelfde schip maar nu varend voor J.J.Koerts te Pekela. Het schip is in 1873 gestrand bij Alderney.
De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:
03 maart 1847, kof “Arendina”, kapitein Derk Derks de Groot, stuurman Geert Halbes Pybes, 22 jaar uit Nieuwe Pekela.
Krantenberichten
NRC 18 april 1856)
8-9 apr 1856 Onder kapitein Pybes in de nacht van 8 op 9 april 1856 verlaten en gezonken in pos. 55°55’ Nb 5°51’ Ol na aanzeiling op reis van Amsterdam naar de Oostzee. Opvarenden gered.
NRC 17 april 1864114
Rotterdam, 16 april. De Nederlandse schoener HERMANNA, kapt. Pybes, van Liverpool naar Stettin, is de 9 dezer door het Deense stoomschip GEYSER prijsgemaakt en 12 dezer te Kopenhagen opgebracht.
NRC 28 april 1864114
Rotterdam, 27 april. De Nederlandse kof HERMANNA, kapt. Pybes, van Liverpool naar Stettin, wegens blokkadebreuk te Kopenhagen opgebracht, is eergisteren vrijgegeven en naar Colberg verzeild.
NRC 08 mei 1864114
Rotterdam, 7 mei. Het bericht aangaande het opbrengen van het Nederlandse schip HERMANNA, kapt. Pybes, door de Deense kruisers bevestigt zich. Het schip is 3 dezer andermaal wegens vermeende blokkadeverbreking te Kopenhagen opgebracht.
NRC 12 mei 1864114
Rotterdam, 11 mei. De Nederlandse schoener HERMANNA, kapt. Pybes, die voor de tweede maal wegens vermeende blokkadebreuk door de Denen werd opgebracht, is nadat de manschap verklaring heeft afgelegd andermaal vrijgegeven, en lag 8 dezer klaar om met de eerste beste gelegenheid van Kopenhagen naar Colberg aan te zeilen.
|