Familiegegevens en opleiding

Jan Rudolf Eilers werd geboren te Veendam op 28 oktober 1811 als zoon van de schipper Nicolaas Eilers en Sieke Jans Hazewinkel.

Hij trouwde op 27 augustus 1837 te Veendam als zeeman met Aaltje Jakobs Kemper, geboren te Veendam op 19 februari 1812 als dochter van de landbouwer Jakob Fokkes Kemper en Niessien Gebels Nienhuis.

Jan Rudolf overleed te Medemblik op 19 mei 1843, 31 jaar aan boord van zijn schip tussen Wieringen en Medemblik, koopvaardijkapitein

In een geboorteakte van een kind in 1842 wordt vader Jan Rudolf vermeld als schipper.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.R.Eilers was effectief lid van het zeemanscollege “De Harmonie” te Wildervank met vlagnummer 39 in de periode 1841 t/m 1843.

 

De schepen van de kapitein

Bouma⁰²⁵ vermeldt J.R.Eilers als gezagvoerder gedurende:

*    1841 t/m 1844 van de kof “de Hoop”, gebouwd in 1840, 76 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Wildervank. De kapitein is in 1844 overleden.

 

Monsterrollen op site van het Noordelijk Scheepvaart Museum te Groningen vermelden Jan Rudlf Eilers op:

09 februari 1826, schip “Harmina”, schipper Hindrik Jans Hazewinkel. Voorts stuurman, kok en de lichtmatroos Johan Rudolf Nikolaas Eilers.

10 januari 1827, schip “Jonge Pieter”, schipper Eilt Pieters Boer. Voorts stuurman, matroos en de kok Johan Rudolf Niklaas Eilers.

21 februari 1828, schip “Arius”, schipper Roelf Cornelus Hazewinkel. Voorts stuurman, kok en de matroos Johan Rudolf Eilers.

30 maart 1830, schip “Jonge Gerrit”, schipper Albert Hazewinkel. Voorts stuurman, kok en de matroos Johan Rudolf Eilers.

21 februari 1831, schip”`Jonge Gerrit”, schipper Albert Hazewinkel. Voorts stuurman, kok en de matroos Jan Rudolf Eilers.

04 februari 1832, schip “Jonge Gerrit”, schipper Albert Hazewinkel. Voorts stuurman Jan Rudolf Eilers, kok en een matroos.

19 februari 1834, schip “Jonge Pieter”, schipper Eilt Pieters Boer. Voorts stuurman Jan Rudolf Eilers N^zB, kok, koksmaat en een matroos.

17 februari 1836, schip “ “Geerdina”, schipper Eilt Alberts Doewes. Voorts stuurman Jan Rudolf Eilers, kok en een matroos.

13 mei 1837, schip “ Verwachting”, schipper Johann Eilers. Voorts stuurman, kok, matroos en een lichtmatroos.

06 februari 1839, kof “ Jonge Cornelius”, schipper Albert Hazewinkel. Voorts stuurman Jan Rudolf Eilers, kok, matroos en een lichtmatroos.

29 februari 1840, kof “ Jonge Kornelius”, schipper Albert Hazewinkel. Voorts stuurman Jan Rudolf Eilers, kok en 2 matrozen.

22 februari 1841, kof “ Hoop”, schipper Jan Rudolf Eilerrs. Voorts stuurman, kok en een matroos.

 

In de 12 monsterrollen op het overzicht van het Noordelijk Scheepvaart Museum te Groningen wordt gesproken van Johan/Jan Rudolf (Nicolaas)

Het overzicht luidt:

1826                       lichtmatroos op de “ Harrmina”  onder Hindrik Jans Hazewinkel.

1827                       kok op de “Jonge Pieter”  onder Eilt Pieters Boer

1828                       matroos op de “ Arius” onder Roelf Cornelius Hazewinkel

1830-1831            matroos op de “ Jonge Gerrit”  onder Alberrt Hazewinkel

1832                       stuurman op de “ Jonge Gerrit”  onder Alberrt Hazewinkel

1834                       stuurman op de “ Jonge Pieter”  onder Eilt Pieterd Boer

1836                       stuurman op de “ Geerdina”  onder Eilt Alberts Doewes

1837                       schipper op de “ Verwachting”

1839-1840            stuurman op de kof “ Jonge Cornelius”  onder Albert Hazewinkel

1841                       schipper op de kof “ Hoop.

De monsterrollen vermelden geen leeftijd en woonplaats

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Familiegegevens en opleiding

Dirk Dirksz Ouwehand werd geboren op 12 december 1818 te Katwijk als zoon van Dirk Willemsz Ouwehand en Dirkje Cornelisd. v.d. Bergh.

Hij trouwde in 1842 te Katwijk met Maria Rijnsd. Klok

Hij overleed te Katwijk op 15 maart 1890.

De Burgerlijke Stand van Katwijk uit 1843 vermeldt hem als gezagvoerder van het paviljoenschip Goede Verwachting. Voorts was hij kapitein van 1853-1854 op de Amstel, van 1855-1856 op de bark Walcheren, en van 1856-1857 op de bark Stad Middelburg.

“Ook is hij waarschijnlijk in 1862 kapitein geweest op de West Phalia, dit staat vermeld en afgebeeld op een schilderij, gemaakt door J.Spin, wat in bezit is bij nazaten van kapitein Dirk Dirksz Ouwehand. (Volgens Bouma … is hij in 1864 ook kapitein op de bark Luctor et Emergo geweest. Vermoedelijk heeft hij Dirk met Simon (Dirksz Ouwehand) verwisseld”.

De publicatie bevat portretten van Dirk Dirksz Ouwehand, Maria Rijnsd. Klok en “De Stad Middelburg”, waarop tevens op de achtergrond de “Amstel’ en de “West-Phalia”.

Tevens bevat de publicatie twee gedichten: één van Dirk Dirksz Ouwehand, die de bouw van “De Stad Middelburg” bezingt, omdat er roddels de ronde deden, dat zulk een schip nooit op de slappe Zeewse klei gebouwd zou kunnen worden. Het tweede gedicht is een commentaar van reder Borsius waarin hij verklaard waarom de rederij die goede Katwijkse kapiteins in dienst had. Het gedicht spreekt van  Dirk en de broers Siem (Simon) en Kees (Cornelis)  “Voor Kees was Susebetje (d.i. de Susanna Elisabeth)  Het proefstuk was voor dikke Dirk (i.c. De Stad Middelburg).”^054-100

Foto (nr.54) van kapitein D.D.Ouwehand beschikbaar⁰⁴⁷.

In 1982 verscheen een privé-uitgave over de stamboom van het zeevaardersgeslacht Ouwehand onder de titel “The Oldhand and the Sea”, waarin tevens gegevens over de familie Spaanderman.

 

De schepen van de kapitein

Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam⁰⁹³

D.Ouwehand                           Stad Middelburg                      30 januari 1863                                    niet vermeld

                                                  Stad Middelburg                      14 februari 1863                                  25 december 1863

 

Bouma⁰²⁵ vermeldt D.Ouwehand als gezagvoerder gedurende:

*    1830 t/m 1847 op de kof “Goede Verwachting”, gebouwd in 1828 te Zwolle, 60 ton o.m., varend voor Bonse & Straeter te Amsterdam (zie ook bij Dirk Willemsz Ouwehand);

*    1843 t/m 1848 van de kof “Hoop”, gebouwd in 1842 te Muiden, 62 ton o.m., varend voor M.Bonse & C^o te Amsterdam;

en D.D.Ouwehand van

*    1845 t/m 1856 van de kof “Westphalia”, gebouwd in 1840 te Hoogezzand, 76 ton o.m., varend voor Bonse & C^o te Amsterdam. Het schip voer in 1857 voor kapitein/eigenaar R.J.Stomp te Groningen en was herdoopt in “Eeltje Heidema”

*    1849 t/m 1854 op de 2/msch. “Amstel”, gebouwd in 1848 te Muiden, 113 ton o.m., varend voor Bonse & C^o te Amsterdam;

*    1855 t/m 1856 op de bark “Walcheren”, gebouwd in 1852 te Middelburg, 442 ton o.m., varend voor den Bouwmeester, Borsius en v/d Leye te Middelburg;

*    1857 t/m 1867 op de bark “Stad Middelburg, gebouwd in 1856 te Middelburg, 752 ton o.m., varend voor den Bouwmeester, Borsius & v/d Leye te Middelburg.

Verscheidene overlappen in vaarperiode en nader genealogisch onderzoek is nodig om de discrepanties te ontwarren.

 

Overige bijzonderheden

D.D.Ouwehand verzorgde per 16 april 1865 van Vlissingen met de “Stad Middelburg” een troepentransport van 3 officieren en 150 manschappen naar Nederlands Oost-Indië. Hij arriveerde te Batavia op 20 juli 1865 na een reis van 95 dagen⁰⁶⁵.

 

In de Provinciale Groninger Courant van 22 juni 1847 stond in de rubriek Zeetijdingen:

“Gearriveerd: te TEXEL den 19 Junij Ouwehand, Westphalia van Hull; … “

 

 

Familiegegevens en opleiding

Roelf Jolkes Stomp werd gedoopt op 20 september 1795 te Midwolda als zoon van de schipper Jolke Tonnis (Stomp) en Swaantje Roelfs.

Hij trouwde op 18 juli 1822 te Leek als schippersknecht met de arbeidster Eltje Gerrits Heidema, geboren ca 1800, geboorteplaats te Leek (?) als dochter van de oliemuldersknegt Gerrit Wiltes Heidema en Grietje Klaassen. Eltje overleed op 22 juni 1866 te Groningen, 66 jaar

Roelf Jolkes overleed op 02 mei 1868 te Groningen, 72 jaar, rustend schipper

 

Provinciale Groninger Courant 07 mei 1868

 

Burgerlijke Stand gegevens vermelden Roelf Jolkes Stomp als schippersknecht in 1822, als schipper in 1826, 1831, 1832, 1850, , buitenvaarder in 1851, rustend schipper 1857 en later.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

R.J.Stomp was lid voor de vlag van het Groninger eemanscollege “De Groninger Eendracht” met vlagnummer 30 in de periode 1845 t/m 1847 en 1850 t/m 1858

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma⁰²⁵ vermeldt R.J.Stomp als gezagvoerder gedurende:

• * 1833 t/m 1837 van de tjalk “Goede Hoop”, gebouwd in 1826, bouwlocatie niet vermeld, 81 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Groningen;
• * 1843 t/m 1847 van de smak “Op Hoop van Fortuin”, gebouwd in 1828, bouwlocatie niet vermeld, 62 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Sappemeer. Het schip werd in 1847 lek op het strand gezet te Hohenfels en daarna uit de vaart genomen;
• * 1850 t/m 1853 van de kof “Leentje”, gebouwd in 1848 te Groningen, 111 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Groningen. Het schip is in 1853 op de Portugese kust gestrand;
• * 1855 t/m 1856 van de schbrik “Libra”, gebouwd in 1855 te Groningen, 186 ton o.m., varend voor C.M.Nap te Groningen. Het schip is op 08 januari 1856, gaande van Newcastle naar de Bosporus, op Naxos gestrand;
• * 1857 van de kof “Eeltje Heidema” ex Westphalia, gebouwd in 1840 te Hoogezand, 76 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Groningen. Het schip is op augustus 1857 bij Steenberg zinkend op het strand gezet en stuk geslagen. Het was op weg van Newcastle naar Petersburg.

 

In de ledenlijsten van de Groninger Eendracht verrmeld in de Amsterdamscche Almanak voor Koophandel en Zeevaart wordt R.J.Stomp met vlagnummer 30 vermeld als geagvoerder van de “Hoop op Fortui” van 1846 t/m 1847 en van de “Leentje” van 1850 t/m 1855.

 

Overige bijzonderheden

Geen