Familiegegevens en opleiding

Berend Potjer werd geboren op 25 december 1811 te Sappemeer als zoon van Aldert Andries Potjer en Tijdje Berend Pals.

Hij trouwde op 02 november 1842 te Sappemeer als schipper met Klaasje Hooghout, geboren op 21 mei 1821 te Sappemeer als dochter van Sijmen Heeres Hooghout en Susanna Tonnijs Smith

Berend hertrouwde op 17 maart 1854 te Groningen als scheepskapitein met Anna Maria Benes, geboren op 31 maart 1822 te Groningen als dochter van de scheepskapitein Hindrik Jacobs Benes en Hillechien Lofvers.

Berend overleed op 10 januari 1894 te Sappemeer, 82 jaar

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

B.A.Potjer was met vlagnummer R201 in de periode 1846 t/m 1894 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart⁰⁵⁸.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1894 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij in 1894 is overleden⁰⁵⁸.

 

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein B.A.Potjer met vlagnummer R201 als gezagvoerder in de ledenlijsten van⁰⁵⁸:

*    1849, 1851            van de kof “Emma Obbina”                   80 last       varend als kapitein/eigenaar van Rotterdam

*    1855                       van de sch. “Twee Cornelissen”             geen last   varend als kapitei/eigenaar van Rotterdam

*    1858, 1859,

      1862 t/m 1867      van de sch. “Twee Cornelissen”             97 last       voor R.Meyhuyzen te Sappemeer

*    1874, 1877, 1878, 1880 t/m 1883, 1885 t/m 1888, 1890 t/m 1892      geen vermelding van schip en reeder

 

In de kapiteinslijst van van Sluijs⁰¹³ staat B.A.Potjer als gezagvoerder van de “Akke Boon”(1837 t/m 1842), “Emma Obbina”(1842 t/m 1852) en de “Twee Cornelissen” (1852 t/m 1860). Voorts vermeldt hij hem met de vlagnummer R201 en S62 (Sappemeer).

 

Bouma⁰²⁵ vermeldt B.A.Potjer als gezagvoerder gedurende:

*    1839 t/m 1856 van de kof “Akke Boon”, gebouwd in 1837 te Sappemeer, 85 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Sappemeer. Bouma noemt hier niet B A. Potjer, maar J. A.Potjer.

*    1842 t/m 1852 van de kof “Emma Obbina”, gebouwd in 1841 te Sappemeer, 118 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Sappemeer;

*    1853 t/m 1857 op de 2/m schoener “Twee Cornelissen”, gebouwd in 1853 te Groningen, 183 ton o.m., eigenaar niet genoemd, varend vanuit Sappemeer;

*    1858 t/m 1869 van hetzelfde schip maar nu varend voor R.Meihuizen te Sappemeer.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

W.Meijer werd met vlagnummer 887 ingeschreven als effectief lid van Zeemanshoop per 29 juni 1852 op voorspraak van P.S.Matzen. Zijn schip was de "Emma Obbina". Toegevoegd is "vermist"⁰⁰². Ten tijde van de inschrijving was Meijer 28 jaar^002a.

In de notulen van de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd 22/29 juni 1852 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Wiebren Meyer, oud 28 jaar, voerend het schip “Emma Obina”, wonend te Joure, op voordracht van kapitein P.S.Matzen.⁰²³.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap College Zeemanshoop te Amsterdam⁰⁰¹

vlagnummer                   jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

       887                        1852-1853     kof                   Emma Obbina                                      geen opgave

 

Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam⁰⁹³:

Kapitein                                                Schip                                      Vertrek                            Aankomst

W.Meijer                                               Plata                                       09 juni 1860                   07 december 1860

 

Bouma⁰²⁵ vermeldt W.Meyer als gezagvoerder gedurende:

*    1853 t/m 1854 van de kof “Emma Obbina”, gebouwd in 1841 te Sappemeer, 118 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Sappemeer. Wrakstukken van het schip zijn in 1854 gevonden op het eiland Curzola’

*    1861 t/m 1862 van de sch.kof “Plata”, gebouwd in 1841 te Harlingen, 180 ton o.m., varend voor A.F.Mackenstein & Zⁿ te Amsterdam. Het schip werd in 1862 afgekeurd te Port au Prince;

*    1864 t/m 1865 van de sch.brik “Albrecht Frederik” ex Bernardus, gebouwd in 1850 te Zierikzee, 159 ton o.m., varend voor C.Mackinstein te Amsterdam;

*    1867 op hetzelfde schip en voor dezelfde rederij;

 

Overige bijzonderheden

Geen