Familiegegevens en opleiding
THOMAS van Slooten, geboren 02 oktober 1832, namiddags 01.00 uur te Harlingen. Zoon van Hielke Thomas van Slooten, 30 jaar, van beroep buitenschipper en Ida Klazen Parma, 22 jaar, zonder beroep,beiden wonende te Harlingen. Aangifte door de vader.
Getuigen van de aangifte waren:
Bote Louwrens Tuininga, 51 jaar, 1ste kommiies ter secretarie, wonende te Harlingen;
Jacob van Slooten, 66 jaar, stadsbode, wonende te Harlingen.
Gegevens ontleend aan geboorteacte 1832 91 te Harlingen. RAF.
Hij huwde te Harlingen op 08 april 1858 met Antje Blijstra, geboren te Harlingen op 28 september 1833 als dochter van Anna Reinders Blijstra en Sjieuwke Sipkes Westerbaan. Antje overleed op 07 maart 1912.118
Thomas overleed 06 december 1881 te Harlingen.
Ontleend aan: “Trying-0ut. An Anatomy of Dutch Whaling and Sealing in de Nineteenth Century, 1815-1885”
Joost C.A.Schokkenbroek, Aksant, Amsterdam, 2008, 366 pp
In Appendix 5, p.323 staat een “Overview of Pupils of the Nautical College in Harlingen (1842-1864) en kennelijk degenen die aan de walvisvaart hebben deelgenomen waaronder:
Th. van Slooten uit Harlingen , in 1850 ca. 17 jaar, ingeschreven op i december 1849 en uitgeschreven op 16 februari 1850 , daarna een reis naar Groenland. In het vorderingsregister staat bij “gedrag”, bescheiden, en bij “begrip” redelijk vatbaar, i.c. een 3 op een schaal van 5. Voorts is vermeld “Calculate the rhumb-line tracks”
Idem op 19 november 1850 een inschrijving voor 5 winters, met ook weer een reis naar Groenland.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
T.H.van Slooten werd per 01 januari 1859 met vlagnummer H1 ingeschreven als lid van het Harlinger zeemanscollege “Zeemansvoorzorg”. Zijn schip was de “Caspar de Robles”, boekhouders Zeilmaker & Co. Wijze van contributiebetaling niet vermeld. Zijn vrouw was Antje Blijstra, geboren 20 september 1833
Hij was met vlagnummer H1 lid van het College in de periode 1859-1881034.
T.H.van Sloten (met één o) werd met vlagnummer 727 per 08 september 1857 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein D.D.Borchers. Als zijn schip is vermeld de “Caspar de Robles” 002.
In de notulen van de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd -1/08 september 1857 is vermeld dat tot effectief lid is voorgedragen/benoemd Thomas Hielke van Slooten, oud 24 jaar, voerend de schooner “Caspar de Robles”, wonende te Harlingen, adres Kranenborg & Zn te Amsterdam, op voordracht van kapitein D.D.Borchers.023
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
De weduwe van Slooten-Blijstra had recht op een uitkering uit het fonds van “Zeemansvoorzorg” van ¦1050,- uit te betalen in 14 halfjaarlijkse termijnen. Zijn zoon Reinder Thomas (31 maart 1873) kreeg een uitkering ineens van ¦10,-028-fol.077.
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 27 juli 1876 vraagt T.H. van Slooten om vrijstelling van contributie voor 1876 en tevens om een tegemoetkoming wegens schipbreuk. De vrijstelling wordt afgewezen, maar vanwege de schipbreuk krijgt hij een maand gage.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 29 december 1881 wordt door J.Fontein te Harlingen het overlijden gemeld van kapitein T.H. van Slooten. Tevens vraagt de wed. T.H. van Slooten geb. Blijstra om de reglementaire uitkering welke haar in de vergadering dd 23 februari 1882 werd toegekend ingaande 01 januari 1882 voor haar en 2 kinderen, onder de conditie dat eerst de achterstallige contributie wordt betaald.042.
In de bijlagen bij een Bestuursvergadering van Zeemanshoop van 29 december 1881 (Stadsarchief Amsterdam, 491-38) zijn stukken die ingaan op de uitkeringsaanvrage door de wed. van Slooten. O.a een verklaring dd. 19 januari 1882 van de dokter J.F.Selworst te Harlingen, die verklaart dat kap. T.H. van Slooten is overleden aan nephritis (i.c. een nieraandoening).
Ook een verklaring door G.Broerse, Mr Scheepmaker te Amsterdam dd 28 oktober 1881 dat van Slooten met de Caspar de Robles in febr. 1880 van Suriname ziek is terug gekomen. Daarna werd de stuurman als kapitein aangesteld.
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 15 augustus 1876 staat vermeld dat aan kapitein T.H. van Slooten een maand gage is toegekend vanwege een schipbreuk.023.
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 21 maart 1882 staat vermeld dat per 01 januari 1882 een uitkering in de 1e klasse is toegekend aan de weduwe T.H. van Slooten.023.
De schepen van de kapitein
lid van het college Zeemansvoorzorg te Harlingen036
vlagnummer periode type naam van het schip boekhouder/reder
H1/A727 1858 sch. Caspar de Robles Zeilmaker & Co, Harlingen
1859-1875 sch. Caspar de Robles Zeilmaker & Co, Harlingen
gezonken in het ijs bij Cross Island
1877-1880 bark Caspar de Robles (ex Maria Helena) Jan Fontein, Harlingen
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
727 1857-1875 schoner Caspar de Robles Zeilmaker & Co te Harlingen
1876-1877 geen vermelding van schip en boekhouder
1878-1879 bark Caspar de Robles Jan Fontein te Harlingen
1880 geen vermelding van schip en boekhouder
Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093
Naam kapitein Naam schip Vertrek Terugkomst
T.H. van Slooten Caspar de Robles 16 maart 1860 03 september 1860
Caspar de Robles 28 maart 1861 29 juli 1861
Caspar de Robles 04 oktober 1861 06 maart 1862
Caspar de Robles 17 april 1862 07 september 1862
Caspar de Robles 19 maart 1863 04 augustus 1863
Caspar de Robles 27 november 1863 20 december 1864
Caspar de Robles 18 mei 1865 06 augustus 1867
Caspar de Robles 22 mei 1868 geen melding
Bouma025 vermeldt Th.van Slooten als gezagvoerder gedurende:
-
* 1867 t/m 1875 op de bark “Caspar de Robles”, ex Maria Helena, gebouwd in 1864 te Brake, 340 ton o.m., varend voor Zeilmaker & Co te Harlingen;
-
* 1876 op dezelfde bark maar nu varend voor J.Fontein te Harlingen;1859 t/m 1876 op de 2/m schoener “Caspar de Robles”, gebouwd in 1851 te Harlingen, 162 ton o.m., varend voor Zeilmaker & Co te Harlingen. Het schip is in 1876 gezonken in het ijs bij Cross Island.
Deze opgaven kloppen in het geheel niet met die uit de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart en die uit Sweijs. Bouma heeft hier zaken door elkaar gehaald.
Overige bijzonderheden
Uit Handelsblad 18 februari 1870:
“A’dam 17 febr. Het Nederl.schip CASPAR DE ROBLES. kapt.v.Slooten van Suriname herwaarts is volgens brief uit Harl. d.d. gister, de 15de dezer, wegens tegenwind te Wight binnengel., na reeds 6 dagen in de Noordzee te hebben vertoefd, aan boord alles wel”038.
Uit Handelsblad 1 oktober 1871:
“Naar Suriname zal binnen enige dagen vertrekken het snelzeilende schoenerschip CASPAR DE ROBLES Kapt. T.H.van Slooten. adres bij van Tubergen & Daam en de Wed.Jan van Wessel & Zoon”038.
Uit Handelsblad 31 oktober 1872:
“Harlingen 29 Oct. Volgens heden ontvangen telegram uit Riga is het Nederlandse schip CASPAR DE ROBLES, Kapt. van Slooten van daar met hout herwaarts door een Engelse stoomboot op de rivier aangevaren moet lossen om te repareren.”038
Uit Handelsblad 13 juni 1876:
“Harlingen 11 juni. Volgens heden ontvangen telegram uit Archangel is het Nederlandsche schip CASPAR DE ROBLES, Kapt.van Slooten, van Hamburg naar Archangel, de 4de dezer van het ijs doorsneden en bij Cross eiland gezonken. Het volk was gered en 9 dezer te Archangel aangebracht”38.
In de Stortingsregisters van het college “Zeemanshoop”044 komen gegevens voor omtrent T.H.van Slooten varend op de “Caspar de Robles”:
referentie rang begindatum einddatum opgegeven periode
491-316/fol.22 1ste stuurman vanaf nov.1855 geen opgave geen opgave
491-316/fol.118 kapitein 09 juli 1856 21 augustus 1857 13 maamden/12 dagen
491-316/fol.160 kapitein 07 september 1857 24 maart 1858 06 maanden/03 dagen
491-316/fol.205 kapitein 28 mei 1858 11 december 1858 06 maanden/13 dagen
491-317/fol.040 kapitein 21 maart 1859 02 november 1859 07 maanden/11 dagen
491-317/fol.096 kapitein 16 maart 1860 11 september 1860 05 maanden/25 dagen
491-317/fol.143 kapitein 22 februari 1861 06 augustus 1861 05 maanden/15 dagen
491-317/fol.170 kapitein 28 september 1861 11 maart 1862 05 maanden/13 dagen
491-317/fol.194 kapitein 17 april 1862 13 september 1862 04 maanden/26 dagen
491-317/fol.223 kapitein 11 maart 1863 12 augustus 1863 05 maanden/01 dag
491-317/fol.268 kapitein oktober 1863 geen opgave 13 maanden/22 dagen
491-318/fol.014 kapitein 08 mei 1865 geen opgave geen opgave
491-318/fol.045 kapitein mei 1865 september 1867 geen opgave
491-318/fol.060 kapitein 22 november 1867 18 april 1868 04 maanden/26 dagen
491-318/fol.072 kapitein 16 mei 1868 21 augustus 1868 03 maanden/05 dagen
491-318/fol.093 kapitein 19 december 1868 16 juni 1869 05 maanden/27 dagen
491-318/fol.122 kapitein 04 juni 1870 23 oktober 1870 04 maanden/19 dagen
491-318/fol.132 kapitein 14 december 1870 10 juni 1871 05 maanden/26 dagen
491-318/fol.148 kapitein 15 oktober 1871 10 maart 1872 14 maanden/25 dagen
491-318/fol.162 kapitein 15 april 1872 24 december 1872 08 maanden/10 dagen
491-318/fol.179 kapitein 28 juni 1873 20 december 1873 05 maanden/22 dagen
491-318/fol.188 kapitein 03 februari 1874 16 juli 1874 05 maanden/13 dagen
491-318/fol.198 kapitein 17 september 1874 06 mei 1875 07 maanden/19 dagen
491-318/fol.202 kapitein 15 juni 1875 23 augustus 1875 02 maanden/18 dagen
491-318/fol.213 kapitein 10 oktober 1875 04 juni 1876 07 maanden/24 dagen
491-318/fol.219 kapitein 05 september 1877 03 november 1877 01 maand/23 dagen
491-318/fol.222 kapitein 19 januari 1878 06 juli 1878 05 maanden/17 dagen
491-318/fol.224 kapitein 24 december 1878 07 augustus 1879 07 maanden/14 dagen
491-318/fol.226 kapitein 08 oktober 1879 28 februari 1880 04 maanden/20 dagen
In het Register van Schepen in het Oosterdok te Amsterdam045 komt o.a. het volgende gegeven voor
schoener Caspar de Robles onder kapitein T.H.van Slooten:
bron aankomst vertrek reisdoel
GAA-502/290 02 september 1860 maart 1861 Coronie
19 oktober 1861 (Noord Atlantische Oceaan op weg naar het Nieuwe Diep te Den Helder op 42046’NB en 18048”WL): “… passeerden verscheidene om de west koersende schepen alsmede het Nedl.Schip Caspar de Robles van Amst. Naar Suriname …”053 (reis Amsterdam-Paramaribo-Amsterdam. Mei-november 1861).
De voorganger als gezagvoerder op de “Capar de Robles” was kapitein Oepke Sikkes Parma, die dus op 19 oktober 1861 zijn eigen voorgaande schip waarnam. Th.H.van Slooten was toen eerste stuurman op de “Caspar de Robles”. Het Register van Schepen in het Oosterdok045 vermeldt het vertrek van de “Caspar de Robles” op 02 oktober 1861 met bestemming Suriname
1876: Gezonken in het ijs bij Cross Island. Onderweg van Hamburg naar Archangel op 4 juni 1876 als gevolg van ijsschade bij Cross Island gezonken. De bemanning is 9 juni te Archangel geland BRON?
Familiegegevens en opleiding
Roelof Oosting werd geboren te Groningen op 05 februari 1843 als zoon van de commissionair Heijo Klaassens Oosting en Annechiena Roelfs Taaij.
Hij trouwde te Delfzijl op 09 december 1881 als scheepskapitein met Jacoba Wilhelmina Keun, geboren op 15 april 1852 te Delfzijl als dochter van Berend Bruins Keun en Willemtje Alberts Drenth. Overlijdensgegevens niet gevonden te Groningen
Roelof overleed te Farmsum/Delfzijl op 31 januari 1905, 61 jaar.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
R.Oosting was effectief lid van het zeemanscollege “De Vereeniging” uit Delfzijl met vlagnummer 89 in de periode 1879 t/m 1880 en met vlagnummer 57 in de periode 1880 t/m 1905zijn overlijden in 1905.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
lid van het zeemanscollege Zeemansvoorzorg te Harlingen036
vlagnummer periode type naam van het schip boekhouder/reder
geen 1884-1888 brik Johannes (ex Jeremia, ex Peter, ex Mary) C.Kuhlman Jz, Harlingen
1889-1890 brik Regalia C.Kuhlman Jz, Harlingen
Bouma025 vermeldt R.Oosting als gezagvoerder gedurende:
* 1875 van de ijzeren 3-mastschoener met stoom “Phenix” ex Twenthe, ex West Friesland, gebouwd in 1841 te Amsterdam, 331 ton o.m., varend voor D.Brodie te Amsterdam. Het schip werd te Petchora geabandoneerd;
* 1879 t/m 1883 van de 3-mastschoener “Felicitas” ex Marius, gebouwd in 1853 te La Nouville, 137 ton o.m., varend voor H.Mensinga te Delfzijl. Het schip werd in 1884, (toen met als eigenaar K.B.Kuiper te Farmsum, maar met een onbekende kapitein) verkocht naar Noorwegen met als nieuwe eigenaar G.Stokke te Jaroberg;
* 1885 t/m 1889 van de brik “Johannes” ex Jeremias, ex Peter, ex Mary, gebouwd in 1857 te Nova Scotia, 256 ton o.m., varend voor C.Kuhlman Jz te Harlingen;
* 1891 van de brik “Regalia”, gebouwd in 1863 te Sunderland, 322 ton o.m., varend voor C.Kuhlman Jz te Harlingen. Het schip werd afgekeurd te Götenborg;
* 1896 van de bark “Felicitas” ex Caspar de Robles, ex Maria Helena, gebouwd in 1864 te Brake, 300 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Farmsum.
Monsterrollen uit het Gemeentearchief van Delfzijl
Monsterrol 1857-18, 27 februari 1857, kof “Wiea Geziena”, kapitein Jurrien R.Bossinga, 27 jaar uit Farmsum. Voorts stuurman G.L.Sok, 49 jaar uit Veendam, kok, matroos, lichtmatroos en de scheepsjongen Roelof Oosting, 14 jaar uit Groningen;
Monsterrol 1858-35, 27 maart 1858, kof “Wiea Geziena”, kapitein J.R.Bossinga, 29 jaar uit Farmsum. Voorts stuurman G.L.Sok, 50 jaar uit Veendam, kok, matroos, lichtmatroos en een kajuitwachter R.Oosting, 15 jaar uit Groningen;
Monsterrol 1859-31, 16 maart 1859, schoenerkof “Helena”, kapitein Harmannus J.Schreuder, 45 jaar uit Farmsum. Voorts stuurman R.B.B.Hazelhof, 33 jaar uit Nieuwolda, kok, matroos, 2 lichtmatrozen en de scheepsjongen Roelof Oosting, 16 jaar uit Groningen;
Monsterrol 1860-9, 11 februari 1860, galjoot “Prudence”, kapitein Albert Hazewinkel, 31 jaar uit Wildervank. Voorts stuurman Johannes Walvius, 34 jaar uit Wildervank, kok, matroos, lichtmatroos Roelof Oosting, 17 jaar uit Groningen en een kajuitwachter;
Monsterrol 1864-28, 07 maart 1864, kof “Hillechiena”, kapitein Hindrik Brakke, 35 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Adolf Heeres, 28 jaar uit Oude Pekela, kok en 2 matrozen, waaronder Roelof Oosting, 21 jaar uit Groningen;
Monsterrol 1867-45, 17 mei 1867, schoener “Geessien Schreuder”, kapitein Geert Geerts Albers, 46 jaar uit Farmsum. Voorts matroos Roelf Oosting, 24 jaar uit Groningen;
Monsterrol 1876-159, 25 augustus 1876, schoener “Catharina”, kapitein Pieter Dijkstra, 41 jaar uit Appingedam. Voorts stuurman Roelof Oosting, 33 jaar uit Groningen, matroos en een lichtmatroos;
Monsterrol 1877-24, 08 maart 1877, galjoot “Bouwina”, kapitein Thomas Jans Middel, 58 jaar uit Appingedam. Voorts stuurman Roelof Oosting, 34 jaar uit Groningen, kok, matroos en een lichtmatroos;
Monsterrol 1878-10, 26 februari 1878, schoener “Felicitas”, kapitein Roelof Oosting, 35 jaar uit Groningen. Voorts stuurman Berend Visser, 23 jaar uit Delfzijl, kok, matroos en 2 lichtmatrozen;
Monsterrol 1878-92, 22 juni 1878, schoener “Felicitas”, kapitein Roelof Oosting, 35 jaar uit Groningen. Voorts kok, matroos en een lichtmatroos;
Monsterrol 1878-121, 09 augustus 1878, schoener “Felicitas”, kapitein Roelof Oosting, 35 jaar uit Delfzijl. Voorts een lichtmatroos;
Monsterrol 1879-19, 21 maart 1879, schoener “Felicitas”, kapitein Roelf Oosting, 36 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Lubbertus Zandhuis, 41 jaar uit Groningen, kok en 2 matrozen;
Monsterrol 1879-95, 23 juli 1879, schoener “Felicitas”, kapitein Roelof Oosting, 36 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Lubbertus Harmannus Zandhuis, 41 jaar uit Groningen, kok, 2 matrozen en een lichtmatroos;
Monsterrol 1879-133, 29 september 1879, schoener “Felicitas”, kapitein Roelof Oosting, 36 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Berend Harmannus Visser, 26 jaar uit Delfzijl en een matroos;
Monsterrol 1880-25, 22 maart 1880, schoener “Felicitas”, kapitein Roelof Oosting, 37 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Remmelt van Linge, 35 jaar uit Delfzijl, kok, matroos en 2 lichtmatrozen;
Monsterrol 1880-82, 10 juli 1880, schoener “Felicitas”, kapitein Roelof Oosting, 37 jaar uit Delfzijl. Voorts een matroos;
Monsterrol 1880-112, 30 augustus 1880, schoener “Felicitas”, kapitein Roelf Oosting, 37 jaar uit Delfzijl. Voorts een matroos;
Monsterrol 1880-144, 23 oktober 1880, schoener “Felicitas”, kapitein Roelf Oosting, 37 jaar uit Groningen. Voorts 2 matrozen;
Monsterrol 1881-46, 21 april 1881, schoener “Felicitas”, kapitein Roelf Oosting, 38 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Remmelt van Lingen, 37 jaar uit Delfzijl, kok, matroos, lichtmatroos en een kajuitwachter;
Monsterrol 1882-25, 10 maart 1882, schoener “Felicitas”, kapitein Roelof Oosting, 39 jaar uit Farmsum. Voorts stuurman H.Jonker, 33 jaar uit Veendam, kok, matroos en 2 lichtmatrozen;
Monsterrol 1882-60, 25 april 1882, schoener “Felicitas”, kapitein Roelof Oosting, 39 jaar uit Farmsum. Voorts een matroos;
Monsterrol 1882-105, 07 juli 1882, schoener “Felicitas”, kapitein Roelof Oosting, 39 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Johannes Smit, 50 jaar uit Delfzijl;
Monsterrol 1883-40, 03 april 1883, schoener “Felicitas”, kapitein Roelf Oosting, 40 jaar uit Farmsum. Voorts stuurman Johannes Smit, 52 jaar uit Delfzijl en een kok;
Monsterrol 1883-49, 05 mei 1883, schoener “Felicitas”, kapitein Roelof Oosting, 40 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Johannes Smit, 52 jaar uit Delfzijl, kok en 2 matrozen;
Monsterrol 1887-30, geen datum vermeld, brik “Johannes”, kapitein Roelf Oosting, 44 jaar uit Farmsum. Voorts stuurman Hilbrand Smid, 27 jaar uit Appingedam, matroos-zeilmaker, kok, 3 matrozen, lichtmatroos en een dekjongen;
Monsterrol 1887-95, 19 september 1887, brik “Johannes”, kapitein Roelf Oosting, 44 jaar uit Farmsum. Voorts stuurman Hilbrand Smid, 27 jaar uit Appingedam, kok, 3 matrozen, lichtmatroos en een dekjongen;
Monsterrol 1888-70, 24 juli 1888, brik “Johannes”, kapitein Roelf Oosting, 45 jaar uit Farmsum. Voorts stuurman Geert Hutting, 46 jaar uit Delfzijl, kok, 2 matrozen en 2 lichtmatrozen;
Monsterrol 1890-48, 15 april 1890, brik “Regalia”, kapitein Roelof Oosting, 47 jaar uit Farmsum. Voorts stuurman Derk Brouwer, 25 jaar uit Delfzijl, kok, matroos-zeilmaker; matroos, 2 lichtmatrozen en een dekjongen;
Monsterrol 1894-38, 27 maart 1894, bark “Felicitas”, kapitein Roelof Oosting, 51 jaar uit Farmsum. Voorts de kapiteinsvrouw Jacoba Kuen, 41 jaar uit Farmsum, stuurman Derk Brouwer, 29 jaar uit Delfzijl, kok, bootsman;2 matrozen, 2 lichtmatrozen en een dekjongen;
Monsterrol 1894-72, 19 juli 1894, bark “Felicitas”, kapitein Roelof Oosting, 51 jaar uit Farmsum. Voorts stuurman Derk Brouwer, 29 jaar uit Farmsum, bootsman, kok, 2 matrozen, 2 lichtmatrozen en een dekjongen;
Monsterrol 1895-58, 24 mei 1895, bark “Felicitas”, kapitein Roelof Oosting, 52 jaar uit Farmsum. Voorts kapiteinsvrouw Jacoba Wilhelmina Keun, 43 jaar uit Farmsum, 1ste stuurman Jan de Vries, 40 jaar uit Schildwolde, 2de stuurman Siefko Wijngaard, 20 jaar uit Siddeburen, kok, 2 matrozen, 3 lichtmatrozen en een dekjongen;
Monsterrol 1895-92, 05 september 1895, bark “Felicitas”, kapitein Roelf Oosting, 52 jaar uit Farmsum. Voorts stuurman Jan de Vries, 34 jaar uit Schildwolde, bootsman, kok, 2 matrozen, 2 lichtmatrozen en een dekjongen;
Monsterrol 1896-52, 13 april 1896, bark “Felicitas”, kapitein Roelof Oosting, 53 uit Farmsum. Voorts kapiteinsvrouw, Jacob Kuen, 44 jaar uit Farmsum, stuurman Hiddo Oosterhuis, 53 jaar uit Delfzijl, kok, bootsman, 2 matrozen, 2 lichtmatrozen en een dekjongen;
Monsterrol 1896-72, 06 juli 1896, bark “Felicitas”, kapitein Roelof Oosting, 53 jaar uit Farmsum. Voorts stuurman Hiddo Oosterhuis, 54 jaar uit Delfzijl, bootsman, kok, 2 matrozen, 2 lichtmatrozen en een dekjongen;
Monsterrol 1897-42, 20 april 1897, bark “Felicitas”, kapitein Roelof Oosting, 54 jaar uit Farmsum. Voorts kapiteinsvrouw Jacoba Kuen, 45 jaar uit Farmsum, stuurman Berend Bijholt, 53 jaar uit Nieuwe Pekela, bootsman, 2 koks, 2 matrozen, 2 lichtmatrozen en een dekjongen;
Monsterrol 1897-56, 02 juli 1897, bark “Felicitas”, kapitein Roelof Oosting, geen leeftijd vermeld uit Farmsum. Voorts een niet met rang vermeld bemanningslid;
Monsterrol 1901-65b, 17 oktober 1901, bark “Felicitas”, kapitein Roelof Oosting, geen leeftijd vermeld uit Farmsum. Voorts een niet met rang vermeld bemanningslid.
Samenvatting van de monsterrollen
-
Roelof is in de monsterrollen ook aangeduid als Roelf en met de initiaal R
-
Er zijn in totaal 37 monsterrollen met de naam van Roelof Oosting op de website van het Noordelijk Scheepvaartmuseum. Alle rollen bevinden zich in het Gemeentearchief van Delfzijl.
-
De monsterrollen zijn gedateerd van 1857 t/m 1901, met als leeftijden 14 t/m 58 jaar. Zijn zeemanscarriére heeft derhalve ca. 42 jaar geduurd, een respectabele periode.
-
Als woonplaats is in de subalterne periode steeds Groningen genoemd, zijn geboorteplaats. Rond zijn huwelijksjaar verhuisde het gezin naar Delfzijl/Farmsum. Hoewel hij in de tachtiger jaren voor een Harlinger reder voer, is hij kennelijk steeds in NO-Groningen blijven wonen.
-
Het overzicht van de monsterrollen luidt:
-
1857 scheepsjongen op de kof “Wiea Geziena”, kapt. Jurrien R.Bossinga 14 jaar
-
1858 kajuitwachter op de kof “Wiea Geziena”, kapt. Jurrien R.Bossinga 15 jaar
-
1859 scheepsjongen op de schoenerkof “Helena”, kapt. Harmannus J.Schreuder 16 jaar
-
1860 lichtmatroos op de galjoot “Prudence”, kapt. Albert Hazewinkel 17 jaar
-
1864 matroos op de kof “Hillechiena”, kapt. Hindrik Brakke 21 jaar
-
1867 matroos op de schoener “Geessien Schreuder”, kapt. Geert G.Albers 24 jaar
-
1876 stuurman op de schoener “Catharina”, kapt Pieter Dijkstra 33 jaar
-
1877 stuurman op de galjoot “Bouwina”, kapt. Thomas J.Middel 34 jaar
-
1878-1883 kapitein op de schoener “Felicitas” 35-40 jaar
-
1887-1888 kapitein op de brik “Johannes” 44-45 jaar
-
1890 kapitein op de brik “Regalia” 47 jaar
-
1894-1901 kapitein op de bark “Felicitas” 51-58 jaar
-
Er zitten in de reeks van monsterrollen uit Delfzijl een aantal onderbrekingen bv. 1860-1864, 1867-1876 en 1883-1887. Roelof zal in deze perioden vanuit een andere haven hebben gevaren, waarvan de monsterrollen niet zijn nagezien.
Hij heeft de hele zeemansloopbaan van scheepsjongen t/m gezagvoerder doorlopen en ervaring opgedaan op kleinere schepen t/m de grotere twee- en driemaster.
Overige bijzonderheden
Kapitein Oosting was van 1883 t/m 1889 (zal 1884-1888 zijn) gezagvoerder van de brik “Johannes” (ex-Jeremias, ex-Peter, ex-Mary), gebouwd in 1857 te Nova Scotia, Canada, groot 256 ton n.m. Hij voer toen voor rederij C.Kuhlman Jz te Harlingen. In 1885 monsterde Derk Brouwer als matroos aan. Vertrekhaven en reisdoel niet vermeld. In de Bijlage op zijn “Herinneringen” zijn kopieën van getuigschriften voor Brouwer, waaronder de handtekening van R.Oosting, gedateerd 31 oktober 1885, 10 december 1890 resp. 20 oktober 1894048.
Kapitein Oosting was in 1890 en 1891 gezagvoerder op de brik “Regalia”, gebouwd in 1863 te Sunderland, Engeland, groot 223 ton o.m. varend voor C.Kuhlman Jz te Harlingen. Het schip werd in 1891 “ten gevolge van zware averij afgekeurd en op 9 November te Gothenburg, Zweden, voor 2100 kronen verkocht.”
Derk Brouwer monsterde op 15 april 1890 als stuurman aan voor een reis naar Engeland. Een getuigschrift meldt dat hij gedurende 9 maanden als stuurman onder kapitein Oosting op de “Regalia” voer, maar in zijn “Herinneringen “ maakt hij geen melding van deze reis048.
Kapitein R.Oosting was van 1893 t/m 1896 kapitein/reder van de bark “Caspar de Robles” (ex-Maria Helena), gebouwd in 1864 te Brake, Duitsland, groot 300 ton o.m. Het schip werd in 1893 geveild te Harlingen door reder J.Fontein te Harlingen en op 15 februari voor ¦ 3618 verkocht aan R.Oosting te Farmsum. Oosting verkocht het schip weer op 03 maart 1897 te Delfzijl aan A.van Dijk te Delfzijl. De prijs was geheim.
Derk Brouwer monsterde op 27 maart 1894 te Delfzijl aan als stuurman voor een reis naar Engeland en op 19 juli 1894 wederom te Delfzijl als stuurman voor een reis naar de Oostzee. Van de eerste reis deed hij uitgebreid verslag in zijn “Herinneringen”. Uit dit verslag blijkt dat ook de vrouw van de kapitein de reis meemaakte. In Engeland werd steenkool geladen voor (vermoedelijk) de Noord-Noorse plaats Skjervö. In deze plaats stond een traankokerij voor de verwerking van walvisvlees. “De Kapt., zijn vrouw en ik hebben in het laatst van Juni elkaar met sneeuw gegooid”. Hierna ging de reis naar Archangel aan de Witte Zee. Hier ontstond een kleine muiterij aan boord onder leiding van de zeilmaker, waaraan een aantal matrozen deelnamen. De oorzaak was ongenoegen over het verstrekte voedsel en de direkte aanleidng was overmatig drankgebruik (aangeduid als “wodkie”). Dat de kapitein niet met zich liet sollen blijkt uit het volgende citaat: “... maar ze (de matrozen) zeiden dat ze ook eten wilden hebben, want de Kapitein had het vleesch en aardapplen in de kajuit laten brengen; want zeide hij, die niet werkt, zal ook niet eten”. De kapitein en zijn vrouw werden met de dood bedreigt, maar door o.a. het optreden van Derk Brouwer kon een drama worden voorkomen. De zeilmaker werd een paar weken aan de wal in het cachot opgeborgen met als resultaat dat hij de rest van zijn verblijf aan boord rustig bleef. Terug in Schotland moest nog een tripje naar Riga worden gemaakt en vandaar met hout terug naar Delfzijl048.
Provinciale Groninger Courant 25 februari 1893114
Harlingen, 22 februari Het Nederlandse barkschip CASPAR DE ROBLES, groot 300 register ton, is verkocht aan R. Oosting te Farmsum voor NLG 3618 (opm: nieuwe naam FELICITAS).
ZEETIJDINGEN in het Nieuwsblad: 097-p.20
“DELFZIJL 22 Sept. (1896) Als bewijs dat de reederij met slechte tijden heeft te kampen, kan dienen dat de hier liggende schepen ‘Felicitas’, kapt. Oosting, ‘San Francisco’ kapt. Leeuw en ‘G.T.Ray’, kapt. Smit, na lossing der lading, waarmee zij thans bezig zijn, in de winterlaag zullen worden gelegd wegens niet te bekomen retourvrachten. Vele andere schepen zullen dit voorbeeld volgen. Hoewel de toestand ook in voorgaande jaren niet rooskleurig was, is er toch in de laatste jaren geen sprake geweest van een dergelijk vroeg opleggen der schepen.”
Provinciale Groninger Courant 02 maart 1898114
Delfzijl, 1 maart. Heden is uit de hand verkocht het Nederlandse barkschip FELICITAS, kapt. tevens reder R. Oosting, in winterlaag liggende alhier; aan de heer A. van Dijk, scheepsmakelaar alhier, en zal bevaren worden door kapt. J. Nieboer.