Inloggen
DRIE GEBROEDERS - ID 11775


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1814-07-01 / 1828-10-28 | Reden uitgevlagd: Afscheiding Zuidelijke Nederlanden K.B. 28.10.1830

Identification Data

Bouwjaar: 1806
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Smak
Material Hull: Wood
Construction Data

Scheepsbouwer: Veendam, Groningen, Netherlands (Kingdom Holland 1806-1810)
Launch Date: 1806-00-00
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1814
Datum agenda: 1814-07-01
Register nr: 18140873
Scheepsnaam: DRIE GEBROEDERS
Type: Smak
Lasten: 42
Gebouwd in provincie: Groningen
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Lukkien, H.A.
Plaats: Veendam
Kapitein op moment van verzoek: Duintjes, J.J.
Opmerkingen: Eerste zeebrief
boekhouder en mede-reder

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1806-00-00 DRIE GEBROEDERS
Manager: Luurt Rengers Doornbos, Veendam, Groningen, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Veendam, Groningen, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Veendam / Netherlands

Date/Name Ship 1814-07-01 DRIE GEBROEDERS
Manager: Harm Albert Lukkien, Veendam, Groningen, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Veendam, Groningen, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Veendam / Netherlands

Date/Name Ship 1816-00-00 JONGE LODEWIJK (DE)
Manager: Jurjen Jans Duintjer, Veendam, Groningen, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Veendam, Groningen, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Veendam / Netherlands

Date/Name Ship 1817-00-00 JONGE LODEWIJK
Manager: Harm Albert Lukkien, Veendam, Groningen, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Veendam, Groningen, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Veendam / Netherlands

Date/Name Ship 1828-00-00 THERESIA
Manager: Weduwe R. Van Goorlaecken, Antwerp, Netherlands
Eigenaar: Weduwe R. Van Goorlaecken, Antwerp, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Antwerp / Netherlands

Bezitters van parten (aandelen) in het schip

Bijlage bij acte Veendam 146.233/234.121 d.d. 20 juni 1814 – smak
DRIE GEBROEDERS

Eigenaren in juni 1814:

Harm Albert Lukkien (boekhouder en 2/32e part)
Jurrien Jurriens Duintjer, Veendam (schipper en 8/32e part)
Derk Barends Boon (2/32e part)
Jannes Hendriks Lodewijks (2/32e part)
Firma A. Slehman (?) & Co (1/32e part)
Weduwe Pieter Reinders Duit (2/32e part)
A. Hansen (?), weduwe van Arent Geerts (1/32e part)
Geziena Hinderiks, vrouw van Berent H. Schipper, Veendam (2/32e part)
Harm E. Tonkens (2/32e part)
Willem Westerborg, Groningen (1/32e part)
Albert Wolters (2/32e part)
Hindrik Deddes (2/32e part)
Folkert Deddes (1/32e part)
Jan Hindriks Puister (1/32e part)
Erven Luurt Doornbos, Veendam (1/32e part)
Alle bovenstaande personen tezamen 1/32e part
(opm: er ontbreekt nog 1/32e part)

Eigenaren van de DRIE GEBROEDERS   1806:
Luurt Rengers Doornbos, Roelf Engberts Mulder, later weduwe Zwaantje Mulder-Sap (50%)


Eigenaren van de smak de JONGE LODEWIJK bij verkoop d.d. 17 september 1816:
Zwaantje Hendriks Sap, weduwe Roelf Engberts Mulder, Veendam, 1/2e part
Erven Luurt Rengers Doornbos, 1/2e part
 

Eigenaren van de smak de JONGE LODEWIJK sinds 17 september 1816:
Zwaantje Hendriks Sap, weduwe Roelf Egberts Mulder, Veendam, 1/2e part
R. van Goorlaecken, Antwerpen, 1/2e part

Ship Events Data

1829-09-00: De THERESIA, kapt. K.E. Boswijk, is in september 1829 nabij Anholt overzeild, met veel schade en zwaar lek in Elseneur binnengebracht en aldaar waarschijnlijk verkocht voor de sloop
1829-10-00: Final Fate:
De THERESIA, kapt. K.E. Boswijk, is waarschijnlijk in oktober 1829 in Elseneur verkocht voor de sloop

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

J.J.Duintjer werd in 1813 geboren te Veendam064.

Hij werd geboren te Groningen071.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.J.Duintjer werd met vlagnummer 588 effectief lid van Zeemanshoop per 06 juli 1841 op voorspraak van E.R.Borchers. Zijn schip was de "Dankbaarheid"002. Ten tijde van de inschrijving waren Duintjer en zijn vrouw 29 resp. 24 jaar. Toegevoegd is “overleden” 002a.

In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 29 juni/06 juli 1841 werd tot effectief lid voorgedragen/benoemd Jurjen Jurjens Duintjer, oud 29 jaar, voerend de brik “Dankbaarheid”, afkomstig uit Dordrecht, adres bij P.J.de Ridder op de hoek van de Wijnstraat te Amsterdam, op voordracht van kapitein E.R.Borchers. Hij kreeg vlagnummer 588.023.

J.J.Duintjer wordt vermeld als kapitein èn als commissaris van het bestuur van het Amsterdamse college "Zeemanshoop" op 1 mei 1849032.

J.J.Duintjer was van 1845-1853 bestuurslid van het College Zeemanshoop019.

 

J.J.Duintjer was met vlagnummer 54 lid van het Dordtse zeemanscollege Nut van Handel en Zeevaart in de periode 25 juni 1841 t/m 1852. Bij de inschrijving was zijn schip “de Dankbaarheid”.111

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 21 januari 1843 staat de mededeling dat het zeemanscollege uit Dordt een kaart plus beschrijving van de Cocoseilanden heeft opgestuurd opgesteld door kapitein J.J.Duintjer.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 30 januari 1845 staat een brief vermeld van J.J.Duintjer ”inhoudende eene nadere beschouwing van de voorgestelde en goedgestemde geldleening door het collegie Zeemanshoop te doen, en bezwaren daartegen”. Het Bestuur besluit het stuk te laten circuleren bij de Bestuursleden en bij de leden van de betreffende commissie. In de vergadering dd 27 februari 1845 meldt het Bestuur dat men ten aanzien van genoemde geldlening niet op het eerder genomen besluit wil terugkomen. (wat die geldlening precies inhoudt heb ik niet nagegaan, maar de berichten illustreren de inzet van kapitein Duintjer ten aanzien van Zeemanshoop).042.

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 27 maart 1845 vraagt J.J.Duintjer “tot een verandering van wetten” te komen. Zijn verzoek wordt gecirculeerd binnen het Bestuur.042

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 07 mei 1850 staat de mededeling dat kapitein J.J.Duintjer “van hier is vertrokken en sedert jaren zijn Contributien niet heeft aangezuiverd”. Er gaat een brief uit om hem aan te sporen te betalen “en tevens hem uit te noodigen voor zijne betrekking als Plaatsvervangend Commissaris, daar hij niet meer in Amsterdam woont, te bedanken.”042.

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 30 april 1857 bedankt J.J.Duintjer als effectief lid en deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop.042.

 

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 19 mei 1857 staat de mededeling dat kapitein J.J.Duintjer bedankt voor zijn lidmaatschap en voor deelneming in het Fonds.023.

 

In de notulen van de Bestuursvergadering van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” dd 09 december 184 staat het bericht dat kapitein J.J.Duintjes een verslag heeft ingeleverd “omtrent zijn wedervaren met zijn Schip, gedurende zijn laatste Reis, van Java naar het Vaderland in dezen jare 1842; het aandoen van de Cocos-eilanden, en een beschrijving van dezelven. – Zijnde dat berigt vergezeld door eene bij hem kapitein geteekende kaart van voormelde eilanden. … “. Op uitnodiging van de president van het College wordt dit bericht door de kapitein persoonlijk toegelicht. Met toestemming van de kapitein besluit de vergadering dit bericht een wijdere verspreiding te geven.064a

 

In het kasboek van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” dd juli 1841 staat de inboeking van f 15,- als entreegeld van kapitein Duintjer,064b

 

De schepen van de kapitein

In Ledenlijsten de Dortse zeemansalmanak (Stadsarchief Dordrecht, inv. 93, nrs 16-33) staat J.J.Duintjer als gezagvoerder064:

*    1842 t/m 1843   brik “Dankbaarheid”       boekhouder J.B.’t Hooft te Dordrecht

*    1844 t.m 1846    fregat “Nassau”               boekhouders E.Nolthenius & Ludens en van Geuns te Amsterdam

*    1850; 1852         geen schip genoemd

 

lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer          jaren        type                 scheepsnaam        naam reder/boekhouder

       588              1841-1842  brik                  Dankbaarheid       J.B.'t Hooft te Dordrecht

                            1843-1846  fregat               Nassau                   G.Nolthenius en Luden en van Geuns

                            1848-1853  geen opgave van schip en boekhouder

       253              1854-1856  geen opgave van schip en boekhouder

 

Van Sluijs013 en Bouma025 vermelden kapitein J.J.Duintjer van 1841 t/m 1843 als gezagvoerder van de brik “Dankbaarheid”, op 24 augustus 1828 op stapel gezet door J.Schouten te Dordrecht, 224 ton o.m., varend voor J.B.’t Hooft te Dordrecht. De Nederlandsche Hermes012 vermeldt tevens als inhoud 400 last en onder eigenaar/boekhouder “Aangenom. transp.schip v.h. Gouv.”. In 1843 werd “het hol” het schip verkocht te Dordrecht

 

Bouma025 vermeldt J.J.Duintjer als gezagvoerder gedurende:

*    1844 t/m 1847 van het 3/mschip “Nassau”, gebouwd in 1837 te Amsterdam, 466 ton o.m., varend voor Nolthenius, Luden & van Geuns te Amsterdam.

 

Overige bijzonderheden

Ontleend aan. van Blokland-Visser 064:

Op 24 maart 1838 (Monsterrol 864, Gemeentearchief van Dordrecht) was hij 1e stuurman onder kapitein Cornelis Neurenberg. op het nieuwe fregat “Soerabaja” (gebouwd op de werf van Cornelis Gips en met als reder Hudig en Blokhuizen te Rotterdam) en vertrok met 29 man naar Batavia

Op 24 juni 1841 (Monsterrol 1061, Gemeentearchief van Dordrecht) was hij kapitein op de schoenerbrik “Dankbaarheid” en vertrok met  17 man naar Batavia. Hij schreef een verslag over deze reis en bracht rapport uit over o.a. de reis naar de Cocos eilanden met een kaart van deze eilanden. Deze kaart bood hij aan bij het zeemanscollege ,,Zeemanshoop” te Amsterdam. In 1843 verscheen het in druk bij de Amsterdamse uitgever Swart in de ,,Verhandelingen en berigten,, 4e deel.

 

 

Datum vanaf: 1806
Kapitein: Duintjer, Jurjen Jurjens
Overige informatie:

Datum vanaf: 1823
Kapitein: Wagenaar, H.A.
Overige informatie: 1823-09-08

Datum vanaf: 1828
Kapitein: BOSWIJK, K.E.

Monsterrollen

Opgemaakt Amsterdam
Datum: 1814-08-09
Scheepsnaam voorvoegsel:
Scheepsnaam: DRIE GEBROEDERS
Schipper: Duintjer, Jurriaan J.
Scheepstype: smak
Grootte:

Bekijk alle monsterrollen Bekijk alle monsterrollen
Algemene informatie

KCO 041009
Zeetijding. Volgens een brief van Riga, van den 13de van herfstmaand, waren weder vrijgegeven de volgende schepen, als: de VREDE, kapt. Fr. Zeemann, NEPTHUNUS, kapt. H.J. Katt, de VROUW GERSINA, kapt. Hendrik Peters, CATHARINA AUGUSTA, kapt. J.J. Sprenger, GEERTRUIDA, kapt. Roelof Jansen, de JONGE FREDRIK, kapt. J.J. Dik, de JONGE PIETER, kapt. Wilh. Stent, de DRIE GEBROEDERS, kapt. J.C. Doyes, de WELVAART, kapt. Warntje Jans de Boer, de VROUW HERMANA, kapt. Berend de Boer, de DRIE GEBROEDERS, kapt. Geert Oomkes, de VROUW JANTJE, kapt. Geert Meilofs, de JUFVROUW HERMINA, O.G. van Dam, de JONGE SOPHIA EN HENDRIK, kapt. J. Visser, HENRIETTE, kapt. J.M. Schaar, de JONGE HENDRIK, kapt. R. Alberts, VROUW GEPKE, kapt. K.P. Kramer, de EENDRAGT, kapt. Swier Geerds, JOSEPHUS, kapt. Berend Hooghout, FRANCISCA, kapt. Dirk Jansz, MARGARETHA, kapt. G. Bakker, de WAAKZAAMHEID, kapt. Pieter T. Berg, de VROUW MARGARETHA, kapt. J.G. Orsel, de VROUW GEERTINA, kapt. E.A. Back, de VROUW GESINA, kapt. Eilt Obbes, de VROUW GERTINA, kapt. G.G. Hut, de JONGE JURGEN, kapt. B. Jurgens, de 3 GEBROEDERS, kapt. H.H. Vroom, de ZEELUST, kapt. G. Fredriks, de VROUW ALIDA, kapt. J.D. Schmidt, de VROUW ULINA, kapt. J. Roluffs, de VROUW JANTJE GEBINA, kapt. F. Hendriks de Jonge, MERCURIUS, kapt. J.S. Poort, de VROUW GEERTINA, kapt. P. Wessels, de ONDERVINDING, kapt. Simon Eppes, de WELVAART, kapt. H.J. Wijk, de HOOP, kapt. Evert Eppes, JUSTITIA, kapt. H.F. Wilken, en de DRIE GEBROEDERS, kapt. J.J. Duintjes.
 

1814

 

Op 1 juli 1814 werd de eerste zeebrief verstrekt voor de DRIE GEBROEDERS, aangevraagd door H.A. Lukkien (boekhouder en mede-reder), Veendam, voor J.J. Duintjer als kapitein.

 

Op 9 augustus tekende kapt. Jurriaan J. Duintjer bij de waterschout in Amsterdam een monsterrol voor de Hollandse smak DRIE GEBROEDERS; de bestemming was ‘op avontuur’, met andere woorden op zoek naar een passende lading. De scheepsagent was de firma Salm & Meijer.

LCO 261014
Te Antwerpen is aangekomen de DRIE GEBROEDERS (opm: smak), kapt. J.J. Duintjer, van Marennes.

 

1816

 

LCO 050616
Amsterdam, 3 juni.  Sedert onze laatste is in Texel binnengekomen de DRIE GEBROEDERS, kapt. J.J. Duintjer, van Nantes.


Van de DRIE GEBROEDERS werd op 17 september door L.R. Dorenbosch c.s. hun 50% aandeel voor 2.250 gulden verkocht aan kapt. J.J. Duintjer te Veendam. De nieuwe scheepsnaam werd JONGE LODEWIJK.

Op 19 september 1816 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de JONGE LODEWIJK, aangevraagd door J.J. Duintjer, Veendam, voor zichzelf als kapitein.
 

Op 1 oktober 1816 tekende kapt. Jurriaan J. Duintjer in Amsterdam een monsterrol voor de Hollandse smak de JONGE LODEWYK. De bestemming was de Oostzee en de scheepsagent de firma Salm & Meijer.
 

RC 211116
Amsterdam, 19 november. Van Elseneur wordt van den 9 dezer gemeld, dat den 7de de wind naar het westen gelopen zijnde, alle de schepen, naar de Oostzee gedestineerd, welke, wegens contra-wind, buiten het kasteel ten anker lagen, vertrokken waren, waaronder de Nederlandse schepen de JONGE SYBRAND, kapt. Pieter Schut, van Rouan naar Petersburg, en de JONGE LODEWIJK, kapt. J.J. Duintjer, van Amsterdam naar de Oostzee.

 

1817

 

Op 15 september 1817 werd een Turkse Pas verstrekt, voor een reis van Riga naar Bordeaux, voor de JONGE LODEWIJK, aangevraagd door H.A. Lukkien, Veendam, voor J.J. Duintjer als kapitein. Nadat de reis was uitgevoerd werd de Turkse Pas conform de wet terug gezonden naar Den Haag en op 13 februari 1818 geroyeerd.

 

1818

 

MCO 240318
Vlissingen, 19 maart. Van Antwerpen is van onze rede naar zee gezeild de JONGE LODEWIJK, kapt. J.J. Duintjer, naar Newcastle, met tarwe.

 

GVB 121018
Vlissingen, 8 oktober. Sedert den 4 dezer zijn de Schelde opgevaren:
Naar Antwerpen: JUFVROUW FINA, kapt. J. Kelder, van Palermo, met zwavel en zumac; MARGINA (om: smak), kapt. R.R. Engelsman, van Havre-de-Grace, met katoen, traan en wol; ELISABETH, kapt. H. Roze, van Marennes, met rouw zout; de JONGE JAN, kapt. W. de Ruyter, van Hull, de VROUW GERARDINA, kapt. P.D. Dick, van Boston, beide met ballast; EMERENTIA (opm: 3-mast hoeker), kapt. W. Schipman, van Rio Janeiro, met suiker, koffie en verw-hout; de VROUW PETINA (opm: tjalk), kapt. K.D. Mulder, met rijst en aardewerk, beide van Londen; JUFFROUW TITSIA (opm: kof JUFFROUW TITIA), kapt. H. Kuyper, van Liverpool, met zout, rijst, potasch en wijn; de JONGE LODEWIJK, kapt. J.J. Duintjer, van Londen, met ballast; de JONGE JAN, kapt. C.J. Cornée (opm: kapt. C.J. Cornel), van Kadix, met differente goederen.

Op 16 oktober 1818 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de JONGE LODEWIJK, aangevraagd door R. van Goorlaecken, Antwerpen, voor J.J. Duintjer als kapitein.

 

1819

 

Op 6 oktober 1819 tekende kapt. Jurriaan J. Duintjer in Amsterdam een monsterrol voor de JONGE LODEWIJK; de bestemming was Bayonne. De scheepsagent was nu F. Smit.
 

1820

 

Op 23 november 1820 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de JONGE LODEWIJK, aangevraagd door R. van Goorlaecken, Antwerpen, voor J.J. Duintjer als kapitein.

 

1821

 

RC 140421

Rotterdam, 13 april. Van Vlissingen wordt van den 10 gemeld: Gisteren en heden de Schelde afgekomen en naar zee gezeild L’ESPERANCE, A. van Geyt, de JONGE LODEWIJK, J.J. Duintjer, naar Londen; de VROUW ANNA, H.H. Borgerding, naar de Marennes; de VROUW HENDRIKA, T.P. Kramer naar Oleron; de TWEE VRIENDEN, M. Mesdagh, de VROUW MARTHA, D.R. van Wijk, de NOORDSTAR, E.G. Boekhout, de VROUW REINA, H. Koops, HENRIËTTE, G. Abrams, de GEZIENA, C. Taaij, de LIEFDE, M. Bakker en de JONGE NICOLAAS (opm: kof JONGE NICOLAS, thuishaven Gent), J.C. Jansen, naar Liverpool; de HARMONIE, H.C. Schutt, de VROUW LUPPINA, E.H. Mulder en de VROUW GEZIENA, D.J. Greeven, naar Noirmoutier; LE LÉVRIER, J. Piebers, de COUREUR, B. Butin en de TWEE GEBROEDERS, E.J. van der Heijde, naar Rouaan; de GOEDE HOOP, W.H. Boon, naar Rochelle; SARA MARIA, S.H. Hegge, naar St. Ubes (opm: Setubal); L’AIMABLE PAULINE, L.J. Luijtjes, naar Lissabon; de VIERGE MARIE, J. de Meire, naar Messina; DELPHINE, J. Boelen Jz. naar Batavia; de VROUW FENNA, S. Kelder, naar Marseille; POMMERANIA, J.C. Wendt, ERSPHINE CATHERINE, H. Richelsen en IDUNA, P. Smith, naar de Oostzee; CATHARINA MARIA, G.G. Krobs, naar Hamburg en DE DRIE GEBROEDERS, C. Lorentzen, naar Marseille. De vijf laatsten zijn door contrarie-wind terug gekomen.


RC 300621

Rotterdam, 29 juni. Van Vlissingen wordt van den 25 gemeld: van den 21 tot den 23 voor Antwerpen bestemd, alhier ter rede gekomen de JUFVROUW AKKE, E.T. Jeltes, van Liverpool; de JUFFROUW ANNA (opm: smak), J.G. Sap, van Dantzig (opm: Gdansk); en de JONGE LODEWIJK (opm: smak), J.J. Duintjer, van Liverpool.

 

RC 260721

Rotterdam, 25 juli. Van Vlissingen wordt van den 21 gemeld:

Van den 17 tot heden zijn van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild de schepen HENRIETTE, H. Schroder, naar St. Ubes (opm: Setubal); de GEZINA, C.T. Taaij (opm: smak, kapt. Christiaan Fokkes Taaij), naar Londen; de VROUW ANNA, K.A. Bos, en de JONGE WILLEM, P. Stratingh, naar … ; de VROUW HENDRIKA, T.P. Kramer, naar Bordeaux; AURORA, S.J. Brouwer, naar Aberbrothock; de TETIS (opm: waarschijnlijk THETIS), J. Osterblad, naar de Oostzee; de VROUW MARGARETHA, H.J. Veen, naar … ; de TRITON, J.S. Bakker, naar Bergen in Noorwegen; de JONGE LODEWIJK, J.J. Duintjer, naar de Oostzee.


RC 290921

Rotterdam, 28 september. Van Vlissingen wordt van den 25 gemeld: alhier ter rede gekomen

voor Antwerpen bestemd: MARIA VAN OLST, J.P. Kelder, van Petersburg; de JUFVROUW ANNA, J.G. Sap, van Christiaansand; ANNA MARGARETHA, l. Christensen, van Marder; de WINDLUST, J.N. Jacobs, van Petersburg; ANNA SOPHIA, F. Hagen, van Aalborg; de VRIENDSCHAP, H.W. Poel, van Petersburg; AVENTURE, J. Duhn, en HELENA, M. Matthiessen, van Kiobenhage (opm: Kopenhagen); de JONGE LODEWIJK, J.J. Duintjer, van Dantzig (opm: Gdansk);

 

1822

 

RC 230322

Rotterdam, 22 maart. Van Vlissingen wordt van den 16 dezer gemeld: Sedert onze laatste, zijn van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild de VROUW ANNA, K.A. Bos, en JOSEPH (opm: kof, thuishaven Antwerpen), J.H. Arends, naar Liverpool; MERCURIUS, R. Folkertz (opm: kof, kapt. R. Folkerts), naar Zante (opm: waarschijnlijk ’t Zandt; Pte. de l’Aiguillon [46º16’ N.B. 1º12’ W.L.]); de WILLEM, J.S. Okkes, naar Liverpool; JAVA, J. Neal naar Batavia; de JONGE LODEWIJK, J.J. Duintjer, en NEPTUNIS, G.G. Smit, naar de Oostzee; de TWEE GEBROEDERS, H.J.A. Bruins, naar Stockton,

 

RC 180522

Rotterdam, 17 mei. Van Vlissingen meldt men van den 14 mei: Aldaar zijn ter rede aangekomen de VROUW JANTINA, Z. Jans, van Memel (opm: Klaipeda), en la BELLE ALLIANCE, O.A. Wilman, van Noorwegen, beiden naar Brussel gedestineerd, en voor Antwerpen bestemd ADELHEID, J.T. Hubner, van Stettin (opm: Szczecin), en VROUW ANNA, J. Scholtens, van Malaga; de JONGE LODEWIJK, J.J. Duintjes (opm: smak, kapt. Jurjen [ook Jurriaan] Jurjens Duintjer), van Dantzig (opm: Gdansk); de GOEDE HOOP, W.H. Boon, van Petersburg; de VROUW GEZINA, E.J. Dik, van Liverpool.

 

RC 220622

Rotterdam, 21 juni. Van Vlissingen wordt van den 15 gemeld, dat sedert de laatste van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild zijn de schepen de VRIENDSCHAP, N. Heeres, naar Londen; ADELHEID, J.H. Hubner, naar Stettin (opm: Szczecin), en de JONGE LODEWIJK (opm: smak), J.J. Duintjer, van Danzig (opm: Gdansk).

 

RC 070922

Rotterdam, 6 september. Van Vlissingen wordt van den 3 dezer gemeld:

Alhier zijn ter rede gekomen de JONGE LODEWIJK, J.J. Duintjer, van Dantzig (opm: Gdansk), en de DRIE GEBROEDERS, C.L. Menzel, van Lissabon, beiden naar Antwerpen bestemd.

 

1823

 

DC 300823

Vlissingen, 26 augustus. Van den 24 dezer tot heden zijn, voor Antwerpen bestemd, alhier ter rede gekomen de VROUW REINA (opm: kof), kapt. H. Koops van Londen met ballast; de JONGE LODEWIJK (opm: smak), kapt. J.J. Duintjer, van Dantzig (opm: Gdansk), met timmerhout; de VIER GEBROEDERS kapt. J. Hustede van Hamburg, met wol en koper; de VROUW ANNA CHRISTINA, kapt. K.C. Kreve (opm: smak, kapt. E.C. Kreije), van Memel (opm: Klaipeda), met timmerhout.

 

Op 8 september 1823 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de JONGE LODEWIJK, aangevraagd door R. van Goorlaecken, Antwerpen, voor H.A. Wagenaar als kapitein.

 

DC 091023

Vlissingen, 4 oktober. Sedert den 1 dezer zijn van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild la JEUNE JEANNETTE (opm: smak, thuishaven Antwerpen), kapt. D.F. Moldenhauer; MARIA JOSINA (opm: kof), kapt. P.J. Muntendam, beide naar Hull; HOPPET, kapt. H.A. Seeven en DE VROUW HENDRINA (opm: kof), kapt. K. van den Oever, beide naar Londen en de JONGE LODEWIJK (opm: smak, thuishaven Antwerpen), kapt. H.A. Wagenaar, naar Montrose, alle met boomschors; WILHELMINA CATHARINA, kapt. Z. Oltzen op avontuur met ballast.

 

1824

 

DC 020324

Vlissingen, 24 februari. Gisteren zijn van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild de MARIA, kapt. E.P. Brons, naar Londen met boekweit; GEZINA, kapt. R.F. Taaij, naar Dublin met boomschors; CHRISTINA VOS, kapt. N.A. Smaal, naar Londen met boekweit; BONTJE JOHANNA, kapt. C.D.E. Kamp (opm: E.D. Ekamp), naar Hull, en de JONGE LODEWIJK, kapt. E. Wagenaar, naar Leith, beide met boekweit.

 

RC 050824

Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen en naar zee gezeild de schepen de JONGE LODEWIJK, kapt. H.A. Wagenaar, ANNA LUPINA, kapt. B.H. Plukker, en MINERVA, kapt. J.C. Kuijper, naar Leith; de COMMERCIE (opm: COMMERCE), kapt. H.A. de Vries, naar Londen; AUGUSTE, kapt. J. Andersen, naar Batavia; de WILLEM, kapt. H.W. Kiers, naar Leith; de VROUW SOPHIA (opm: tjalk), kapt. S.O. Visser, naar Hamburg; MARIA, kapt. E.P. Brons, naar Duinkerken en l’ESPERANCE, kapt. A. van Geijt, naar Londen.

 

RC 141224

Amsterdam, 12 december. Volgens brief van Elseneur van den 4 dezer had de vorige dag aldaar een zware storm gewoed, waardoor vele schepen ter rede ankers en touwen verloren hadden en verscheidene derzelve naar zee gedreven waren.

Van de Nederlandse schepen lagen nog in goede staat de VRIENDSCHAP, kapt. H.W. Poel, van Memel naar Amsterdam; de JONGE LODEWIJK, kapt. H.A. Wagenaar, van Elbing naar Antwerpen, en de VROUW PETRONELLA, kapt. H.K. de Grooth, van Riga naar Rotterdam; van het laatste was een anker en touw gekapt.

 

1825

 

DC 260225

Vlissingen, 1 februari. Van den 2 dezer tot heden zijn voor Antwerpen bestemd op onze rede aangekomen de JONGE LODEWIJK, kapt. H.A. Wagenaar, van Elbing met houtwaren; LE VOLTIGEUR, kapt. M. Knudzen, van Londen met stukgoederen; METEORE, kapt. L. de Necker, met koffie, van Rio de Janeiro; ANA, kapt. T.A. van Deinum, van Bayonne met wijn en stukgoederen.

 

DC 050425

Vlissingen, 29 maart. Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen en van 26 tot den 29 dezer naar zee gezeild: DE JONGE SOPHIA, kapt. J.F. Muys, naar Duinkerken met ballast; DE JONGE LODEWIJK, kapt. H.A. Wagenaar, naar Elbing met dakpannen; JULIUS, kapt. J.C. Nieschwagen en VICORIA, kapt. G. Kuper, beide naar Christiansand met ballast.

 

AC 210525

Texel, 19 mei. De wind NO. Binnengekomen: JONGE LODEWIJK, kapt. H.A. Wagenaar, van Elbing;

 

Op 6 september 1825 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de JONGE LODEWIJK, aangevraagd door J.J. Duintjer, Antwerpen, voor H.A. Wagenaar als kapitein.

 

DC 250825

Midddelburg, 20 augustus. Van den 17 dezer tot heden zijn, voor Antwerpen bestemd op onze rede aangekomen: ADMITTANCE, kapt. H. Drinkwater, van de Havannah met koffie en suiker, en moet quarantaine houden; HARMINA HELENA, kapt. J.K. Nagelhoud, van Memel met balken en delen; FREDERIKA WILHELMINA, kapt. J.T. Neuman, van Riga met timmerhout; de GOEDE HOOP, kapt. J.G. Boon, van Bergen met stokvis; de MERKURIUS, kapt. P. Dirks, van Nantes met stukgoederen; de JONGE LODEWIJK, kapt. H.A. Wagenaar, van Dantzig met houtwaren; de JONGE PAULINE, kapt. J. Jansen, van Mantanzas met suiker en koffie.

 

DC 061025

Vlissingen, 1 oktober. Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen en van den 28 tot den 30 september van onze rede naar zee gezeild: de VROUW JANTINA, kapt. G.G. Smit naar Douvres; CONSTANCE, kapt. P. van der Kerkhoven naar Cork; LA JOYEUSE ARRIVÉE, kapt. F. Beniest; MEDUSA, kapt. J. Lubbing; DE VROUW HENDRINA, kapt. K. van den Oever; DE AREND, kapt. H. Elbring; VICTORIA, kapt. G. Kuijper, alle vijf naar Londen; LA REINE CHÉRIE, kapt. P. Sparboom naar Milton; de JONGE LODEWIJK, kapt. H.A. Wagenaar naar Newry alle negen met boomschors; JACOBA HENRIETTA, kapt. J.G. Bart, naar Alicante met mechanique goederen; FRANCISCUS, kapt. B.H. Ricke, naar Cadix met stukgoederen; LA MARIE, kapt. G. Heraud, naar Nantes met geweren; de VROUW ANNA, kapt. A.J. Korter, op avontuur met ballast; LE VOLTIGEUR, kapt. M. Knudsen, naar Marseille met tarwe; de VROUW ELISABETH, kapt. F.B. Nepperus, naar Aberdeen en HARMINA HELENA, kapt. J.K. Nagelhoud naar Leith, beide met boomschors; JOHANNA CHRISTINA, kapt. T.C. de Vries, naar Colchester met boomschors; GUILLAUME, kapt. W. de Ruyter en L’AVENTURE, kapt. J.F. Poodts, beide naar de Havannah met stukgoederen;

 

DC 311225

Vlissingen, 17 december. Van den 14 dezer tot heden, op onze rede aangekomen naar Antwerpen bestemd: de TWEE GEBROEDERS, kapt. J. Lobeek, van Havre-de-Grace met stukgoederen; L’UNION, kapt. J. Rickmers, van Cette met wijn en spiritus; PROVIDENTIA, kapt. M. Madsen, van Bordeaux met wijn en koffie; JOHANNA HAZINA, kapt. D.J. Jonge, DE JONGE LODEWIJK, kapt. H.A. Wagenaar, de JUFFROUW JOHANNA, kapt. J.J. Tiddens en CONSTANCE, kapt. P. van der Kerkhoven, alle vier van Liverpool met klipzout en katoen; REINIERA, kapt. G.M. Meuger, van Villa-Nova met fruit; DE VROUW ANNA, kapt. H.J. Korter en de BRABANDER, kapt. A.E. de Groot, beide van Liverpool met klipzout en katoen; L’ESPERANCE, kapt. A. van Geyt, van Londen met stukgoederen; DE VROUW MARCHINA, kapt. C. van de Weeg, van Londen met stukgoederen; de JUFFER TITSIA, kapt. L.J. Besseling, van Liverpool met klipzout; LE SANS REPOS, kapt. C. Pethers, van Londen met stukgoederen; LE JEUNE FRANÇOIS, kapt. F. Duperrier, van Bordeaux met wijn.

 

1826

 

DC 110326

Vlissingen, 4 maart. Sedert onze laatste zijn van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild: EENIGHEDEN, kapt. H.O. Melbye, naar Oléron met ballast; DE JONGE LODEWIJK, kapt. H.A. Wagenaar, naar de Oostzee met ballast.

 

RC 010426

Amsterdam, 30 maart. Kapitein H.A. Wagenaar, voerende het schip DE JONGE LODEWIJK, van Antwerpen naar Dantzig, meldt van Elseneur in dato den 13 dezer, dat hij drie mijlen noordwest van Schagen heeft zien drijven een kofschip zonder grote mast, de ankertouwen van de roef en de boot van de luiken; hij had geen volk op het dek gezien, was te veraf en had, wegens storm, ook geen gelegenheid om hetzelve te naderen, ten einde iets meer te ontdekken of de naam te weten te komen; hetzelve scheen op de lading te drijven.

 

DC 010626

Vlissingen, 23 mei. Van den 20 dezer tot heden voor Antwerpen bestemd op onze rede aangekomen: de HEMMINA, kapt. S.F. Taay en de JONGE LODEWIJK, kapt. H.A. Wagenaar, beide van de Marennes met zout; L’UNION, kapt. J. Rickmers, van Bordeaux met wijn enz.; DE VROUW ANNEGINA, kapt. H.J. Potjer, van de Marennes met zout; MAGDALENA, kapt. H.R. Lutje, van Bayonne met stukgoederen; MARGARETHA, kapt. W. Simpson en FORTITUDE, kapt. G. van den Broeke, beide van Batavia met koffie, suiker enz.; CONSTANCE, kapt. P. van den Kerkhoven, van Liverpool met katoen; DE VROUW HOUWINA, kapt. H.S. Valk, van Londen met koffie; CONCORDIA, kapt. B.J. de Boer, van Oléron met zout; DIANA, kapt. L.A. Bergman, van Stockholm met pik en teer;; DE TROMP, kapt. R.J. Nolles, van de Marennes en DE VROUW MARGARETHA, kapt. H.J. Veen, van Oléron, beide met zout; DE JUFFROUW JOHANNA, kapt. J.J. Tiddens en DE JONGE NIKOLAAS, kapt. H. Peters, beide van de Marennes met zout.

 

DC 240626

Vlissingen, 16 juni. Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen, en den 15 dezer van onze rede naar zee gezeild: HENDRIK, kapt. K. Terkelsen naar Arendsdahl; DE JOSEPH, kapt. J.H. Arends en DE JONGE LODEWIJK, kapt. H.H. Wagenaar, beide naar de Oostzee, en alle met ballast;

 

DC 290826

Vlissingen, 22 augustus. Van den 20 dezer tot heden zijn, voor Antwerpen bestemd, alhier ter rede gekomen: DE VROUW HENDRIKA, kapt. K. van den Oever, van Londen met stukgoederen; DE JONGE LODEWIJK, kapt. H.A. Wagenaar, van Dantzig met houtwaren.

 

1827

 

RC 260627

Rotterdam, 25 juni. Te Antwerpen zijn gearriveerd VERWAGTING, kapt. Schippers, WILLEM, kapt. Kiers, GOEDE HOOP, kapt. Dik, JEANNA AZINA, kapt. Kolk, MARGRITA, kapt. Dijkhuis en PELIKAAN, kapt. Rieke, van Marennes; JONGE LODEWIJK, kapt. Wagenaer, van Dantzig en AREND, kapt. Elbring, van Londen.

 

RC 190727

Rotterdam, 18 juli. Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen en naar zee gezeild DE PELIKAAN, kapt. J.H. Ricke, DE ELISA, kapt. J. Renken en DE JONGE SOPHIE, kapt. J.F. Muijs, naar Londen; HARRIET, kapt. G.L. Buijsman en DE JONGE ORANCIA, kapt. S. de Best, naar Batavia; DE JONGE FERDINAND, kapt. J.J. Doesken, naar St. Ubes; DE VERWACHTING, kapt. J.H. Schipper, naar Sandwich; DE JONGE LODEWIJK, kapt. H.A. Wagenaar en GEORGE PHILIP, kapt. T.G. Rents, naar de Oostzee; THERESIA, kapt. Poodst (opm: brik THÉRÈSE, thuishaven Brugge, kapt. J. Poodts), naar de Marennes; MARIA MATHILDA, kapt. C. van der Hoeven, naar Rio-Janeiro; DE TRITON, kapt. J. Waller, naar Gothenburg.

 

RC 250927

Rotterdam. 24 september. Te Antwerpen is gearriveerd JONGE LODEWIJK, kapt. Wagenaar, van Dantzig en TWEE GEBROEDERS, kapt. Pronck, van Bremen.

 

1828

 

Op 13 maart 1828 werd de zeebrief van de JONGE LODEWIJK, kapt. H.A. Wagenaar, door de gouverneur van de provincie Antwerpen naar de Staatsraad in Den Haag geretourneerd, met vermelding ‘schip verkocht’, waarna op 15 maart royement volgde.
J.J. Duintjer had zijn 50% belang voor 2.175,00 gulden verkocht aan mede-eigenaar, de Weduwe R. Van Goorlaecken, beiden te Antwerpen)

 

Op 22 maart 1828 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de JONGE LODEWIJK, aangevraagd door de wed R. van Goorlaecken, Antwerpen, voor H.A. Wagenaar als kapitein.

 

RC 120428

Rotterdam, 11 april. Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen en naar zee gezeild SOPHIA ELISA, kapt. P. Petersen naar de Oostzee; MARIA ADOLPHINA, kapt. J.H. Haverbult, RUDOLF EN THEODORE, kapt. J.A. Zijl, DE JONGE LODEWIJK, kapt. H.A. Wagenaar, ZELDEN RUST, kapt. G.J. Kluin en DE JONGE SCHREUDER, kapt. C.H. Schreuder, naar … en MINERVA, kapt. P. Boijesen, naar Noorwegen.


RC 170628

Rotterdam, 16 juni. Te Antwerpen zijn gearriveerd DE JONGE LODEWIJK, kapt. Wagenaar, van Dantzig en WELDAAD, kapt. Stuit (opm: tjalk, kapt. Willem Jans Stuut), van Corbeckminden.

 

RC 100728

Rotterdam, 9 juli. Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen en naar zee gezeild HENRIETTE, kapt. C.P. Tik, naar Hamburg; DE JONGE LODEWYK, kapt. H.A. Wagenaar naar de Oostzee; DE JONGE JOHANNA, kapt. J. van Puyvelde en MEDUSA, kapt. J. Bunnemeyer, naar Londen; DE MEELZAK, kapt. J.H. Witteveen, naar Christiaanstad; de JONGE FERDINAND, kapt. J.J. Doesken, naar Bermerlee; KAREL EN WILLEM, kapt. J.F. Schulte, naar Sevilla (opm: de kof KAREL EN WILLEM, thuishaven Antwerpen, moet op de heen- of terugreis zijn vergaan, waarschijnlijk in het Kanaal; op 8 maart 1829 retourneerde de consul te Londen de laatst afgegeven zeebrief naar Den Haag met de mededeling ‘schip verongelukt’).


RC 180928

Rotterdam, 17 september. Te Antwerpen zijn gearriveerd JEREMIAS, kapt. Siebes, van Marseille; LES AMIS, kapt. Nosten, van Rio-Janeiro; CHARLOTTA, kapt. Wippel, van Triëst; OTHELLO, kapt. Nieuwezwager (opm: fregat, thuishaven Antwerpen, kapt. J.K. Nieschwager; na lossing werd het schip afgekeurd, de zeebrief werd op 31.1.1829 teruggezonden onder vermelding ‘schip buiten staat langer te varen’, van Batavia; VICTOIRE, kapt. Kuijper, van Liverpool; AGNETTE, kapt. Hollander, van Adra; JUFVROUW MEES, kapt. Doornbos, van Marennes; MARIA , kapt. Borchers, van Sevilla; BOUGINA, kapt. De Jonge, van Koningsbergen; VROUW HILKE, kapt. Wyckman, van Nice; JONGE LODEWYK, kapt. Wagenaer, van Riga en JONGE JOHANNA, kapt. Poel, van Petersburg.

Op 18 december 1828 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de THERESIA, aangevraagd door de wed R. van Goorlaecken, Antwerpen, voor K.E. Boswijk als kapitein. Mogelijk had kapt Boswijk van de weduwe een aandeel in de smak gekocht en was de verandering van scheepsnaam in THERESIA hiervan een afgeleide.

 

1829
 

RC 100129

Rotterdam, 9 januari. Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen en naar zee gezeild DE JONGE HORTENSE, kapt. H.A. Nieberding, naar Marseille; COLUMBUS, kapt. N. Drinkwater, naar New York; DE JONGE TJITSKE TROMP, kapt. T.S. Oldendorp, naar Newhaven; DE MARIA, kapt. E.R. Borchers en DE ELISA, kapt. M. Harkema, naar Lima; DE JONGE LODEWIJK (opm: de scheepsnaam van de smak was in december 1828 veranderd in THERESIA), kapt. K.E. Boswijk, THERESIA (opm: kof), kapt. L.J. Besseling, THERESIA (opm: smak THÉRÈSE), kapt. J. van der Perre, MINERVA, kapt. J.D. Zijlstra, ANNA MARIA, kapt. H.H. Kuyper, ANNETTE, kapt. K. van den Oever en DE JONGE CESAR, kapt. G. Unruh, naar Londen; LE VOLTIGEUR, kapt. H. Wagenaar, naar Bristol; DE VRIENDSCHAP, kapt. J. Hubroek, naar Plymouth; DE JONGE ISABELLA, kapt. H.B. Drent, naar Lynn; MARGARETHA, kapt. H.K. Dykhuis, naar Liverpool; ANTWERPSCH WELVAREN, kapt. N. Peters, naar Rio Janeiro.
(opm: de brik ELISA vertrok naar Valparaiso alwaar 17 mei 1829 is aangekomen, via een kustreis naar Arica op 26 november 1829 in Valparaiso teruggekeerd en vandaar naar Antwerpen gezeild waar het schip op 8 maart 1830 is binnengelopen)
 

RC 210229

Rotterdam, 20 februari. Te Vlissingen zijn, voor Antwerpen bestemd, ter rede gekomen DE COMMERCIE, kapt. J.H. Duriez en DE LEEUW, kapt. J. Verbruggen, van Londen; KAREL, kapt. B.H. Sturman, van Villa Nova; HITJE TROMP, kapt. J.D. Zijlstra, van Cette; DE WAAKZAAMHEID, kapt. J.K. de Weerd, van Liverpool en LOUISA, kapt. D. Guyt, van Jersey. Deze schepen zijn in de haven binnengebracht, terwijl de volgende op de rede voor anker liggen: THERESIA, kapt. K.E. Boswijk, van Londen, DE MARIA, kapt. O.H. Arend, van Liverpool.


RC 020429

Rotterdam, 1 april. Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen en naar zee gezeild PAULINE, kapt. J. den Duyts, naar Liverpool, STAD EN LANDE, kapt. F. de Leeuw, naar Cork; NEPTUNUS, kapt. W.A. Bakker, GOUVERNEUR VAN IMHOF, kapt. G.H. Peperboom en DE TWEE GEBROEDERS, kapt. J.K. Potjewijd, naar Leith; CHRISTINA VOS, kapt. N.A. Smaal, naar ……; JASPERDINA, kapt. W. A. Kleindijk, naar Rouaan; EMANUEL, kapt. F. Marting en DE MARIA, kapt. H. Lange, naar Bordeaux; VENERATOR, kapt. Z. Renblom, naar Nantes; THERESIA, kapt. K.E. Boswijk en MARIA PETRONELLA, kapt. M. de Boer, naar de Oostzee; DE NEDERLANDER, kapt. E. Mazens, naar Rio de Janeiro.

 

RC 010829

Rotterdam, 31 juli. Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen en naar zee gezeild DE PELIKAAN, kapt. J.L.Vroome en CATHARINA, kapt. J. van der Schuyt, naar Londen; DE GOEDE VERWACHTING, kapt. J.J. Schuring en FENNEGINA, kapt. H.J. Puister, naar Leith; ANNA PAULOWNA, kapt. J. van Louwen, naar Bilbao; MERCURIUS, kapt. J. Roose, naar Boston; FANNY, kapt. P. de Boer, naar Batavia; DE JACOBA, kapt. A.K. de Groot, MERCURIUS, kapt. H.K. de Groot, naar Liverpool; DE JONGE ROSE, kapt. J. Roelfsema; SOPHIA, kapt. P.C. Kroning en DE VROUW ELISABETH, kapt. W.A. Wijkman, naar de Oostzee; HENDRINA JOHANNA, kapt. H.G. Jonker, naar Petersburg; THERESIA, kapt. K.E. Boswijk, naar Dantzig; DE TWEE GEBROEDERS, kapt. D.T. Doornbos, naar Aberdeen; MINERVA, kapt. J.G. Schultz, naar Stettin; DE VROUW HEDWIG, kapt. M. Hoting, naar Bremen.

 

RC 220929
Amsterdam, 20 september. De smak THERESIA, kapt. K.E. Boswijk, met hout van Dantzig naar Antwerpen, is, na op de hoogte van Anholt overzeild te zijn geworden en daardoor de boegspriet en voorzeilen verloren te hebben, zwaar lek en op de last drijvende door Zweden in een haven van het eiland Wedderoe (opm: waarschijnlijk Hallands Väderö, Zw.) binnengebracht.
 

RC 101029

Amsterdam, 8 oktober. Het schip THERESIA, kapt. K.E. Boswijk, van Dantzig naar Antwerpen, laatst van het eiland Wedderöe (opm: zie ook RC 220929), bevorens reeds gemeld, is te Elseneur zwaar lek binnengelopen; moest lossen om te repareren.

(opm: dit is de laatstgevonden melding van deze THERESIA, bouwjaar 1806; vermoedelijk is de smak in Helsingör verkocht voor de sloop)


1830

Gedurende 25-27 augustus 1830 waren er in Brussel onlusten geweest welke de opmaat vormden tot de revolutie die resulteerde in de afscheiding door België. Op 4 oktober 1830 werd eenzijdig de onafhankelijkheid van België geproclameerd. In reactie hierop decreteerde koning Willem I bij Koninklijk Besluit van 28 oktober 1830 (Staatsblad No. 73) dat van de schepen welke in de Zuidelijke Provinciën van het Rijk tehuis behoorden de Nederlandse zeebrieven moesten worden ingetrokken.
Op een lijst van in totaal 196 schepen stond ook de smak THERESIA van de Weduwe van Goorlaecken onder kapt. K.E. Boswijk. Op deze enigszins achterhaalde lijst staan enkele schepen die reeds waren vergaan of gesloopt, waaronder dus waarschijnlijk het schip van Van Goorlaecken.

Akten

GRONINGER ARCHIEVEN Archiefnummer Veendam 146.233/234.121
DVD XIII - 861
CEDULE en BIJLBRIEF

Naam schip DRIE GEBROEDERS

plaats en datum acte eigendomsverklaring, Veendam, 20 juni 1814

type schip nieuw smakschipshol

bouwwerf/verkoper Ties Freerks Rogaar te Veendam

gevoerd door kapt.

eigenaar/aankoper L.R. Doornbos, koopman ( boekhouder van de rederij)
zie bijlage voor eigenaren in 1814

te voeren door kapt. Jurrien Jurriens Duintjer, mede-eigenaar

grootte in tonnen 60 roggelasten (gemeten lasten onleesbaar door verbleking)

tuigage / aantal dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating voorjaar 1806 te water gebracht

plaats / datum registratie Veendam, 21 juni 1814

overlegd document bijlbrief, Veendam, 23 juni 1806

notaris Markus van der Tuuk, pastor te Veendam

prijs NLG 6.100,-

Bijzonderheden:
De cursief geschreven tekst is ontleend aan de als bewijs overlegde laatste koopbrief of bijlbrief. In geval van bijlbrief is het schip gebouwd voor de aanvrager. De naam van het schip is die vermeld op de eigendomsverklaring. Het schip kan een ex-naam gehad hebben. (bijv. bij verkoop of francisatie)




Researcher/datum research: ML / 080611







Bijlage bij acte Veendam 146.233/234.121 d.d. 20 juni 1814 – smak
DRIE GEBROEDERS

Eigenaren in juni 1814:

Harm Albert Lukkien (boekhouder en 2/32e part)
Jurrien Jurriens Duintjer, Veendam (schipper en 8/32e part)
Derk Barends Boon (2/32e part)
Jannes Hendriks Lodewijks (2/32e part)
Firma A. Slehman (?) & Co (1/32e part)
Weduwe Pieter Reinders Duit (2/32e part)
A. Hansen (?), weduwe van Arent Geerts (1/32e part)
Geziena Hinderiks, vrouw van Berent H. Schipper, Veendam (2/32e part)
Harm E. Tonkens (2/32e part)
Willem Westerborg, Groningen (1/32e part)
Albert Wolters (2/32e part)
Hindrik Deddes (2/32e part)
Folkert Deddes (1/32e part)
Jan Hindriks Puister (1/32e part)
Erven Luurt Doornbos, Veendam (1/32e part)
Alle bovenstaande personen tezamen 1/32e part
(opm: er ontbreekt nog 1/32e part)
ML 080611




Naam DRIE GEBROEDERS
Archiefinstelling Groninger Archieven
Jaar 1814
Toegang 146
Inventaris 233/234

RA - Beveren Archiefnummer Ant.512.0044.00132.54
DVD - XXXI – 133 - 136
ACTE KOOP/VERKOOP

Naam schip DRIE GEBROEDERS, door kopers genaamd JONGE LODEWYK

plaats en datum acte Veendam, 17 september 1816

type schip smak

bouwwerf/verkoper erven van wijlen Leens Renger Dorenboschm koopman, en zijn echtgenote wijlen Jantje Jans Bos (verkopen 1/2e part in het schip)

gevoerd door kapt. Jurjen Jurjens Duintjer, Veendam

eigenaar/aankoper R. van Goorlaecken, koopman te Antwerpen, koopt 1/2e part in het schip

te voeren door kapt. blijft Jurjen Jurjens Duintjer.

grootte in tonnen

tuigage / aantal dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating nieuw uitgehaald in 1806.

plaats / datum registratie Winschoten, 17 september 1816

nummer van registratie deel 119, verso, case 4-6.

notaris Mr. Michael Van der Tuuk, notaris te Veendam

prijs NLG. 2.250,- (1/2e part)

bijzonderheden: het schip lag bij de verkoop te Amsterdam
(de andere helft van het schip was en blijft in bezit van Zwaantje Hendriks Sap, weduwe van wijlen Roelf Egberts Mulder te Veendam.
(opm: een ingewikkelde acte, mede vanwege de vele erfgenamen, die allen weer machtigingen verleenden aan verschillende personen)




researcher/datum research: AD/190309

Naam JONGE LODEWIJK
Archiefinstelling Rijksarchief, Beveren
Jaar 1820
Toegang 512.0044
Inventaris 132

RA - Beveren Archiefnummer Ant.512.0044.00132.213-II
DVD - XXXI – 132 III 090-091
ACTE KOOP/VERKOOP

Naam schip JONGE LODEWIJK

plaats en datum acte onderhandse verkoop/koop, Antwerpen, 23 februari 1828

type schip

bouwwerf/verkoper J. J. Duintjer, wonend te Antwerpen, verkoopt 1/2e part

gevoerd door kapt. H.A. Wagenaar

eigenaar/aankoper Weduwe R. Van Goorlaecken, Antwerpen, koopt 1/2e part

te voeren door kapt.

grootte in tonnen

tuigage / aantal dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating

plaats / datum registratie Antwerpen, 12 maart 1828

nummer van registratie blad 197 verso vak 4 tot blad 198 recto vak 5

notaris voor makelaar L. Malfeson, Antwerpen

prijs NLG. 2.175,- (1/2e part)

bijzonderheden J.J. Duintjer, in 1816 wonend te Veendam. is eigenaar geworden van deze 1/2e part bij onderhandse acte van 17 september 1816 door koop van Zwaantje Hendrik Sap, mede te Veendam.
Het schip lag bij deze transactie van 23 februari 1828 in het tweede dok te Antwerpen.





researcher/datum research: AD/300609

Naam JONGE LODEWIJK
Archiefinstelling Rijksarchief, Beveren
Jaar 1830
Toegang 512.0044
Inventaris 132

Bronnen

Jaar: 0000
Bron: Diverse Bronnen
Omschrijving: N.A. Den Haag toegangnr. 2.08.01.07 Zeebrieven verbalen, diverse bestanddelen
RA - Beveren Archiefnummer Ant.512.0044.00132.54
Groninger Archieven , toegang 116 inventaris 17
Groninger Archieven Archiefnummer Veendam 146.233/234.121
RA - Beveren Archiefnummer Ant.512.0044.00132.213-II
B.V. site http://digiview.gbv.de/viewer/toc/54962810X/1/LOG_0000/
De heer Bert Klaes, Antwerpen
DC = Dordtsche Courant
KCO = Koninklijke Courant
LCO = Leydsche Courant
RC = Rotterdamsche Courant