Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
Een J.H.Witteveen was met vlagnummer 87 in de periode 1828-1830 lid van het Antwerpse zeemanscollege “Tot Nut der Zeevaerd108.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
Het Stadsarchief van Amsterdam bevat in ingang 5081-7148 een eigendomsbewijs/rederij-cedule van de kof “Carolina Charlotta”, groot 80 lasten. Het diende als eigendomsverklaring voor een zeebrief, geregistreerd te Amsterdam op 12 april 1814 voor de rechtbank te Amsterdam. De eigenaren van het schip waren de wed. Pieter van Veen & Zn te Amsterdam (3/8ste part tevens boekhouder van het schip), de wed. Witteveen te Lemmer (3/16de part), de wed. Siebrand J.Stapert te Lemmer (1/32ste part) en Sjoerd Stapert te Lemmer (1/16de part).
De kapitein was Jan Hermanus Witteveen.
Bij de aanvrage lag het schip te Bergen, Noorwegen. De kof “Caroline Charlotta” werd op 27 juli 1805 te Emden voor de Pruissisch justitieel commissaris Klose verkocht door Johann B.Hermes, koopman te Emden aan Wed. Pieter van Veen & Zn te Amsterdam voor NLG 6000,-. In 1805 was de kapitein Reink Claases Platte en lag het schip te Amsterdam.
In het Archief van de Waterschout in het Stadsarchief van Amsterdam11a bevindt zich een monsterrol op naam van Jan Harmannus Witteveen op de:
“Jonge Sybrand Witteveen”, dd 19 juli 1802; 14 april 1814;
38-91 14 april 1814¸ geen scheepsnaam genoemd, kapitein Jan H.Witteveen, varend onder Hollandse vlag, boekhouder van Veen & Zonen, bestemming Bergen, 3 bemanningsleden i.c. stuurman, kok en matroos.
het is de vraag of dit de “Carolina Charlotta” is geweest, gezien het aantal bemanningsleden.
38-94 03 december 1814, kof “Carolina Charlotta, kapitein Jan H.Witteveen, varend onder Hollandse vlag, boekhouder de Grijs, bestemming Bilbao, 5 bemanningsleden i.c. stuurman, kok 2 matrozen en een jongen.
Overige bijzonderheden
Rotterdamsche Courant 16 januari 1816114
Amsterdam, 14 januari. Het koffschip, in het opzeilen uit het Ras van Terschelling, op den Anken- of Griender-wal geraakt, is genaamd CAROLINA CHARLOTTA, kapt. H.H. Witteveen, van Rouen; hetzelve is in de storm van den 7 januari, door het breken der beide ankertouwen, aldaar aan de grond gedreven, en had de volgende ochtend twee voet water in.
Rotterdamsche Courant 03 februari 1816
Amsterdam, 1 februari. Het koffschip CAROLINA CHARLOTTA, J.H. Witteveen, van Rouen te Terschelling binnengekomen, en van daar naar Amsterdam opzeilende, den 7 januari door storm op de Grienderwal gedreven (opm: zie RC 160116), is, nadat alle pogingen aangewend waren om hetzelve in vlot water te brengen, door zwaar stoten zodanig beschadigd bevonden, dat het met pompen niet boven te houden was, waarom de kaptein hetzelve, na het onttakeld te hebben, in publijke veiling verkogt heeft; de gehele equipagie is op Terschelling aan de wal gekomen.
