|
Amsterdam, 24 februari. Een eenvoudige, maar betekenisvolle plechtigheid had heden middag plaats aan boord van het aan de Stads-Rietlanden liggende stoomschip INSULINDE, van de Stoomvaart-Maatschappij Nederland. Aldaar hadden zich verenigd de directeuren en commissarissen der maatschappij, het personeel harer beambten, gezagvoerders en officieren, voor zover die zich binnen’slands bevinden, benevens de twee zonen van wijlen jhr. mr. C. J. A. Den Tex, in leven president- commissaris van de maatschappij. Door de vice- president, de heer A. A. Bienfait, werden de heren Den Tex verwelkomd bij deze plechtigheid, welke ten doel had de naam van hun vader aan een van de schoonste stoomschepen der maatschappij te verbinden. De directeur, de heer J. Boissevain, schetste daarna in een hartelijke toespraak, wat jhr. mr. Den Tex voor handel en nijverheid in het algemeen en voor deze maatschappij in het bijzonder geweest is. Op een gegeven teken rees toen de vlag, dragende de naam van de hooggeschatte peter van het zeekasteel, statig aan de grote top, van waar zij sierlijk uitwoei, de naam Den Tex over de brede wateren en ijzeren banen, die Amsterdam met de handelswereld verbinden, uitroepende De oudste zoon van de heer Den Tex sprak zijn dank uit voor de eer, aan de nagedachtenis zijns onvergetelijke vaders bewezen. Toen nam de commandant Graadt van Roggen het woord om in krachtige zeemanstaal zichzelve en zijn schip geluk te wensen met de naamsverwisseling, welke naar hij vast vertrouwde aan de maatschappij en aan allen, die hun leven of hunne bezittingen aan haar toevertrouwen, heil zal brengen. Een glas schuimende wijn bezegelde deze woorden, waarna de gasten de gelegenheid niet verzuimden om het sierlijke stoomschip, een der meesterstukken van de hedendaagse scheepsbouwkunst, in ogenschouw te nemen. (opm: de BURGEMEESTER DEN TEX, kapt. J.F. Graadt van Roggen, is op 21 maart 1883 voor de eerste reis onder de nieuwe naam van Amsterdam naar Nederlands-Indië vertrokken)
|