Rotterdam, 5 december. Kapt. B.J. Goossens, met het kofschip GERARDINA KLAZINA gisteren te Hellevoetsluis binnengekomen, rapporteert dat hij, van Dantzig (opm: Gdansk) komende, op 56º40’ N.B. en 06º O.L. van Greenwich, een in volle vlam staand schip heeft ontmoet, waarvan de fokkemast, toen kapt. Goossens dichtbij gekomen was, over boord viel. De equipage scheen het vaartuig reeds verlaten te hebben, althans niets liet zich ontdekken.

Kopenhagen, 20 augustus. De te Pekela te huis behorende schoener-kof TWEELINGEN, kapt. H.G. Kuiper, van Hamburg in ballast naar Wyborg, is gisteren avond hier binnengelopen. Dit schip is buiten Falsterbo in aanzeiling geweest met de te Montrose te huis behorende schoener CATHERINE, kapt. West. De TWEELINGEN had de kluiverboom gebroken, de bakboordsboeg ingestoten en schade aan het onderschip geleden. De CATHERINE, die te Swinemünde is aangekomen, heeft zes stutten, een deel der verschansing en de grote boom verloren en andere schade bekomen, waardoor het stuurloos werd.

Kopenhagen, 13 april. Gisteren is volgens telegram van Ringkiobing bij Fjaltring gestrand het Nederlands kofschip TWEELINGEN, kapt. Kuiper (opm: bouwjaar 1849, kapt. Hindrik G. Kuiper), in ballast van Bremen naar Krageroe. Het schip is gezonken en de equipage heeft zich in haar eigen boot gered. (opm: zie NRC 180479)

Lemvig, 12 april. Het Nederlands schip TWEELINGEN, kapt. Kuiper, van Bremen in ballast naar Krageroe, is de 8e dezer wegens lekkage bij Fjaltring op strand gezet en door het volk verlaten. Het is weder vlot gekomen en door bergers van Fjaltring bemand, doch later 2 à 3 mijlen van de kust (opm: in benaderde positie 56º29’ NB 08º03’ OL, zie NRC 170479) gezonken.