|
Rotterdam, 2 augustus. Het fraaie door de scheepsbouwmeesters Harland & Wolff te Belfast voor rekening van de Holland-Amerika Lijn van staal gebouwde dubbel schroefstoomschip ROTTERDAM, bestemd voor de vaart tussen Nederland en New York, ligt thans aan de Wilhelminakade; het is lang 470, breed 53 en hol 42 voet tot het tentdek en meet ongeveer 8301 registerton. Beladen zal het een diepgang van 27 Eng. voet hebben. De schroeven worden in beweging gebracht door twee afzonderlijk werkende triple expansion machines die te zamen op de proeftocht een kracht ontwikkelden van 5700 paardenkrachten en die het stoomschip een snelheid geven van ongeveer zeventien mijl. Dit schip, het grootste der maatschappij, heeft ruimte voor 200 eerste klasse passagiers, verdeeld over twee dekken. De bovenste hutten, 29 in getal, bevinden zich allen op het promenadedek. Overigens bieden alle hutten het comfort aan, dat tegenwoordig op een transatlantische mailboot kan worden verwacht. De hutten der 150 tweede klasse passagiers sluiten zich, behoudens behoorlijke afsluiting, aan die der eerste klasse passagiers aan. Zij kunnen ook voor eerste klasse gebruikt worden. Ook is er ruimte voor 1000 passagiers derde klasse. Een grote verbetering bij dit nieuwe stoomschip is het geheel doorlopende opper of shelterdek, waarmede de passagiers beslist gebaat zijn. Behalve dit shelterdek heeft het stoomschip nog een groot promenadedek met daarboven nog een tweede promenadedek van dezelfde lengte, dat, behalve de ruimte, ingenomen door dekhuizen, sloepen enz, aan de passagiers een vrije oppervlakte overlaat van meer dan 10.000 vierkante Engelse voet. Door een sierlijke en ruime vestibule, prijkend aan de ene zijde met het portret van Neerlands Koningin Wilhelmina en aan de andere zijde met een groot vak geslepen en gekleurd glas, komt men in de bibliotheek en door een toegang in de achterzijde der vestibule tot het damessalon, dat met kostbaar hout beschoten is, terwijl de panelen prijken met in de fabriek Rozenburg vervaardigde tegels, voorstellende schilderstukken van Nederlandse schilders, waaronder van Mesdag, Mauve, Du Chatel, Apol, v.d. Sande Bakhuyzen, Maris en Van Borselen. Het damessalon is met alle mogelijke comfort ingericht en in het middenpenant bevindt zich een grote spiegel met jardinière. Het geheel vormt een waar prachtstuk. De eerste klasse rookkamer heeft communicatie met het eerste promenadedek en met het dek beneden. Zij is beschoten met eikenhout, versierd met tegels. Een bar en hulpbar is in en bij de rookkamer. Ook de tweede klasse heeft een afzonderlijke damessalon en een rookkamer. Het eerste klasse eetsalon op het tentdek aan de voorkant der dekhut is zeer ruim en wordt van boven verlicht door koepelvormige gekleurde schijnlichten. Met het fraaie meubilair en keurig beschietwerk vormt het een sierlijk geheel. Er is plaats voor 122 personen. In een afzonderlijke hut achter op het tentdek bevindt zich het hospitaal derde klasse. Voor een verbeterd verblijf der derde klasse is hier ruimschoots gezorgd, waaronder afzonderlijke hutten en waskamers voor vrouwen en mannen met ruime watertoevoer. Het dienstpersoneel en machinisten hebben hun verblijf in de dienstgang aan bakboord op het tentdek. Tot meerdere veiligheid der opvarenden is het stoomschip verdeeld door vijf schotten in zes waterdichte afdelingen. Het heeft vijf luiken en ruimte voor 1277 ton waterballast. Tot veiligheid der opvarenden zijn 14 reddingboten aan boord en voor lucht zorgen in het geheel 150 ventilators en voor de bediening van het schip als ankerlichten, electrische verlichting, lossen, laden, enz. zijn in het geheel 26 verschillende machines met 49 cylinders. De electrische geleidedraad der verlichting is negen mijlen lang. In het geheel heeft het stoomschip zes dekken. De hut van de gezagvoerder bevindt zich benevens de kaartenkamer op het sloepdek. De bovenste brug heeft een hoogte van 56 voet boven de oppervlakte der zee. Daarop bevinden zich de telegrafen naar de machinekamer en spreekbuizen voor de dienst. Ook een nieuw verbeterd Thompson kompas van de laatste vinding is daar geplaatst. De gehele bemanning met dienstpersoneel bestaat uit ongeveer 140 koppen. Dit kolossale stoomschip wordt overal electrisch verlicht en op het gebied van ventilatie en veiligheid zijn alle verbeteringen van de laatste tijd toegepast. Het stoomschip, dat de 18e augustus van hier naar New York vertrekt, wordt gevoerd door kapitein F.H. Bonjer. Het wordt in de hoogste klasse van Veritas en Lloyd opgenomen en voldoet aan al de bepalingen van de Board of Trade. Een stoomschip van dezelfde inrichting, de STATENDAM, groot ongeveer 10500 ton, dus nog ruim 2000 ton groter dan de ROTTERDAM, is voor de HollandAmerika Lijn te Belfast bij dezelfde bouwmeesters in aanbouw.
|