Inloggen
PRINSES JULIANA - ID 5338


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:0000-00-00 / 0000-00-00

Identification Data

Bouwjaar: 1929
Classification Register: Germanischer Lloyd (GL)
Nat. Official Number: 1194 Z GRON 1929
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Motor Vessel
Type: General Cargo schip
Type Dek: Flush deck
Masten: One mast
Material Hull: Steel
Dekken: 1
Construction Data

Scheepsbouwer: Scheepsbouw- & Reparatiewerf J. Vos & Zoon, Groningen, Groningen, Netherlands
Werfnummer: 67
Delivery Date: 1929-00-00
Technical Data

Engine Manufacturer: N.V. Appingedammer Bronsmotorenfabriek, Appingedam, Groningen, Netherlands
Motor Type: Motor, Oil, 4-stroke single-acting
Number of Cylinders: 3
Power: 105
Power Unit: BHP (APK, RPK)
Eng. additional info: Brons nr. 1573 Type (280x350)
Speed in knots: 8
Number of screws: 1
 
Gross Tonnage: 198.00 Gross tonnage
Net Tonnage: 131.00 Net tonnage
Deadweight: 240.00 tonnes deadweight (1000 kg)
Grain: 13500 Cubic Feet
 
Length 1: 36.45 Meters Length overall (Loa)
Length 2: 32.43 Meters Length between perpendiculars (Lbp)
Beam: 6.23 Meters Breadth, moulded
Depth: 2.53 Meters Depth, moulded
Draught: 2.15 Meters Draught, maximum
Configuration Changes

Datum 00-00-1937
Type: Propulsion/engine changed
Omschrijving: In 1937 is de Bronsmotor omgebouwd tot injectiemotor, 135 PK.

Ship History Data

Date/Name Ship 1929-07-19 PRINSES JULIANA
Manager: Pieter Johannes Balk, Groningen, Groningen, Netherlands
Eigenaar: Pieter Johannes Balk, Groningen, Groningen, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Groningen / Netherlands
Callsign: PQNV
Additional info: Call sign 1934: PGVO

Ship Events Data

1929-07-22: Op 22-07-1929 als PRINSES JULIANA, zijnde een motorschip, groot 561.83 m3, liggende te Groningen, door D. Loorbach, scheepsmeter te Groningen, ten verzoeke van Pieter Johannes Balk, schipper te Groningen, van haar brandmerk voorzien door het inbeitelen van 1194 Z GRON 1929 op 't achterschip in achterkant achtererf aan bakboordzijde.
1929-09-07: NvhN 09-09-1929: Delfzijl, 7 Sept. Op de Eems heeft met goed gevolg proef gestoomd het op de werf van de heeren J. Vos en Zn. te Groningen voor rekening van kapt. Balk te Groningen, nieuwgebouwde motorschip „PRINSES JULIANA". Het schip groot bruto 262 kub. M. en netto 372 kub. M. is voorzien van een 120 P.K. Brons motor, waarmee het een snelheid behaalde van 8 mijl. Op het voordek is een motorlier opgesteld voor het laden en lossen. Het is beladen met aardappelmeel bestemd voor Kopenhagen.
1931-04-20: NvhN 21-04-1931: Delfzijl, 20 April. Door het defect raken van de ankerlier geraakten anker met ketting van het motorschip "Prinses Juliana", kapt. Balk, dat op de reede geankerd lag overboord. Later werd een en ander door de bemanning weer opgevischt waarna het alhier binnenkwam om de schade te herstellen.
1936-11-19: NvhN 19-11-1936: Motorkustvaartuig „Prinses Juliana” in nood. Hedenmorgen door de „Holland” te Terschelling binnengebracht. De „Brandaris” neemt vrouw en kind aan boord. Gistermiddag is het motorkustvaartuig de „Prinses Juliana" van de reederij P. J. Balk te Groningen door den Noord Oosterstorm op 53 gr. 32 min. N. Bt., 5 gr. 25 min. O. L., dit is eenige mijlen ten Westen van het Bornrif bij Ameland, in nood geraakt. Het juist passeerende stoomschip „Batavier I" van de Rotterdam-Hamburg lijn bood zijn diensten aan en waar de toestand door de holle zee hachelijk begon te worden, vroeg de kapitein van de „Prinses Juliana", om vrouw en kinderen van boord te nemen. Door de onstuimige zee gelukte het echter niet om een boot uit te zetten, waarom de „Batavier I" aanbood in de nabijheid te blijven todat hulp van de reddingboot aanwezig zou zijn. Inmiddels waren de berichten omtrent den toestand van het schip via Scheveningenhaven bekend geworden, waarop de reddingbooten „Brandaris" en „Insulinde" erop uit trokken om assistentie te verleenen. Ook de „Insulinde", hoewel het schip niet op „zijn terrein" lag, omdat het niet onmogelijk zou zijn, dat Toxopeus en zijn mannen, met den Noord Ooster storm in den rug, toch eerder ter plaatse zouden zijn. De „Brandaris" van Terschelling was er evenwel het eerst, waarop de „Batavier I" haar reis vervolgde, en de „Insulinde" naar haar standplaats terug keerde, alwaar de reddingboot heden tegen den morgen arriveerde. De bemanning van de „Prinses Juliana" weigerde van boord te gaan, doch wel verzocht de kapitein wederom vrouw en kinderen van boord te nemen, waarin de reddingboot te ongeveer middernacht slaagde. Intusschen was ook de „Holland" van de Fa. Doeksen ter plaatse gekomen en terwijl eenige andere schepen in de nabijheid bleven, werden direct pogingen aangewend om contact met de „Prinses Juliana" te krijgen, hoewel deze boot een defect roer had en slagzij maakte. De pogingen gelukten tenslotte, waarnaar de „Prinses Juliana" begeleid door de " naar de haven van Terschelling gesleept werd, welke hedenmorgen werd bereikt. En de Fa. Doeksen en de „Brandaris" hebben hier weer kranig werk geleverd. Op eigen kracht verder. Uit Terschelling meldt men ons nog, dat het schip was geladen met gestort graan en op weg was van Anklam naar Keulen. In den nacht van 17 op 18 November werd het door den storm overvallen en moest noodgedwongen voor het N.O. Gat van Terschelling blijven. Om half zes in den avond verzocht de kapitein aan de „Batavier I" draadloos assistentie te vragen, waarop de "Brandaris" en de sleepboot „Holland" van Terschelling zijn uitgevaren. Beide schepen waren ± 10½ uur ter plaatse. Er bestond groote kans dat het stuurgerei van de Prinses Juliana onklaar zou geraken, waarop vrouw en kind van den kapitein aan boord van de "Brandaris" werden genomen. Sleepboot hulp werd geweigerd en om 4 uur vanmorgen werd besloten de vaargeul Stortemelk binnen te loopen en men verzocht de „Holland voor te stomen. Zoo bereikte men op eigen kracht (en dus niet de gesleept, zooals gemeld) de haven waar de reddingboot reeds was aangekomen. De kapitein meldde dat tengevolge van zware zeeën een witgeschilderd sloep verloren was gegaan, gemerkt “S.I. 3e district 13 personen" en op den spiegel vermeldend “Sloepbouw Kerstholt" Het schip heeft voortst slagzij en schade aan stuurgerei, welke laatste te Terschelling provisorisch wordt hersteld. De kapitein gaf nog uiting aan zijn groote waardering voor de Nrd. en Z. Hollandsche Redding Mij. in het geheel en in het bijzonder voor de bemanning van de "Brandaris".
1937-02-00: NvhN 16-02-1937: Het motorschip "Prinses Juliana", kapt. Balk, kwam alhier ledig van Antwerpen binnen. Het schip is naar de Bronsmotorenfabriek te Appingedam vertrokken, waar de motor van dit vaartuig z.g. zal worden verdieseld. De motorcapaciteit zal hierdoor worden opgevoerd tot ca. 135 p.k.
1940-06-12: Final Fate:
Bij het verlaten van de haven van Poole, waar ze kolen had gelost, op weg naar Plymouth, in pos. 05.38.N. - 01.35.W. op een mijn gelopen en gezonken. De bemanningsleden die te water waren geraakt hebben zich op een reddingsvlot weten te redden en werden later opgepikt door een loodsbootje van Poole en aan land gebracht. Kapitein J. Blom overleed later in een ziekenhuis te Poole. De stuurman K. Hoogenraad is bij deze ramp als vermist opgegeven. Het wrak werd opgeblazen. De “Prinses Juliana’ is een van de eerste Nederlandsche coaster die na de capitulatie in mei 1940 ten onder ging.

Afbeeldingen


Omschrijving: Prinses Juliana 1929.
Collectie: Slagter, J. A. (Jacob)
Vervaardiger: Unknown

Omschrijving: Prinses Juliana 1929.
Collectie: Slagter, J. A. (Jacob)
Vervaardiger: Unknown

Omschrijving: De Prinses Juliana liggende in de Groninger Oosterhaven.
Collectie: Martens, R.G. (Rob)
Vervaardiger: Unknown
Onderwerp: Havenopname