Inloggen
ANBEJA - ID 423


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:0000-00-00 / 0000-00-00

Identification Data

Bouwjaar: 1937
Classification Register: Bureau Veritas (BV)
IMO nummer: 5192860
Nat. Official Number: 1774 Z GRON 1937
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Motor Vessel
Type: General Cargo schip
Type Dek: Flush deck
Masten: Two masts
Rig: 2 derricks
Material Hull: Steel
Dekken: 1
Construction Data

Scheepsbouwer: N.V. E.J. Smit & Zoon's Scheepswerven (Scheepsbouw en Machinefabriek), Westerbroek, Groningen, Netherlands
Werfnummer: 648
Launch Date: 1937-02-03
Delivery Date: 1937-03-03
Technical Data

Engine Manufacturer: Humboldt-Deutz Motoren A.G., Cologne (Köln), Germany
Motor Type: Motor, Oil, 4-stroke single-acting
Number of Cylinders: 6
Power: 150
Power Unit: BHP (APK, RPK)
Eng. additional info: Deutz Nr. 409704/09 Type (210x360)
Speed in knots: 8
Number of screws: 1
 
Gross Tonnage: 227.00 Gross tonnage
Net Tonnage: 110.00 Net tonnage
Deadweight: 285.00 tonnes deadweight (1000 kg)
Grain: 14800 Cubic Feet
Bale: 9600 Cubic Feet
 
Length 1: 37.88 Meters Length overall (Loa)
Length 2: 35.59 Meters Length between perpendiculars (Lbp)
Beam: 6.64 Meters Breadth, moulded
Depth: 2.61 Meters Depth, moulded
Configuration Changes

Datum 00-01-1940
Type: Rebuilt
Omschrijving: Bij scheepswerf Gebr. Sander te Delfzijl verbouwd en voorzien van een verhoogd stuurhuis. Proefvaart op 24.03.1940.

Datum 00-00-1955
Type: Propulsion/engine changed
Omschrijving: Nieuwe hoofdmotor: 4tew 6 cil 215 Pk MWM Nr 3002-045 Type RM335SU (250x350) 8,5 Kn.

Ship History Data

Date/Name Ship 1937-03-03 ANBEJA
Manager: E. Wagenborg's Scheepvaart- & Expeditiebedrijf N.V., Delfzijl, Groningen, Netherlands
Eigenaar: Pieter Berend de Vries, Delfzijl, Groningen, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Delfzijl / Netherlands
Callsign: PCQN

Date/Name Ship 1939-12-11 HONDSRUG
Manager: Leonardus Henderikus Vogelzang, Groningen, Groningen, Netherlands
Eigenaar: Leonardus Henderikus Vogelzang, Groningen, Groningen, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Groningen / Netherlands
Callsign: PESW

Date/Name Ship 1945-12-08 HONDSRUG
Manager: N.V. Vrachtvaart Maatschappij 'Devoty', Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Eigenaar: N.V. Vrachtvaart Maatschappij 'Devoty', Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Rotterdam / Netherlands
Callsign: PESW

Date/Name Ship 1954-03-30 HONDSRUG
Manager: Johannes Lenting, Steendam, Groningen, Netherlands
Eigenaar: Johannes Lenting, Steendam, Groningen, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Steendam / Netherlands
Callsign: PESW

Date/Name Ship 1956-11-08 JO LENTING
Manager: Wed. Inger Helena Lenting-van Asperen, Steendam, Groningen, Netherlands
Eigenaar: Wed. Inger Helena Lenting-van Asperen, Steendam, Groningen, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Steendam / Netherlands

Date/Name Ship 1956-11-23 ZEEHOND
Manager: N.V. Wijnne & Barends' Cargadoors- en Agentuurkantoren, Delfzijl, Groningen, Netherlands
Eigenaar: Willem Nooitgedagt, Groningen, Groningen, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Groningen / Netherlands
Callsign: PIWM

Date/Name Ship 1962-05-07 KONGSMARK
Manager: A. Hansen, Åbenrå, Denmark
Eigenaar: A. Hansen, Åbenrå, Denmark
Shareholder:
Homeport / Flag: Åbenrå / Denmark
Callsign: OWOA

Date/Name Ship 1963-00-00 RIGEL
Manager: M.J. Nielsen, Kolby Kas, Denmark
Eigenaar: M.J. Nielsen, Kolby Kas, Denmark
Shareholder:
Homeport / Flag: Kolby Kas / Denmark
Callsign: OWOA

Date/Name Ship 1977-03-00 RIGEL
Manager: Baltic Schooner Association Ltd., Georgetown, Demerara, Cayman Islands
Eigenaar: Baltic Schooner Association Ltd., Georgetown, Demerara, Cayman Islands
Shareholder:
Homeport / Flag: Georgetown, Demerara / Cayman Islands

Ship Events Data

1937-03-03: NvhN 04-03-1937: Proefvaart „ANBEJA”. Onder groote belangstelling vond gisteren op de Eems te Delfzijl de uitstekend geslaagde proefvaart plaats met het nieuwe motorschip Anbeja, gebouwd op de werf van de fa. E. J. Smit en Zn. te Westerbroek voor rekening van kapt. P. de Vries te Delfzijl, onder klasse Bureau Veritas en Scheepvaart-Inspectie. Het schip is gebouwd met plaatsteven en met kruiserhek en het heeft twee stalen masten met twee stalen laadboomen, met een vermogen van twee ton elk. Bij elke mast is een motorlier geplaatst, die door een Deutz motor van 10 PK. aangedreven wordt. Het laad- en losgerei is geleverd met een certificaat van de Inspectie van Havenarbeid. De motor, die de achterste lier aandrijft, Is in de motorkamer opgesteld en doet hier tevens als hulpmotor dienst. De voortstuwing geschiedt door een direct omkeerbare Deutz Diesel motor met een vermogen van 150 P.K. De geheele verlichting is electrisch, welke installatie werd geleverd door het Techn. Bureau Herman G. Eekels te Hoogezand. De afmetingen van 't schip zijn 35X6.70X2.80 M. met een D.W. van 295 ton. Het schip is voorzien van een balansroer, waarmede het op de proefvaart zeer gemakkelijk te besturen bleek, terwijl eveneens zeer goed met het schip kon worden gemanoeuvreerd. Het is keurig afgewerkt en het geeft een zeer fraaien indruk, zoodat het prachtige vaartuig, dat ruimschoots aan alle gestelde eischen voldeed, na de proefvaart met groote tevredenheid door den kapitein werd overgenomen.
1937-03-18: Als ANBEJA, zijnde een motorvrachtschip, metende 642.96 m3 bruto inhoud, liggende te Delfzijl, door J. Gerrits, scheepsmeter te Groningen, ten verzoeke van Pieter Berend de Vries te Delfzijl, van haar brandmerk voorzien door het inbeitelen van 1774 Z GRON 1937 op het achterschip aan S.B. zijde in achterkant dekhuis, naast ingang verblijven.
1937-05-18: NvhN 18-05-1937 Delfzijl 15 mei. Het motorschip ANBEJA, kapt. de Vries, liep hier heden als bijlegger binnen. Het schip is beladen met aardappelen van Aalborg naar Londen. Later zette het de reis weer voort.
1937-06-01: De Telegraaf 01-06-1937: Delfzijl, 29 Mei. De m.s.”Zeester” en “ANBEJA”, die alhier als bijleggers binnenliepen, zetten heden de reis voort.
1937-08-18: NvhN 18-08-1937: Delfzijl 17 Augustus. De motorschepen Hasewint, kapt. Cremer en ANBEJA, kapt. de Vries, die alhier als bijlegger binnenliepen, vervolgden heden hun reis. De Hasewint is op weg van Londen naar Gdynia, terwijl de Anbeja op weg is van Rotterdam naar Aalborg.
1937-09-18: NvhN 18-09-1937: Delfzijl. Het ms. ANBEJA, kapt. de Vries, kwam alhier van Rotterdam binnen met roerschade. Het schip is op de werf van de Gebr. Niestern gezet om deze schade te herstellen.
1937-11-02: De Telegraaf 02-11-1937: Delfzijl 1 Nov. Het m.s.”ANBEJA”, kapitein De Vries, dat op de reede ankerde, op weg van Für naar Colchester, zette heden de reis voort.
1938-10-02: Gestrand in de Öregrund Skärjärd en lichte lekkage opgelopen.
1939-03-22: Algemeen Handelsblad 22-03-1939: ANBEJA. (Delfzijl. 21 Maart.) Het Ned. motorschip Anbeja is hedenmiddag alhier binnengeloopen met verlies van een gedeelte van den deklast hout, Het schip is onderweg op reis van Riga naar Sutonbridge.
1939-07-27: NvhN 27-07-1939: Delfzijl; Het motorschip “ANBEJA”, kapitein de Vries, thuisbehoorende te Delfzijl liep hier met motorschade binnen. Het schip is onderweg van Koningsbergen naar Keulen en beladen met stukgoed.
1939-12-00: Eemsbode 12-12-1939: (bekort) Het motorzeeschip “ANBEJA” groot ca. 300 ton d.w., gebouwd in 1937 en toebehoorende aan kapitein P.B. de Vries is door tussenkomst van E. Wagenborg’s Scheepvaart- en Expeditiebedrijf N.V. verkocht aan kapitein L. Vogelzang, die het schip zelf in de vaart zal brengen onder de naam van “HONDSRUG”.
1940-05-16: Ingeschreven bij The Netherland Shipping & Trading Co. te Londen. Nam van 26.05. tot 01.06.1940 deel aan operatie "Dynamo" (Evacuatie van Duinkerken) en redde 1453 personen. Nam ook deel aan de evacuatie van Guernsey. Nam deel aan de operatie "Neptune" (Invasie van Normandië.)
1940-07-27: Het Vaderland 27-07-1940: Gemengd Nieuws: De stranding van het m.s. „ANBEJA" voor den Raad voor de Scheepvaart. Ongeveer twee jaar geleden is het Nederlandsche motorschip “Anbeja" in de Öregrund Skärjärd gestrand. De Raad voor de scheepvaart heeft thans een onderzoek ingesteld naar de oorzaak van deze stranding en daartoe den kapitein gehoord. Hij gaf als verklaring van dit ongeval, dat de wallichten niet in orde waren, waardoor hij in de war was gekomen. Een loods had hij niet aan boord, zoodat hij van het wegvallen van een prik niet op de hoogte was. Na de stranding was in overleg met de ver-zekeringsmaatschappij de deklast gedeeltelijk gelost en mede dank zij het feit dat de wind draaide, kon het schip op eigen krachten vlot komen. Het bleek echter vrij ernstige schade opgeloopen te hebben. Het weer was zeer goed geweest alleen had de felle zon uitzicht belemmerd. De schade aan den bodem van het schip veroorzaakt had later op de thuisreis naar Groningen veel last veroorzaakt Op de Noordzee had het schip nl. water gemaakt waardoor gepompt moest worden. De bestuurbaarheid en wendbaarheid was zeer slecht geworden. Bij het ronden van een boei was het schip daardoor op Kornwerderzand wederom vast-geloopen. De vaart was dus wel heel ongelukkig geweest. Een ander Groningsch schip had de “Anbeja" vlot gebracht. De “Anbeja" behoort thuis te Delfzijl en is voorzien van een houtcertificaat, De Raad zal later uitspraak doen.
1940-10-13: Het Vaderland 13-10-1940: Stranding „ANBEJA”. Uitspraak van de Raad in zake da stranding van het motorschip “Anbeja" in de Öregrund Skärjärd op 2 October '38. De Raad is van oordeel, dat de stranding van de “Anbeja" het gevolg is van onjuiste navigatie van den betrokkene. Uit alles heeft de Raad den indruk gekregen, dat deze kapitein te veel op het handje heeft gevaren en dat deze stranding een ervaren kapitein niet zou zijn overkomen. Hoewel de tekortkomingen van dezen betrokkene op zichzelf een straf van schorsing wel zouden rechtvaardigen, meent de Raad thans, vooral ook met het oog op de omstandigheden, dat de stranding van October 1938 dateert, met het opleggen van een berisping te kunnen volstaan.
1954-07-01: Als HONDSRUG , zijnde een motorschip, metende 642.96 m3 bruto inhoud volgens zeemeetbrief, afgegeven te 's Gravenhage no. 5275 d.d. 25-02-1937, liggende te Groningen, door A. Pinkster, ambtenaar bij de Scheepsmetingsdienst te Groningen, opnieuw van hetzelfde brandmerk voorzien door het inbeitelen van 1774 Z GRON 1937 op het achterschip in het midden in achterkant dekhuis op verhoogd achterdek, 5.20 m. uit hekplaat, 0 m. uit lengteas en 1.65 m. uit dek.(Opm.: Bij onderzoek zijn geen merken van teboekstelling ten hypotheekkantore of sporen daarvan aangetroffen.)
1956-08-14: In stormweer gezonken 10 mijl ten noorden van Fünen (Denemarken). Reis Högenas (Zweden) naar Horsens (Denemarken). Er kwamen vijf bemanningsleden, incl. kapitein-eigenaar Johannes Lenting, om.
1956-08-14: NvhN 14-08-1956: Scheepsramp in Deense wateren. Coaster HONDSRUG uit Delfzijl gezonken. Vijf opvarenden verdronken. De Hondsrug is vannacht omstreeks één uur op een rots of zandbank gestoten en vrij snel daarna gezonken, zo bericht men uit Denemarken. Het ongeluk is gebeurd ten zuiden van het eiland Samsö, 10 mijl noordoost van kaap Fuenhoved in de Grote Belt. Mevrouw L. Lenting-van Asperen, een Deense van geboorte, heeft aan de politie verklaard, dat de bemanning het schip driemaal hard hoorde stoten en dat De Hondsrug vrijwel direct begon te zinken. Zij en haar echtgenoot hadden slechts tijd gehad om een kort S.O.S. uit te zenden. Reddingboot sloeg om. Toen het ongeluk gebeurde was het zeer slecht weer. Men neemt aan dat De Hondsrug daardoor uit de koers is geraakt. Men slaagde er in de reddingboot uit te zetten, zo verklaarde mevrouw Lenting. Door de hoge golven sloeg de boot echter om en voor de zeven mensen bleef er toen niets anders over dan zich aan de omgeslagen boot vast te klemmen. De vrouw van de kapitein heeft volgens berichten uit Denemarken verklaard dat allen uitgeput raakten en wegzonken, uitgezonderd zijzelf en de machinist, de heer H. Mulder (23) uit Den Horn. Acht uur hadden de beide overlevenden in het woelige en koude water gehangen. Om half negen 's morgens ontdekte een Catalina vliegboot van de Deense luchtmacht, die na de S.0.S.-seinen naar de schipbreukelingen zocht met zeven andere schepen, de beide overlevenden. De Deense reddingboot Skuld haalde hen op en vond ook het stoffelijk overschot van de veertigjarige stuurman, de heer C. Koole uit Groningen. In Kolbykaas, een haventje op het eiland Samsö, werden mevrouw Lenting en de heer Mulder aan wal gebracht. Zij zijn later overgebracht naar het ziekenhuis in Tranebjorg, eveneens op Samsö. De slachtoffers zoals wij boven reeds meldden, moet men wel aannemen, dat vijf bemanningsleden om het leven zijn gekomen. Omstreeks middernacht is het Groninger motorkustvaartuig De Hondsrug van de kapitein-eigenaar J. Lenting uit Steendam in de Grote Belt ten zuiden van het Deense eiland Samsö gezonken. De vrouw van de kapitein en de machinist H. Mulder werden gered. Helaas moet aangenomen worden, dat de vijf andere bemanningsleden om het leven zijn gekomen, hoewel men ondanks het slechte weer, nog steeds aan het zoeken is. De slachtoffers zijn: kapitein J. Lenting uit Steendam (36 jaar), stuurman G. Koole uit Groningen (40 jaar), kok S. van der Mei uit Tjerkgaast (31 jaar), matroos Joh. Keizer uit Harlingen (41 jaar) en lichtmatroos Menze Roege uit Winschoten (18 jaar). De Hondsrug hoort in Delfzijl thuis en was onderweg van Högenas in Zweden naar Horsens in Denemarken. Het voer in ballast. In 1937 werd het 227 ton metende schip gebouwd bij E. J. Smit en Zn. te Westerbroek. In scheepvaartkringen neemt men aan, dat dit een „total loss" is, dat het verongelukte schip dus niet meer te bergen is.
Leeuwarder Courant 14-08-1956: Nederlandse coaster Hondsrug in Kattegat gezonken: 5 doden, Kapiteinsvrouw en machinist na acht uren ronddrijven opgepikt. Het Nederlandse motorschip „Hondsrug" (227 ton) is vannacht om één uur in het Kattegat, tien mijl ten noorden van Funen, gezonken na op de rotsige bodem te zijn lek gestoten. Twee van de zeven opvarenden zijn gered. Dit zijn de vrouw van kapitein-eigenaar Joh. Lenting, uit Steendam, en de 23-jarige machinist Hendrik Mulder. Zij werden hangend aan een reddingboot aangetroffen. Het lijk van de stuurman C. Koole is geborgen. Van de vier anderen ontbreekt elk spoor. De reddingspogingen; Volgens het relaas van de uit Esbjerg geboortige mevrouw Lenting was men er in geslaagd de reddingboot overboord te zetten toen de coaster snel water begon te maken en op het punt stond te zinken. Allen waren overboord gesprongen en hadden de reddingboot beet gepakt, maar alleen zij en Mulder hielden het in deze verschrikkelijke situatie uit. Het was niet mogelijk geweest in de half vol gelopen sloep te klimmen en voor haar ogen zag mevrouw Lenting haar man loslaten en in de diepte verdwijnen, toen hij probeerde een ander te redden. Ook drie anderen zonken weg, maar toen zij en de machinist aan het eind van hun krachten waren daagde hulp op. De twee drenkelingen hadden toen acht uren lang in de zware zee rond gedreven. Om negen uur vanmorgen werden zij opgepikt door het Deense bergingsvaartuig „Skuld". Zij zijn aan land gebracht in Koldbykaas op het eiland Samsö. De kapiteinsvrouw was slechts in staat een zeer summier verslag van de ramp te geven. Zij was volkomen uitgeput. Ook Mulder kon niet verhoord worden.
Omstreeks middernacht heeft men de eerste noodseinen van de „Hondsrug' opgevangen. Het schip was onderweg van Höganas naar Horsens in Denemarken. De kuststations vernamen eerst een vrouwenstem en daarna de stem van een man. Plotseling bleef het stil in de ether. De Nederlander gaf geen signaal meer. Wel wist men toen de positie van de „Hondsrug" (de naam werd eerst ontvangen als „Rudolf ): tien mijl noord van het schiereiland Knudshoved. Een Deens Catalinavliegtuig, het fregat „Egbern Snare" en 4 of 5 andere schepen begaven zich onmiddellijk naar de opgegeven plaats, maar alleen de „Egbern Snare" vond iets: een grote olievlek en enkele rond drijvende zeekaarten. Het echolood wees aan, dat op een die diepte van zeven meter een groot voorwerp lag. De Catalina ontdekte uren later de reddingboot waaraan de twee overlevenden zich hadden vastgeklampt en dirigeerde de „Skuld" er naar toe. De enige verklaring voor het ongeluk schijnt te zijn, dat de „Hondsrug", die in maart 1954 door de heer Lenting was gekocht van de N.V. Vrachtvaartmij „Devoty" te Rotterdam, door het ruwe weer uit de vaarroute is geraakt en toen op de rotsachtige zeebodem is lekgeslagen.
Twee Friezen bij slachtoffers: Bij het ter perse gaan van deze editie werd bekend, dat onder de vier verdronken bemanningsleden van de „Hondsrug" twee Friezen zijn: de 31--jarige kok S. van der Mei uit Tjerkgaast en de 41-jarige matroos Joh. Keizer uit Harlingen. De andere slachtoffers, behalve de kapitein, zijn de stuurman C. Koole, 40 jaar, uit Groningen en de 18-jarige lichtmatroos Menze Roege uit Winschoten.
Friese Koerier 15-08-1956: Storm op zee eist mensenlevens. Nederlands schip en Duitse boot vergaan. Kopenhagen (Ritzan/AFP/Rtr./ANP). — Het Nederlandse schip „Hondsrug" is maandagnacht om één uur in het Kattegat, tien mijlen ten noorden van Funen, gezonken. Twee van de zeven opvarenden bij wie de vrouw van de kapitein, zijn gered. Het stoffelijk overschot van de kapitein is geborgen. Zeven Deense schepen en een Catalina-vliegboot van de Deense luchtmacht hebben naar de andere opvarenden gezocht, maar hun pogingen gestaakt. De hoop nog iemand te redden is opgegeven. De „Hondsrug'" meet 227 ton en wordt bevracht door de N.V. Wijnne en Barends te Veendam. De kapitein-eigenaar van het 227 ton metende schip, die is omgekomen, was de heer Joh. Lenting. Verder is het lijk van de machinist, Hendrik Mulder, geborgen.
Het schijnt dat alle opvarenden van de „Hondsrug" zich aan boord hebben bevonden van een reddingboot, die dinsdagmorgen om negen uur door de Catalina van de Deense luchtmacht is waargenomen. Later heeft het bergingsvaartuig „Skuld" uit deze reddingboot de twee overlevenden en het lijk van de machinist overgenomen. Buiten vaarroute geraakt. De enige verklaring van de ramp schijnt te zijn, dat de „Hondsrug" tijdens het ruwe weer van maandagnacht buiten de vaarroute is gekomen en dat het schip op de steenachtige zeebodem lek is gestoten. De „Hondsrug" was onderweg van Höganas naar Horsens in Denemarken. De beide geredden hebben zich ongeveer acht uur aan de reddingboot vastgeklampt. Zij zijn naar Koldbykaas op het eiland Samsö gebracht. Om een uur vannacht vingen verscheidene radiostations noodseinen van de „Hondsrug" op. Eerst hoorde men een vrouwenstern later een mannenstem. Daarna bleef de zender van de „Hondsrug" zwijgen.
De Waarheid 16-08-1956: Het drama van de „Hondsrug” . Urenlange worsteling eindigde met dood van vijf opvarenden. De geredde machinist van de dinsdag in het Kattegat vergane Nederlandse kustvaarder „Hondsrug", de 23-jarige Hendrik Mulder, heeft aan de politie van het eiland Samso de dramatische omstandigheden verteld, waaronder het schip te gronde ging waardoor 5 opvarenden op dramatische wijze aan de verdrinkingsdood werden prijsgegeven. Op wrak gestoten: Wij verlieten, aldus Mulder, Höganas maandagmiddag om half vijf, om naar Horsens in Jutland te varen. Om 0.50 uur voelde ik in de machinekamer drie stoten. Het was alsof het schip de hoogte inging. Inmiddels stroomde er veel water binnen en maakte het schip snel slagzij naar stuurboord. Wij zonden SOS-seinen uit. Na anderhalf uur, zo vertelde Mulder verder, zetten we met veel moeite de reddingsboot uit. Op het ogenblik, dat de boot het water raakte, ging de „Hondsrug" op zijn kant liggen. Wij sprongen allen, voorzien van zwemvesten, in het water. Op hetzelfde moment zonk de „Hondsrug". Reddingboot sloeg tal van keren om;Het gelukte alle schipbreukelingen in de half met water gevulde reddingsboot te komen. De boot sloeg tal van keren om, maar telkens kregen we hem weer recht. Toen na drie uur de boot weer was omgeslagen, verdween de matroos Johan Keizer. Een half uur later gaf de kok S. van der Mei het op. Matroos Menze Roeger was ook op het eind van zijn krachten, maar de kapitein kwam hem te hulp. Spoedig daarna verdwenen beiden in de diepte, terwijl de vrouw van de kapitein, de stuurman en ik machteloos moesten toezien, zo vervolgde de machinist zijn dramatische verhaal. Het was intussen licht geworden, De boot sloeg opnieuw om en we hadden geen kracht meer om het recht te krijgen. Op een gegeven moment zagen we plotseling de stuurman van de boot wegdrijven. De kapiteins-vrouw en ik, aldus Mulder, hadden alle hoop al opgegeven, toen we een vliegtuig hoorden. We kregen nieuwe hoop en spoedig daarop werden we door de „Skuld" gered.
Geconstateerd is, dat de „Hondsrug" buiten de vaarroute was toen de ramp geschiedde. Het schip is op een rif of op een ter plaatse liggend wrak gestoten.
1956-08-25: NvhN 25-08-1956: Lijk van kapitein Lenting (HONDSRUG) gevonden. Volgens een bericht van Associated Press is donderdagmiddag tussen de Deense eilanden Fuenen en Seeland het stoffelijk overschot gevonden van kapitein J. Lenting (37 jaar) uit Delfzijl. Zijn schip, de Hondsrug, is als gemeld vorige week dinsdag, 14 augustus, vergaan. Het stoffelijk overschot is naar een ziekenhuis in Slagelse gebracht.
1956-08-29: NvhN 29-08-1956: Lijk van jeugdige opvarende van de HONDSRUG gevonden. Gistermorgen is in zee bij Samsö (Denemarken) 't lijk gevonden van de 18-jarige Mense Roege uit Winschoten, één van de opvarenden van de op 14 augustus gezonken kustvaarder Hondsrug. Als gemeld werd vorige week donderdag het stoffelijk overschot van de kapitein J. Lenting uit Delfzijl gevonden. Hij wordt zondagmiddag a.s. te Esbjerg in Denemarken ter aarde besteld. De begrafenis van Roege geschiedt vrijdagmiddag te Winschoten. Van de vijf verdronken opvarenden van de Hondsrug wordt er nu nog één vermist, namelijk de matroos J. Keizer uit Harlingen.
1956-09-12: NvhN 12-09-1956: Gezonken HONDSRUG gelicht. Wordt naar Hamburg gesleept. De 227 ton metende Delfzijlster kustvaarder Hondsrug, die op 14 augustus van dit jaar in het water ten noorden van het Deense eiland Funen zonk en waarbij vijf bemanningsleden om het leven kwamen, is gisteren uit Odense naar Hamburg vertrokken, nadat daags tevoren twee Duitse bergingssleepboten het schip naar boven hadden gehaald. De Hondsrug werd maandag de Odense Fjord binnengesleept voor een inspectie of het schip nog zeewaardig was. Alleen de echtgenote van de kapitein en de kok van het schip zijn aan de verdrinkingsdood ontsnapt. De Hondsrug was op die noodlottige dag tijdens zware storm op een rif ten noorden van Fynshoved gevaren en kort daarna gezonken.
1956-09-19: NvhN 19-09-1956: De HONDSRUG zal weer varen. Verongelukt schip weer te Delfzijl. (Van een onzer redacteuren) Desolaat en ontredderd, zo ligt de coaster De Hondsrug thans op de werf van de firma Niestern te Delfzijl. Verroest, gescheurd, verwrongen, zo ziet nu dit eens zo mooie vaartuig, dat in de nacht van 13 op 14 augustus ten zuiden van het Deense eiland Samsö in een vliegende storm verging er nu uit. Vijf mensenlevens gingen hierbij toen verloren. Een week of vijf heeft het schip, dat aanvankelijk als verloren werd beschouwd, op de bodem van de Grote Belt gelegen, maar men is er met behulp van een duiker, die het gat in de bodem provisorisch wist te dichten, toch nog in geslaagd het schip te bergen. Gisteren kwam in Delfzijl het bericht binnen, dat de Hondsrug uit Hamburg op weg was naar Delfzijl en vanmiddag tussen 12 en 1 uur is het schip zijn thuishaven binnengelopen. Het staat wel vast, dat de Hondsrug weer zal varen. Het is nog niet bekend, wie de reparatie op zich zal nemen. De firma Niestern heeft haar terrein beschikbaar gesteld als ligplaats voor de coaster en men moet nu wachten op de aanbiedingen, die binnenkomen.
1956-10-00: Gelicht, naar Delfzijl gesleept en bij Scheepswerf Gebr. Sander gerepareerd en weer in de vaart als "JO LENTING". Proefvaart 08-11-1956.
1956-10-01: Friese Koerier 01-10-1956: Matroos aangespoeld. Harlingen. Zaterdagmiddag is op het strand bij Aarhüs in Denemarken aangespoeld het stoffelijk overschot van de 41-jarige matroos J. Keizer van de kustvaarder „HONDSRUG", die in augustus in de Deense wateren is vergaan. Daarbij verloren vijf mensen het leven. Nu zijn de stoffelijke resten van alle vijf omgekomenen geborgen, evenals het schip zelf.
1956-11-15: NvhN 15-11-1956: Gezonken schip weer in de vaart. HONDSRUG hersteld en omgedoopt tot JO LENTING. Op de Eems werd een geslaagde proefvaart gehouden met het motorschip Jo Lenting van de rederij Lenting te Delfzijl. De Jo Lenting is het vroegere motorschip Hondsrug, dat in de nacht van 13 op 14 augustus j.l. zonk bij het Deense eiland Samsö in de Grote Belt en waarbij, zoals bekend, vijf personen, onder wie de kapitein, verdronken. De Hondsrug (ex Anbeja) werd hierna gelicht en door een Duitse bergingsboot naar Delfzijl gebracht. Het schip is in 48 dagen geheel hersteld en zeeklaar gemaakt door de N.V. Scheepsbouw en Reparatiebedrijf Gebr. Sander te Delfzijl en wordt nu onder de nieuwe naam Jo Lenting in de vaart gebracht met als thuishaven Delfzijl. Deze coaster werd in 1937 gebouwd bij de N.V. E. J. Smit's Scheepswerven te Westerbroek. Het schip heeft een deadweight van 280 ton en is voorzien van een 220 p.k. motor.
1961-09-05: NvhN 05-09-1961: Schip verloor schroef. De Groninger coaster ZEEHOND, die in een geregelde lijndienst vaart voor de N.V. Boardexport te Delfzijl heeft in de Delfzijlster haven zijn schroef verloren. Het schip wordt thans gerepareerd op de scheepswerf Sander te Delfzijl. De 270 ton metende Zeehond was naar Delfzijl gekomen om een lading karton naar Leith (Eng.) te halen. Toen op zeker ogenblik de motor werd aangezet bleek het schip noch voor noch achteruit te willen gaan. De schroefas was gebroken en de schroef weggevallen. Hoewel kikvorsmannen uit Drachten nog naar de schroef hebben gezocht werd deze niet teruggevonden.
1963-05-05: ms. KONGSMARK van Gråsten, 233 brt. Gebouwd in 1937 van staal. Op weg van Zwijndrecht naar Nørresundby met sojameel. Kreeg op 5 mei op de Noordzee een aanvaring. De zeeverklaring in Ærøskøbing op 17 mei. Om 23.45 uur, toen de KONGSMARK zich bij een lichte zuidwestelijke bries en dichte mist 4 tot 5 zeemijlen west van het vuurschip E.R. Bevond, met langzaam draaiende motor voer en mistsignalen uitgaf, zag men ongeveer recht vooruit op een afstand van 10 meter een scherp schijnwerperlicht. De schroef werd meteen uitgekoppeld en het roer hard naar stuurboord gelegd; maar onmiddellijk daarna botste een onbekend vissersschip tegen de bakboordzijde van de boeg van de KONGSMARK en gleed vervolgens langs de bakboord zij van de KONGSMARK. Bij de aanvaring kreeg de KONGSMARK enkele platen aan bakboord ingedrukt. Verklaring: De zeeverklaring van de bemanning van het andere schip zijn niet aaanwezig.
06-05-1963 ms. KONGSMARK van Gråsten, 233 brt. Gebouwd in 1937 van staal. Op weg van Zwijndrecht naar Nørresundby met sojameel. Kreeg op 6 mei op de Noordzee een aanvaring. De zeeverklaring in Ærøskøbing op 17 mei. Om ongeveer 05.20 uur toen de KONGSMARK zich in dichte mist bevond op 55º32' noord 6º06' oost met langzaam draaiende motor vooruit en mistsignalen uitgaf, hoorde men dat vooruit een lange toon met de fluit werd gegeven en onmiddellijk daarna zag men een schip, dat later bleek de russische Z.ANGERETTIS te zijn, op 30º aan stuurboord, die erg dichtbij was. Het roer werd meteen hard naar bakboord gelegd wat kenbaar gemaakt werd met 2 korte tonen op de fluit; maar kort daarna botste de Z.ANGERETTIS met de steven tegen de stuurboord zij van de KONGSMARK ter hoogte van de machinekamer. Bij de aanvaring kreeg de KONGSMARK een aantal platen in de scheepszij ingedrukt en werd het bootdek beschadigd. Verklaring: De zeeverklaring van Z.ANGERETTIS is niet aanwezig.
1979-00-00: Final Fate:
Laatste geregistreerde beweging: 10.05.1979 aangekomen te Castries, Santa Lucia.12.05.1979 vertrokken van Castries, Santa Lucia. Lloyd's 1995: Registratie vervallen omdat het bestaan van het schip twijfelachtig is.

Externe informatie - Overig
Type onbekend:
Afbeeldingen


Omschrijving: De ANBEJA op proefvaart
Collectie: Marhisdata - Rotterdam
Vervaardiger: Foto Dijkstra, Delfzijl
Onderwerp: Proefvaart

Omschrijving: De ANBEJA op proefvaart
Collectie: Marhisdata - Rotterdam
Vervaardiger: Foto Dijkstra, Delfzijl
Onderwerp: Proefvaart

Omschrijving: HONDSRUG
Collectie: Marhisdata - Rotterdam
Vervaardiger: Foto Dijkstra, Delfzijl

Omschrijving: HONDSRUG
Collectie: Marhisdata - Rotterdam
Vervaardiger: Foto Dijkstra, Delfzijl

Omschrijving: HONDSRUG op 01-06-1953
Collectie: Johannes, Leo M.
Vervaardiger: Skyfotos Ltd.
Onderwerp: Luchtfoto

Omschrijving: HONDSRUG
Collectie: -
Vervaardiger: Onbekend *

Omschrijving: HONDSRUG Trent
Collectie: -
Vervaardiger: Hill, Charlie A.

Omschrijving: HONDSRUG afgebeeld op een onbekende locatie.
Collectie: Olinga, Frits J.
Vervaardiger: Onbekend
Onderwerp: Havenopname

Omschrijving: JO LENTING
Collectie: Marhisdata - Rotterdam
Vervaardiger: Foto Dijkstra, Delfzijl

Omschrijving: JO LENTING
Collectie: Marhisdata - Rotterdam
Vervaardiger: Foto Dijkstra, Delfzijl

Omschrijving: De ZEEHOND
Collectie: Marhisdata - Rotterdam
Vervaardiger: Foto Dijkstra, Delfzijl

Omschrijving: ZEEHOND Trent
Collectie: -
Vervaardiger: Hill, Charlie A.

Omschrijving: ZEEHOND
Collectie: Anderiesse, Jan H.
Vervaardiger: Onbekend *

Omschrijving: RIGEL on 14-03-77 at Svendborg. (Just a few days for her departure to the Caribic.)
Collectie: Goudriaan, J. (Koos)
Vervaardiger: Mikkelsen, Bent

Omschrijving: RIGEL Kolby
Collectie: -
Vervaardiger: Onbekend *