Inloggen
KONING WILLEM III - ID 3486


Kroniekberichten

Datum 25 april 1883
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Amsterdam, 24 april. De werkzaamheden aan het stoomschip KONING WILLEM III, in aanbouw bij de Koninklijke Fabriek van Stoom- en Andere Werktuigen alhier, voor rekening der Maatschappij Insulinde, zijn thans zo ver gevorderd, dat genoemd vaartuig binnen een veertien dagen te water zal worden gebracht.

Afbeelding
Datum 01 mei 1883
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Amsterdam, 30 april. Z.M. de Koning en de Koningin hebben heden in de voormiddag de Kweekschool voor de zeevaart bezocht en daarna van het frisse lenteweder gebruik gemaakt om een pleziervaart op het IJ te doen met de stoomboot DOLPHIJN, aan boord van welk vaartuig een dejeuner gebruikt werd.
De plechtigheid der kiellegging op de werf der Koninklijke Fabriek van Stoom- en andere Werktuigen werd door de lange duur van het watertochtje van Hunner Majesteiten zeer vertraagd en had ten vier uur nog niet plaats gehad. Naast de beide in aanbouw zijnde grote stoomboten, bestemd voor de Maatschappij Insulinde, was voor deze gelegenheid een tribune opgeslagen, met de nationale Nederlandse en Waldeckse kleuren versierd. Een bijzonder mechaniek stond gereed om de Koningin gelegenheid te geven de door een kleed bedekte naam van het schip te ontbloten, tegelijk waarmede het eerste stuk van de voorsteven opgericht en aan de ijzeren kiel bevestigd zal worden. Het schip zal de naam ORANJE NASSAU dragen en evenals de beide andere voor de West-Indische maildienst bestemde boten voor twintig passagiers eerste, twintig tweede klasse, benevens voor goederen ruimte opleveren. De inhoud van 1.400 ton, de lengte 72 meter, de beweegkracht der machine van duizend indicateur paardenkracht zijn; het vaartuig moet volgens contract binnen acht maanden gereed zijn. (opm: bij deze gelegenheid verleende Z.M. aan de West-Indische Maildienst het predicaat Koninklijke)
De namen van de twee grotere stoomschepen der Maatschappij Insulinde zijn KONING WILLEM III en NEDERLAND EN ORANJE.

Afbeelding
Datum 25 mei 1883
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Kiellegging, bouw en stapelloop van schepen

Amsterdam, 25 mei. Van de scheepstimmerwerf der heren Raylton Dixon & Co. te Middlesbro’ on Tees is met goed gevolg te water gelaten het voor de alhier gevestigde Stoomvaartmaatschappij Insulinde nieuw gebouwde schroefstoomschip MACASSAR, groot ongeveer 2.300 bruto of 1800 netto tonnen, met een draagvermogen van 3.300 tonnen en voorzien van 1.250 ipk; het zal gevoerd worden door kapt. J. de Ridder. Dit is het eerste van de vier, naar een zelfde bestek voor gezegde maatschappij in aanbouw zijnde schepen, met welke zij, tezamen met het reeds in de vaart zijnde stoomschip C. FELLINGER, groot 2.800 tonnen draagvermogen en met machines van 800 pk, in juli van het aanstaande jaar een maandelijkse vaart tussen hier en Java zal beginnen. Binnen enige dagen zal haar alhier gebouwd wordend stoomschip KONING WILLEM III te water gaan, gevolgd over vier weken door het te Middelsbro’ in aanbouw zijnde stoomschip PADANG en eindelijk weder alhier het stoomschip NEDERLAND EN ORANJE.

Afbeelding
Datum 31 mei 1883
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Verslagen van rederijen etc..

Door aandeelhouders van de Stoomvaart-Maatschappij Insulinde werd heden te Amsterdam onder voorzitterschap van de heer C. Fellinger, president-commissaris, een algemene vergadering gehouden tot het uitbrengen van het eerste jaarlijks verslag.
Aanwezig waren 18 aandeelhouders, vertegenwoordigende 610 aandelen en tezamen gerechtigd tot het uitbrengen van 90 stemmen.
De exploitatie heeft zich bepaald tot een reis van het stoomschip C. FELLINGER, dat de 2e maart 1882 via Londen en Pauillac naar Batavia vertrok en de 23e juli vandaar terugkeerde. De volgende reis van hetzelfde stoomschip werd aanvaard de 20e augustus 1882 en eindigde op de dag van binnenkomst, de 13e januari 1883. Deze reis komt alzo op de exploitatierekening over het volgende jaar.
De uitkomsten van een eerste reis van de C. FELLINGER en van een enige reis met het stoomschip AMSTERDAM blijven voor rekening van de eerste deelhebbers van de Maatschappij, die als zodanig sedert zijn uitgetreden.
De uitvracht van de enige reis van de C. FELLINGER was redelijk, doch de retourvracht mager, omdat in mei en juni, toen het schip op Java was, de producten van de oude oogst gescheept en die van de nieuwe nog niet ter verscheping voorhanden waren.
Van die reis is hierdoor slechts een saldo van NLG 3.838,02 overgebleven. Bovendien vertoont de balans en winst- en verliesrekening een post van NLG 30.097,66 aan gekweekte renten van de op prolongatie uitgezette stortingen van de aandeelhouders.
De onkostenrekening ad. NLG 10.091,97 is geheel, die voor oprichting en emissie van het maatschappelijk kapitaal drievijfde van het meubilair 30 % afgeschreven. De balanswaarde van de C. FELLINGER is na een kleine afschrijving van NLG 2.207 op het bedrag van aankoop gebleven.
Verder komen op de rekening voor twee stortingen van NLG 87.500, waarvoor de stoomschepen KONING WILLEM III en NEDERLAND EN ORANJE belast zijn veertien dagen na hun herstelling (opm: mogelijk is bedoeld: aflevering) bij de Koninklijke Fabriek van Stoom- en Andere Werktuigen, ingevolge contract.
Behalve deze twee stoomschepen zijn voor de Maatschappij in aanbouw bij de heren Raylton Dixon & Co., te Middlesbrough on Tees, twee stoomschepen aan welke de namen MACASSAR en PADANG gegeven zijn. Al deze schepen hebben een inhoud van 2.300 bruto of 1.800 netto ton, met een draagvermogen van ongeveer 3.300 ton, worden voorzien van compound stoommachines van plm. 250 nominaal of 1.250 epk. De termijnen van aflevering waren gesteld: voor het eerste schip in Engeland binnen elf, voor het tweede binnen twaalf maanden; voor de twee schepen bij de Koninklijke Fabriek, het eerste op 31 mei en het tweede op 31 juli 1883.
In de tijdige aflevering van al de vier schepen is de directie echter zeer teleurgesteld, zodat de voorgenomen maandelijkse vaart niet in mei van dit jaar is kunnen beginnen, doch daarmede nog ongeveer twee maanden gewacht zal moeten worden. De MACASSAR werd 24 dezer te Middlesbro’ te water gelaten en zal begin juli gereed zijn. De PADANG volgt een maand later. De KONING WILLEM III zal in het begin van juni alhier te water gaan, doch eerst einde augustus afgeleverd worden, terwijl van de NEDERLAND EN ORANJE nog niets met juistheid te zeggen valt.
Voor het onderhouden van een geregelde maandelijkse dienst op Java zal nog een zesde stoomschip nodig zijn, tot aanschaffing waarvan de directie voornemens is te zijner tijd voorstellen te doen.
Het verslag bevat verder enige mededelingen omtrent hetgeen aan de samenstelling van de Maatschappij in haar tegenwoordige vorm is voorafgegaan, waarvan later een uittreksel zal worden medegedeeld.
Naar aanleiding van dit verslag werd door een van de aandeelhouders gevraagd: 1e. of er geen boete bedongen is voor te late aflevering van de stoomschepen; 2e. of voortaan niet een percentsgewijze afschrijving jaarlijks plaats zal hebben. Het antwoord van de voorzitter luidde, dat aan de aannemers in Engeland geen boete als voorwaarde was opgelegd, evenmin als dit het geval is geweest bij hun aannemingen voor de Rotterdamsche Lloyd. Aan de Koninklijke Fabriek van Stoom- en Andere Werktuigen is een boete van NLG 1.000 voor iedere week te late levering bij contract gesteld. Wat de percentsgewijze afschrijving betreft, daaromtrent behelzen de statuten geen voorschriften.
Nadat nog dezelfde aandeelhouder op de wenselijkheid van geregelde afschrijvingen in het vervolg nader aangedrongen had, werd de vergadering gesloten.

Afbeelding
Datum 10 juni 1883
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Kiellegging, bouw en stapelloop van schepen

Amsterdam, 9 juni. Het eerste van de bij de Koninklijke Fabriek van Stoom- en Andere Werktuigen gebouwde stoomschepen voor de Stoomvaart Maatschappij Insulinde, genaamd KONING WILLEM III, is heden met goed gevolg te water gelaten in het bijzijn van een ontelbare menigte belangstellenden. De gebruikelijke plechtigheid van het dopen, door het stukwerpen tegen de voorsteven van een met de nationale kleuren versierde fles wijn, werd verricht door het dochtertje van een van de commissarissen van de Maatschappij, de jonge juffrouw Hendrichs.

Afbeelding
Datum 11 juni 1883
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Kiellegging, bouw en stapelloop van schepen

Op de scheepswerf der Koninklijke Fabriek van Stoom- en andere Werktuigen liep hedenmiddag het stoomschip KONING WILLEM III, gebouwd voor de Stoomvaart- Maatschappij Insulinde, van stapel.
Een groot aantal genodigden, waaronder de burgemeester van Amsterdam, de heer Mr. G. van Tienhoven, woonden de plechtigheid bij. Onder een luid hoera trok mejuffrouw Hendrichs, het dochtertje van de directeur der Maatschappij Insulinde, het laatste steunpunt weg en gleed het schone schip langs de gladde helling naar beneden.
Toen het reusachtige gevaarte in het water onderdook, verdeelde de gladde oppervlakte van de Pijp zich in tweeën en omsloot hoog opspattend de pantserhuid van het nieuwe mailschip. Een dikke wolk witblauwe rook steeg naar boven en een hoge golf rolde over het water en bespatte de talrijke arbeiders, die aan de kanten van het water waren neergehurkt en in wilde haast op de vlucht sloegen.
Het schip lag prachtig in ’t water en wij hopen dat het zal bewijzen, dat Nederland even deugdelijke schepen voor de grote mailvaart kan leveren als het buitenland.

Afbeelding
Datum 13 juli 1883
Krant JB - Javabode

Advertentie. Stoomvaart-Maatschappj Insulinde. Opening van de geregelde maildienst voor passagiers en lading tussen Amsterdam en Nederlands-Indië, zullende ook Macassar worden aangedaan.
De dienst zal worden verricht door de volgende stomers, vertrekkende van Amsterdam:
C. FELLINGER, 2.003 tons, de 31e juli a.s.
MACASSAR, 2.500 tons, de 31e augustus a.s.
PADANG, 2.500 tons, de 30e september a.s.
KONING WILLEM III, 2.500 tons, de 31e oktober a.s.
NEDERLAND EN ORANJE, 2.500 tons, de 30 november a.s.
Voor het bespreken van passage en vracht, gelieve men zich te wenden tot de agenten J.F. van Leeuwen, te Padang, Batavia, Samarang, Soerabaija en Macassar.

Afbeelding
Datum 02 oktober 1883
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Amsterdam, 1 oktober. Het eerste nieuwe stoomschip. de KONING WILLEM III, dat voor rekening van de Stoomvaart-Maatschappij Insulinde bij de Koninklijke Fabriek, directeur Van der Made, gebouwd is, ligt sedert gisteren in het spoorwegbassin in de Stads Rietlanden, van waar het in de loop der maand naar Java vertrekt.

Afbeelding
Datum 17 oktober 1883
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Amsterdam, 16 oktober. Door het bestuur van de Stoomvaart-Maatschappij Insulinde alhier zijn verschillende autoriteiten uitgenodigd om het eerste voor rekening dier maatschappij door de Koninklijke Fabriek van Stoom- en Andere Werktuigen gebouwde stoomschip KONING WILLEM III, alvorens het zee kieze, te komen bezichtigen. Dat bezoek zal morgen te 12 ure plaats vinden, waartoe een stoombootje, bestemd tot de overvoer der geïnviteerden naar genoemd stoomschip, aan het Damrak zal gereed liggen.

Afbeelding
Datum 25 oktober 1883
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

IJmuiden, 24 oktober Heden vertrok van hier naar Java het stoomschip KONING WILLEM III, kapt. H.N. Prins.
(opm: eerste reis)

Afbeelding
Datum 30 oktober 1883
Krant SH - Soerabaijasch Handelsblad
Type bericht Berichten uit het buitenland incl havens

Batavia, 24 oktober. De stomer KONING WILLEM III (opm: van de Nederlandsch-Indische Stoomvaart Maatschappij) is van Telok Betong teruggekeerd en heeft een eind weegs de MARIE van de firma Landberg gesleept, die daarna nog, door een der hoppers voorbij Varkenshoek gesleept, thans zeilende hier verwacht wordt. Nadat met zuidenwind het puimsteen tot 8 voet dikte opkruide, zodat men er hier en daar over lopen kon, en de twee ankers, waarvoor de met de ruwe massa meegevoerde boot lag, begonnen te dreggen, is de wind gekeerd en heeft de boot zich gehaast om met de puimsteenmassa en met de MARIE op sleeptouw mee naar buiten in het ruimer gedeelte der baai te raken.

Afbeelding
Datum 28 december 1883
Krant SH - Soerabaijasch Handelsblad
Type bericht Berichten uit het buitenland incl havens

Batavia, 22 december. – Wij waren heden in de gelegenheid het nieuwe stoomschip KONING WILLEM III van de Maatschappij Insulinde, gisteren hier aangekomen, in ogenschouw te nemen en hebben ons voor de genomen moeite ruimschoots beloond gezien. De nieuwe stomer is een prachtig vaartuig en reeds bij het eerste gezicht als men het schip, zo slank van vormen en zo zuiver van lijnen op het water ziet liggen, komt men al dadelijk tot de overtuiging, dat men hier te doen heeft met een dier nieuwerwetse zeekastelen, die uitmuntend in inrichting en lokken door hun comfort. Het schip, geheel van ijzer, is te Amsterdam gebouwd en daar tot in de kleinste bijzonderheden zee klaar gemaakt, hetwelk bewijst dat men tegenwoordig niet meer in de vreemde behoeft ter markt te gaan om goede stomers te verkrijgen; een bewijs waarop men met rechtmatige trots wijzen en dat het Hollandse hart goed doet.
En dat de KONING WILLEM III goed, zelfs een bij uitstek goed schip is, bewijs zijn gehele inrichting, zowel de nette, gemakkelijke en ruime gelegenheid voor passagiers als de overgrote laadruimte en zijne praktische samenstelling boven- en benedendeks. Wat de eerste betreft, de hutten, voor een beperkt aantal passagiers ingericht, zijn groot, luchtig en ruim; vereisten, die men niet op ieder stoomschip vindt en die toch op zo grote prijs worden gesteld. De salon is keurig ingericht, met de fraaiste houtsoorten voorzien en heeft bij het meest mogelijke comfort een zekere aan rekkelijke huiselijkheid, vooral voor Hollandse passagiers van veel waarde. Dat de tafel uitmuntend is krijgt bovendien een verhoogde waarde bij de hupsheid van commandant en officieren en dat voor de meest gemakken gezorgd is, wij konden het overal bemerken.
De KONING WILLEM III heeft bovendien een grote laadruimte, is voorzien van de nieuwste inrichtingen op het gebied van veiligheid en voert een machine, wier Hollandse fabrikant niets tekort doet aan haar deugdelijkheid.
Wij bezagen het schip zelfs tot in zijn geringste onderdelen en noemen op grond zijner inrichting en bouw de de KONING WILLEM III een werkelijke aanwinst voor de Maatschappij Insulinde. Moge het vaartuig zich nog dikwijks hier ter reede vertonen en veel bijdragen tot de bloei van de Ned. Scheepvaart en van de meergenoemde maatschappij. B.H.

Afbeelding
Datum 13 februari 1884
Krant JB - Javabode
Type bericht Berichten uit het buitenland incl havens

Batavia, 13 februari. De Penang Times bericht, dat op de rivier van Palembang een botsing heeft plaats gehad tussen de stomers RUBY en KONING WILLEM III, met veel schade voor beiden.

Afbeelding
Datum 15 februari 1884
Krant JB - Javabode

De aanvaring van de stomers KONING WILLEM III en RUBY.
In de Straits Intelligence van 2 februari leest men:
A writing has been issued at the instance of the owners of the British steamer RUBY against the steamship KONING WILLEM III for 9.000 dollars damages, occasioned by a collision which took place in the Moessi river at Palembang, on the 12th January 1884, between the steamship RUBY and the steamship KONING WILLEM III.
Kent men nu de omstandigheden, waaronder de aanvaring plaats had, dan noemt men dit zeker een sterk stuk. Het feit echter in aanmerking nemende, dat hij processen over aanvaringen, de uit de aard van de zaak meestal zo eenvoudige zaken zo dikwijls niet te ontwarren zijn, doordat de afgelegde verklaringen lijnrecht tegen elkander indruisen, dan wordt de poging van de eigenaars van de RUBY enigszins verklaarbaar.
De bijzonderheden van de aanvaring, welke mij ter ore zijn gekomen, waren de volgende:
De 12e januari jl. des morgens te 5 uur had de aanvaring plaats op de Palembang rivier, tussen Kampong Serdang en Poeloe Aijam.
De rivier is hier geheel schoon, zodat een stoomschip hier, vooral bij nacht, volgens de bepalingen verplicht is stuurboordwal te houden.
Ten 4 u. 50 min. stoomde de KONING WILLEM III dicht onder deze stuurboordwal en zag toen vooruit, dicht onder dezelfde wal, een wit licht.
Ziet men 's nachts een licht, dan gaat men zo spoedig mogelijk bij zich zelve na, wat dit licht kan beduiden, daar men 's nachts dikwijls zeer slecht over de afstand van een licht kan oordelen en dus spoedig moet handelen.
In dit geval mocht men niet veronderstellen, dat het witte licht het toplicht van een tegenliggende stomer was, daar zulk een stomer de andere zijde van de rivier moest houden. Het witte licht moest dus zijn van een ten anker liggend vaartuig of van een prauw, die onder de wal tegen stroom op roeide. In beide gevallen moest de KONING WILLEM III uitwijken. Tussen de stuurboordwal en het witte licht was klaarblijkelijk geen ruimte genoeg, dus hield de KONING WILLEM III een weinig naar het midden van de rivier en stoomde zekerheidshalve halve kracht.
Enige minuten daarna kwam bij het witte licht ook een groen licht inzicht. Zich weer rekenschap gevende van wat hij zag, moest de gezagvoerder het volgende denken.
Ik heb nu te doen met een tegenliggende stomer, wiens groene licht ik aan stuurboord heb en die tegen de bepalingen handelt door de verkeerde wal te houden. 's Nachts niet over afstanden van lichten kunnende oordelen, vooral niet van een vaartuig dat zo dicht mogelijk langs een bosrijke rivieroever stoomt, mag ik in geen geval trachten om voor de boeg van de tegenliggende stomer over te lopen ten einde hem aan bakboord te passeren, waartoe ook niet de minste noodzakelijkheid bestaat.
De bepaling omtrent het varen op rivieren, dat elke stomer zijn stuurboordwal moet houden, was het eerst overtreden door de RUBY, die zo dicht mogelijk stoomde onder de wal, die de WILLEM III moest houden en dan ook hield, tot hij voor een wit licht een weinig naar het midden van de rivier moest uitwijken, omdat er klaarblijkelijk aan de andere zijde geen ruimte was, zoals reeds vroeger werd vermeld.
De wet spreekt verder alleen van bakboord passeren, wanneer twee schepen van elkander de twee zijlichten recht vooruitzien en elkander dus steven op steven ontmoeten.
Heeft men een groen licht aan stuurboordzijde vooruit, dan mag men alleen aan stuurboord meer ruimte geven, door iets naar bakboord te houden, daar het 's nachts, vooral op een stromend vaarwater, niet raadzaam is elkander op een kleine afstand te passeren.
Dit werd ook door de WILLEM III gedaan. Het groene licht, dus de stuurboordzijde van de tegenligger, werd op stuurboordboeg gezien. De koersen van de twee schepen konden elkander in geen geval snijden, voordat men elkander gepasseerd was. Van gevaar was geen sprake meer. Alleen hield de WILLEM III om de zoeven genoemde reden, nog een weinig meer naar bakboord en stoomde langzaam aan.
Toen de schepen elkander zo tot op enige scheepslengten genaderd waren en elkander juist zouden passeren, ziet men aan boord van de WILLEM III plotseling het groene en rode en daarna alleen het rode licht van de andere stomer. De RUBY had dus tegen alle regels in, op het laatste ogenblik, het roer aan bakboord gelegd en wilde voor de WILLEM III over lopen. Daar hij hiermede gewacht had, tot de schepen elkander zeer dicht genaderd waren, liep hij de WILLEM III voor de boeg, ofschoon deze stomer, zodra het rode licht van de RUBY werd gezien, gestopt had en tijdens de aanvaring met volle kracht achteruitsloeg.
Bij deze aanvaring kan dus moeilijk iets aan de KONING WILLEM III worden ten laste gelegd.
Gaan wij nu een ogenblik na, wat de gezagvoerder van de RUBY zou kunnen aanvoeren, om zijn grove fouten te verontschuldigen.
Zijn eerste fout; het stomen onder bakboordwal, is voor geen verontschuldiging vatbaar. Na het passeren van Poeloe Aijam werd hij door niets verhinderd naar de stuurboordwal over te lopen. Dit verzuim is de aanleiding tot de aanvaring geweest.
De gezagvoerder van de RUBY zal waarschijnlijk, deze fout erkennende, beweren dat hij voor de boeg van de KONING WILLEM III heeft willen overlopen, ten einde die fout te herstellen.
Wil men echter een fout herstellen, door een nog onvergefelijker overtreding van de bepalingen omtrent het uitwijken van schepen, dan moet men van de goede uitslag zeker zijn en de proef had niet mogen genomen worden, toen de schepen op het punt stonden elkander te passeren.
Verder zal de gezagvoerder misschien beweren, dat hij de afstand nog groot genoeg achtte om vóór over te kunnen lopen. Dat hij dit dacht kan wel zijn. De uitkomst heeft echter bewezen dat hij verkeerd dacht.
Waren de schepen niet reeds zo dicht bij elkander geweest, dan had misschien nog de fout van de RUBY geredresseerd kunnen worden. De afstand was echter zo gering dat het enige gevolg hiervan zou geweest zijn dat de aanvaring heviger was geworden. Een dergelijke gewaagde manoeuvre kan alleen door goed succes worden gerechtvaardigd. Mislukt dezelve, dan wordt men veroordeeld door de bepalingen, die gebieden dat men moet stoppen en achteruitslaan, wanneer er gevaar voor aanvaring bestaat.
Veel zal misschien worden opgehelderd, wanneer men onderzoekt hoeveel stuurlieden aan boord van de RUBY zijn, om wacht te doen en uit te kijken. Zou ook op de bemanning van vele dergelijke stoomschepen niet de volgende zinsnede van toepassing zijn, die ik onlangs in de december aflevering van the Nautical Magazine las?
The equipment of many steamers is such as to render them a danger to themselves and all who have the misfortune to meet them.
Ten slotte is het misschien niet overbodig te vermelden, dat niet alleen door de equipage maar ook door verscheidene passagiers geconstateerd is, dat de seinlichten van de KONING WILLEM III behoorlijk hebben gebrand.

Afbeelding
Datum 05 maart 1884
Krant JB - Javabode
Type bericht Berichten uit het buitenland incl havens

Batavia, 5 maart. Wij hebben onlangs een uitvoerig verhaal in onze courant gehad over de aanvaring van de Singapoorse stoomboot RUBY met de KONING WILLEM III van de Nederlandsch-Indische Stoomvaart Maatschappij op de rivier van Palembang.
Reeds toen werd de onderstelling geopperd; of het verkeerd en achteloos manoeuvreren van de RUBY misschien niet moest toegeschreven worden, aan de bij dergelijke aan Chinezen toebehorende bootjes dikwijls voorkomende omstandigheid, dat zij te onvoldoende bemand zijn. En dat de schuld bij de RUBY ligt, is vrijwel boven twijfel.
Thans komt ons het supplement in handen van de Straits Intelligence van 20 februari laatstleden, waarin zekere Nauticus eveneens het vermoeden uitspreekt, dat de RUBY geen eerste stuurman aan boord had. Hij hoopt dat de autoriteiten te Singapore zowel als de Marine surveyors de zaak scherp zullen onderzoeken.
Dat hopen wij ook en wij zijn het volkomen met Nauticus eens, dat geen Engelse, of Europese voegen wij er bij, gezagvoerder zich zover behoort te verlagen, om met een door Chinezen bemande boot uit te gaan, zonder eerste stuurman.
Dergelijke roekeloosheden hebben al ongelukken genoeg veroorzaakt en het wordt tijd, dat de verschillende gouvernementen, die in deze archipel iets te zeggen hebben, de handen ineen slaan, om die onbehoorlijkheden met kracht te keren.

Afbeelding
Datum 24 mei 1884
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Verslagen van rederijen etc..

In het tweede jaarverslag van de Stoomvaart-Maatschappij Insulinde wordt o.a. het volgende medegedeeld: De balans en winst- en verliesrekening wijst geen dividend aan.
In het afgelopen jaar toch werden geen andere reizen volbracht dan de 3e, 4e en 5e reis door het stoomschip C. FELLINGER.
Gecombineerd lieten deze drie reizen een overschot van NLG 23.186,78.
In het krediet van de winst- en verliesrekening komt voor een bedrag van NLG 32.505,28, saldo van de intrestrekening. Deze rekening werd gecrediteerd voor gekweekte prolongatierenten en belast voor renten, verschuldigd tot ultimo december 1883, wegens een voorschot op het provenu van de obligatie-lening (waarvan de stortingen tegen 2 januari 1884 werden ingewacht) en op de nog verschuldigde laatste betalingstermijn van de twee stoomschepen, vervaardigd en geleverd door de Koninklijke Fabriek van Stoom- en andere Werktuigen. Deze termijn, die, volgens contract van aanneming, moet worden voldaan na de zogenaamde garantietermijn, komt met NLG 181.798,53 voor op de kredietzijde van de balans.Het stoomschip JACATRA, in aanbouw, staat debet wegens de 1e termijn van betaling, volgens contract, aan de bouwmeesters voldaan.
De 5 in de vaart zijnde schepen paraisseren voor hunne volle boekwaarde met
NLG 2.571.717,99½. Dat bedrag vertegenwoordigt de kostprijs van de C. FELLINGER bij aankoop --- voor verbetering daaraan bestede gelden waren ten vorige jare afgeschreven of zijn nu in de reisrekeningen als onkosten geboekt ---- en van de schepen MACASSAR, PADANG, KONING WILLEM III en NEDERLAND EN ORANJE de som welke die bodems gekost hebben van aanbouw, uitrusting, enz. tot gereed liggende op hun laadplaats alhier en zulks met inbegrip van volledige inventarissen en waardeloze machinedelen, waaronder voor ieder schip: een naaf met 4 schroefbladen, een krukas, een schroefas, enz.
Tegenover dit hoofd van rekening staat een rekening van herstellingen en vernieuwingen ad NLG 23.500.
Van het totaal van de verkregen baten ad NLG 55.702.16 werd voorgesteld af te trekken: in de eerste plaats het saldo der oprichtingskosten ad NLG 16.733,16½, waardoor dit hoofd in het vervolg geheel uit onze boeken verdwijnt, vervolgens enige afschrijvingen op huis, meubelen, etc. van NLG 629,48, NLG 451,02½ en NLG 356,80, en eindelijk nog enige kleine afschrijvingen, tezamen ad NLG 551,69.
Blijft dan over een bedrag van NLG 37.000,-.
Hierna wordt voorgesteld de verdeling als volgt te doen geschieden:
Te boeken in het krediet der rekening voor herstelling en vernieuwing NLG 23.500, zijnde 15 percent over de waarde der ketels en 5 percent over de waarde van het casco en de machines van de C. FELLINGER, en de dan overblijvende NLG 13.500 aan te nemen als netto winstsaldo.Hiervan ingevolge artikel 29 van de statuten, ten bate van het reservefonds te brengen ten minste 10 percent of NLG 1350. Het overige, ten bedrage van NLG 12.150, als onverdeelde winst over te boeken op het jaar 1884.

Afbeelding
Datum 30 mei 1884
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Amsterdam, 29 mei. Het stoomschip KONING WILLEM III, dat eerstdaags alhier uit Indië verwacht wordt, is het eerste schip van de Stoomvaart-Maatschappij Insulinde, waarvoor van het gereedgekomen gebouw van die maatschappij aan de Handelskade gebruik gemaakt zal worden bij het lossen van de lading. Dit terrein maakt deel uit van het door de firma Gebr. Scheuer (Vennootschap Handelskade) gehuurde gedeelte van de kade en vormt het oostelijk uiteinde van de door verschillende scheepvaartondernemingen aldaar ingenomen terreinen.

Afbeelding
Datum 07 maart 1885
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant

In de buitengewone algemene vergadering der Stoomvaartmaatschappij Insulinde, te houden op 18 dezer, zullen de volgende financiële voorstellen en daarmede in verband staande wijziging in de statuten worden behandeld.
De vergadering besluit :
1º. Het nominale bedrag van elk thans uitgegeven aandeel van NLG 1.000 te verminderen tot op NLG 500, zodat het gezamenlijk bedrag der thans uitgegeven aandelen wordt verminderd van NLG 2.400.000 op 1.200.000.
2º. Uit te geven voor een bedrag van NLG 500.000 aan preferente aandelen en wel 2.090 aandelen ten bedrage van NLG 250 elk.
3º. De sub 1º. bedoelde aandelen voortaan aan te duiden door de letter A en die sub 2º. bedoeld door letter B.
4º. De winstverdeling te wijzigen in dier voege, dat de 10 procent over het tegenwoordige nominale kapitaal, zijnde dus NLG 240.000, thans ter uitkering aan de aandeelhouders bestemd, in de eerste plaats en tot op een bedrag van ten hoogste NLG 50.000 wordt aangewend tot betaling van dividend aan de houders der aandelen B, terwijl hetgeen daarna nog mocht overblijven tot op NLG 120.000 zal worden gebezigd tot uitkering van dividend aan de houders van aandelen A ; het daarna nog overblijvende (dus ten hoogste NLG 70.000) wordt voor de helft bestemd ter uitkering aan de houders der aandelen A en voor de wederhelft ter uitkering aan de houders der aandelen B.
5º. Ter toepassing van artikel XVI der akte van oprichting en ter bepaling van het stemrecht in de algemene vergadering, vier aandelen B gelijk te stellen met een aandeel A.
6º. Directeuren te machtigen de Koninklijke bewilliging aan te vragen op de wijzigingen, die de akte van oprichting ten gevolge der besluiten sub 1º à 5º zal moeten ondergaan en de vereiste notariële akte van wijziging te passeren.
In de toelichting komt het volgende voor :
Toen wij in oktober 1883 aan de algemene vergadering het voorstel deden tot uitschrijving van de obligatie- lening, meenden wij geen hoger cijfer dan NLG 900.000 te mogen aanraden, omdat wij geen meerdere lasten van rentes en aflossing op onze Maatschappij wensen te leggen dan hoog nodig schenen. Later is echter gebleken, dat toenmaals de zuinigheid de wijsheid heeft bedrogen.
Wij konden echter destijds, dat is bij de aanvang van onze geregelde exploitatie, niet voorzien dan niet alleen de toen reeds matige retourvrachten geen stand zouden houden, maar dat een zodanige malaise in de vrachtenmarkt over de gehele wereld - en niet het minst op Java - vooral voor stoomschepen zou intreden, als nimmer te voren was geweest. De meeste der afgelegde reizen lieten bij die retourvrachten - zij waren gemiddeld 50 procent beneden de ramingen volgens de in 1882 bestaande vrachtkoersen - verlies.
In de kasverlegenheid werd tijdelijk voorzien door een voorschot van NLG 150.000, doch het met vlottende schuld werken mag noch kan bestendigd blijven. Daarenboven met het oog op onze balans, afgesloten op ultimo december 1884 en op noodzakelijke belangrijke afschrijving op het materieel, in overeenstemming met de tegenwoordig aanzienlijk gewijzigde waarde daarvan, moesten wij op een afdoende regeling van onze financiële toestand bedacht zijn.
Naar aanleiding van ingewonnen informaties naar de tegenwoordige prijs van deugdzaam en goed afgewerkt materieel, gelijk onze Maatschappij bezit, vermenen wij, dat de kostprijs van haar zes stoomschepen, wanneer die nu nieuw gebouwd en uitgerust zouden
worden --- zoals zij gebouwd en uitgerust zijn – te moeten aannemen als volgt :
C. FELLINGER à GBP 22.500; MACASSAR, PADANG, KONING WILLEM III,
NEDERLAND EN ORANJE, ieder à GBP 35.000; JACATRA à GBP 40.000;
totaal NLG 2.430.000.
Dit bedrag stellend tegenover de waarde waarvoor de zes stoomschepen in onze boeken staan, zijnde de kostprijs ad NLG 3.131.401,37, blijkt daaruit een tegenwoordig mindere prijs van NLG 701.401,37.
Daarenboven dient echter wegens slijtage bij het gebruik dat van deze schepen reeds is gemaakt, de waarde nog verminderd te worden in de verhouding van 5 procent per jaar over de evenredige waarde van schip en machines en 15 procent over die der ketels, waaruit een verdere waardevermindering voortspruit van NLG 272.000.
Naar die gegevens dus, om aan de werkelijkheid van de tegenwoordige toestand getrouw te zijn, op het materieel te worden afgeschreven het aanzienlijk bedrag van NLG 973.401,37.
Met het saldo verlies op ultimo december 1884 ad NLG 207.346 en enkele afschrijvingen op huis, meubilair enz., stelt de directie voor in ronde som NLG 1.200.000 af te schrijven.
Door zodanig bedrag af te schrijven van het maatschappelijk kapitaal ad NLG 2.400.000 en dit te reduceren op 50 procent, wordt de nominale waarde der aandelen van NLG 1000 verminderd op NLG 500.
Om met kans op welslagen de exploitaties te kunnen voortzetten, is het nodig dat de vlottende schuld van NLG 150.000, die toenmaals slechts voor een beperkte termijn is aangegaan, gekweten worde en dat nu voorzien worde in het gebrek aan bedrijfskapitaal.
Wij stellen daarom voor : naast de halvering van het tegenwoordige kapitaal een kapitaalsuitbreiding met NLG 500.000, verdeeld in 2.000 preferente aandelen, ieder ad NLG 250. Daaruit zal dan een bedrag van NLG 350.000 voor bedrijfskapitaal overblijven, hetgeen wij niet overdreven, doch zeker voldoende achten.
Het actief der Maatschappij zal dan met NLG 350.000 worden vermeerderd, en de schuld met NLG 150.000 verminderd, hetgeen wij ook voor de tegenwoordige aandeelhouders van groot belang rekenen.
De winstverdeling stellen wij voor, te wijzigen in voege als sub. 4º. Is aangegeven.
Aan houders van preferente aandelen wordt daarbij een belangrijke voorsprong gegeven, wij achten dit nodig ten einde met de plaatsing van NLG 500.000 te slagen.
De tegenwoordige aandeelhouders brengen daardoor een groot offer, maar zij zullen door in de nieuwe uitgifte deel te nemen, in verhouding van het belang dat zij bij het oorspronkelijke aandelen kapitaal hebben, evenredig zelve het voorrecht genieten dat aan de preferente aandelen verzekerd wordt.
Liquidatie in de tegenwoordige hoogst ongunstige omstandigheden, wat betreft de gedeprecieerde verkoopwaarde van stoomschepen, achten wij de heilloos en vooral met het oog op de obligatielening, de vlottende schuld, enz., zoude daarvan slechts deceptie voor aandeelhouders kunnen verwacht worden.
Uit de balans blijkt, dat het totaal verlies op 31 december 1884 bedraagt als volgt: op 11 reizen in 1884 NLG 168.165. Interestrekening NLG 41.381.
Afschrijving, kosten van uitgifte 5 procent lening NLG 34.800, te samen NLG 244.346, te verminderen reserve NLG 1350, fonds van herstellingen en vernieuwingen NLG 23.500 en onverdeelde winst NLG 12.150, te samen NLG 37.000, dus verlies op 31 december
jongstleden NLG 207.346.
Dit nettoverlies over het gehele tijdperk der exploitatie bedraagt ongeveer 8 7/10 procent over het maatschappelijk kapitaal.
Daarentegen zijn de kosten van oprichting ad NLG 37.726 en die van emissie van de 5 procent obligatielening ad NLG 34.800 geheel afgeschreven, reeds NLG 45.000 rente van die lening, vóór 1 juli 1884 en 1 januari 1885, betaald of voor betaling gereserveerd.
Met het oog op de voorstellen tot belangrijke afschrijving op de activa en de reorganisatie en versterking der geldmiddelen, zijn nu geen afschrijvingen op het materieel enz. geboekt.

Afbeelding
Datum 09 april 1885
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Vrachten, bevrachtingen

Batavia, 3 maart. De vrachten blijven in onveranderd flauwe stemming met slechts enkele afdoeningen. Het Nederlandse stoomschip KONING WILLEM III laadt indigo tot NLG 90, tabak NLG 45, huiden NLG 110, tin NLG 20 per last, hout NLG 15 per m³ naar Amsterdam, thee tot Sh.35/- per ton naar Londen en suiker tot geheime vracht naar Marseille.
Lossende en onbevrachte Nederlandse schepen: BARON VAN PALLANDT VAN ROOSENDAAL, NOACH V, NOACH VI, NOACH II, SALATIGA, KERSBERGEN, WILHELMINA CORNELIA en OTTOLINA.

Afbeelding
Datum 22 september 1885
Krant JB - Javabode
Type bericht Strandingen, verongelukking en vermissing

Oud Anjer, 19 september. Het Engelse schip CORONA, van Cardiff naar Singapore, is vermoedelijk totaal verloren op Prinseneiland. De stomer KONING WILLEM III is ter assistentie uitgezonden.
Oud Anjer, 20 september. Een gedeelte der equipage van het Engelse schip CORONA, op Prinsen-eiland gestrand, is per Nederlands-Indisch stoomschip KONING WILLEM III naar Batavia vertrokken. Het schip zit nog steeds op strand. Een sloep met 9 man is nog steeds zoek. (opm: zie JB 300985)

Afbeelding
Datum 10 maart 1886
Krant JB - Javabode

De PRINSES WILHELMINA, door de wereldberoemde John Elder & Co. te Glasgow gebouwd, had een machinefundatie, die zo zwak geconstrueerd bleek te zijn, dat men verplicht was de gehele machine uit het schip te nemen en deze fundatie te vernieuwen.
Het schroefstoomschip 1e klasse DE RUYTER, na in alle opzichten op de proeftochten te hebben voldaan, heeft op de reis naar Indië averij aan de machine gehad en zal nu te Soerabaija een, zo men zegt, vrij belangrijke reparatie ondergaan.
Daarentegen zijn lichtpunten, dat de LEERDAM en de ZAANDAM reeds jarenlang een zware dienst verrichten tot volle tevredenheid van de reders, en dat de SMIT zelfs zonder afdoende proeftocht naar Java werd gezonden en zonder oponthoud de reis in 42 dagen volbracht. De K.A. NIEMANN doet nu reeds bijna twee jaar dienst op de Westkust van Afrika zonder dat men de minste klacht verneemt. De stoomschepen STELLA, JUPITER, ALBLASSERDAM, ECHO INO, SATURNUS, HOLLANDIA, ERASMUS, ARY SCHEFFER, IBERIA, BILLITON en AMSTELSTROOM hebben alle gedurende de jaren, dat zij in dienst zijn, geen aanleiding gegeven tot een ernstige klacht. Ook de BATAVIA, SOERABAIJA, NEDERLAND EN ORANJE, KONING WILLEM III, geregeld in de vaart of geweest zijn op Oost-Indië, en de ORANJE NASSAU, PRINS WILLEM I en PRINS MAURITS, in de vaart op West-Indië, geven evenmin aanleiding tot klachten. (opm: passage uit een ingezonden brief, waarin een industrieel opkomt voor de aanbouw van schepen voor de Koninklijke Marine op particuliere Nederlandse werven)

Afbeelding
Datum 07 juni 1886
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Verkoop schepen

Advertentie. Op last van de Stoomvaart-Maatschappij Insulinde te Amsterdam, zullen, indien niet vóór die tijd uit de hand verkocht, in Lloyds Captains Room, Royal Exchange, London E.C., Engeland, woensdag 30 juni 1886, te half drie uren, worden geveild de volgende prachtige ijzeren schroefstoomboten als:
- JACATRA, 2.437 tons gross 1.754 tons net register; gebouwd in 1884; geclassificeerd 100 AI; machines triple expansion van 300 paardenkracht nominaal; draagvermogen 3.300, en lopende 10 knopen 314 x 37,9 x 25,9.
- MACASSAR, 2.293 tons gross, 1.507 tons net register; gebouwd in 1883, geclassificeerd 100 AI; compound machines van 250 paardenkracht nominaal; draagvermogen 3.100 tons; lopende 10 knopen, 300 x 36,9 x 25,9.
- PADANG, 2.295 tons gross, 1.511 tons net register; gebouwd in 1883; geclassificeerd 100 AI; compound machines van 250 paardenkracht nominaal; draagvermogen 3.100 tons; lopende 10 knopen; 300 x 36,9 x 25,9.
- KONING WILLEM III, 2.199 tons gross 1.502 tons net register; gebouwd in 1883 en geclassificeerd 100 AI; compound machines van 250 paardenkracht nominaal; draagvermogen 3.100 tons; en lopende 10 knopen; 300 x 36,9 x 25,9.
- C. FELLINGER, 2.013 tons gross, 1.390 tons net register; gebouwd in 1879; geclassificeerd 100 AI; compound machines van 200 paardenkracht nominaal; draagvermogen 2.800 tons en lopende 9½ knopen; 286 x 35 x 24,2.
Al de bovengenoemde stoomboten - vier van welke gebouwd werden voor rekening der tegenwoordige eigenaars, onder hun onmiddellijk opzicht, zonder op kosten te zien - zullen bij onderzoek bevonden worden te zijn in ieder opzicht in uitstekende orde, en kunnen, desgeëist, onderzocht worden wat de machinerieën aangaat. Ze zijn zorgvuldig nagezien en gerepareerd voor een aanzienlijk kostenbedrag. Ze zijn van al het nodige overvloedig voorzien en geheel gereed om uit te stomen. De eerste vier hebben slechts drie of vier reizen naar Java en terug gemaakt. Zij zijn alle ingericht voor passagiers (respectievelijk van 12 tot 21), en hebben inrichtingen voor waterballast, 4 stoomlieren, ankerspillen enz. Zij kunnen bezichtigd worden te Amsterdam, waar ze thans zijn liggende. Toegangsbiljetten, lijsten van de inventaris en verdere bijzonderheden zijn te verkrijgen bij C.W. Kellock and Co., makelaars, Walmer Buildings, Water-Street Liverpool, en 72 Cornhill, London, England.

Afbeelding
Datum 02 juli 1886
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Verkoop schepen

Onze Londense correspondent schrijft ons van gisterenavond:
De veiling van de stomers van de Stoomvaart-Maatschappij Insulinde had hedenmiddag een vrij belangrijk aantal kopers naar de Captain’s Room in Lloyds gelokt, waar de firma C.W. Kellock & Son, van Londen en Liverpool, te kwart voor drie uur de verkoop inleidde met een welsprekend woord ten gunste van de te veilen artikelen, nl. de stoomschepen JACATRA, MACASSAR, KONING WILLEM III en C. FELLINGER, daar het vijfde vaartuig, de PADANG, reeds voor GBP 19.000 uit de hand was verkocht. Voor de KONING WILLEM III en de C. FELLINGER kwam geen voldoend bod, maar, bij levendige kooplust, werd voor de JACATRA GBP 24.500, voor de MACASSAR GBP 17.000 bedongen. Koopster van beiden was de makelaarsfirma Smith Sundius & Co. uit Gracechurch-street, alhier, voor rekening van derden. Naar de heer Kellock mij verzekerde, acht hij de sommen, voor de JACATRA en de MACASSAR besteed, zeer bevredigend, wanneer men de tegenwoordige gedruktheid in de stoomvaart in het oog houdt. (opm: zie NRC 030786)

Afbeelding
Datum 10 juli 1886
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Verkoop schepen

Het stoomschip KONING WILLEM III der Stoomvaart-Maatschappij Insulinde in liquidatie, gebouwd in 1883, gemeten op 2.199 ton bruto en 1.509 ton netto, is thans door tussenkomst van de makelaar W. de Lorme van Rossem te Amsterdam uit de hand verkocht aan een stoomboot-rederij te Hamburg. De prijs wordt niet opgegeven.

Afbeelding
Datum 20 juli 1886
Krant PGC - Provinciale Groninger Courant
Type bericht Verkoop schepen

Amsterdam, 17 juli. Het onlangs als verkocht gemelde Nederlandse stoomschip KONING WILLEM III is door de Deutsche Dampfschiffs-Rhederei zu Hamburg aangekocht voor de vaart tussen Hamburg en China. Het zal nu NIOBE genaamd en bevaren worden door kapt. E.G. Pfaff.

Afbeelding
Datum 30 juli 1886
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

IJmuiden, 29 juli. Heden vertrok van hier naar Hamburg het stoomschip NIOBE, ex-KONING WILLEM III (opm: voorheen van de Stoomvaart-Maatschappij Insulinde).

Afbeelding