1840
Op 05-03-1840 wordt voor de VROUW MARGARETHA door kapt./ eigenaar C. Haagenouw uit Groningen een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.
AH 250640
Advertentie. In lading naar: Bremen. Het Nederlands schip de VROUW MARGARETHA, kapt. C. Hagenouw. Adres bij de wed. J. van Wesel & Zoon.
RC 090740
Arrivementen: Te Bremerhaven C. Hagenouw van Amsterdam.
AH 100940
Advertentie. In lading naar: Bremen. Het Nederlands schip de VROUW MARGARETHA, kapt. C. Hagenouw. Adres bij de wed. J. van Wesel & Zoon.
GRC 061040
Te Bremerhaven, 28 september. MARGARETHA, Hagenauw van Amsterdam.
OHC 051140
Arrivementen: Te Delfzijl Hagenouw van Bremen naar Amsterdam.
1842
Op 20-06-1842 wordt de zeebrief van de VROUW MARGRIETHA, (opm: uitgegeven als VROUW MARGARETHA) kapt. C. Haagenouw door de ontvanger te Groningen naar Den Haag teruggezonden met de mededeling: niet voor buitenlandse reizen bestemd (dus naar binnenvaart)
1847
RC 150547
Advertentie. Te Rotterdam ligt in lading naar: Hamburg. Het Nederlands schip de VROUW MARGRETHA, kapt. T. van der Veen. Adres bij Seeuwen & Co.
NRC 180547
Advertentie. Te Rotterdam ligt in lading naar: Hamburg. Het Nederlands schip de VROUW MARGARETHA, kapt. T. van der Veen. Adres bij Seeuwen & Co.
RC 180547
Advertentie. Te Rotterdam ligt in lading naar: Hamburg. Het Nederlands schip de VROUW MARGRIETHA, kapt. T. van der Veen. Adres bij Seeuwen & Co.
Op 25-05-1847 wordt voor de VROUW MARGRIETHA door G. Riekens, Wed. C. Hagenouw een zeebrief aangevaagd voor kapt. T. v.d. Veen.
GRC 200747
Bremerhaven, 10 juli. Uitgezeild MARGARETHA, Van der Veen naar Rotterdam.
NRC 270747
Cargalijst Rotterdam. VROUW MARGARETHA, T. van der Veen van Bremerhaven met 32 last rogge en 20 garneermatten.
NRC 310747
Advertentie. Te Rotterdam ligt in lading naar: Hamburg. Het Nederlands schip de VROUW MARGARETHA, kapt. T. van der Veen. Adres bij Seeuwen & Co.
NRC 090947
Delfzijl, 6 september. Uitgezeild de VROUW MARGARIETHA, T. van der Veen van Rotterdam naar Hamburg.
RC 180947
Hamburg, 11 september. Binnengekomen VROUW MARGARETHA, Van der Veen van Rotterdam.
RC 091047
Hamburg, 4 oktober. Uitgezeild MARGARETHA, T. van der Veen naar Amsterdam.
NRC 211047
Delfzijl, 18 oktober. Aangekomen de VROUW MARGRIETHA, T. van der Veen van Hamburg naar Amsterdam.
1849
Op 27-02-1849 wordt voor de VROUW MARGRIETHA door Wed. C. Hagenouw een zeebrief aangevaagd voor kapt. B.P. Groenewold.
NRC 130449
Hamburg, 7 april. Uitgezeild VROUW MARGARETHA, Groenewold naar Hogesand.
NRC 100749
Hamburg, 5 juli. Binnengekomen VROUW MARGRIETHA, Groenewold van Rotterdam.
RC 171149
Hamburg, 13 november. Binnengekomen B.P. Groenewold van Amsterdam.
1850
NRC 090150
Bremerhaven, 1 januari. Onder meer anderen zijn alhier in de haven liggende de volgende Nederlandse schepen: JONGE BAUKE, kapt. Botje, GESINA, kapt. Pronk, VROUW MARGARETHA, kapt. Groenewold, en VROUW RENSKE, kapt. Konterman.
NRC 190850
Delfzijl, 14 augustus. Uitgezeild MARGARETHA, B.P. Groenewold naar Bremen.
RC 210950
Dordrecht den 20 dezer. Ingeklaard VRIENDSCHAP, W.J. de Vries, van Fedderwadderzijl, en VROUW MAGRIETHA, B.P. Groenewold, van Horumerzijl.
1851
Op 22-03-1851 wordt de zeebrief van de VROUW MAGRIETHA/ kapt. B.P. Groenewold zonder opgave van reden door de ontvanger te Groningen naar Den Haag teruggezonden.
GRC 040451
In naam des Konings! Op vrijdag de vijfentwintigste april 1800 eenenvijftig (opm: 25-04-1851), des morgens te half tien, zal. ten verzoeke van Pieter Wiersema, aannemer van publieke werken, wonend, te Groningen, voor wien ten dezen domicilie is gekozen ten huize van Mr. I.L. Schaap, procureur, wonende te Groningen , die als zodanig voor de executant occupeert, ter terechtzitting van de Arrondissements-Rechtbank te Groningen, zitting houdende te Groningen, in de Oude Boteringestraat, en ten laste van Berend Pouwels Groenewold, schipper, en diens ehevrouw Grietje Rijkens Harms, wonende aan boord van hun schip, uit kracht ener in executoriale vorm gevene grosse van een akte van schuldbekentenis, beleden voor Mr. Johan Wichers Quintus, notaris te Groningen, en getuigen, den zevenentwintigsten december 1800 zevenen veertig (opm: 27-12-1847), behoorlijk geregistreerd, openlijk verkocht en aan de meestbiedende of hoogstafmijnende worden toegewezen: Een overdekt tjalkschip, genoemd de VROUW MAGRIETA, in de Nederlanden te huis behorende, in eigendom toebehorende aan en als schipper bevaren wordende door Berend Pouwels Groenewold en Grietje Rijkens Harms bovengenoemd, liggende thans te Groningen, in de Noorderhaven, lang 20 ellen, 4 palmen, 2 duimen; wijd 3 ellen, 5 palmen, 5 duimen, hol 1 el, 8 palmen, 8 duimen, en overzulks geijkt op 91 tonnen; alles met de daarbij gearresteerde opgoederen. Gearresteerd bij proces-verbaal van de 22sten maart 1800 eenenvijftig (opm: 22-03-1851), door de deurwaarder P. Hekkema wonende te Groningen , opgemaakt, behoorlijk geregistreerd en overgeschreven den 25sten maart 1851 in het register van Schepen en Vaartuigen, deel 7, no. 834, folio 186—188 dagregister deel 3 no. 124 bij de bewaarder Upmeijer.
Wordende deze executie vervolgd tot betaling
1) eener som van tweeduizend vierhonderd gulden, zijnde het kapitaal, ten gevolge bovengenoemde notariële akte onder recht van hypotheek, over hetzelve schip en ten laste van .meergenoemde ehelieden Berend Pouwels Groenewold en Grietje Rijkens Harms, onder solidair
verband uitstaande ;
2) eener som van honderdtwintig gulden, zijnde de rente van voorschreven kapitaal, verschenen geweest en vorderbaar geworden de eerste november 1800 vijftig (opm: 01-11-1850); een en ander onverminderd de lopende interessen en verder verschuldigde rechten, actiën, kosten en uitschotten van executie. Gemeld tjalkschip en toebehooren wordt door de executant ingezet voor de som aan fl.100—00. Mr. I L. Schaap, procureur.
(opm: het schip blijft in bezit van Berend Pouwels Groenewold, die op 03-01-1856 het schip verkoopt aan Jacob Pieters Hergens, die er binnenlands mee blijft varen).
>