Inloggen
DRITTURA - ID 1811


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:0000-00-00 / 0000-00-00

Identification Data

Bouwjaar: 1929
Classification Register: Bureau Veritas (BV)
IMO nummer: 5093882
Nat. Official Number: 1080 Z GRON 1928
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Motor Vessel
Type: General Cargo schip
Type Dek: Flush deck
Masten: One mast
Rig: 2 derricks
Material Hull: Steel
Dekken: 1
Construction Data

Scheepsbouwer: J. Vos & Zoon, Groningen, Groningen, Netherlands
Werfnummer: 64
Launch Date: 1928-10-08
Delivery Date: 1929-03-21
Technical Data

Engine Manufacturer: N.V. Appingedammer Bronsmotorenfabriek, Appingedam, Groningen, Netherlands
Motor Type: Motor, Oil, 4-stroke single-acting
Number of Cylinders: 3
Power: 120
Power Unit: BHP (APK, RPK)
Eng. additional info: Brons Nr. 1570 Type C/D (280x350)
Speed in knots: 8.50
Number of screws: 1
 
Gross Tonnage: 190.00 Gross tonnage
Net Tonnage: 116.00 Net tonnage
Deadweight: 230.00 tonnes deadweight (1000 kg)
Grain: 11500 Cubic Feet
Bale: 10500 Cubic Feet
 
Length 1: 34.13 Meters Length overall (Loa)
Length 2: 32.28 Meters Length between perpendiculars (Lbp)
Beam: 6.23 Meters Breadth, moulded
Depth: 2.51 Meters Depth, moulded
Draught: 2.45 Meters Draught, maximum
Configuration Changes

Datum 00-10-1946
Type: Propulsion/engine changed
Omschrijving: Motor omgebouwd tot 135 Pk injectiemotor.

Datum 13-02-1969
Type: Shiptype/category changed
Omschrijving: In gebruik als recreatievaartuig.

Datum 00-00-1988
Type: Propulsion/engine changed
Omschrijving: De oude 'zware' Brons motor verwijderd en vervangen door een 85 Pk DAF Nr. DADD238038 Type 475 D.

Ship History Data

Date/Name Ship 1929-03-21 DRITTURA
Manager: N.V. Wijnne & Barends' Cargadoors- en Agentuurkantoren, Groningen, Groningen, Netherlands
Eigenaar: Derk Roelof Kajuiter, Groningen, Groningen, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Groningen / Netherlands
Callsign: NMLR
Additional info: HFl. 43.000,--. 1934 callsign PDTN

Date/Name Ship 1957-03-07 DRITTURA
Manager: E. Wagenborg's Scheepvaart- & Expeditiebedrijf N.V., Delfzijl, Groningen, Netherlands
Eigenaar: Klaas van der Veen, Groningen, Groningen, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Groningen / Netherlands
Callsign: PDTN

Ship Events Data

1928-10-08: NvhN 09-10-1928: Groningen. 8 Oct. Heden is van de scheepswerf J. Vos & Zn. met goed gevolg te water gelaten het stalen motorvrachtschip „DRITTURA", gebouwd voor rekening van kapt. D. R. Kajujter, onder toezicht van de Germ. Lloyd en Scheepvaart Inspectie, klasse Noordzee. Verder is de kiel gelegd voor een motorschip voor rekening van kapt. K. Dost voor de kleine kustvaart en voor een motorsleepboot voor rekening van kapt. J. Westers te Groningen.
1928-12-11: Als DRITTURA, zijnde een motorschip, groot 530.01 m3, liggende te Groningen, door D. Loorbach, scheepsmeter te Groningen, ten verzoeke van Derk Roelof Kajuiter, schipper te Groningen, van haar brandmerk voorzien door het inbeitelen van 1080 Z GRON 1928 op 't achterschip, in achterkant stuurhut aan bakboordzijde.
1929-03-22: NvhN 22-03-1929: Het nieuwe motorschip „DRITTURA", heeft hier proef gestoomd. Het schip ls groot bruto 530 kub. M. en netto 318 kub. M. Het ls voorzien van een 105 p.k. Brons motor en is gebouwd op de werf van den heer J. Vos en Zn., te Groningen, voor rekening van kapt. D. R. Kajuiter te Groningen.
1930-09-24: Voorwaarts 25-09-1930: Drittura, Delfzijl, 24 September. Met defecten motor is hier binnengeloopen het Nederl. motorschip Drittura, kapitein A. Kajuiter, met een lading tarwe van Heiligenhafen naar Dusseldorf bestemd. De schade wordt hier hersteld.
1934-10-06: NvhN 08-10-1934: Delfzijl, 6 Oct. Het motorschip DRITTURA, kapt. Kajuiter, dat alhier op weg van Cappelle au Bois met bestemming Lomimo als bijlegger binnenliep met lichte motorschade, heeft de schade alhier hersteld en zette heden de reis naar zijn bestemming voort.
1935-02-06: NvhN 06-02-1935: Delfzijl, 5 Febr. Het motorschip Drittura, kapt. Wedema, dat van hier vertrok beladen met carton met bestemming Londen, doch dat wegens slecht weer naar hier terugkeerde, vertrok heden wederom naar zijn bestemming, evenals het motorschip Remi, kapt. de Boer, dat beladen met carton met bestemming Hull alhier wegens slecht weer vastmaakte.
1936-01-20: NvhN 21-01-1936: Delfzijl, 20 Januari. Het motorschip Drittura, kapt. Wedema, welk schip heden van hier vertrok, met bestemming Londen, keerde later naar hier terug met lichte motorschade. Deze schade zal alhier worden hersteld.
1939-01-03: De Maasbode 04-01-1939: Maassluis aang. 3 Jan. Drittura. m. terug uit zee wegens slecht weder, als bijligger.
1940-05-16: Ingeschreven bij de Netherlands Shipping & Trading Committee, Londen, Engeland. Nam deel aan de operatie 'Neptune' (Invasie van Normandië.) Op 1 juni 1945 weer terug aan de eigenaar.
1946-10-23: Bijvoegsel tot de Nederlandse Staatscourant van Woensdag 21 Mei 1947, no.96
No.48 Uitspraak van de Raad voor de Scheepvaart in zake het aan de grond lopen van het motorschip „Drittura" op de Eems nabij de gasboei ,,Hund N". Betrokkene: J. Kajuiter, kapitein. Op 23 October 1946 is het motorschip „Drittura", op reis van Emden naar Skive, op de Eems in de nabijheid van gasboei ,”Hund N" aan de grond gevaren en is de volgende dag op eigen kracht vlotgekomen. In overeenstemming met het voorstel van de inspecteurgeneraal voor de scheepvaart besliste een commissie uit de Raad voor de Scheepvaart, als bedoeld bij artikel 29 der Schepenwet, dat de Raad een onderzoek zou instellen naar de oorzaak van dit aan de grond lopen. Het onderzoek heeft plaats gevonden ter zitting van 5 Maart 1947 in tegenwoordigheid van de inspecteur voor de scheepvaart J. H. Th. Eerman. De Raad nam kennis van de stukken van het voorlopig onderzoek der Scheepvaartinspectie en hoorde als getuige J. Kajuiter, kapitein van de ,,Drittura". Tijdens diens verhoor besliste de Raad, dat het onderzoek ook zou lopen over de vraag of de scheepsramp wellicht mede te wijten was aan de schuld van voornoemde kapitein. De voorzitter deelde aan getuige 's Raads beslissing mede en wees hem er op, dat hij thans in de positie van betrokkene was komen te verkeren en gelegenheid had alles tot zijn verdediging aan te voeren, hetgeen hij daartoe dienstig zou achten, terwijl hem het laatste woord zou worden gelaten. Betrokkene had geen bezwaar, dat het onderzoek terstond werd voortgezet. De door de kapitein gebezigde zeekaart, van de Raad voor de Scheepvaart in zake het aan de grond lopen van het motorschip „Drittura" op de Eems nabij de gasboei ,,Hund N". Betrokkene: J. Kajuiter, kapitein. Op '23 October 1946 is het
motorschip „Drittura", op reis van Emden naar Skive, op de Eems in de nabijheid van gasboei ,”Hund N" aan de grond gevaren en is de volgende dag op eigen kracht vlotgekomen. In overeenstemming met het voorstel van de inspecteurgeneraal voor de scheepvaart besliste een commissie uit de Raad voor de Scheepvaart, als bedoeld bij artikel 29 der Schepenwet, dat de Raad een onderzoek zou instellen naar de oorzaak van dit aan de grond lopen. Het onderzoek heeft plaats gevonden ter zitting van 5 Maart 1947 in tegenwoordigheid van de inspecteur voor de scheepvaart J. H. Th. Eerman. De Raad nam kennis van de stukken van het voorlopig onderzoek der Scheepvaartinspectie en hoorde als getuige J. Kajuiter, kapitein van de ,,Drittura". Tijdens diens verhoor besliste de Raad, dat het onderzoek ook zou lopen over de vraag of de scheepsramp wellicht mede te wijten was aan de schuld van voornoemde kapitein. De voorzitter deelde aan getuige 's Raads beslissing mede en wees hem er op, dat hij thans in de positie van betrokkene was komen te verkeren en gelegenheid had alles tot zijn verdediging aan te voeren, hetgeen hij daartoe dienstig zou achten, terwijl hem het laatste woord zou worden gelaten. Betrokkene had geen bezwaar, dat het onderzoek terstond werd voortgezet. De door de kapitein gebezigde zeekaart, Engelse Admiraïiteitskaart no. 3509, was ter tafel. l T it de verklaringen en bescheiden is de Raad het volgende gebleken: Het motorschip „Drittura" is een Nederlands schip, metende 187,09 bruto- registerton. Het wordt voortbewogen door een Bronsmotor van 119 pk. Het vaartuig behoort toe aan D. R. Kajuiter te Groningen. Op 23 October 1946 vertrok de „Drittura" van Emden niet een lading cokes, bestemd voor Skive; zij verliet de sluis te 8 uur. De diepgang bij vertrek was vóór 22, achter 23',5 dm. Het was goed, helder weer, de wind was Z.O., kracht 4 a 5. De motor draaide volle kracht, waardoor het schip 7 mijl liep. De kapitein, betrokkene Kajuiter, had geen loods genomen; hij stond zelf aan het roer, de rest der bemanning was aan dek om het schip zeeklaar te maken. Betrokkene voer op de Engelse kaart van de Eems, Admiraliteitskaart 110. 3509, welke was bijgewerkt tot 1945. Te 10.25 uur werd aan bakboord op ongeveer een scheepslengte afstand de gasboei ,,Hund 0" gepasseerd. Het was de bedoeling het Doekegat uit te varen. Volgens de gebruikte Engelse kaart zou na de gaston „Hund O" een niet verlichte ton met vlag „Hund N" moeten worden voorbijgevaren. Betrokkene had in Emden geen „Berichten aan Zeevarenden" gezien en was daardoor ook onkundig van de laatste wijziging, die de betonning van het Doekegat had ondergaan, zoals bekendgemaakt in „Bericht aan Zeevarenden" 87'673. De onverlichte ton „Hund N" was vervangen door een gaston. Betrokkene raakte, toen hij niet de door hem verwachte boei met vlag, maar een lichtboei ontdekte, in de war. Hij dacht er niet aan, dat het wel eens minder goed kon gaan, minderde geen vaart en riep geen man op de brug om hef- roer over te nemen, opdat hij al zijn aandacht aan de navigatie zou kunnen bestéden. Ongeveer 4 minuten na het passeren van boei „Hund O" voelde de kapitein het schip zuigen, waarop hij de motor Stopte; toen hij even daarna bemerkte, dat het schip schuurde, sloeg hij volle kracht achteruit. Het schip bleef evenwel vastzitten. Betrokkene beweert, dat hij te ongeveer 11 uur een peiling heeft genomen; hij zou de parallelliniaal langs enige gepeilde punten hebben gelegd en zo tot de conclusie zijn gekomen, dat de „Drittura" was vastgelopen op 0,4 mijl O.N.O. van boei „Hund X". De peilingslijnen zijn niet in de kaart getekend en de peilingen niet in het journaal ingeschreven. Daar het zeer onwaarschijnlijk is, dat de .Drittura" zou zijn vastgelopen op het door betrokkene opgegeven punt. daar ter plaatse meer dan voldoende water moet staan en daar niet volkomen zeker is vastgesteld, dat de vermeende boei „Hund X" inderdaad deze boei was, is ter zitting niet komen vast te staan waar de „Drittura" aan de grond is gelopen. Bij laag water viel het schip droog en kon worden gezien in welke richting diep water kon worden gevonden. Betrokkene verklaart nog, dat hij in Augustus of September 1945 voor het laatst de Eems heeft bevaren en dat hij eerst kort vóór vertrek van Emden kapitein was geworden op de „Drittura". Betrokkene zegt er mede bekend te zijn, dat de vaargeulen van de Eems aan grote veranderingen onderhevig zijn. De 24ste October 1946 te 9.45 uur kwam het schip met eigen middelen vlot en vervolgde de reis naar Skive. Aldaar werd na lossing op 1 November geconstateerd, dat vlak en spanten waren opgezet. Met een certificaat van zeewaardigheid werd de reis naar Kopenhagen voortgezet. Hier werd een cementbekisting aangebracht, kreeg het schip weer een bewijs van zeewaardigheid van een particulier expert en vervolgde de reis naar Nederland. De inspecteur voor de scheepvaart J. H. Th. Eerman voert aan, dat uit een en ander wel op te maken is, dat het beleid van de kapitein zwak is geweest. Hij is van Emden vertrokken, terwijl het schip niet zeeklaar was. Hierin moest gedurende de vaart op de Eems worden voorzien. De gehele bemanning was bezig aan dek, slechts de kapitein was op de brug; deze leidde de navigatie en hield tegelijkertijd het roer, waardoor aan de navigatie niet de volle aandacht kon worden geschonken. Voorts is de kapitein wettelijk verplicht bijgewerkte zeekaarten aan boord te hebben. Dan is het vreemd, dat de kapitein nog 4 minuten volle kracht doorliep, nadat hij niet meer zeker was van zijn bestek en te volgen route. De inspecteur voor de scheepvaart is van mening, dat de kapitein zeer nalatig is geweest en een strenge correctie verdient. Uit dit geval moet de lering worden getrokken, dat een schip niet mag
vertrekken met het idee ,,het zal wel loslopen . 's Raads oordeel luidt als volgt: Gebleken is: dat betrokkene vóór en tijdens de stranding het roer hield en alleen op de brug was, daar de rest van de bemanning doende was het schip zeeklaar te maken; dat hij, hoewel zich bewust van de veelvuldige veranderingen der vaargeulen ter plaatse en niet in het bezit van een bijgewerkte kaart, zonder loods van Emden vertrokken zijnde, toen hij bemerkte, dat de aanwezige betonning niet in overeenstemming was met de gegevens van zijn kaart en zich daardoor onzeker voelde, zónder assistentie op de brug te roepen en zonder vaart te verminderen is blijven doorvaren totdat het schip 4 minuten later aan de grond raakte en ongeveer 24 uur geboeid bleef; dat hij toen geen peiling in kaart of journaal heeft aangetekend, zodat onopgehelderd is gebleven waar precies het schip is gestrand, zijnde de door de kapitein opgegeven plaats van 0,4 mijl O.N.O. van boei ,,Hund X" waardeloos nu die boei zelfs niet is geïdentificeerd. De Raad is van mening, dat uit een en ander volgt, dat betrokkene, kennelijk op de geringe diepgang van zijn schip vertrouwende, zeer zorgeloos heeft gevaren en dat mitsdien een disciplinaire maatregel niet achterwege mag blijven. Straft de betrokkene, kapitein Jan Kajuiter, geboren 20 Augustus 1918, wonende te Groningen, disciplinair door het uitspreken van een berisping. Aldus gedaan door de heren mr. W, A. Vos, eerste plv. voorzitter, L. den Hoedt en C. H. Brouwer, leden, K. Eefting, buitengewoon lid, in tegenwoordigheid van 's Raads secretaris mr. A. Boosman en uitgesproken door de tweede plv. voorzitter mr. A. Dirkzwager ter openbare zitting van de Raad van '26 Maart 1947. (Get. :) Vos; A. Boosman.
1951-02-05: Algemeen Handelsblad 05-02-1951: Gisteren is uit de Zaandamse haven opgehaald het stoffelijk overschot van de sinds acht weken vermiste Groningse stuurman van de kustvaarder Drittura; hij was 23 jaar oud.
Het Parool 06-02-1951:
Twee lijken opgehaald uit haven van Zaandam.
(Van onze correspondent) Zaandam. — Binnen vier en twintig uur heeft de gemeentepolitie twee stoffelijke overschotten uit de Zaandamse haven gehaald. Het eerste was afkomstig van de stuurman E. Bakker van de kustvaarder „Drittura" uit Groningen, die 12 December te water is geraakt Het tweede is nog niet geïdentificeerd.
NvhN 07-02-1951: Op 10 Dec. Overleed door een noodlottig ongeval onze lieve Zoon en Broer Evert in de ouderdom van 23 jaar.
Groningen, Februari '51.
De diepbedroefden:
R.Bakker
A.Bakker-Menting
B.Bakker
G.Bakker-Smit
R.G. Bakker
J.Bakker
J. Bakker-Smit
Siemon
NvhN 07-02-1951: Heden, 4 Febr. 1951, ontving ik het treurige bericht van het overlijden van mijn geliefde Kleinzoon Evert Bakker, in de ouderdom van 23 jaar, geliefde zoon van R. Bakker en A. Menting, in leven Stuurman op het schip Drittura, die zijn leven op tragische wijze te Zaandam heeft moeten geven. Groningen, Groningen, Februari '51. Herep.molendrift 1/3. Gasthuis.
Zijn diepbedroefde Grootvader B. Menting.
1955-07-08: Leeuwarder courant 08-07-1955: Kustvaarder na twee dagen weer vlot. Dinsdagmorgen liep de kustvaarder „Drittura" van de rederij Kajuiter te Groningen, op de Middelgronden ten Zuiden van de Afsluitdijk in ondiep water vast. Alle pogingen om op eigen kracht vlot te komen mislukten. Eerst Donderdagmorgen werden de pogingen met succes bekroond en kon het schip de reis vervolgen. De „Drittura" was geladen met dakpannen en voer van Echt met bestemming Stockholm.
NvhN 08-07-1955: Coaster Drittura strandde.
Dinsdagmorgen geraakte het Ned. m.s. Drittura van reder Kajuiter te Groningen, dat met dakpannen van Echt met bestemming Stockholm voer op de Middelgronden aan de grond. Eerst gistermorgen is het schip op eigen kracht vlot gekomen en de haven van Harlingen binnengelopen Inmiddels heeft het de reis hervat.
1957-03-15: NvhN 15-03-1957: DRITTURA verkocht. Het te Groningen thuisbehorende motorschip Drittura is door de heer D. R. Kajuiter verkocht aan de heer Kl. van der Veen te Groningen, die het schip onder dezelfde naam in de vaart brengt. De Drittura behoort tot het gladdektype en werd in 1928 gebouwd bij de scheepswerf J. Vos en Zoon te Groningen. Het deadweight van deze coaster bedraagt plm. 230 ton.
1969-01-00: Final Fate:
Uit de zeevaart en opgelegd. 13 Februari 1969 verkocht aan Gerrit van Rosevelt, Capelle a/d IJssel en in mei 1971 als recreatievaartuig voor de sportvisserij in de vaart. 9 Juli 1974 van Zeesportvisserij van Rosevelt B.V. In 1986 gerechtlijk verkocht en uit de zeevaart. 7 September 1988 'Excelsior', C-Trade B.V. Vlaardingen. In diverse plaatsen in Nederland, onder andere in 1992 te Delfzijl opgelegd gelegen en als drijvend restaurant in gebruik (met eetzaal in het ruim). 29 Oktober 1992 'Drittura', Willem Lesman, Lekkerkerk. 29 September 1993 verkocht aan Alexander Marinus Wubbe Tichelaar, Harlingen. 28 Januari 1994 herdoopt in Store Baelt' (Store Baelt B.V.) van Volkert Roos & Johan Gerard Baayens, Monnikendam. In 1994 in Harlingen verbouwd, 2 masten, motor vervangen door een 280 Pk Mercedes Nr. 0-4033111401 Type OM403V10 en in gebruik in de bruine vloot.
1993-05-19: Als DRITTURA, zijnde een motorschip, metende 539.630 m3 bruto inhoud volgens zeemeetbrief afgegeven te 's Gravenhage no. 7592 d.d. 17-01-1949, liggende te Ouderkerk a/d IJssel, door W.A. de Lijster, ambtenaar van de Scheepsmetingsdienst te Rotterdam, opnieuw van hetzelfde brandmerk voorzien door het inbeitelen van 1080 Z GRON 1928 op het achterschip aan SB-zijde in zijkant stuurhut, 8.40 m. uit hekplaat, 1.45 m. uit lengteas en 1.10 uit dek. (Opm.: De door de bewaarder vermelde oude merken 1080 Z GRON 1928 zijn niet gevonden en bij onderzoek geen brandmerken of sporen daarvan aangetroffen.)
1995-06-27: Trouw 27-06-1995: Minister moet klaarheid brengen na 14 jaar 'heksenjacht' op schip.
Van een onzer verslaggevers Rotterdam - Hij zal niet rusten vóórdat het hem aangedane onrecht aan de kaak is gesteld. „Ambtenaren van de Scheepvaartinspectie hebben ten koste van mij meineed en valsheid in geschrifte gepleegd; de officier van justitie werd medeplichtig aan valsheid in geschrifte van de politie, terwijl rechters verklaringen in vonnissen opnamen die ik niet heb afgelegd." Gert van Rosevelt, een in Capelle aan den IJssel wonende 68-jarige ex-ondernemer in de sportvisserij ter zee, levert al veertien jaar strijd met justitie en Scheepvaartinspectie. De inbeslagneming van zijn schip door justitie heeft hij als het meest traumatisch ervaren. „Dat was volstrekt onrechtmatig. Tijdens de inbeslagneming is mijn schip geruïneerd." In arren moede heeft Van Rosevelt nu de hulp van de minister van justitie ingeroepen. Hij heeft Sorgdrager geschreven, dat de „Nederlandse .rechtsstaat de mond vol heeft over de mensenrechten in andere landen, maar de rechten van haar eigen burgers met voeten treedt". De minister zal voortaan gedetailleerde afleveringen op haar bordje krijgen over wat hem overkwam. Van Rosevelt: „Ik ben gesloopt, louter op grond van de valse beschuldiging, dat ik met een niet zeewaardig schip zou zijn uitgevaren."
Hij kocht in 1969 de kustvaarder Drittura voor sportvissen op de Noordzee met particulieren. Volgens hem heeft de Scheepvaartinspectie Urnuiden daarna geen middel geschuwd om het schip uit de vaart te krijgen. Tot die middelen behoorde het uitgeven van een zogeheten Aanhouding, een vaarverbod. Toen hij de Drittura in 1988 na een periode van inbeslagneming terugkreeg, was er enorme schade aangericht. „Alle zegels waren verbroken, weer en wind hadden vrij spel, de motoren zaten vast, de leidingen waren kapot en goederen gestolen. Repareren- was ondoenlijk. Bij de inbeslagneming bleek zelfs geen inventarislijst te zijn opgemaakt. De Dienst der domeinen beheert inbeslag genomen goederen, ook een schip, maar de staat is verantwoordelijk."
Na bijna een decennium van rechtszitting tot rechtszitting te zijn gegaan, werd hij in hoger beroep door het Haagse gerechtshof in 1987 vrijgesproken van het varen met een Aanhouding. Op grond van die vrijspraak is hij een civiele procedure voor schadevergoeding begonnen voor schade aan zijn schip. Hij verloor deze procedure vorig jaar. Maar dit voorjaar diende Van Rosevelt bij de Hoge Raad een verzoek tot herziening in van zijn sinds 1981 slepende zaak. Eerder spraken door hem geraadpleegde gespecialiseerde juristen over 'gebleken onwil van de instanties', met name om bijzondere personen aan te spreken vanwege bij voorbeeld meineed en valse verklaringen. Hoe kon dit allemaal gebeuren? Hij vertelt twaalf jaar lang het schip te hebben laten keuren - wat voorgeschreven is - en met positieve uitslag. „De problemen begonnen in mei 1981 met de komst van een nieuwe expert van de Scheepvaartinspectie Urnuiden. Hij keurde het schip af, en ik kreeg van hem een met de hand geschreven Aanhouding. Ik mocht dus geen meter varen, vóórdat alle verlangde reparaties waren verricht. Ik liet voor 26 000 gulden, een voor mij fors bedrag, repareren. De Aanhouding werd mondeling opgeheven. Daarna, tot 1984, werd me na de jaarlijkse keuring steeds mondeling gezegd, ook door de rijkspolitie te water in Willemstad, dat ik kon varen." Valse handtekening„. Het toenmalige districtshoofd van de Scheepvaartinspectie Urnuiden bleek echter een tweede, en getypte, Aanhouding te hebben opgemaakt die me nooit was verstrekt. Ook de expert wist daar niets van, maar zijn handtekening stond er gek genoeg wel onder. Het districtshoofd moet dus een valse handtekening hebben gezet. De Drittura is op grond hiervan op 1 september 1984 plotseling in opdracht van de Rotterdamse officier van justitie in beslag genomen. Een proces-verbaal was er niet. Pas na de inbeslagneming werd van een intern rapportje een proces-verbaal gemaakt. Ik noem dit valsheid in geschrifte. Ik ontdekte bij toeval, dat de officier van justitie dit wel degelijk wist uit een interne brief van de griffier aan de Rotterdamse politierechter. Die brief zat abusievelijk bij de gerechtelijke stukken." Van Rosevelt heeft voor de jarenlange heksenjacht' op zijn persoon en zijn schip maar één verklaring: „De Scheepvaartinspectie Groningen had een bodemschade van 35 000 gulden geconstateerd, nadat de Drittura aan de grond was gelopen. Maar na een nieuwe keuring op mijn verzoek, nu door de Scheepvaartinspectie Scheveningen, werd die schade niet vastgesteld en het schip goedgekeurd. Ook de scheepswerf in Capelle kon de schade niet ontdekken. Toch moest en zou de Drittura uit de vaart, omdat Scheepvaartinspectie wilde vasthouden aan dat achteraf vals gebleken schaderapport." De nu in Rotterdam gevestigde Scheepvaartinspectie blijft achter haar beleid in de zaak-Van Rosevelt staan: „Uit een door het hoofd van de Scheepvaartinspectie ingesteld onderzoek bleek in 1989 dat het optreden van de Scheepvaartinspectie in de zaak Drittura niet anders dan correct was geweest", aldus haar verklaring. Van Rosevelt kan als meest recente ontwikkeling aan de minister schrijven, dat op 2 juni beslag is gelegd op zijn AOW. Hij moet opdraaien voor de kosten van zijn proces voor schadevergoeding.

Afbeeldingen


Omschrijving: Drittura 1929
Collectie: Johannes, Leo M.
Vervaardiger: Unknown

Omschrijving: DRITTURA
Collectie: Martens, R.G. (Rob)
Vervaardiger: Unknown

Omschrijving: DRITTURA
Collectie: Grootenboer, Ton
Vervaardiger: Onbekend *
Onderwerp: Werf

Omschrijving: DRITTURA
Collectie: Martens, R.G. (Rob)
Vervaardiger: Unknown

Omschrijving: Drittura 1929
Collectie: Slagter, J. A. (Jacob)
Vervaardiger: Unknown

Omschrijving: DRITTURA
Collectie: -
Vervaardiger: Hill, Charlie A.
Onderwerp: Havenopname

Omschrijving: Drittura 1929
Collectie: Onbekend
Vervaardiger: Hindriks, Johannes H., Groningen

Omschrijving: DRITTURA in Zaandam
Collectie: -
Vervaardiger: Onbekend
Onderwerp: Kade

Omschrijving: DRITTURA
Collectie: Zijlma, Ron
Vervaardiger: Onbekend *
Onderwerp: Werf

Omschrijving: DRITTURA
Collectie: Johannes, Leo M.
Vervaardiger: Onbekend

Omschrijving: DRITTURA
Collectie: -
Vervaardiger: Onbekend

Omschrijving: Drittura 1929
Collectie: Marhisdata - Rotterdam
Vervaardiger: Foto Dijkstra, Delfzijl

Omschrijving: DRITTURA
Collectie: Bolhuis, R.J. van (Riemer)
Vervaardiger: Skyfotos Ltd.
Onderwerp: Luchtfoto

Omschrijving: DRITTURA IJmuiden
Collectie: Grootenboer, Ton
Vervaardiger: Spurling, L. (Leslie)
Onderwerp: Havenopname

Omschrijving: DRITTURA
Collectie: -
Vervaardiger: Onbekend *
Onderwerp: Luchtfoto

Omschrijving: DRITTURA als sportvisser schip
Collectie: -
Vervaardiger: Onbekend

Omschrijving: Drittura rond 1990 bij Scheepswerf Vuijk te Capelle a/d IJssel.
Collectie: Goudriaan, J. (Koos)
Vervaardiger: Goudriaan, J. (Koos)
Onderwerp: Werf

Omschrijving: Drittura in a poor condition on 06-06-1992 Eemskanaal, Delfzijl.
Collectie: Olinga, Frits J.
Vervaardiger: Olinga, F.J. (Frits)

Omschrijving: Drittura in a poor condition on 06-06-1992 Eemskanaal, Delfzijl.
Collectie: Olinga, Frits J.
Vervaardiger: Olinga, F.J. (Frits)

Omschrijving: DRITTURA op 16-09-1993 op het Eemskanaal.
Collectie: Strojenga, Martin
Vervaardiger: Strojenga, M. (Martin)

Omschrijving: DRITTURA op 16-09-1993 op het Eemskanaal.
Collectie: Strojenga, Martin
Vervaardiger: Strojenga, M. (Martin)

Omschrijving: Store Baelt 1929 ex Drittura.
Collectie: Groot, Harry de
Vervaardiger: Groot, Harry de

Omschrijving: Store Baelt 1929 ex Drittura.
Collectie: Groot, Harry de
Vervaardiger: Groot, Harry de

Omschrijving: Store Baelt 1929 ex Drittura bij de brug bij Follega op 18-08-2016.
Collectie: Baan, Jouke van der
Vervaardiger: Baan, Jouke van der

Omschrijving: Store Baelt 1929 ex Drittura op 29-05-2017 te Harlingen.
Collectie: Schmaal, Gerrit J.
Vervaardiger: Schmaal, G.J. (Gerrit)