Inloggen
ALIDA THEODORA - ID 17724


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1842-06-07 / 1856-02-26 | Reden uitgevlagd: Verongelukt of vermist (zie final fate)

Identification Data

Bouwjaar: 1842
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Kof
Masten: Two masts
Material Hull: Wood
Dekken: 1
Construction Data

 

Ipe Annes Hooites (Hoogezand, 11 september 1812 - aldaar, 18 februari 1891) was een Nederlands reder, scheepsbouwer en burgemeester.

Zoon van Anne Willems Hooites en Frouwke Sikkens.

Getrouwd met Geessien Meursing te Hoogezand op 16-02-1832.

Dochter van Roelf Hooites Meursing (landbouwer)

En Jacomina Holwerda. Ook genoemd als Jacomijntje.

(BRON: Huwelijks register Hoogezand 1832 – Aktenummer 2)

Geessien Meursing overleed te Hoogezand op 31-07-1858 (42 jaar)  (Ov.reg. H’zand 1858 – Akte nr. 81)

Hooites was eigenaar van een zaagmolen, zeil- en mastenmakerij, en een smederij. Hij zette de scheepswerf van zijn vader in Hoogezand voort en startte rond 1850 een tweede in Foxholsterbosch. Hooites werd later ook reder. Naar aanleiding van de Parlementaire enquête naar de Nederlandse koopvaardij (1874-1875) meldde hij dat hij als reder niet veel verdiende, maar dat hij dit vooral was gaan doen om zijn andere bedrijven draaiende te houden. Tussen 1870 en 1880 was zijn rederij, wat het aantal schepen betrof, de grootste van het land. Van 1866-1878 was hij burgemeester in zijn geboorteplaats, hij was daarnaast Statenlid.

In 1857 liet Hooites aan het Winschoterdiep op een deel van het terrein van de voormalige borg Vredenburg een herenhuis bouwen (nu: Meint Veningastraat 115). De initialen van Hooites en zijn vrouw Geessien Roelfs Meursing (1816-1858) zijn in de stijlen naast de voordeur aangebracht.

Bezat werven te Hoogezand, Foxhol en Foxholsterbosch.

 

Scheepsbouwer: Ipe Annes Hooites, Hoogezand, Groningen, Netherlands
Werfnummer:
Launch Date: 1842-00-00
Delivery Date: 1842-05-25
Technical Data

Gross Tonnage: 52.00 lasts
Gross Tonnage 2: 98.00 tons (oude meting)
 
Length 1: 23.15 Meters Registered
Beam: 4.26 Meters Registered
Depth: 2.26 Meters Registered
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1842
Datum agenda: 1842-06-07
Register nr: 0
Scheepsnaam: ALIDA THEODORA
Type:
Lasten: 0
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Salm & Meyer, wed. J.
Plaats: Amsterdam
Kapitein op moment van verzoek: Jaski, T.M.
Opmerkingen: eerste zeebrief

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1842-05-25 ALIDA THEODORA
Manager: Firma Wed. Jan Salm & Meijer, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands

Date/Name Ship 1853-02-21 CASTOR
Manager: Firma Gebr. Goedkoop, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Firma Gebr. Goedkoop, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands

Bezitters van parten (aandelen) in het schip

bijlage bij acte 29 van 1842, kof ALIDA THEODORA
eigenaren per primo juni 1842:

firma Wed. Jan Salm & Meijer, Amsterdam (boekhouders en 1/8e part)
Teunis Mellema Jaski, Schiermonnikoog (schipper en 1/2e part)
Willem Verwey Abrzn., Amsterdam (1/8e part)
Anna G, ’t Voortwis, weduwe D, van Dijk, Amsterdam (3/32e part)
Anna W. Stulen, Monnikendam (3/32e part)
Anna W. Altman, Monnikendam (2/32e part)

Ship Events Data

1856-02-26: Final Fate: Foundered, gezonken

Groninger Courant 19-03-1856.
Stavanger, 29 februari. Het schip (opm: kof) CASTOR, kapt. W.P. de jonge, van Amsterdam, laatst van hier, naar Bergen, is de 26e dezer op de rotsen bij Spisöe gestrand en daarna gezonken, doch het volk gered.
1856-02-26: Rotterdamsche Courant 15-03-1856
AMSTERDAM 14 maart. Het schip CASTOR, kapit. W. S. de Jonge, van Amsterdam, laatst van Stavanger, n. Bergen, is, volgens brief van den kapitein in dato Stavanger 29 februarij, den 26 dito op de rotsen bij Spisoe gestrand en gezonken, en zou den 12 maart met de lading verkocht worden; het volk is gered, doch zonder lets te hebben kunnen bergen.

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Theunis Mellema Jaski werd geboren op Schiermonnikoog op 04 juni 1811.

Hij trouwde met Trijntje Drayer, geboren te Schiermonnikoog op 29 december 1812.

Hij overleed in 1854.003

 

Teunis Mellema Jaski werd geboren op 04 juni 1811 te Schiermonnikoog. Hij huwde op 30 januari 1838 met Trijntje Lammerts Drayer. Hij overleed op 11 juli 1854 aan boord van de schoener "Susanna". Hij was gezagvoerder op de "Alida Theodora" (1842-1853) en de "Susanna" (1853-1854)046.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

T.Mellema Jaski (adres T.Schaap) werd per 01 oktober 1844 met vlagnummer 700 en op voordracht van kapitein N.D.de Boer ingeschreven als effectief lid van het Amsterdams zeemanscollege "Zeemanshoop". Zijn schip ten tijde van de inschrijving was de "Alida Theodora". Toegevoegd is "overleden"002. Ten tijde van de inschrijving waren Jaski en zijn vrouw 33 resp. 32 jaar. Ingeschreven waren 2 zonen: Benjamin (1838) en Lambertus (1841)002a.

In de Algemene Vergaderingen van 24 september/01 oktober 1844 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd als effectief lid voorgesteld/aangenomen Theunis Mellema Jaski, oud 33 jaar, voerend de kof “Alida Theodora”, wonend te Schiermonnikoog, adres bij F.Schaap te Amsterdam, op voordracht van kapitein N.D.de Boer.023.

Hij werd deelnemer van het Weldadig Zeemans Fonds van Zeem,anshoop per 08 juni 1851003.

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

In de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 28 september 1854 vraagd F.C.Jaski, de voogd om een uitkering voor de minderjarige kinderen van kapitein T.M.Jaski welke in de vergadering dd 28 september 1854 wordt toegekend met ingang van 01 augustus 1854.042.

 

In de Algemene Vergadering dd 28 november 1854 werd het verzoek behandeld van F.C.Jaski om een uitkering toe te kennen “voor de drie ouderloze kinderen van kapitein T.M.Jaski, hetgeen per 01 augustus 1854 werd toegekend.023.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                    jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

        700                       1844-1850     kof                   Alida Theodora                                    geen opgave

                                      1851-1852     kof                   Alida Theodora                                    Wed.Jan Salm & Meijer

                                           1853           sch.brik            Susanna                                                A.A.Roepel

        331                       dit nummer is wel toegekend, maar nimmer gevoerd omdat T.M.Jaski in 1854 overleed

 

Bouma025 vermeldt T.Mellema Jaski als gezagvoerder op de volgende schepen:

*    1842 t/m 1853 van de kof “Alida Theodora”, gebouwd in 1842 te Hoogezand, 99 ton o.m., varend voor de Wed J.Salm & Meijer te Amsterdam. Het schip werd in 1853 verkocht aan de Gebr. Goedkoop te Amsterdam en herdoopt in “Castor”;

*    1854 van de schoenerbrik “Suzanna”, gebouwd in 1847 te Alblasserdam, 210 ton o.m., varend voor A.A.Roepel te Amsterdam;

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1842
Kapitein: Jaski, Teunis Mellema

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:

Kapitein                                                Schip                           Vertrek                                       Aankomst

J.Molenaar                                           Willem                        05 oktober 1859                       07 oktober 1861

 

Bouma025 vermeldt J.Molenaar als gezagvoerder gedurende:

*    1854 van de kof “Castor” ex Alida Theodora, gebouwd in 1842 te Hoogezand, 99 ton o.m., varend voor de Gebr. Goedkoop te Amsterdam;

*    1855 t/m 1858 van de 2/msch “Pollux” ex Julia, gebouwd in 1851 te Groningen, 120 ton o.m., varend voor de Gebr. Goedkoop te Amsterdam. Het schip voer in 1859 voor Schrijver & van Rossem te Amsterdam en was herdoopt in “Willem”;

*    1859 t/m 1864 van de 2/msch “Willem” ex Pollux, ex Julia, gebouwd in 1851 te Groningen, 120 ton o.m., varend voor Schrijver & van Rossum te Amsterdam.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1853
Kapitein: Molenaar, J.

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

Y.Feenstra werd met nr.600 lid van Zeemanshoop per 26 september 1854 op voorspraak van A.van Oosterom. Zijn schip was de "Sliedrecht"002.

In de notulen van de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd 19/26 september 1854 staan vermeld dat tot effectief lid zijn voorgedragen/benoemd Yeb Feenstra, oud 24 jaar, voerend de schonerbrik “Sliedrecht”, voor rekening van en met als adres de Gebr. Goedkoop te Amsterdam, op voordracht van kapitein P.Goedkoop.023.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                    jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

         600                      1854-1859     sch.brik            Sliedrecht                                              Gebr.Goedkoop

                                           1860           bark                 Triton                                                     idem

                                      1861-1865     bark                 Sliedrecht                                              idem

                                      1866-1871     fregat               Elisabeth                                               idem

                                      1872-1889     geen opgave van schip en boekhouder

 

Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:

Y.Feenstra                   Triton              15 november 1859                                geen melding

                                      Sliedrecht        24 december 1861                                16 oktober 1862

                                      Sliedreccht      februari 1863                                         21 november 1863

 

Bouma025 vermeldt Y.Feenstra als gezagvoerder gedurende:

*    1855 t/m 1859 van de schoenerbrik “Sliedrecht (1)”, gebouwd in 1854 te Joure, 280 ton o.m., varend voor de Gebr. Goedkoop te Amsterdam;

*    1860 van het 3/mschip “Triton”, gebouwd in 1839 te Dordrecht, 704 ton o.m., varend voor de gebr. Goedkoop te Amsterdam. Het schip is in 1860 verongelukt in Nederl. Oost-Indië;

*    1862 t/m 1866 van de bark “Sliedrecht (2)”, gebouwd in 1857 te Lekkerkerk, 680 ton o.m., varend voor de Gebr. Goedkoop te Amsterdam;

*    1867 t/m 1872 van het fregat “Elisabeth”, gebouwd in 1866 te Alblasserdam, 1154 ton o.m., varend voor de Gebr. Goedkoop te Amsterdam;

      Het schip werd in 1866 van eikenhout gebouwd door F.Kloos te Kinderdijk en de kiel werd gelegd op 26 december 1864. Het werd in 1881 te Liverpool uit de hand verkocht voor f 26.400,- door Ed. C.A.Kolo voor een Belgische rederij. (informatie Koen Suyk, Heiloo, januari 2003)

 

Overige bijzonderheden

In het GAA is onder nr.491-236 aanwezig een "Kaart tot aantekening van het dagelijks bestek gedurende de zeereis van het barkschip "Sliedrecht", gezagvoerder Y.Feenstra, 1862".

 

Foto (nr.78) van kapitein IJ.Feenstra beschikbaar047.

 

IJ.Feenstra verzorgde per 15 januari 1862 vanuit Brouwershaven met de “Sliedrecht” een troepentransport van 7 officieren en 150 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 21 mei 1862 na een reis van 126 dagen.

Op 04 maart 1863 vertrok hij met de “Sliedrecht” vanuit Nieuwediep en 1 landmachtofficier. Zijn aankomstdatum te Batavia werd niet vermeld065.

 

In de zitting van 19 october 1874 van de parlementaire enquête door de Tweede Kamer “omtrent den toestand van de Nederlandsche koopvaardijvloot” (zitting 1874 - 1875) werd verhoord kapitein Yeb Feenstra. Het verslag staat op p.428 t/m 433 en bevat interessante mededelingen omtrent het maritieme bestaan van de kapitein.

Hij heeft 18 jaar als koopvaardijkapitein gevaren, zowel op de kleine  als de grote vaart. Hij begon met de vaart op Noorweegen, Archangel, de Middellandse Zee en Brazilie en eindigde met die op China, o.a. Kongkong,  en Java. Daarbij voer hij steeds voor hetzelfde kantoor. Op de vraag of hij een bijzondere opleiding had genoten die hem in staat stelde te weten of deze of gene haven als dan niet voordelig was, antwoordde hij “Neen, ik heb mijzelf gevormd.”. Hij zou echter het toejuichen als er mogelijkheden waren om die kennis op te doen. “Maar het scheppen van zoodanige gelegenheid zou, naar mij voorkomt hoogst moeielijk zijn.”.

Zij laatste reis op de kleine vaart was 1858 op Buenos Ayres. “De Braziliaansche vaart is echter een middending tusscheb de kleine en groote vaart, die men de Atlantische vaart noemt. Als stuurman heb ik op de zoogenaamde kleine vaart wel dienst gedaan; als kapitein echter niet lang. Ik heb ééne reis, de eerste als kapitein, gemaakt op Noorwegen met een kanaalligter van de heeren gebroeders GOEDKOOP. Later heb ik mij met een kof naar de Middellansche Zee begeven, vervolgens naar Archangel in de Witte Zee met diezelfden kof, en daarop nog eens met een schoener naar diezelfde haven. ….Bij mijn reis met de bedoelde kof naar de Witte Zee ben ik van Londen in ballast vertrokken naar Archangel, alwaar ik lading heb ingenomen, en naar Rotterdam overgevoerd. Met den schoener ben ik ook in ballast naar Londen gegaan. Wanneer de vrachten niet hoog stonden moest ik voor eigen rekening koopen datgeen wat mij het geschikste toescheen. Bij die gelegenheid heb ik een lading rogge gekocht, die ik naar Amsterdam heb overgebracht.”

Ten aanzien van de tucht aan boord is kapitein Feenstra een voorstander van het zetten op water en brood. Voor een geldboete is de matroos overr het algemeen niet gevoelig.

 

 

Het boek “Kagen, clippers, werven en motoren” uit 1942 door Dr.J.C.Westermann081 vermeldt op p. 104 e.v. een lovende beschrijving van de betekenis van kapitein Feenstra voor de koopvaardijvaart in het algemeen en de reederij Gebr. Goedkoop in het bijzonder. Ik neem, sterk geselecteerd, hieruit het volgende op (zie vooral het oorspronkelijke boekwerk):

Kapitein Feenstra schreef een aantal verhandelingen op scheepvaartkundig en commercieel gebied en wel:

  1. Instructie voor de scheepvaart op Rio de la Plata. Amsterdam 1860.
  2. Handleiding voor vervrachters, tot het kiezen en sluiten van vrachten en het opmaken der charterpartij. Amsterdam 1861, 2e druk 1867).
  3. De gevaren in den Atlantische Oceaan. Amsterdam 1873.
  4. Zeemans bedenkingen. Brochure uit 1870 over de toestanden in Indië.
  5. Een brochure over het loodswezen op het Noordhollands Kanaal uit 1872.
  6. Beschouwingen over de ontwikkeling van handel, cultuur en nijverheid onzer Oost-Indische buitenbezittingen en in het bijzonder van de Molukken.”. Brochure uit 1880.

Vermoedelijk heeft kapitein Feenstra in 1871 zijn laatste reis aangevangen. In 1873 komt zijn naam niet meer als actief kapitein in de zeevaartregisters voor

In 1878 was kapitein Feenstra, “tezamen met C.J.Westermann een kleine reeder begonnen, die de bark Johan Theodor en de brik Vrijheid (ex Rio de la Plata) onder haar directie had, en die hij na den dood van zijn compagnon in 1880 op eigen gelegenheid nog een aantal jaren heeft voortgezet.”

Het overzicht geeft tweetal rapporten van de kapitein omtrent een reis van de “Elisabeth” vanaf St.Helena naar Nieuwediep in 1870/1871 en één van de uitreis van de “Elisabeth” naar Java in 1871.

“Dit laatste verslag doet vermoeden, dat Feenstra in een al dan niet van te voren afgesproken race gewikkeld was met de Insulinde van Hendrichs & Co.”

“Een ander document op naam van IJ.Feenstra, dat bewaard wordt bij de Gebr. Goedkoop … is een routekaart van de reis, die hij van Januari tot Mei 1862 gemaakt heeft met het barkschip Sliedrecht, van Brouwershaven naar Batavia … De titel luidt: “Kaart tot aanteekening van het dagelijksch bestek gedurende de zeereis van het barkschip Sliedrecht, gezagvoerder IJ.Feenstra.” De kaart is te dateren op 1862. Het journaal van deze reis wordt bewaard op het KNMI.081

 

Uit: De Clippers door Anno Teenstra, uitg. Holdert & Co, Amsterdam, 1945, 306 pp.

p.116-117: Teenstra roemt de kwaliteiten van deze gezagvoerder . “Hij heeft verschillende belangrijke publicaties het licht doen zien op het gebied van handel en scheepvaart n.l. een boekje over de scheepvaart op de Rio de la Plata, een handleiding voor vervrachters, een handleiding voor de vaart op den Atlantische Oceaan, een brochure over de toestanden in Nederlandsch-Indië in 1870 en een over het loodswezen op het Noord-Hollandsch kanaal, om zijn geschriften te eindigen met een dat de aandacht vroeg voor de Molukken.

Hij was een felle man, die vinnig kon schrijven en er niet aan dacht een blad voor zijn mond te nemen. Dat hij een brochre schreef over de loodsdiensten voor Den Helder en over het Noord-Hollandsch kanaal, is te begrijpen. Want daar had hij zelf de allerdroevigste ervaringen mee opgedaan!. Toen hij in 1871 met de Elisabeth van Goedkoop in Den Helder aankwam, viel hij er met de neus in de boter, want het vroor er dat het kraakte, zoodat alle binnenwateren stijf dicht zaten. Op de Elisabeth was het danig koud en daar er maar geen sleepboot kwam opdagen, vertrokken alvast vier passagiers, die, na de jarenlange Indische hitte, de vinnige koude ondragelijk vonden, met een loodsboot naar den wal. De sleepdienst, die toch al veel te wenschen over liet, scheen toen heelemaal in de war te zijn geweest, want kapitein Feenstra schreef: “Wij liggen hier nu twee dagen ons hier te vervelen en te verkleumen, wat helpt het nu of men op zee zijn best doet om voorwaarts te komen en wat is me dat een ellendige sleepdienst hier. Met drie booten in drie dagen één schip halen. Waarom laten ze zich invriezen!””

p.171-176

De clipper “Jupiter” had een accommodatie voor 40 passagiers. “In de barren winter van 1870-71 koerste de Elisabeth huiswaarts. Het schip had St.Helena aangedaan, waarvan het den negenden December vertrok. Tien dagen later werd de Linie gepasseerd en in den morgen van den 19sten December de Kreeftskeerkring. Totdien was het een voorspoedige reis geweest: vanaf Batavia hadden de bramzeils bijgestaan” Maar net voorbij de Keerkring geraakte het schip in zwaar weer, waarbij veel schade aan tuig, mastenen instrumenten ontstond. Met veel moeite bereikte men het Kanaal en op 24 januari (1871) “kwam het schip na deze bewogen reis ten anker voor Nieuwediep.”.

Op 5 mei 1871 voer het schip onder Feenstra weer uit naar Batavia. Een brief is opgenomen in de tekst waarin hij vertelt over de “race” met andere schepen o.a. de “Aurora” (kapt. H.Visser voor rederij Goedkoop) en de “Insulinde” (kapt. J.H.J.Lollie, rederij Gebr. Hendrichs)

 

 Op de zeebrief van 1853 van de kof "CASTOR "varend voor de Fa. Goedkoop wordt IJ Feenstra genoemd als gezagvoerder.In 1854 neemt W.P. de Jonge het schip als goverezagvoerder over. JS 300123

 

Datum vanaf: 1853
Kapitein: Feenstra, Y(Ij)Eb

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

W.P.de Jonge was met vlagnummer R410 in de periode 1857 t/m 1866 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1866 van de Maatschappij tot Nut der Zeevaart  (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij in dat jaar voor het lidmaatschap heeft bedankt. (in de ledenlijsten uit Sweijs021 wordt hij t/m jaargang 1871 onder vlagnummer 410 vermeld. In zijn bedankje later weeringetrokken?)058.

 

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein W.P.de Jonge met vlagnummer R410 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

*    1858, 1859 van de bark “Prins Hendrik”          202 last     varend voor Kranenborg & Zoon te Amsterdam

*    1862, 1863 geen vermelding van schip en boekhouder

*    1864                achter het nummer staat geen kapiteinsnaam ingevuld

*    1865                van de brik “Juno”                               136 last  varend voor Gebr. Goedkoop te Amsterdam

 

Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:

W.P. de Jonge                                Johanna Christina                27 mei 1859                25 april 1861

 

Bouma025 vermeldt W.P.de Jonge als gezagvoerder gedurende:

*    1855 t/m 1856 van de kof “Castor” ex Alida Theodora, gebouwd in 1842 te Hoogezand, 99 ton o.m., varend voor de Gebr. Goedkoop te Amsterdam. Het schip is gestrand bij Spisø op weg van Amsterdam naar Bergen;

*    1857 van de galjoot “Goede Verwachting”, gebouwd in 1847 te Amsterdam, 145 ton o.m., varend voor de Gebr.Goedkoop te Amsterdam. Het schip voer in 1858 voor Hubert Jans & Co te Harlingen en was herdoopt in “Remelia Geertruida’;

*    1858 t/m 1859 van de bark “Prins Hendrik”, gebouwd in 1838 te Groningen, 381 ton o.m., varend voor Kranenborg & Zn te Amsterdam;

*    1860 t/m 1861 van de brik “Johanna Christina” ex Eliza, gebouwd in 1855 te Lemmer, 249 ton o.m., varend voor de Gebr. Goedkoop te Amsterdam. Het schip is in 1862 gestoten bij Kaap St.Roc en werd in zinkende toestand verlaten;

*    1864 t/m 1866 van de ijzeren brik “Juno”, gebouwd in 1863 te Amsterdam, 257 ton o.m., varend voor de Gebr. Goedkoop te Amsterdam.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1854
Kapitein: Jonge, W.P. de

Monsterrollen

Opgemaakt Groningen
Datum: 1842-06-17
Scheepsnaam voorvoegsel:
Scheepsnaam: ALIDA THEODORA
Schipper: Mellema Jaski, Teunis
Scheepstype:
Grootte:

Bekijk alle monsterrollen
Algemene informatie

Het wrak is verkocht aan O. Johansen Stavanger.

Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

Noord-Hollands Archief, Haarlem Archiefnummer AMS 198.3168.1842.29
foto IMG 2297 - 2300

CEDULE

Naam schip ALIDA THEODORA

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 2 juni 1842

type schip kof

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper zie bijlage

te voeren door kapt. Teunis Mellema Jaski, mede-eigenaar

grootte in tonnen 52 lasten

tuigage / aantal dekken twee masten, een dek

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd te Hoogezand

plaats / datum registratie Amsterdam, 2 juni 1842

nummer registratie deel 43, folio 164, recto, vak 7

notaris Arrondissements Rechtbank, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de bijlbrief; het schip is gebouwd voor rekening van de in de bijlage genoemde eigenaren en ligt thans te Groningen.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1838-1868.
De eed wordt afgelegd door Willem Verwey Abrzn. voor zich en als lid der firma Wed. Jan Salm & Meijer te Amsterdam.



researcher/datum research: ML / 250716






bijlage bij acte 29 van 1842, kof ALIDA THEODORA
eigenaren per primo juni 1842:

firma Wed. Jan Salm & Meijer, Amsterdam (boekhouders en 1/8e part)
Teunis Mellema Jaski, Schiermonnikoog (schipper en 1/2e part)
Willem Verwey Abrzn., Amsterdam (1/8e part)
Anna G, ’t Voortwis, weduwe D, van Dijk, Amsterdam (3/32e part)
Anna W. Stulen, Monnikendam (3/32e part)
Anna W. Altman, Monnikendam (2/32e part)

ML / 250716

Naam ALIDA THEODORA
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1842
Toegang 198
Inventaris 3168

Noord-Hollands Archief – Haarlem Archiefnummer Amst.198.3179-1842.29

DVD XI – 388 - 390
BIJLBRIEF

Naam schip ALIDA THEODORA

plaats en datum acte bijlbrief, Hoogezand, 25 mei 1842

type schip kof

bouwwerf/verkoper Ipe Annes Hooites, scheepsbouwer te Hoogezand

gevoerd door kapt.

eigenaar/aankoper firma Wed. Jan Salm & Meijer, Amsterdam

te voeren door kapt. J.M. Jaski

grootte in tonnen 52 lasten (meetbrief Groningen, 17 mei 1842)

tuigage / aantal dekken

afmetingen 23,15 x 4,26 x 2,26 meter

kiellegging

tewaterlating 1842

plaats / datum registratie Groningen, 27 mei 1842

nummer van registratie deel 31, folio 89, recto, vak 6.

notaris verklaring voor burgemeester van Hoogezand

prijs NLG.

bijzonderheden



researcher/datum research: ML / 280708

Naam ALIDA THEODORA
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1842
Toegang 198
Inventaris 3179

Noord-Hollands Archief, Haarlem Archiefnummer Amst.198.3181-1853.6

DVD XII – 6441, 6442
ACTE VAN KOOP/VERKOOP
Naam schip ALIDA THEODORA

plaats en datum acte openbare verkoping, Amsterdam, 21 februari 1853

type schip kof

bouwwerf/verkoper firma Wed. Jan Salm & Meijer, cargadoors te Amsterdam

gevoerd door kapt. J.M. Jaski

eigenaar/aankoper via makelaar Anthony Roos aan Gebr. Goedkoop, kooplieden te Amsterdam

te voeren door kapt.

grootte in tonnen 98 tonnen of 52 lasten

tuigage / aantal dekken

afmetingen 22,75 x 4,34 x 2,23 meter

kiellegging

tewaterlating

plaats / datum registratie Amsterdam,

nummer van registratie deel

notaris Barend Dorotheus Beets, deurwaarder bij Arrondissements Rechtbank te Amsterdam

prijs NLG 6050,-

bijzonderheden






researcher/datum research: ML / 300408

Naam ALIDA THEODORA
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1853
Toegang 198
Inventaris 3181

Noord-Hollands Archief, Haarlem Archiefnummer AMS.198.3171.1853.6
foto IMG 9248 - 9251

CEDULE

Naam schip bevorens genaamd ALIDA THEODORA, thans door kopers genaamd CASTOR

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 4 maart 1853

type schip kof

verkoper firma Wed. Jan Salm & Meijer, Amsterdam

gevoerd door kapt. geweest door kapt. T.M. Jaski

eigenaar/koper firma Gebr. Goedkoop, Amsterdam, enig eigenaren

te voeren door kapt. Jan Molenaar

grootte in tonnen 52 lasten of 98 zeetonnen

tuigage / aantal dekken twee masten, een dek

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd te Hoogezand

plaats / datum registratie Amsterdam, 5 maart 1853

nummer registratie deel 64, folio 124, verso, vak 5

notaris Arrondissements Rechtbank, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de laatste koopacte en het reçu van inlevering aan de ontvanger te Amsterdam van de laatste zeebrief, no.672 van 26 september 1850. Het schip ligt thans te Amsterdam.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1838-1868.
De eed wordt afgelegd door Jullo Bennema, Amsterdam, voor en namens de hierboven vermelde eigenaren



researcher/datum research: ML / 130217

Naam CASTOR
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1853
Toegang 198
Inventaris 3171