Levensloop:

?

1828        Sirius                                      - Thomas Deighton, Soerabaija

1843        Asegaaf                                  - SechAwal bin OemarLonas, Batavia

11-08-1845                                            - Op een der zandbanken bij het eiland Mankap, Borneo, gelopen. De bemanningsleden namen plaats in twee sloepen en bleven drie dagen bij elkaar. Daarna dreven de sloepen uiteen. Van de sloep met zes bemanningsleden werd niets meer vernomen. De andere sloep, met vijf bemanningsleden, waaronder de kapitein en zijn zoon, kwamen op 21 augustus aan land op het eiland Blinjoe.

 

Kapiteins en RA vermeldingen:

1828        Thomas Deighton

1832        M.A. Maijne

1833        F. Kedoux

1834        J. Legendre

1837        Thomas Deighton

1837        T. Lemmers

1837        C. Gordon

1840        S. Ward

1843        Sech Said bin Abdullah al Gasnie

1845        Sech Abdullah bin Oemar Djowas

 

Type:	Scheepsnaam:	Lasten:	Gezagvoerder:	Eigenaar/Rederij:	Thuishaven:	RA jaar:
schooner	SIRIUS	50	Deighton, Th.		Soerabaya	1830
schooner	SIRIUS	50	Deighton, Th.	niet vermeld	Soerabaja	1831
schooner	SIRIUS	50	Deighton, Th.	niet vermeld	Soerabaja	1832
schooner	SIRIUS	50	Deighton, Th.	niet vermeld	Soerabaija	1833
schooner	SIRIUS	49½	Gendré, Le	Maclaine, Watson	Batavia	1837
schooner	ASEGAAF	42	Gatmir, Sech Said Bin Abdulla	Djowas, Sech Awal Bin Oemar	Batavia	1844

 

Kronieken:

(Staat de bronvermelding naar een krant voor het bericht dan is dit bericht overgenomen uit de kronieken van marhisdata.nl. Staat voor de bronvermelding naar de krant nog het woord “Delpher”, dan is dit opgezocht in de website www.delpher.nl. Het kan eventueel een samengevat bericht zijn en is niet altijd letterlijk overgenomen. Over het algemeen staan er in delpher.nl nog veel meer berichten dan hieronder zijn aangegeven.

 

JC 210628 Delpher                 Soerabaija vertrokken: 13 juni. schoener SIRIUS, kapt. Ths. Deighton, naar Sumanap.

 

JC 180832 Delpher                 Soerabaija vertrokken: 9 augustus. O.a. schoener SIRIUS, kapt. M.A. Meijne, naar de Molukko’s, passagier: de heer M. Cornelis.

 

JC 260133 Delpher                 Soerabaija aangekomen: 19 januari. O.a. schoener SIRIUS, kapt. M.A. Meijne, van Ternate de 20^e november, passagier, kapt. C.D. Blom van Assendelft.           

 

JC 250633 Delpher                 Soerabaija aangekomen: 18 juni. O.a. schoener SERIUS, kapt. M.A. Maijne, van Batavia de 31^e mei, passagiers, de heren P.H. Hengst en C.W. Stevers.

 

JC 281233 Delpher                 Batavia aangekomen: 26 december. Schoener SIRIUS, kapt. F. Ledoux, van Ternate de 21^e november.

 

JC 030934 Delpher                 Batavia aangekomen: 31 augustus. O.a. schoener SIRIUS, kapt. J. Legrende, van Ternate de 10^e augustus.

 

JC 170936 Delpher                 De weeskamer te Ternate, roept bij elk en een iegelijk op, die iets te vorderen heeft of verschuldigd is, aan de boedel van Jan Victor Legrendre, gezagvoerder van de Nederlandse particuliere schoener SIRIUS, overleden op de terugreis van Papoe naar herwaarts, om daarvan aangifte of betaling te doen, aan de kamer voormeld, binnen de tijd van zes maanden, gerekend van heden.

De weeskamer te Ternate, J.H. Otto,president.

Ternate, 31 mei 1836.

 

JC 020837 Delpher                 Batavia aangekomen: 29 juli. O.a. Nederlandse schoener SIRIUS, kapt. T. Deighton, van Ternate de 9^e juli, passagier, de heer R. Tower.

 

JC 260837 Delpher                 Batavia vertrokken: 24 augustus. O.a. Nederlandse schoener SIRIUS, kapt. T. Lemmers, naar Soerabaija, passagier, de heer D.S. van der Broek

 

JC 041037 Delpher                 Soerabaija vertrokken: 28 september. Nederlandse schoener SIRIUS, kapt. C. Gordon, naar Ternate en Amboina.

 

JC 031040 Delpher                 Batavia aangekomen: 2 oktober. Nederlandse schoener SIRIUS, kapt. S. Ward, van Ternate de 6^e september.

               

JC 050242 Delpher                 Van Ternate en Banda, met de Nederlands Indische schoener SIRIUS, kapt. J. Deighton.

75 ¹⁹/₃₆ ouncen goudwerk, 2 dozijn kaijoepoetieolie, 15 ks. sigaren, 2 pic. wilde noten, 175 dito masoeijbasten, 34 ⁷⁷/₁₀₀ dito notenmuskaat, 14 ⁸¹/₁₀₀ dito foelie, 2 ⁸⁴/₁₀₀ dito parlemoer, 10 ⁷¹/₁₀₀  karet, 24 ks. schildpadnagel, 33 st. paradijsvogels, 7 pic. wortelhout, 5.000 gulden aan goud en zilver, Order.

 

JC 120242 Delpher                 “Heden morgen ten 6 ure, is alhier een niet zeer zware aardbeving, in een horizontale richting, gedurende ruim een minuut gevoeld geworden. Vijftien minuten later is dezelve gevolgd door een zware zeebeving, die meer dan drie kwartier uur aanhield, en waarbij de zee dikwerf, binnen de tijd van twee minuten, meer dan negen voeten boven haar gewoon standpunt rees.

Ontzettend en akelig was het gezicht der woede, waarmede de zee, na tot een buitengewone laagte gevallen te zijn, weer met nieuwe kracht steeg, en alles in haar vaart medevoerde.

De ter rede liggende schoener JOHANNA CHARLOTTA en SIRIUS waren, ofschoon voor twee en drie ankers liggende, immer driftig. Deze schepen hebben echter, doordien zij op ruime afstand van Neira lagen, geen schade bekomen. De kleine, op de inlandse wijze getuigde vaartuigen, welke dicht voor het zeehoofd ten anker waren, werden alle zwaar door de hoge zeeën geteisterd. Twee derzelve, een Seroeänese en een Ceramse jonk, zijn herhaaldelijk over en weder geslagen, totdat eindelijk het Ceramse vaartuig van zijn anker werd geslagen, en in de monding van het zogenaamde Zonnegat geheel omsloeg.

De beide zeehoofden, alsmede de vaartuigloods op de werf, zijn de enige landswerken, welke door deze zeebeving geleden hebben, en met uitzondering der schade, door de opvarenden der gemelde vaartuigen geleden, hebben er geen ongelukken bij dit voorval gehad.”

Het tweede bericht waarvan wij hierboven melding maakten, geschreven van Banda op dezelfde dag, is van de navolgende inhoud:

“Sedert enige dagen heeft de Vuurberg, met de thans alhier waaiende westelijke winden, een massa rook over Neira uitgestuwd, meer dan men ter dezer plaatse wel gewoon is; terwijl bij tussenpozen dodelijk stil weder, vergezeld van een drukkende hitte, de aandachtige opmerker een aardbeving kon doen voorspellen.

Op de 23 dezer, des morgens ten ongeveer 11 ure, deed zich een lichte schok gevoelen, die misschien 50 à 60 seconden aanhield. Heden morgen ten 6½ ure gevoelde men een wel niet zeer sterke schudding van de grond, maar die evenwel tussen de twee en drie minuten heeft aangehouden, zonder beschadiging aan woningen of forten toe te brengen.

Nauwelijks was deze aardbeving geëindigd, toen men in de verte geluid hoorde, veel overeenkomst hebbende met dat van een zwaar nedervallende regen. De oorzaak van dit vreemd verschijnsel verklaarde zich spoedig. Men zag namelijk van uit het kampement, de op de rede voor anker liggende schoeners SIRIUS en CHARLOTTE; benevens een grote Saroänese jonk, waarop zich een honderdtal mensen bevonden, als ook een aantal kleinere vaartuigen op een ongewone wijze door elkander slingeren, en naar alle zijden de baai met een uiterst snelle vaart ronddrijven; zodat men al dadelijk overtuigd werd dat er een zeebeving plaats had.

De beide schoeners hadden het geluk, alle hun ankers bijtijds in de grond te kunnen werpen, en ofschoon nog enigszins mededrijvende, zijn deze beide schepen voor stranden bewaard gebleven. De bovengenoemde jonk en verscheidene lichte Ceramse vaartuigen zijn echter tegen de wal geslagen en vol water gelopen; doch, voor zo veel men weet, zijn de mensen behouden.

De zee is op enige plaatsen acht à negen voeten boven het gewone pijl gerezen, en met geweld tegen de beide zeehoofden aanbruisende, heeft zij dezelve zwaar beschadigd; terwijl het water tot aan de poort van het fort Nassau is doorgedrongen.

Gelukkig was het juist eb toen dit voorviel, daar het niet te berekenen is, welke ongelukken dit natuurverschijnsel zoude hebben kunnen na zich slepen, indien het bij vloed had plaats gevonden, daar de waterspiegel als dan 7 à 8 voeten hoger zoude zijn gerezen, en de zee in dusdanig geval het kampement en lager gedeelte der stad zoude hebben overstroomd en vernield.”

 

JC 130442 Delpher                 Soerabaija aangekomen: 1 april. O.a. Nederlandse schoener SIRIUS, kapt. T. Deighton, naar Ternate.

 

JC 261042 Delpher                 Soerabaija aangekomen: 16 oktober. Nederlandse schoener SIRIUS, kapt. J. Deighton, van Menado de 24^e augustus, met Zr. Ms. troepen, passagier, de heer J.R. Landouw.

 

JC 211242 Delpher                 Advertentie. Vendu Departement. Roselje & Co. zullen op donderdag aanstaande verkopen, de schoener SIRIUS, met deszelfs inventaris, zoals dezelve is liggende ter rede Batavia.

 

JC 140143 Delpher                 Batavia. Schepen liggende ter rede. O.a. schoener SIRIUS.

 

JC 090943 Delpher                 Advertentie. Alzo president en leden in de raad van justitie te Ternate, hebben verleend admissie aan de weeskamer alhier, als plaatselijke desolate boedelkamer, administrerende de insolvente boedel van wijlen Robert Hughson, in leven gezagvoerder van de particuliere schoener SIRIUS, tot het doen van dagvaarding bij edicte ad valvas cureae, tegen de pretendenten op gemelde boedel;

Zo is het, dat ik ondergetekende gezworen exploiteur bij voornoemde raad, voor de eerste maal dagvaarde de bedoelde pretendenten, tegen woensdag de 1^e november 1843, des morgens ten 9 ure, ten einde in persoon of bij gemachtigden ter boedelkamer voornoemd, hun vorderingen aan te geven, te verifiëren en te procederen tot het judicium van preferentie en concurrentie.

Aldus gedaan te Ternate de 20^e juli 1843.

De gezworen exploiteur voornd. C. Schneider.

 

JC 291143 Delpher                 Batavia vertrokken: 26 november O.a. Nederlandse schoener ASEGAAF, kapt. Sech Said Bin Abdulla Gasmeer, naar Toboalie.

 

JC 160445 Delpher                 Samarang vertrokken: 7 april. Nederlandse schoener ASEGAAF, kapt. Sech Abdulla Bin Oemar Jawas, naar Nieuwe Brussel.

 

JC 130945 Delpher                 In-officieel gedeelte. Batavia, 12 september 1845. Op de 21^e augustus des namiddags te drie ure, zijn te Blinjoe op het eiland Banka in een Sampang  aangekomen: de Arabier Sech Abdullah Bin Oemar Djowas, gezagvoerder van de schoener ASEGAAF, benevens zijn zoon en elf matrozen van dat vaartuig, hetwelk op de 4^e augustus met een lading zout van Sumanap was vertrokken en op de 11^e daaraanvolgende nabij Borneo op een der zandbanken, welke het eiland Mankap omgeven, was verongelukt.

Zes personen behorende tot te equipage van gemelde bodem hadden zich in een andere Sampang begeven, welke, na gedurende drie dagen gezamenlijk met de eerstbedoelde gezeild te hebben, na een stormachtige nacht, niet meer ontwaard is, zonder dat omtrent derzelver wedervaren tot nog toe iets is vernomen.

Officiële documenten:

Datum ZB: Naam: Type: ex Naam: Eigenaar: Kapitein: Thuishaven: Reden ZB: Foto nr.: Invent. Nr: Bijzonderheden:

1833.04.04 / 12. SIRIUS Schooner   Thomas Deighton Thomas Deighton, kapt./eig. niet vermeld schip gekocht IMG 0597, 0598 2550

 

Datum ZB: Naam: Type: ex Naam: Eigenaar: Kapitein: Thuishaven: Reden ZB: Foto nr.: Invent. Nr: Bijzonderheden:

1843.07.13 / 32 ASEGAAF schoener ex-SIRIUS sech Awal bin OemarIonas sech Said bin Abdullah al Gasnie Batavia schip gekocht IMG 5487, 5488 2647 eigendomsbewijs afgegeven door Raad van Justitie te Batavia oop 30 mei 1843 no.417

 

Bronnen: Regeringsalmanakken Uitgegeven zeebrieven www.delpher.nl JC            =              Javasche Courant