Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
D.van der Meijden werd per maart 1878 met vlagnummer 17 ingeschreven als lid van het Harlinger zeemanscollege "Zeemansvoorzorg". Zijn schip was de "Elisabeth", boekhouder niet genoemd. De contributie werd voldaan door zijn vrouw Elisabeth Hollinga.028-fol.156
Hij was met vlagnummer 17 lid van het College in de periode 1878-1888034.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
Hij overleed op 06 juli 1888 te Groningen. Zijn weduwe kreeg een uitkering uit het fonds van ¦1200,- uit te betalen in 8 jaarlijkse termijnen. Zijn zoon Dirk (20 maart 1875) kreeg een uitkering ineens van ¦10,-028-fol.156.
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt D.van der Meyden als gezagvoerder gedurende:
* 1873 t/m 1874 van de bark “Allegonda Jacoba” ex Damon, gebouwd in 1855 te Bangor, 380 ton o.m., varend voor Repko & Co te Harlingen;
* 1879 van de bark “Elisabeth” ex Helios, gebouwd in 1852, bouwlocatie niet vermeld, 313 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Harlingen. Het schip voer in 1880 voor J.Foekens te Harlingen en was herdoopt in “Emma”.
Overige bijzonderheden
In de Scheepstijdingen van de Harlinger Courant dd 28 mei 1878 staat het volgende bericht096:
“Bolderaa 25 Mei (gearriveerd) Elisabeth, D.v.d. Meijden, Dordrecht.”
Familiegegevens en opleiding
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
Klaas Visser werd per 18 november 1857 ingeschreven als lid tweede klasse van het Harlinger zeemanscollege "Zeemansvoorzorg". Hij was toen stuurman (schip niet genoemd). Zijn contributie werd voldaan door zijn vrouw Grietje Huitema, geboren 22 april 1828. Ten tijde van de inschrijving had het echtpaar 1 kind (naam niet genoemd, geb. 09 augustus 1857). Hij werd overgeschreven naar de eerste klasse met vlagnummer 005029-fol.023.
Klaas R.Visser werd per 16 maart 1871 met vlagnummer H5 ingeschreven als lid van het Harlinger zeemanscollege "Zeemansvoorzorg". Zijn schip was "de Haan", boekhouder G.A.Kramer te Amsterdam. De contributie werd voldaan door zijn vrouw Grietje Huitema, geboortedatum niet vermeld.
Klaas R.Visser, 67 jaar, wonende te Amsterdam, verzocht in de herfst van 1896 om een uitkering van ¦600,- uit te betalen in 8 halfjaarlijkse termijnen. Daartoe werd toestemming verleend028-fol.129.
Op 24 februari 1894 adresseerde het College een brief inzake contributiebetaling aan K.P.Visser, Groote Wittenburgerstraat 791 voor te Amsterdam. Brieven dd.09 maart en 29 juni 1896 waren gericht aan hetzelfde adres. De laatste brief betrof een vrijstelling van contributiebetaling033.
K.Visser was met vlagnummer H5 lid van het College in de periode 1871-1902034.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
lid van het college Zeemansvoorzorg te Harlingen036
vlagnr periode type naam van het schip boekhouder/reder
H5 1872-1876 2/m sch. de Haan (ex Goeverneur van Ewijk) G.A.Cramer, Amsterdam
1877 2/m sch. de Haan (ex Goeverneur van Ewijk) Cramer, Haighton & Co, Harlingen
1879 bark Emma (ex Elisabeth, ex Helios) Jan Foekens, Harlingen
1880-1882 sch.br. Willem Zeilmaker & Co, Harlingen
1885-1886 sch. Maria J.van Oven, Amsterdam
1887-1891 brik Nerva (ex Idelette) Bouwmeester, Borsius & van der Leijé,
Middelburg
1901-1902 bark Ems J.J.Wegener, Groningen
K.R.Visser was van 1881-1883 kapitein van de houten topzeilschoener “Willem”, gebouwd als schoenerbrik in 1853 door D.& L.Alta te Harlingen, 194 (171) ton, varend voor Zeilmaker & Co te Harlingen. 025.
Bouma025 vermeldt K.R.Visser als gezagvoerder gedurende:
* 1875 t/m 1876 van het 3/msch “De Haan”, ex Gouverneur van Ewijck, gebouwd in 1845 te Amsterdam, 321 ton o.m., varend voor G.A.Cramer te Amsterdam;
* 1877 voor hetzelfde schip maar nu varend voor de erven G.A.Cramer te Amsterdam;
* 1878 voor hetzelfde schip maar nu varend voor voor Cramer, Haighton & Co te Amsterdam. Het schip werd in 1878 te Dagerort afgekeurd;
* 1880 van de bark “Emma” ex Elisabeth” ex Helios, gebouwd in 1852, bouwlocatie niet vermeld, 285 ton o.m., varend voor J.Foekens te Harlingen. Het schip is bij Domesnaes gestrand;
* 1881 t/m 1883 van de brik “Willem”, gebouwd in 1853 te Harlingen, 191 ton o.m., varend voor Zeilmaker & Co te Harlingen. Het schip is in 1883 op reis van Dundee naar Memel verlaten;
* 1886 t/m 1887 van de 2/msch “Maria”, gebouwd in 1860 te Veendam, 148 ton o.m., varend voor J. van Oven C.A.z te Amsterdam;
* 1888 t/m 1892 van de brik “Nerva” ex Idelette, gebouwd in 1866 te Prince Edward Island, 298 ton o.m., varend voor den Bouwmeester Borsius & v.d Leyer te Middelburg. Het schip werd in 1894 gesloopt.
Overige bijzonderheden
Ontleend aan: “Trying-0ut. An Anatomy of Dutch Whaling and Sealing in de Nineteenth Century, 1815-1885”
Joost C.A.Schokkenbroek, Aksant, Amsterdam, 2008, 366 pp
p.320 In een monsterrol te Harlingen dd 1861 (geen nadere datum vermeld) van de pink “Dirkje Adema” onder commandeur Hendrik Wildts wordt vermeld als “1st mate” Klaas Visser uit Harlingen , 32 jaar.
In een overeenkomstige rol uit 1862 staat hij als “1st mate” Klaas R.Visser, 33 jaar uit Harlingen