Familiegegevens en opleiding
Hendrik Noltee werd geboren 21 januari 1803 te Maassluis als zoon van Jacobus Noltee en Jannetje van der Kalf. Hij woonde te Maassluis.
Hij trouwde op 05 november 1823 te Rotterdam met Jacoba Strooberg, gedoopt op 06 februari 1800 te Rotterdam als dochter van Hendrik Strooberg en Hendrika Dinslager.
Hij overleed op 23 februari 1855 te Londen als gevolg van een longontsteking005.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
H.Noltee was met vlagnummer R156 in de periode 1839 t/m 1855 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In het Jaarverslag 1855 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij in 1855 is overleden058. In hetzelfde Jaarverslag is vermeld dat zijn weduwe een uitkering over 10 maanden heeft ontvangen van f 125,-. Hieruit is te concluderen dat Hendrik Noltee is overleden in maart 1855 058. In de Jaarverslagen van 1858 en 1859 staat vermeld dat de weduwe een jaarlijkse uitkering kreeg van f 150,-.058.
De schepen van de kapitein
In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein H. Noltee met vlagnummer R156 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
1849 van de bark “Vier Gebroeders” 342 last varend voor F.Smit te Kinderdijk
1851 van de bark “Ridderkerk” 362 last varend voor F.Smit te Kinderdijk
Bouma025 vermeldt H.Nolté/Noltee als gezagvoerder gedurende:
* 1840 t/m 1841 van de bark “Adelaar”, gebouwd in 1835 te Kinderdijk, 221 ton o.m., rederij niet vermeld;
* 1842 t/m 1847 op het fregat “J.C.J. van Speyk”, gebouwd in 1834 te Kinderdijk, 512 ton o.m., varend voor F.Smit te Alblasserdam;
* 1849 t/m 1850 van de bark “Vier Gebroeders”, gebouwd in 1846 te Slikkerveer, 637 ton o.m., varend voor F.Smit te Kinderdijk;
* 1850 t/m 1855 van de bark “Ridderkerk”, gebouwd in 1850 te Slikkerveer, 690 ton o.m., varend voor Fop Smit te Kinderdijk.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
A.H.Pesant was met vlagnummer R156 lid in de periode 1855 t/m 1858 van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In het Jaarverslag 1858 (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat de weduwe van kapitein Pesant een uitkering kreeg voor haar en haar kind van f 200,- over een periode van 18 maanden voor haar en haar kind. (wellicht kan hieruit geconcludeerd worden dat kapitein Pesant in juni/juli 1856 is overleden). In 1859 was de uitkering voor haar en haar kind f 145,-058.
In het Jaarverslag 1862 van het College staat dat de weduwe van kapitein A.H.Pesant niet langer een ondersteuning krijgt omdat zij in 1862 is hertrouwd058.
De schepen van de kapitein
In het Jaarverslag 1855 van het College staat kapitein A.H.Pesant met vlagnummer R156 in de ledenlijst als gezagvoerder van de bark “Ridderkerk”, 362 last, varend voor F.Smit te Kinderdijk058.
Bouma025 vermeldt A.H.Pesant als gezagvoerder gedurende:
* 1856 t/m 1857 van de bark “Ridderkerk”, gebouwd in 1850 te Slikkerveer, 690 ton o.m., varend voor Fop Smit te Kinderdijk. Het schip werd in 1857 vermist tussen Mauritius en Schiedam.
Overige bijzonderheden
Geen