Inloggen
DANKBAARHEID - ID 12485


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1817-03-04 / 1829-01-00 | Reden uitgevlagd: Sloop, afgekeurd

Identification Data

Bouwjaar: 1805
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Kof
Material Hull: Wood
Construction Data

Delivery Date: 1805-00-00
Technical Data

Net Tonnage: 87.00 lasts
 
Length 1: 25.00 Meters Registered
Beam: 5.35 Meters Registered
Depth: 2.79 Meters Registered
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1817
Datum agenda: 1817-03-04
Register nr: 18170013
Scheepsnaam: DANKBAARHEID
Type: Kof
Lasten: 0
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Kinderen, Floris der
Plaats: Amsterdam
Kapitein op moment van verzoek: Willems, J.C.
Opmerkingen: Eerste zeebrief

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1815-10-26 DANKBAARHEID
Manager: Floris der Kinderen (cargadoor), Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Floris der Kinderen (cargadoor), Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands

Date/Name Ship 1819-04-17 DE JONGE SIKKO
Manager: Dirk Fontein Pieterszn, Harlingen, Friesland, Netherlands
Eigenaar: Dirk Fontein Pieterszn, Harlingen, Friesland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Harlingen / Netherlands
Additional info: Prijs: NLG 10.500,-

Ship Events Data

1827-12-11: Damaged
Het schip DE JONGE SICCO, kapt. P.A. Visser, van Amsterdam naar Marseille, is, volgens brief van Marseille van de 5e dezer, de 11e december 1827 te Malaga met averij binnengelopen; moet lossen om te repareren.
1829-01-00: Sale/Verkoop
Advertentie. Uit de hand te koop het kofschip de JONGE SIKKO, gevoerd door schipper Pieter Aukes Visser, liggende in de Noorderhaven te Harlingen, gemeten 25 ellen lang, 5 el 3 duim wijd en 2 el 79 duim hol, metende 87 lasten of 165 ton, met een goede inventaris. Aangaande een en ander is nader informatie te bekomen bij de heer Simon Stinstra te Harlingen.

Gezagvoerders

OOK JOHANNES?

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.C.Willems (adres J.H.Bodeman te Amsterdam) werd met vlagnummer 139 per 04 oktober 1825 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein T.Bodeman. Als zijn schip wordt genoemd “Henriëtte”. Toegevoegd is “overleden” 002.

In de Algemene Ledenvergadering van Zeemanshoop van 27 september/04 oktober 1825 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Johan Christof Willems, oud 42 jaar, met adres Jan Hk.Bodeman op "het cingel over de warmoesgracht N.129". De voordracht kwam van T.Bodeman en hij ontving vlagnummer 139023.

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 14 november 1826 staat een bericht van kapitein J.C.Willems dd 02 november te Nieuwediep waarin hij zijn vertrek meldt naar Suriname.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 28 maart 1833 wordt vermeld een: “Brief van kapit. J.C.Willemsz do 22 Maart berigtende met Kapt. B.L.Ruyl eene reis naar Suriname te zullen doen en verzoekende Effectief Lid te mogen blijven tegen betaling der verschuldigde storting. Toegestaan mits vooruit betalen.”042.

In de notulen van de Bestuursvergadering  van Zeemanshoop dd 27 juli 1848 staat het overlijden vermeld van kapitein J.C.Willems, vlagnummer 80, in het voorafgaande jaar.042.

 

Artikel 55 van het reglement van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop staat deelname in het Weldadig Zeemans Fonds toe als men met of onder vreemde vlag vaart mits men de verplichte stortingen tijdig voldoet. In de Notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop van het College dd. 02 april 1833 wordt vermeld dat dit artikel van toepassing is op de kapiteins W.Groen, J.C.Willems, D.J.Visser, H. Brandt, G.R.Engelsman en J.J.Prange.023

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                 jaren          type                 scheepsnaam                                       naam reder/boekhouder

      139                          1825          schoner           Henriette                                              J.H.Bodeman

                                     1826-1828    galjoot            Henriette                                              idem

                                     1829-1830    geen vermelding van schip en boekhouder

                                     1831-1833    sch.kof           Henriette                                              J.H.Bodeman

                                     1834-1835    schoner           Henriette                                              idem

        80                       1836-1846    schoner           Henriette                                              idem

 

In het Amsterdamse Stadsarchief is in inventaris 5181/7150 een akte van openbare koop/verkoop dd Amsterdam 21 november 1814 van de kof “Orion”, gevoerd door kapitein Johannes Willems. De verkopers waren Johannes Willems en medereders (mogelijk allen te Woudsend, waar de akte van procuratie tot verkoop verleend aan Joh. Willems is opgemaakt.)

De aankoper voor f 5050,- was Floris der Kinderen, makelaar te Amsterdam. De akte passeerde voor de Amsterdamse notaris Mr. Carel Abraham de Chaufepie.

 

Het Archief van de Waterschout011a bevat de volgende monsterrollen:

38-96       29 mei 1815, kof “Orion”, kapitein Johan Christoph Willems, bestemming Drammen, correspondent Der Kinderen, 6 bemanningsleden i.c. stuurman, kok, 3 matrozen en een jongen.

 

Bouma025 vermeldt J.C.Willems als gezagvoerder gedurende:

*   1824 t/m 1826 van de bark-galjoot “Henriëtte”, gebouwd in 1813, bouwlocatie niet vermeld, 246 ton o.m., varend voor D.B.Bosscher te Amsterdam;

*   1827 t/m 1830 van hetzelfde schip maar nu varend voor J.H.Bodeman te Amsterdam;

*   1831 t/m 1847 van de galjoot “Henriëtte”, gebouwd in 1831 te Joure, 192 ton o.m., varend voor J.H.Bodeman te Amsterdam. De kapitein is in 1847 overleden;

 

Het Archief van de Amsterdamsche Waterschout in het Stadsarchief van Amsterdam11a bevat monsterrollen met als gezagvoerder Johann Christoph Willems op de:

“Tamke Margaretha”, dd 29 juli 1807 (Kniphauser vlag); 17 september 1809 ( Papenburger vlag); 05 maart 1810 (Pap.);

“Oreon”, dd 29 mei 1815;

“Dankbaarheid”, dd 19 maart 1817; 10 juni 1817;

“Onderneeming”, dd 25 september 1817; 02 september 1818;

“Henriette”, dd 24 oktober 1820; 17 augustus 1821; 12 oktober 1822; 14 november 1823; 22 november 1824; 25 oktober 1825;17 oktober 1826; 13 oktober 1827; 20 augustus 1828; 08 maart 1832; 15 oktober 1833; 03 juni 1834; 03 oktober 1835; 03 mei 1836..

 

Overige bijzonderheden

"De Drie Gebroeders" op de rede van Paramaribo057:

12 november 1837    "... Heden gearriveerd ... captijn Willems de kof Henriette ...".

18 december 1837     "... vertrokken kaptijn Willems kof Henriette naar de Nickerie (kustplaats aan de W-grens van Suriname)..

 

 Rotterdamsche Courant 10 november 1814114

Advertentie. Jan Tentye en Andreas van der Sluys, makelaars, zullen (ten overstaan van een daartoe bevoegde Beambte), op maandag den 28 November 1814, ’s avonds te 6 uren te Amsterdamdam in het Nieuwezyds Heeren-Logement aan de Haarlemmerdyk verkopen: een extraordinair welbezeild kofschip genaamd ORION, gevoerd door kaptein Johannes Willems, lang over steven 92¼ voeten, wyd 22 voeten 3 duimen, hol 10 voeten 6 duimen, alle Amsterdamse maat, breeder bij den inventaris omschreven. Nader onderrigting te bekomen bij de voornoemde makelaars en bij Heynen en Tentye.

 

Rotterdamsche Courant 29 april 1817114

Advertentie. F. der Kinderen en A. van der Sluys, makelaars, zullen op maandag den 5 mei 1817, des avonds ten 6 uren, te Amsterdam, in het Nieuwezijds Heeren-Logement, verkopen:

  1. Een extraordinair welbezeild Kofschip, genaamd ORION, gevoerd door kapt. J.C. Willems, lang 93 voet, wijd 22 voet 5 duim, hol 11 voet 2 duim, alles Amsterdamse maat, breder bij de inventaris en bericht bij de makelaars.
  2. Een extraordinair welbezeild Pinkschip, genaamd DIE ERWARTUNG, gevoerd door kapt. J. Kalff, lang over steven 123 en 1 half voet, wijd 33 voet, hol 15 en 3 vierde voet, het verdek 7 voet, alles Amsterdamse maat. Breder bij de inventaris en bericht bij de makelaars.

 

Rotterdamsche Courant 30 juni 1818114

Amsterdam, 28 juni. Kapt. J.C. Willems, voerende het schip de ONDERNEMING, van Benicarlo (opm: Spanje) naar Amsterdam gedestineerd, is wegens schade te la Rochelle binnengelopen; dezelve meldt van daar, in dato 18 juni, dat hij hoopte in de volgende week zijne reparatie volbragt te zullen hebben en de lading weder te zullen kunnen innemen.

 

Rotterdamsche Courant 25 januari 1821114

Amsterdam, 23 januari. Te Batavia is gearriveerd W. Lucas van Rotterdam; te Marseille J.C. Willems, in 29 dagen; te Gibraltar kapt. Vollemaere van Ostende; te Bordeaux J. Hoek, van Harlingen, te Cuxhaven F.R. Berg van Amsterdam naar Hamburg.

 

Amsterdamsche Courant 07 juni 1825. Apart artikel:114

“Paramaribo, den 12den April. Eenige minuten na middernacht tusschen den 11den en 12den dezer maand werd aan boord van het Nederlandsch koopvaardijschip Willem den Eersten, Kapt. Jens Johannissen, ontdekt dat er brand onder in dien bodem was; er werd om hulp van boord der naast omliggende schepen geroepen; de Kapt. J.Hulsen zond dadelijk manschappen, en bij de opening der luiken, sloeg de vlam uit; de rook was zoo zwaar dat men, in den buitendien donkeren nacht, niets verrigten kon; bespeurende dat de felle brand niet meer te blusschen was, riep Kapt. Jens Johannissen zijne schepelingen toe, van zichzelve en hetgeen zij nog mogten uithalen te redden; en ging toen ook zelf nog eens in de kajuit, waarschijnlijk om zijne papieren an andere stukken van aangelegenheid te trachten met zich te nemen; hij werd gevolgd van een der schepelingen, die echter door den opstijgende damp genoodzaakt was dadelijk te rug te keeren, terwijl kapt., alhoewel dringend te rug geroepen, nog eenige korte oogenblikken langer beneden blijvende, zulks het droevig gevolg had, dat de brand een aan boord zich bevonden hebbend vaatje buskruid genakende de losbarsting hiervan het schip in lichte laaije vlam zette, en tevens het leven van den kapt. moet hebben verkort, vermits sedert dat oogenblik hij niet weder tevoorschijn is gekomen. Deze brand was zoo fel dat de naast aan in de laag liggende schepen, wilden zij behouden blijven, geen tijd hadden om de ankers te ligten, maar genoodzaakt waren de touwen achter en voor te kappen.

            Dit had dan ook een gunstig gevolg voor de schepen, de Zorgvuldigheid, Kapt. J.Hulsen; de Henriette, Kapt. J.E.Schneebeeke en de Henriette, Kapt. J.C. Willemse, wiens boegspriet en kluiverpen reeds aan het branden was, andere schepen zoo als de Maria, Kapt. E.D.Dekker; de Jonge Willem, kapt.G.van Meedevoort ; de vier Gezusters, Kapt. Jan van Dijl vlooden van het gevaar door uit de laag en op stroom te verhalen; het schip Maria Agnita, Kapt. P.Rijnbende in de binnen laag liggende en zich los gemaakt hebbende, geraakte, door het laatste van den vloed, vast op den wal, het schip Betsy, Kapt.M.Mac Dougal van Rotterdam in de laag voor de Willem den Eersten, voor twee kettingen achter en voor vastliggende, liet de achter ketting slippen, maar voor hij zulks met de voor ketting konde doen, had de brand van de Willem den Eersten, (wiens achter touw afgebrand zijnde en deze bodem dus met het laatste van den vloed op deszelfs voor touw rondzwaaijende, met de achter steven naar den wal, tegen de Betsij langszij aankomende,) ook dezen aangetats en overmeesterd, zoodanig dat de afbranding van dezen bodem niet kon gestuit worden. De Willem den Eersten brandde af en zonk, de eb zette zich nu ten half drie ure in.

            Om voor te komen dat de brand van de Betsij tot de huize overvloog, en dat, wanneer deszelfs braspil verbrand en dus de bodem zelf van de voorketting los rakende met de eb naar de beneden in de laag liggende schepen zoude afdrijven, ook aan dezen geen letsel toebragt, werden twee trossen om het roer en aan de wal vastgemaakt tevens gaten in het schip geboord, de midden en bezaan masten gekapt en om ver gehaald, en de brandspuit in een groote pont ingescheept daarop spelende gehouden, tot vijf ure des morgens, toen een zware regenbui een einde maakte aan den rampvollen brand en eene minder slegte uitkomst gaf, dan men bedugt was.

            De ijver door den Oversten P.Muller en de andere Heeren Officieren van ’s Rijks Brik van oorlog Merkuur betoond, heeft grootelijks bijgedragen tot de spoedige stuiting van dezen dreigenden brand; - waarbij tegenwoordig zijn geweest Zijne Exellentie de Generaal Majoor en Gouverneur, de leden der regering enmeer andere Burgerlijke en Militaire autoriteiten.

            De toestand de ekwipage der beide afgebrande schepen is deerniswaardig, hebbende dezelve alles verloren.

            Na de vermelding dezer bedroevende gebeurtenis, mogen wij niet nalaten de verdiende hulde aan de nagedachtenis van den ongelukkigen Kapitein Jens Johannissen, die slechts alleen daarvan het slagtoffer is geworden, toe te wijden. - Zijne bestendige zorg voor zijnen kostbaren bodem; de eerste na zoo vele jaren stilstands in onze Nationale scheepsbouw, alhier, in den jare 1816 gerimmerd (getimmerd?) en ten regten daarvan de sieraad. - Zijn gestadig verblijf aan boord - De goede orde en discipline welke daar steeds heerschte - Dit alles heeft het onheil niet mogen voorkomen. Maar nimmer zal voorzeker het geheugen van zoo vele goede hoedanigheden worden uitgewischt bij de Reeders van zijnen bodem, bij welke zij hem ten regten geacht hadden gemaakt, - bij de Planters, welke denzelven mede hadden leren waarderen, - bij zijne equipagie, welke hem vereerde en beminde. Terwijl eindelijk eene gade en kinderen, in hem den besten verzorger hebben te betreuren.”

 

Rotterdamsche Cpirant 16 oktober 1819114

Advertentie. Jan Tentye en Andreas van der Sluys, makelaars, zullen, op maandag den 25 oktober 1819, des avonds ten 6 uren, in het Nieuwezijds Heeren-Logement, op de Haarlemmerdijk, te Amsterdam, verkopen: een extraordinair wel bezeild Brikschip, genaamd DE ONDERNEEMING, gevoerd door kaptein J.C. Willems, lang 88 voet, wijd 24 voet hol 9 voet, het verdek 4 voet 5 en 1 halve duim, alles Amsterdamse maat; breder bij de inventaris en berigt bij de makelaars.

 

Rotterdamsche Courant 07 mei 1822114

Rotterdam, 6 mei. Uittreksel uit de Lloyd’s Lijst van den 30 april:

Den 29 dezer is te Portsmouth binnengelopen het schip HENRIETTA, Willems, van Marseille naar Amsterdam

 

Rotterdamsche Courant 30 november 1822114

Rotterdam, 29 november. Uittreksel uit de Lloyd’s Lijst van den 26 november:

Te Ramsgate is den 22 gearriveerd het schip WILLEM, Okkes, van Antwerpen naar Liverpool.

Den 23 is te Portsmouth gearriveerd de HENRIETTE, Willems, van Amsterdam naar Marseille, met gescheurde zeilen, hebbende hevige stormen in het Kanaal ondervonden.

Den 24 arriveerde te Dartmouth het schip UNION, Kaijser, van Antwerpen naar Batavia.

 

 

WILLEMS, J.J.

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

In 1824 was J.J.Willems gezagvoerder op het Antwerpse fregat de "Concordia" (200 lasten). De Boekhouders waren J.Serruys & Co 012.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1817
Kapitein: Willems, Johan Christoph
Overige informatie: 1817-03-04

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

kof “Jonge Sikko”

 

Overige bijzonderheden

Leeuwarder Courant 23 april 1819114

Harlingen. Den 18 april uitgezeild …

Den 19 dito binnen gekomen het kofschip de JONGE SIKKO, kapt. Rense Harms Smits, ledig van Amsterdam, het sloepschip AMBLER, kapt. Samuel Clerck, met ballast van Londen.

 

 

Datum vanaf: 1819
Kapitein: Smits, Rense Harms
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt Th. IJzenbeek als gezagvoerder gedurende:

*    1822 van de kof “Jonge Sikko”, gebouwd in 1805, bouwlocatie niet vermeld, 173 ton o.m., geen vermelding van thuishaven en eigenaar. Het schip werd 3 maal te Harlingen geregistreerd komend van Liverpool.

 

Overige bijzonderheden

Rotterdamsche Courant 21 mei 1822114

Rotterdam, 20 mei. Uittreksel uit de Lloyd’s Lijst van den 17 mei:

Den 16 dezer was op de hoogte van Newhaven het schip COLONIST (opm: fregat, kapt. F. Jonker) van Demerarij naar Middelburg.

Den 14 is te Scilly binnengelopen het schip JONGE PELKO, IJzenbeck, van Liverpool naar Harlingen.

 

Leeuwarder Courant 07 juni 1822114

Harlingen. Den 21 mei binnen gekomen….

  Den 30 dito binnen gekomen het kofschip de JONGE SIKKO, kapt. Thomas Yzenback, met zout, potas en geelhout van Liverpool; het brikschip NORGE, kapt. Soren A. Giertzen, met hout van Noorwegen. Uitgezeild de smakschepen de VROUW GESINA, kapt. Fokke Joosten, CASTOR, kapt. S.H. Hooghout, EENDRACHT, kapt. K.J. Doijer, en het kofschip EENDRACHT, kapt. C.M. de Jong, alle met ballast naar Noorwegen; het sloepschip UNION, kapt. John Davey, met huiden naar Londen; het kofschip de VROUW ANNA, kapt. Pieter C. Piebes, met ballast naar Riga; het sloepschip SWIFT, kapt. William Barfield, met boter naar Londen…..

 

Leeuwarder Courant 02 juli 1822114

Harlingen. ….

…..Den 20 dito binnen gekomen het smakschip EENDRACHT, kapt. K.J. Doijes, met hout van Noorwegen. Uitgezeild het kofschip de JONGE SIKKO, kapt. T. Yzenbeek; de smakschepen de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smit, de VRIENDSCHAP, kapt. H.W. Smit, alle met ballast op avontuur…..

 

Rotterdamsche Courant 06 augustus 1822114

Amsterdam, 4 augustus. Het kofschip de JONGE SIKKO, T.K. IJzenbeek, van Memel (opm: Klaipeda) naar Nantes, is den 31 juli, in goede staat gepraaid door de loodsschipper A. Visser.

 

 

Datum vanaf: 1822
Kapitein: Ijzenbeek, Thomas
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt P.A.Visser als gezagvoerder gedurende:

*   1824 van de kof “Jonge Sikko”, gebouwd in 1805, bouwlocatie niet vermeld, 173 ton o.m., geen vermelding van thuishaven en eigenaar. Het schip werd maal te Harlingen geregistreerd komend van Noorwegen en Memel;

*   1828 t/m 1832 van hetzelfde schip maar nu varend voor T.Steenstra te Harlingen.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1824
Kapitein: Visser, P.A.
Overige informatie: 0

Monsterrollen

Opgemaakt Amsterdam
Datum: 1827-10-29
Scheepsnaam voorvoegsel:
Scheepsnaam: JONGE SIKKE
Schipper: Visser, Pieter A
Scheepstype: kof
Grootte:

Bekijk alle monsterrollen
Algemene informatie

1828

OHC 120228
Het te Malaga met avarij binnen geloopen schip de JONGE SIKKO, kapt. P.A. Visser, van Amsterdam naar Marseille, heeft na volbrachte reparatie de 14 Januari de reis voortgezet.
RC 111128
Kapitein P.A. Visser, voerende bet schip de JONGE SIKKO, van Petersburg naar Amsterdam, in de Sond aangekomen, heeft, volgens brief van Elsencur van de eerste november, in een storm een gedeelte der lading over boord geworpen.

1829

PGC 060129
Advertentie. Uit de hand te koop het kofschip de JONGE SIKKO, gevoerd door schipper Pieter Aukes Visser, liggende in de Noorderhaven te Harlingen, gemeten 25 ellen lang, 5 el 3 duim wijd en 2 el 79 duim hol, metende 87 lasten of 165 ton, met een goede inventaris. Aangaande een en ander is nader informatie te bekomen bij de heer Simon Stinstra te Harlingen. (aangenomen wordt verkoop voor de sloop)

Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

Tresoar, Leeuwarden Archiefnummer Harlingen 16.1255.90

Memory-stick DSCN 0919 - 0923
KOOPBRIEF

Naam schip DANKBAARHEID, door koper genaamd de JONGE SIKKE

plaats en datum acte onderhandse verkoop, Amsterdam, 17 april 1819

type schip kof

bouwwerf/verkoper Floris der Kinderen, makelaar en cargadoor, Amsterdam, enig eigenaar van het schip

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper Dirk Fontein Pietersz., koopman te Harlingen

te voeren door kapt. Rinse Harms Smits, kapitein te Harlingen

grootte in tonnen

tuigage / aantal dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating

plaats / datum registratie Amsterdam, 17 april 1819

nummer registratie deel 21, folio 146, recto, vak ….

notaris Johannes Abraham Molster, notaris te Amsterdam

prijs NLG 10.500,-

Bijzonderheden: Bij de transactie van 17 april 1819 lag het schip te Amsterdam.
Floris der Kinderen was alleen-eigenaar van het schip geworden door koopcontract, ook verleden voor Johannes Abraham Molster, op 26 oktober 1815.
In de kantlijn staat als aantekening: rederij-ceduul afgegeven 19 februari 1822, toen gemeten op 85 lasten of 170 zeetonnen.

29.04.1819 Dirk Fontein Pzn vraagt voor de JONGE SIKKE een zeebrief aan t.b.v. kapt. Rinse Harmens Smits



researcher/datum research: ML / 090213

Naam JONGE SIKKE
Archiefinstelling Tresoar, Leeuwarden
Jaar 1819
Toegang 16
Inventaris 1255