1815
RC 281115
Rotterdam, 27 november. Den 25 november, na posttijd, arriveerde te Helvoetsluis de IDA BISDOM, C.H. Nieuwkerk uit Londen.
1816
Op 30-03-1816 wordt voor de VROUW MARIA door A. van Hoboken uit Rotterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. Casper Hendriks Nieuwkerk.
OHC 110616
Den 21 mei, des morgens, ten 6 ure was 11 mijl n.w. van Heisant in goede staat zeilende de VROUW MARIA, kapt. C.H. Nieuwkerk van Rotterdam naar Batavia.
1817
DC 080217
Te Batavia is den 16 september 1816 gearriveerd: C.H. Nieuwkerk, de VROUW MARIA (opm: fregat), van Rotterdam. Derzelve heeft de reis uit Helvoet in 4 maanden min twee dagen volbracht.
RC 080517
Rotterdam, 7 mei. De CAPE-PACKET, den 1 mei 1817 te Deal gearriveerd, hebbende de Kaap den 18 februari verlaten, heeft den 7 maart, op de hoogte van 8 gr. 45 min. Zuiderbreedte en 13 gr. 47 min. westerlengte, gepraaid het schip (opm: fregat) de VROUW MARIA, kapt. C.H. Nienkerk (opm: C.H. Nieuwkerk), van Batavia naar Rotterdam gedestineerd.
RC 170517
Rotterdam, 16 mei. Te Helvoetsluis is gearriveerd de VROUW MARIA, C.H. Nieuwkerk van Batavia, ligt voor de wal ten anker met een loots aan boord.
Op 30-08-1817 wordt voor de VROUW MARIA door A. van Hoboken uit Rotterdam een zeebrief en Turkse pas aangevraagd voor kapt. Hendrik Wehmhoff.
1818
RC 100918
Met brieven van Batavia, den 6 april geeft men tijding dat het schip van kapt. H. Wehmhoff, daar lag, zonder bestemming. Hij heeft zich ingeschreven voor een reis naar Japan.
RC 261118
Rotterdam, 25 november. Van Batavia wordt van den 4 juli gemeld: De koopvaardijschepen de HOOP en de VROUW MARIA zijn dezer dagen naar Japan gezeild.
1819
RC 170619
Batavia, 30 januari. De schepen de HOOP en de VROUW MARIA zijn van Japan teruggekomen.
RC 060719
Londen, 2 juli. Den 9 januari is te Batavia (opm: Djakarta) aangekomen het schip de VROUW MARIA, Wehmhoff, van Japan.
RC 170719
Londen, 13 juli. Den 15 februari van Batavia gezeild het schip de VROUW MARIA, Wehmhoff, en den 21 dito JAVA, Jongheim, naar Rotterdam, alsmede den 27 daaraanvolgende de VREDE VAN DORDRECHT (opm: fregat VREEDE VAN DORDRECHT), M.C. Pantekoek, naar Dordrecht.
RC 240719
Londen, 20 juli. Den 25 februari bevond zich bij Java-Head (opm: 6º46’ Z.B. 105º12’ O.L, Straat Sunda) het schip de VROUW MARIA, van Batavia naar Holland, en den 2 juni, op 1 gr. 50 min. Noorderbreedte, 20 gr. 50 min. (opm: Wester)-lengte, het schip JAVA, van Batavia naar Rotterdam.
RC 100819
Rotterdam, 9 augustus. Den 7e arriveerde te Helvoetsluis, des namiddags, de VROUW MARIA, H. Wehmhoff van Batavia.
Op 16-11-1819 wordt voor de VROUW MARIA door A. van Hoboken uit Rotterdam een zeebrief en Turkse pas aangevraagd voor kapt. Hendrik Wehmhoff.
RC 091219
Rotterdam, 8 december. Den 6, des namiddags, zeilde uit Helvoetsluis het schip de VROUW MARIA, H. Wehmhoff, en den 7, des namiddags, het schip PIETER EN EMMA, kapt. T. Denham, beide naar Batavia; de wind N.O.
1820
OHC 010120
Advertentie. Dichtkundige Werken, van de Pers gekomen bij J. Immerzeel Junior, te Rotterdam, en thans alom verkrijgbaar: lll Op de beeldtenis des Konings, geschilderd door de heer Paelinck, en naar Batavia gezonden met het schip van den heer A. van Hoboken, de VROUW MARIA, kapitein H. Wehmhoff, mede door H. Tollens, Cz. Prijs 4 stuivers.
1821
RC 230121
Rotterdam, 22 januari. Den 17 arriveerden ter rede van Vlissingen de VROUW MARIA, H. Wehmhoff,van Batavia, en de JONGE ANTJE, H.J. Prins, van Nantes, beide naar Rotterdam.
RC 010221
Rotterdam, 31 januari. Den 30 arriveerden te Helvoetsluis de VROUW MARIA, H. Wehmhoff, van Batavia, laatst van Vlissingen; de wind Z.Z.W.
Op 22-05-1821 wordt voor de VROUW MARIA door A. van Hoboken uit Rotterdam een zeebrief en Turkse pas aangevraagd voor kapt. Franciscus van den Bergh.
RC 230621
Rotterdam, 22 juni. Van Helvoetsluis wordt van den 21 gemeld: den 21 dezer zeilden TELEMACHUS, J. Pratt, naar Londen, en de VROUW MARIA, F. van den Bergh, naar Batavia. De wind N.
RC 271221
Amsterdam, 25 december. Het Nederlandse schip HERO (opm: fregat HÉROS), kapt. H.J. Poppen, van Antwerpen naar Batavia, laatst uit Engeland, den 27 september aan de Kaap de Goede Hoop binnengelopen, heeft schade en moet repareren; gemelde kapitein heeft den 1 dito in zeer goede staat gepraaid het schip de VROUW MARIA, kapt. F. van den Berg, van Rotterdam naar Batavia.
1822
RC 160322
Rotterdam, 15 maart. Den 13 november 1821 is te Batavia gearriveerd het schip HELVETIUS, S. Swift, van Amsterdam, en den 15 dito de VROUW MARIA, F. van den Bergh, van Rotterdam.
1823
DC 220323
Hellevoetsluis, 8 maart. Den 9 maart. Gisteren namiddag arriveerden uit zee de VROUW MARIA (opm: fregat), kapt. F. van den Berg, van Soerabaija, dezelve is met het naar boven zeilen op het Plaatje geraakt, en met hoog water er weer af gekomen.
RC 110923
Advertentie. Te Rotterdam liggen in lading naar: Batavia: het Nederlands gekoperd fregatschip de VROUW MARIA, kapt. Frans van den Berg; zeer geschikt ingericht voor passagiers.
1824
RC 100124
Den 7 januari zeilden van Hellevoetsluis de VROUW MARIA, kapt. F. van den Berg, en JONGE ADRIANA, kapt. H.J. Bonn, beiden naar Batavia.
RC 220124
Den 16 januari is van Vlissingen naar zee gezeild de VROUW MARIA, kapt. T. van den Bergh, van Hellevoetsluis naar Batavia gedestineerd met troepen.
BC 050624
Den 30 mei arriveerde te Batavia het schip VROUW MARIA, kapt. F. van den Berg, den 7 januari van Rotterdam vertrokken met passagiers en Zr.Ms. troepen
DC 211224
Hellevoetsluis, 20 december. Den 17 dezer arriveerden uit zee de VROUW MARIA, kapt. T. van den Berg, van Batavia, en der SCHLEICHER, kapt. J.C. Krohn, van Wolgast.
1825
RC 030225
Advertentie – Te Rotterdam in lading naar Batavia:
{ DE VIJF GEZUSTERS, kapt. M. Azon Jacometti
de Ned. gekoperde fregatschepen { DE VROUW MARIA , kapt. F. van den Bergh
{ DE JONGE ADRIANA, kapt. H.J. Bonn
om in de loop van maart en april te vertrekken.
De schepen zijn bijzonder ingericht tot het vervoeren van passagiers, die op dezelve alle gemakkelijkheden zullen aantreffen, welke op een reis naar Indië kunnen verlangd worden.
Adres, voor zoveel goederen betreft, bij de heren Kuijper, Van Dam en Smeer, en Hudig en Blokhuijzen; passagiers bij de kapitein, aan boord van de schepen.
RC 100325
Advertentie - te Rotterdam liggen in lading naar: Batavia, de Nederlandse gekoperde fregatschepen de JONGE ADRIANA, kapt. H.J. Bonn, en de VROUW MARIA, kapt. F. van den Bergh, om voor het eind van deze maand maart te vertrekken.
Op 30-05-1825 wordt voor de VROUW MARIA door A. van Hoboken uit Rotterdam een Turkse pas aangevraagd voor kapt. Franciscus van den Bergh.
1826
DC 010626
Hellevoetsluis, 26 mei. Den 29 mei. Gisteren namiddag arriveerden uit zee: MARIJ, kapt. J. Palm en VROUW MARIA, kapt. T. van den Berg, beiden van Batavia.
LC 160626
Rotterdam, 12 juni. Gisteren ochtend is Z. Exc. de secretaris van staat, afgetreden gouverneur generaal van Nederlands Indië, de baron Van der Capellen, met mevrouw zijne gemalin en gevolg per stoomboot uit Engeland alhier in gezondheid aangekomen. Twee der talrijke schepen, die op de rede lagen, beide op Indië varende, de VROUW MARIA en DE JONGE JACOBUS, begroetende Z. Exc. met een saluut, dat zij bij zijn vertrek herhaalden. Na zich een weinig bij den heer schout bij nacht Musquetier te hebben verfrist en een gul aangeboden diner bij de heer Hoboken op zijn buitengoed aangenomen te hebben, heeft Z. Exc. zijne reis naar ’s Gravenhage voortgezet.
Op 26-07-1826 wordt voor de VROUW MARIA door A. van Hoboken uit Rotterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. Franciscus van den Bergh.
1827
BC 100127
Te Batavia is gearriveerd: den 6 januari het schip VROUW MARIA, kapt. F. van den Berg, met 2 passagiers en enige kinderen, den 11 augustus vertrokken van Rotterdam.
RC 120727
Rotterdam, 11 juli. De 10e, des morgens, de VROUW MARIA, kapt. F. van den Berg, van Batavia.
RC 120727
Rotterdam, 11 juli. Kapt. F. van den Berg, voerende het schip de VROUW MARIA, van Batavia de 10e dezer in Helvoetsluis gearriveerd, heeft de 4e op de hoogte van Goudstaart ontmoet een schip, tonende Rotterdamsche nommervlag 126, zijnde W. van der Horden en de 8e in de hoofden een hoeker, tonende de Rotterdamsche nommervlag 54, zijnde kapt. C. van Gelderen.
RC 010927
Advertentie. Te Rotterdam liggen in lading, naar Batavia, voor passagiers: Het gekoperd fregatschip de VROUW MARIA, kapt. A.M. Noorbeek, om in de loop der maand november te vertrekken.
RC 011127
Advertentie. Te Rotterdam liggen in lading naar Batavia voor passagiers: Het eiken gekoperd fregatschip de VROUW MARIA, kapt. A.M. Noorbeek om de 15e november te vertrekken.
RC 011227
Rotterdam, 30 november. De 30e, des morgens, zeilde van Helvoetsluis de VROUW MARIA, kapt. A.M. Noorbeek, naar Batavia.
Op 07-11-1827 wordt voor de VROUW MARIA door A. van Hoboken uit Rotterdam een zeebrief en Turkse pas aangevraagd voor kapt. A.M. Noorbeek.
RC 201227
Amsterdam, 18 december. Het schip de VROUW MARIA, kapt. A.M. Noordbeek, van Rotterdam naar Batavia, bevorens reeds gemeld te Deal binnengelopen, was de 10e dezer onder meer aldaar liggende.
1828
RC 190128
Amsterdam, 17 januari. De schepen KATARINA HENDRINA, kapt. P. Rollff, van Amsterdam naar Cette; EMMA SUSANNA, kapt. B. Bolland, van Bremen naar Port-au-Prince en de VROUW MARIA, kapt. A.M. Noorbeek, van Rotterdam naar Batavia, te Ramsgate binnen hebben, derzelver reizen voortgezet, de twee eersten de 2e en het laatste de 9e januari.
JC 310528
Batavia, 29 mei. Heden is alhier aangekomen het schip VROUW MARIA, kapt. A.M. Noorbeek, met Zr.Ms. troepen, den 20e november van Rotterdam vertrokken.
RC 021228
Rotterdam, 1 december. Volgens rapport der zeeloodsen is met de loods aan boord voor de wal het schip de VROUW MARIA, kapt. A.M. Noordbeek, van Batavia.
RC 041228
Rotterdam, 3 december. De 30e passato, des namiddags, arriveerden te Helvoetsluis de VROUW MARIA, kapt. A.M. Noordbeek, van Batavia.
DC 061228
Met het schip VROUW MARIA, kapt. Noorbeek, hetwelk 16 juli de rede van Batavia verlaten heeft, zijn berichten uit Java medegebracht tot de 15 dier maand.
1829
RC 180629
Rotterdam, 17 juni. Heden is van stapel gelopen het fregatschip BATAVIA, gevoerd zullende worden door kapt. A. Schaap, groot 450 lasten, voor rekening van de heer A. van Hoboken gebouwd, op de scheepstimmerwerf ROTTERDAMS WELVAREN door de bouwmeester B. de Hoog, en daarna voor dezelfde rekening de kiel gelegd voor een fregatschip ter grootte van 300 lasten, aan hetwelk de naam de VROUW MARIA gegeven is.
RC 011029
Advertentie. N. Montouban van Swijndregt, H. Montauban van Swijndregt en F. van Dam, makelaars, zijn van mening op dinsdag de 6e oktober 1829, des namiddags ten vier ure, in het logement het Groot Hotel van Engeland, op de Grootemarkt, te Rotterdam, publiek te veilen: Het hol van het tweedeks fregatschip, genaamd de VROUW MARIA, lang 30,90 el, wijd 6,81 el, hol 4,57 el; liggende achter de scheepstimmerwerf Rotterdams Welvaren, aan de Hoogen Zeedijk, buiten de Oostpoort. – Al het te veilene kan des daags vóór en op de dag der veiling bezichtigd worden.