Inloggen
BRUINVISCH - ID 12114


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1815-09-18 / 1830-12-00 | Reden uitgevlagd: Sloop, afgekeurd

Identification Data

Bouwjaar: 1807
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Kof
Material Hull: Wood
Construction Data

Delivery Date: 1807-00-00
Technical Data

Gross Tonnage: 32.00 tons (oude meting)
 
Length 1: 60.00 Feet (Frisian) Registered
Beam: 15.5 Feet (Frisian) Registered
Depth: 5.66 Feet (Frisian) Registered
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1815
Datum agenda: 1815-09-18
Register nr: 18150248
Scheepsnaam: BRUINVISCH
Type: Kof
Lasten: 0
Gebouwd in binnen- of buitenland: Buitenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Fontein, Dirk Freerks
Plaats: Harlingen
Kapitein op moment van verzoek: Smidts, R.H.
Opmerkingen: Eerste zeebrief

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1807-00-00 ONBEKEND
Manager:
Eigenaar:
Shareholder:
Homeport / Flag: Onbekend / Onbekend
Additional info: Van 1807 tot 1815 vaart deze kof als beurtschip van Sneek naar Amsterdam

Date/Name Ship 1815-09-02 BRUINVIS
Manager: Freerk Dirks Fontein, Harlingen, Friesland, Netherlands
Eigenaar: Freerk Dirks Fontein, Harlingen, Friesland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Harlingen / Netherlands

Date/Name Ship 1817-02-14 LAMBERTHA
Manager: Feije Remts Coercamp, Schiermonnikoog, Friesland, Netherlands
Eigenaar: Feije Remts Coercamp, Schiermonnikoog, Friesland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Schiermonnikoog / Netherlands

Date/Name Ship 1825-07-20 JONGE DAVID
Manager: David Fredrik Davidis, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: David Fredrik Davidis, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands

Date/Name Ship 1826-03-09 JONGE MARIA
Manager: Jan Nagel Jr., Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Jan Nagel Jr., Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands

Ship Events Data

1828-12-17: Damaged
De JONGE MARIA is na het kappen van de tuigage, met assistentie van een schuit in Texel lek terug gekomen.
1830-12-00: Final Fate: Broken up

In December 1830 wordt de JONGE MARIA (bjr. 1807) verkocht voor de sloop.

Gezagvoerders

Datum vanaf: 1815
Kapitein: Smidts, R.H.
Overige informatie: 1815-09-18

Familiegegevens en opleiding

Feye Remt Coerkamp werd geboren te Schiermonnikoog op 14 september 1795 als zoon van Remt Remt Coerkamp en Elsje Gillot.

Hij trouwde te Schiermonnikoog op 05 februari 1818 te Schiermonnikoog als gezagvoerder met Stijntje Jans Hoeksma, geboren 05 oktober 1799 te Schiermonnikoog als dochter van Jan Eltjes Hoeksma en Riemert Foppesd. Mellema. Zij overleed te Schiermonnikoog op 17 oktober 1889.

Feye Remtsz. overleed te Schiermonnikoog op 06 mei 1880.

Grafstenen van beide echtelieden zijn aanwezig op het kerkhof te Schiermonnikoog dd 2007.eigen waarneming

Maar ook:

Het graf van feye Remt is geruimd maar de grafsteen is behouden gebleven herplaatst op graaf 2003116.

 

Hij was in de periode 1868 t/m 1880 reder te Schiermonnikoog van de kof “Nicola Gezina”, gebouwd in 1868, 141 ton. Zijn kapiteins waren Janneke Geerts Hoeksma (vlag 9 en schoonzoon van Feye Coerkamp), Eise Jans Karst (vlag 10) en Hendrik Theunis Hitman (vlag 24).

 

Bij de geboorte van zijn zoon Foppe in 1829 staat vader Feye vermeld als schipper, maar bij het huwelijk van zijn zoon Foppe in 1857 wordt Feye aangeduid als “Koopman”.

 

Bijzonderheden over de maritieme levensloop staan tevens in de Schiermonnikoger “Dorpsbode” van 1986, jaargang 40, nr. 17, en bijdrage 42 in de serie Zeevaarders van Schiermonnikoog door J.Teensma te Den Haag.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

F.R.Coerkamp, adres Wed.Jan Salm en Meijer, werd met nr.166 effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop per 30 mei 1826 op voordracht van J.J.Bart. Geen schip vermeld002.

Feye Rempts Coerkamp, oud 30 jaar, wonende te Schiermonnikoog en met adres de heren Wed.P.de Vries & Meijnts te Amsterdam werd in de Algemene Ledenvergaderingen van 23/30 mei 1826 voorgedragen/benoemd als effectief lid van Zeemanshoop op voordracht van kapitein J.J.Bart. Zijn vlagnummer wordt niet genoemd maar uit de volgorde van voordrachten in de notulen is te concluderen dat dit 166 moet zijn geweest023.

 

F.R.Coerkamp werd Lid van Weldadig Zeemans Fonds per 01 mei 1831. "Met 1839 als zijnde van beroep veranderd. Met 1 Mei 1851 op de gewone contr. terug gebragt"003.

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 10 mei 1831 heeft kapitein F.R.Coerkamp zich aangemeld voor het “voortdurend recht” (in het Weldadig Zeemansfonds) hetgeen door het Bestuur is geaccepteerd. Kapitein Coerkamp heeft domicilie ten kantore van den Heer H.Gullen te Amsterdam, maar tevens is vermeld “dat hij nergens bepaald woonachtig is.042.

 

Hij was dus effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1826 t/m 1872 met de vlagnummers 166 (1826 t/m 1836), 98 (1836 t/m 1854) en 26 (1854 t/m 1872)

 

Feye Coerkamp was met vlagnummer 9 in de periode 1859 t/m 1863 (dus vanaf de oprichting) lid van het Schiermonnikoger zeemanscollege “De Herkenning”.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 02 januari 1834 wordt behandeld een verzoek van S.Hoeksma, vrouw van F.R.Coerkamp te Schiermonnikoog om onderstand “zijnde haar man in de geestvermogens gekrenkt.”  In de notulen dd 30 januari 1834 staat dat het Bestuur dit verzoek van de hand wijst ´`blijkens hij niet behoeftig te zijn.” In de notulen dd 24 april staat een herhaald verzoek om onderstand door de weduwe Hoeksma. 042.

In de Bestuursvergadering van 29 mei 1834 wordt gerapporteerd omtrent de herhaalde aanvrage van de vrouw van F.R.Coerkamp. “Er wordt besloten aan het plaatselijk bestuur van Schiermonnikoog te schrijven, om nadere berichten wegens den toestand van het huisgezin van Kapit. F.R.Coerkamp.” In de notulen dd 28 augustus 1834 staat vermeld een brief van J.Stachouwer, grietman van Schiermonnikoog  en op grond daarvan wordt besloten “aan Kapitein F.R.Coerkampt het regt op uitkeering toe te staan in de 1ste Klasse, ingaande 1 Februarij JL onder de gewone korting.”042

In de notulen van de Bestuursvergadering van 25 april 1839 staat vermeld F.R.Coerkamp “verzoekende om hoe zeer binnenlands gaande varen, zijn betrekking tot het Fonds en het College te behouden”. Het bestuur gaat accoord.042

In de notulen van de Bestuurvergadering dd 27 juni 1850 verzoekt de huisvrouw van kapitein F.R.Coerkamp om een uitkering voor haar man. Het Bestuur gaat accoord voor een periode van 12 maanden ingaande 01 augustus 1850. Idem in de vergadering dd 27 november 1851. Idem in de vergadering dd 28 juli 1853. Idem per 29 november 1855. Idem per 30 oktober 1856, mits overleggende bewijs van voortdurende ongesteldheid. Idem per 26 november 1856. In de vergadering dd 30 september 1858 wordt weer een verzoek om onderstand gedaan, maar deze wordt aangehouden. In de vergadering dd 28 oktober 1858 wordt een verlenging met 12 maanden toegekend. Idem per 29 ecember 1859. Idem per 27 december 1860. Op 31 oktober 1861 doet de J.Coerkamp geb. Hoeksma weer een verzoek ten bate van haar man. Er wordt bij burgemeester J.N.van den Worm van Schiermonnikoog gevraagd “om berigt wegens behoeftigheid van F.R.Coerkamp.” Op 02 januari 1862 is er bericht van van den Worm en “Overeenkomstig het verslag het verzoek gewezen van de hand.” Op 27 februari 1862 protesteert Coerkamp-Hoeksma tegen voormeld besluit, maar het Bestuur persisteert  Ook in de notulen van 26 maart 1863 staat een protest maar weer zonder resultaat..De notulen van 27 april 1865 melden weer een aanvraag met daarbij de afwijzing door het Bestuur.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering van 02 november 1865 meldt J.E.Coerkamp-Hoeksma dat haar man F.R.Coerkamp niet langer zijn contributie kan betalen. Het Bestuur waarschuwt dat hij bij niet-betalen zijn rechten verspeelt.042.

 

In de Algemene Ledenvergadering van Zeemanshoop van 16 september 1834 is besloten om aan kapitein F.R.Koerkamp (sic) “verkeerende hij in een op herstel hopenloze toestand … “ een ondersteuning toe te staan023.

In de notulen van de Algemene Vergadering van 14 mei 1838 wordt een brief behandeld van kapitein F.R.Coerkamp “inhoudende kennisgeving dat hij binnen ’s lands gaat varen met verzoek om zijn regt op het Weldadig Zeemans Fonds te mogen behouden … “. Dit verzoek wordt toegestaan023.

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 09 juli 1850 staat het verzoek van F.R.Coerkamp, geb. Hoeksema om haar man een uitkering te verstrekken “wegens verstandsverbijstering”. Dit verzoek wordt voor 12 maanden toegestaan per 01 augustus 1850 in de 1e klasse. Continuering voor 12 maanden in de notulen van 16 december 1851 Continuering op 06 september 1853 voor 1 jaar. Continuering voor 12 maanden op 11 november 1856 op aanvraag van Jan Salm & Meyer. (Heb ik de continueringen in 1854 en 55 gemist?). Continuering per 16 november 1858. Idem op 24 januari 1860. Idem op 28 januari 1861. Een aanvraag om continuering dd 14 januari 1862 is door het Bestuur afgewezen. In de vergadering van 18 maart 1862 vraagt de huisvrouw om herziening van het besluit, maar dit wordt wederom afgewezen. Idem op 14 april 1863 en 02 februari 1864 en weer afgewezen. Idem op 09 mei 1865 en weer afgewezen023.

In de notulen dd 07 november 1865 van de Algemene Vergadering staat vermeld een: “Brief van F.R.Coerkamp berigtende dat hij niet langer zijne contributie wil voldoen, tenzij het Bestuur met hem voor arbiter wil procedeeren ingevolge het Wetboek van Burgerlijke Regtvordering over zijn regt op Uitkeering, waarop hem is geantwoord dat hij op straffe van verbeurte van zijn regt zijne contributie moet betalen, maar dat hij ingeval hij dit mogt wenschen verwezen wordt naar Art.56 van het Regelement.023. Art. 56 refereert naar een arbitrage regeling inzake verschil van mening omtrent de toekenning van een uitkering.

In voorgaande opsomming van verzoeken om een uitkering is het vreemd, dat enerzijds wordt gesproken van “verstandsverbijstering” en anderzijds dat Feye Remt volgens Bouma025 nog tot 1864 heeft doorgevaren

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                    jaren                       type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

        166                       1826-1827                 geen opgave van schip en boekhouder

                                      1828-1833                 kof                    Vrouw Stijntje                                      geen opgave

                                      1834-1835                 geen opgave van schip en boekhouder

         98                        1836-1853                 geen opgave van schip en boekhouder

         26                        1854-1872                 geen opgave van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt F.R.Coerkamp als gezagvoerder gedurende:

*    1818 de kof “Lambertha”, geen vermelding van bouwgegevens, thuishaven en eigenaar. Het schip werd 1 maal te Harlingen geregistreerd met baksteen naar Büsum;

      en F.Coerkamp van/in:

*    1829 t/m 1834 van de kof “Vrouw Stijntje”, gebouwd in 1828, bouwplaats niet vermeld, 60 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Schiermonnikoog;

*    1835 t/m 1837 van de smak “Vrouw Stijntje”, gebouwd in 1820, bouwplaats niet vermeld, 88 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Schiermonnikoog;

*    1854 t/m 1864 van de kof “Gebroeders Coerkamp”, gebouwd in 1852 te Hoogezand, 97 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Schiermonnikoog. In 1865/1866 was hij reder van dit schip, dat voer onder gezag van kapitein Janneke Geerts Hoekstra (vlag nr. 9 van “De Herkenning”).

 

Een prent van de “Gebroeders Coerkamp” is afgebeeld op p. 195 van van het boek Het Schiermonnikoger Zeemanscollege en Pensioenfonds door Ron R. van Staveren c.s., Schiermonnikoog 2009, 444 pp. Het schip voert de collegevlag nummer 9 van het zeemanscollege “De Herkenning”. Het origineel is in bezit van J. van Loo te Hilversum.

 

In: “Een leven op zee” Brochure geschreven door P.J.Teensma Jr, Zomer 2013, 84 pp.

 

 

Overige bijzonderheden

E-mail Jan van Loo te Hilversum, dd 19 november 2006, citerend uit aantekeningen van zijn vader, die in familierelatie stond met Coerkamp:

“Feye Coerkamp, de broer van Foppe, is uit huis gegaan, heeft jarenlang in Zuid Amerika rondgezworven. Uiteindelijk ontmoette hij iemand van Schier en deze heeft hem vanuit Brazilië weer naar Holland terruggebracht.”

 

Leeuwarder Courant 13 maart 1818114

Harlingen, 10 maart. Heden is alhier uitgezeild het kofschip de LAMBERTHA, kapt. Feije Rents Coercamp, naar Buzum (opm: Busum) met muursteentjes, vloeren, pannen en uurwerken.

 

Leeuwarder Courant 26 juni 1818114

Harlingen, 25 juni. Den 24 dezer zijn van hier uitgezeild het tjalkschip de TWEE GEZUSTERS, kapt. Hendrik J. Duentjer en het kofschip de LAMBERTHA, kapt. Feije Rents Coerkamp, beide met pannen naar Hamburg, …

 

Leeuwarder Courant 20 augustus 1819114

Harlingen. Den 16 augustus binnen gekomen het brikschip AMPHION, kapt. Peter Lehl, met hout van Memel (opm: Klaipeda), en het jagtschip MARIA, kapt. Paul Ipsen, ledig van Amsterdam. Uitgezeild het kofscheepje de LAMBERTHA, kapt. Teije R. Koerkamp, met steentjes naar Busum. …

 

 

Datum vanaf: 1817
Kapitein: Coerkamp, Feye Remts
Overige informatie: 1817 – 1825

Datum vanaf: 1825
Kapitein: Kupper, J.D. of J.D. Kuijper
Overige informatie: 1825 – 1828

Datum vanaf: 1828
Kapitein: Kral, H.H.
Overige informatie: 1828

Monsterrollen

Opgemaakt Amsterdam
Datum: 1825-10-06
Scheepsnaam voorvoegsel:
Scheepsnaam: JONGE DAVID
Schipper: Kupper, Jan D
Scheepstype: kof
Grootte:

Bekijk alle monsterrollen Bekijk alle monsterrollen
Algemene informatie

1815

LC 260515
Uit de Hand te koop: Een extra welbezeild kof-scheepje, lang over steven 60 voeten, wijd 15 ½ voeten, hol 5 voeten 8 duimen, met deszelfs toebehoren, in den jare 1807 nieuw uitgehaald, gediend hebbende als beurtschip van Sneek op Amsterdam; te zien en te bevragen te Amsterdam bij R.F. Hendriks, in Haringpakkerij, no.13; brieven franko. 

Op 18 september 1815 wordt voor de BRUINVIS door Freerks Dirk Fontein uit Harlingen een zeebrief aangevraagd voor kapt. R.H. Smidts.

LCO 241115
Sedert onze laatste van Texel uitgezeild de BRUINVIS, R.H. Smits naar Londen.
LCO 181215
In het Vlie binnengekomen de BRUINVIS, R.H. Smidt van Londen.

1816

LCO 260116
Sedert onze laatste van Texel uitgezeild de BRUINVIS, R.H. Smits naar Londen.
LCO 050216
Sedert onze laatste is te Texel binnengekomen BRUINVIS, R.H. Smit van Londen.
LCO 120416
Amsterdam, 9 april. Sedert onze laatste is te Texel binnengekomen BRUINVIS, R.H. Smits van Londen.
 LCO 030516
Amsterdam, 1 mei. Uit het Vlie gezeild de BRUINVIS, R.H. Smits naar Londen.

1817

Op 20-02-1817 wordt voor de LAMBERTHA door kapt./ eig. Feije Reints Coerkamp uit Schiermonnikoog een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.

OHC 120417
Amsterdam, 9 april. Aan onze stad gearriveerd F.R. Coerkamp van Buzum.
OHC 260617
Den 19 dezer is bij Terschelling binnengekomen F.R. Coerkamp van Buzum.

1818


LC 130318
Harlingen, 10 maart. Heden is alhier uitgezeild het kofschip de LAMBERTHA, kapt. Feije Remts Coercamp, naar Buzum (opm: Busum) met muursteentjes, vloeren, pannen en uurwerken.
LC 260618
Harlingen, 25 juni. Den 24 dezer zijn van hier uitgezeild het tjalkschip de TWEE GEZUSTERS, kapt. Hendrik J. Duentjer (opm: Hendrik Jurriens Duintjer) en het kofschip de LAMBERTHA, kapt. Feije Remts Coerkamp, beide met pannen naar Hamburg.
LCO 120818
Amsterdam, 9 augustus. Te Terschelling binnengekomen F.R. Coerkamp van Neufeld.

1819

Op 05-02-1819 wordt voor de LAMBERTHA door kapt./ eig. Feije Reints Coerkamp uit Schiermonnikoog een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.

LC 200819
Harlingen. Den 16 augustus binnen gekomen het brikschip AMPHION, kapt. Peter Lehl, met hout van Memel (opm: Klaipeda), en het jagtschip MARIA, kapt. Paul Ipsen, ledig van Amsterdam. Uitgezeild het kofscheepje de LAMBERTHA, kapt. Teije R. Koerkamp (opm: Feije Remts Coerkamp, Schiermonnikoog), met steentjes naar Busum.

1820

OHC 200520
Den 14 dezer is in Terschelling binnengekomen F.R. Coerkamp van Buzum.
OHC 130720
Amsterdam, 11 juli. Den 5 dezer is in Terschelling binnengekomen F.R. Coerkamp van Buzum.
OHC 090920
Amsterdam, 7 september. Den 3 dezer is in Terschelling binnengekomen F.R. Coerkamp van Buzum.

1821

Op 13-02-1821 wordt voor de LAMBERTHA door kapt./ eig. Feije Reints Coerkamp uit Schiermonnikoog een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.

OHC 260421
Amsterdam, 24 april. Den 20 dezer is in Terschelling binnengekomen F.R. Coerkamp van Buzum.
OHC 110821
Amsterdam, 10 augustus. Den 6 dezer is in Terschelling binnengekomen F.R. Coerkamp van Buzum.

1822

OHC 200722
Amsterdam, 19 juli. Den 16 dezer is in Terschelling binnengekomen F.R. Coerkamp van Odense.
OHC 311022
Amsterdam, 29 oktober. Den 25 dezer is in Terschelling binnengekomen F.R. Coerkamp van Buzum.

1823

OHC 270523
Amsterdam, 24 mei. Den 20 dezer is in Terschelling binnengekomen F.R. Coerkamp van Buzum.
OHC 190623
Amsterdam, 17 juni. Den 13 dezer is in Terschelling binnengekomen F.R. Coerkamp van Buzum.

1824

OHC 010424
Amsterdam, 30 maart. Den 22 dezer is in Terschelling binnengekomen F.R. Coerkamp van Buzum.
OHC 080724
Arrivementen: Te Travemunde F.R. Coerkamp van Amsterdam.
OHC 250924
Amsterdam, 23 september. Den 19 dezer is in Terschelling binnengekomen F.R. Coerkamp van Kiel.


1825
Op 25-03-1825 wordt voor de LAMBERTHA door kapt./ eig. Feije Reints Coerkamp uit Schiermonnikoog een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.

Op 03-08-1825 wordt voor de JONGE DAVID door David Fredrik Davidis uit Amsterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. J.D. Kupper.

DC 200825
Brielle, 12 augustus. Den 13 dito. Gisteren na posttijd arriveerden uit zee: JONGE DIRK, kapt. D.D. Kuitsen van Bergen; JONGE DAVID, kapt. J.D. Kupper, BETHELL, kapt. T. Hall en JONGE TRIJNTJE, kapt. W. Wiebes, alle naar Hull. De wind ZW.
DC 230825
Brielle, 18 augustus. Van de morgen zeilden in zee: JONGE DAVID, kapt. J.D. Kupper en BETHELL, kapt. T. Hall, beide naar Hull.

1826
 

AC 020126
Texel, 30 december 1825. Scheepstijding. De wind OZO.
Binnengekomen: gisteren na posttijd: JONGE DAVID, kapt. J.D. Kuijper, van Hull.

Op 28-04-1826 wordt voor de JONGE DAVID door Jan Nagel Jr. uit Amsterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. J.D. Kuyper ook vermeld als J.D. Kupper.

AC 090626
Texel, 7 juni. Binnengekomen: JONGE DAVID, kapt. J.D. Kuijper en GOEDE HOOP, kapt. C.C. Westenbrink, beide naar Hull.
AC 170826
Texel, 15 augustus. Binnengekomen: JONGE DAVID, kapt. J.D. Kupper, van Hull
AC 121026
Texel, 10 oktober. Binnengekomen: HET HUIS TE SPIJK, kapt. D.G. Doeksen, van Suriname; THALIA, kapt. A. Bakker, van Demerary; JONGE DAVID, kapt. J.D. Kuijper, van Hull.
AC 291226
Texel, 27 december. Binnengekomen: JONGE DAVID, kapt. J.D. Kuiper en VROUW ELISABETH, kapt. J.H. Cappen, beide van Londen; JONGE PETRUS, kapt. M. v.d. Berg, van Oléron.

1827

OHC 070427
Amsterdam, 6 april. Den 5 dezer van Texel uitgezeild J.D. Kupper naar Hull.
OHC 080527
Amsterdam, 7 mei. Den 4 dezer bij Texel binnengekomen J.D. Kupper van Hull.
OHC 020627
Arrivementen: Te Hull J.D. Kupper van Amsterdam.
RC 131027
Arrivementen: Te Hull DRIE VRIENDEN, JONGE DAVID en SONNE van Amsterdam.

1828
 

AH 120128
Carga-lijsten: Amsterdam, 9 januari. de JONGE DAVID, kapt. J.D. Kupper, van Hull; JUFVROUW MANA, kapt. C. Wapenaar, van Hull.
AH 190428
Carga-lijsten: Amsterdam, 18 april. DIANA, kapt. R. Alberts, van Bordeaux; FANNY, kapt. F.H. Bonjer, van Bordeaux; MARIA, kapt. H. van Veen, van Bordeaux; de JONGE DAVID, kapt. H.H. Kral, van Londen.

Op 29-10-1828 wordt voor de JONGE MARIA door Jan Nagel Jr. uit Amsterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. H.H. Kral.


OHC 271228
Den 17 december is na het kappen van de tuigage, met assistentie van een schuit in Texel lek terug gekomen, het den 15 bevorens van daar vertrokkene schip de JONGE MARIA, kapt. H.H. Kral, van Amsterdam naar Londen gedestineerd (niet naar Hull als bevorens gemeld is.)( opm: de JONGE MARIA wordt niet meer in de vaart gebracht en wordt in december 1830 te koop aangeboden [zie AH 011230] kapitein Krall gaat varen met de smak MARIA ELISABETH, in plaats van kapt. D. Ouwehand, die gaat varen op het schip de VRIENDSCHAP)

1830
 

AH 011230
Advertentie. R. Hoyman, J. Corver en H.J. Rietveld, makelaars, zullen op maandag de 6e december 1830, des avonds ten zes ure, te Amsterdam, in de Nieuwe Stads-Herberg, aan het IJ, verkopen:
Een extraordinair welbezeild kofschip, genaamd de JONGE MARIA, laatst gevoerd door kapt. H.H. Krall; lang 16 ellen, wijd 3 ellen 55 duimen, hol 1 el 26 duimen.
Een extraordinair welbezeild smak- of gaffelschip, genaamd MARIA ELISABETH, laatst gevoerd door kapt. D. Ouwehand; lang 19 ellen 80 duimen, wijd 1 el 82 duimen, hol 1 el 68 duimen.
Beiden afkomstig uit de failliete massa van Davidis en Comp. Breder bij biljetten en bericht bij de makelaars. (opm: zowel de kof als de smak werden ‘ter sloping verkocht’; de resp. zeebrieven werd om die reden op 27 december 1830 geretourneerd)

 

Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

Tresoar, Leeuwarden Archiefnummer Harlingen 16.1255.60

Memory-stick DSCN 0852, 0853
KOOPBRIEF

Naam schip BRUINVIS, thans genaamd LAMBERTUS

plaats en datum acte onderhandse verkoop, Harlingen, 14 februari 1817

type schip kof

bouwwerf/verkoper Freerk Dirks Fontein, koopman te Harlingen

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper Feije Romts Coerkamp, schipper te Schiermonnikoog

te voeren door kapt. Feije Romts Coerkamp, in eigendom te bevaren.

grootte in tonnen

tuigage / aantal dekken

afmetingen lang over stevens 61 voet, wijd 15½ voet, hol in het ruim 5 voet 8 duim.

kiellegging

tewaterlating

plaats / datum registratie niet vermeld

nummer registratie deel

notaris

prijs NLG 1.500,-

Bijzonderheden: Freerk Dirks Fontein had het schip op 2 september 1815 voor Reinier Meijjes, notaris te Amsterdam gekocht (opm: vergelijk acte 54 hierboven) van Rijntje Folkerts Hendriks.
Bij de transactie van 14 februari 1817 lag het schip te Harlingen.
In de kantlijn van deze acte is geschreven: rederijceduul afgegeven 9 februari 1821




researcher/datum research: ML / 060213

Naam LAMBERTUS
Archiefinstelling Tresoar, Leeuwarden
Jaar 1815
Toegang 16
Inventaris 1255

Tresoar, Leeuwarden Archiefnummer Harlingen 16.1255.54

Memory-stick DSCN 0833 - 0835
KOOPBRIEF

Naam schip SELPHINE (vergelijk acte 60, mogelijk door koper genaamd BRUINVISCH)

plaats en datum acte onderhandse verkoop. Amsterdam, 2 september 1815

type schip kof

bouwwerf/verkoper Rijntje Folkert Hendriks, koopman te Amsterdam

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper Freerk Dirks Fontein, koopman te Harlingen

te voeren door kapt.

grootte in tonnen

tuigage / aantal dekken

afmetingen lang over stevens 61 voet, wijd 15½ voet, hol in ruim 5 voet 8 duim.

kiellegging

tewaterlating

plaats / datum registratie Amsterdam, 4 september 1815

nummer registratie deel 9, folio 26, verso, vak 4 en 5

notaris Reinier Meijjes, notaris te Amsterdam

prijs NLG 2.600

Bijzonderheden: Het schip lag bij deze transactie in 1815 te Amsterdam.
Rijntje Folkert Hendriks had dit schip op 12 oktober 1813 voor notaris Hermannus Muller te Amsterdam aangekocht van Gabe Annes Koopmans.
(Opm: als naam van het schip staat duidelijk SELPHINE en niet DELPHINE)

18.09.1815 eerste zeebrief voor de BRUINVISCH, aangevraagd door Dirk Freerks Fontein, Harlingen, t.b.v. kapt. R.H. Smidts. Het schip was binnenslands gebouwd.
De naam DELPHINE / SELPHINE niet in de zeebrieven aangetroffen, GM.

researcher/datum research: ML / 050213

Naam SELPHINE
Archiefinstelling Tresoar, Leeuwarden
Jaar 1815
Toegang 16
Inventaris 1255

Stadsarchief Amsterdam Archiefnummer AMS 5074.1416.1825.22
deel V, foto 021. 022
CEDULE
Naam schip bevorens genaamd LAMBERTA, thans door koper genaamd de JONGE DAVID

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 29 juli 1825

type schip kof

bouwwerf/verkoper niet vermeld

gevoerd door kapt.
eigenaar/koper David Fredrik Davidis, Amsterdam, enig eigenaar

te voeren door kapt. Jan Dirk Kuijper

grootte in tonnen 17 lasten

tuigage / aantal dekken een mast, een dek

afmetingen
kiellegging
tewaterlating gebouwd in de Nederlanden

plaats / datum registratie Amsterdam, 29 juli 1825

nummer registratie deel 11, folio 12, verso, vak 4

notaris Regtbank van Eerste Aanleg, Amsterdam

prijs
Bijzonderheden: getoond wordt de laatste koopbrief; het schip ligt thans te Rotterdam; de acte is in de kantlijn genummerd 1606.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1819-1838.
De eed wordt afgelegd door Matthijs Jan van Lier, Amsterdam, voor en namens de eigenaar.



researcher/datum research: ML / 220715

Naam JONGE DAVID
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1825
Toegang 5074
Inventaris 1416
Klik hier om de originele akte te bekijken

ARCHIEF Gemeente Amsterdam archiefnummer 5074/1419-1825-22

ACTE AAN-/VERKOOP
schip de LAMBERTA, doch voortaan te noemen de JONGE DAVID

plaats en datum acte koop/verkoop, Rotterdam, 20 juli 1825

soort schip kof

gevoerd door kapt.

Bouwwerf/verkoper Teije Rems Coerkamp, schipper, wonende te Schiermonnikoog

eigenaar/aankoper David Fredrik Duvidis (?), koopman te Amsterdam

te voeren door kapt.

groot volgens meetbrief in tonnen 32 ton

tuigage en aantal dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating

plaats en nummer van registratie Rotterdam

datum van registratie 20 juli 1825

notaris Willem Kleij, notaris te Rotterdam

prijs (bij aan-/verkoop) NLG. 2000,-

bijzonderheden








researcher/datum research ML-160706

Naam JONGE DAVID (de)
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1825
Toegang 5074
Inventaris 1419
Klik hier om de originele akte te bekijken

Stadsarchief Amsterdam Archiefnummer AMS 5074.1416.1826.17

deel V, foto 062
CEDULE

Naam schip JONGE DAVID

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 20 april 1826

type schip kof

bouwwerf/verkoper niet vermeld

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper Jan Nagel Jr., Amsterdam, enig eigenaar

te voeren door kapt. Jan Dirk Kapper

grootte in tonnen 17 lasten

tuigage / aantal dekken een mast, een dek

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd binnen de Nederlanden

plaats / datum registratie Amsterdam, 24 april 1826

nummer registratie deel 12, folio 59, recto, vak 5

notaris Regtbank van Eerste Aanleg, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de laatste koopbrief; het schip ligt thans te Amsterdam.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1819-1838.
De eed wordt afgelegd door Jan Blöte, Amsterdam, voor en namens de eigenaar





researcher/datum research: ML / 250715

Naam JONGE DAVID
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1826
Toegang 5074
Inventaris 1416
Klik hier om de originele akte te bekijken

ARCHIEF Gemeente Amsterdam archiefnummer 5074/1419-1826-17

ACTE AAN-/VERKOOP
Schip: de JONGE SARIE

plaats en datum acte koop/verkoop, Amsterdam, 9 maart 1826

soort schip kof

gevoerd door kapt.

Bouwwerf/verkoper David Fredrik Davidis, koopman te Amsterdam

eigenaar/aankoper Jan Nagel Jr., kassier te Amsterdam

te voeren door kapt.

groot volgens meetbrief in tonnen 32 tonnen

tuigage en aantal dekken

afmetingen 15,90 x 3,66 x (ongenoemd) meter

kiellegging

tewaterlating

plaats en nummer van registratie Amsterdam

datum van registratie 11 maart 1826

notaris Matthijs Hanenberg, notaris te Amsterdam

prijs (bij aan-/verkoop) NLG. 1500,-

bijzonderheden

Naam JONGE SARIE (de)
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1826
Toegang 5074
Inventaris 1419
Klik hier om de originele akte te bekijken

Bronnen

Jaar: 1807
Bron: Diverse Bronnen
Omschrijving: N.A. Den Haag, toegang nummer 2.08.01.07 Zeebrieven verbalen, diverse bestanddelen.
Tresoar, Leeuwarden Harlingen 16.1255.54
Tresoar, Leeuwarden Harlingen 16.1255.60
Gemeente archief Amsterdam archiefnummer 5074/1419-1825-22
Gemeente archief Amsterdam archiefnummer 5074/1419-1826-17
AC = Amsterdamsche Courant
AH = Algemeen Handelsblad
DC = Dordtsche Courant
LC = Leeuwarder Courant
LCO = Leydsche Courant
OHC = Opregte Haarlemsche Courant
RC = Rotterdamsche Courant