1814
Op 14 april 1814 wordt voor de VROUW GEERTRUI door Fredrik Smit uit Amsterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. Dirk Lucas Janssing.
LCO 051014
Scheepstijdingen Texel, voorts zijn in zee gezeild, Harmonij, Kapt. R C. Platte naar Bilbao, Vrouw Henna, naar St. Martin, VROUW GEERTRUI, Kapt. D.L. Janssing naar Londen.
1815
Op 16 mei 1815 wordt voor de VROUW GEERTRUI door Fredrik Smit uit Amsterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. Dirk Lucas Janssing, wegens beschadiging van de oude zeebrief.
Geen scheepvaartberichten gevonden.
1816
Geen scheepvaartberichten gevonden.
1817
Geen scheepvaartberichten gevonden.
1818
Op 11 maart 1818 wordt voor de VROUW GEERTRUI door Fredrik Smit uit Amsterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. Hendrik Dirks Klatter.
LC 090618
Nieuwe Zijlen, 27 mei. Alhier is binnengekomen het schip de VROUW GEERTRUYDA, kapt. H.D. Klatten (opm: Hendrik Dirks Klatter), van Hamburg naar Leeuwarden met eiken balken.
RC 220918
Rotterdam, 21 september Uit de Maas gezeild de VROUW GEERTRUI, H. D. Klatter, naar Harwich
RC 201018
Rotterdam, 19 oktober. Uit de Maas gezeild de VROUW GEERTRUI , H. D. Klatter, naar Londen: de wind Z. O.
1819
RC 250319
Arrivementen
te Hamburg H D. Klatter.
LCO 200819
Amsterdam, 18 augustus. Terschelling zijn binnengekomen H.H. Eggers van Fredrikstad .H.D. Klatter en J. F. Duhr, beide van Buzum.
1820
Op 3 mei 1820 wordt voor de VROUW GEERTRUI door Fredrik Smit uit Amsterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. Hendrik Dirks Klatter.
RC 230520
Amsterdam, 21 mei. In het Vlie is binnengekomen H.D. Klatter van Hamburg.
RC 020920
Amsterdam, 31 augustus. Terschelling uitgezeild H.D. Klatter naar Hamburg.
RC 071120
van Cuxbaven (volgens rapport) den 30 Oktober H. D. Klatter naar Amsterdam.
1821
RC 250821
Amsterdam, 23 augustus. Van Terschelling is gezeild H.D. Klatter naar Hamburg.
LCO 171021
Amsterdam, 15 oktober. Terschelling binnengekomen H.D. Klatter van Wording.
1822
RC 140322
Amsterdam, 12 maart. Kapt. H.D. Klatter, voerende de smak de VROUW GEERTRUI, van Amsterdam naar Hamburg, is in de storm tussen den 7 en 8 maart genoodzaakt geweest, tot behoud van het schip en de lading, de grote mast, anker en touw te kappen, en drie schuiten tot assistentie aan te nemen, met wier hulp hij den 8 dito van lager wal af en in de haven van Harlingen binnengesleept is; het schip is, niettegenstaande het zeer veel geleden heeft, digt gebleven, zodat de kapitein denkt de nodige reparatie zonder lossen te zullen kunnen volbrengen.
LC 150322
Harlingen.
Den 8 dito binnengekomen door verlies der grote mast en andere schade, het smakschip de VROUW GEERTRUIDA, kapt. H.D. Klatter, met stukgoed van Amsterdam, gedestineerd Hamburg.
RC 040422
Amsterdam, 2 april. Het schip de VROUW GEERTRUY, kapt. H.D. Klatter, van Amsterdam naar Hamburg, lag den 29 maart, na volbrachte reparatiën te Harlingen gereed om de reis te vervolgen.
Op 27 juni 1822 wordt voor de VROUW GEERTRUI door Fredrik Smit uit Amsterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. Hendrik Dirks Klatter.
1823
DC 120723
Vlissingen, 10 juni. Van den 22 dezer tot heden zijn voor Antwerpen bestemd op onze rede aangekomen de VROUW EJA, kapt. W.A. Boom (opm: tjalk, kapt. W.A. Boon), van Bungsiel met tarwe; de VROUW GEERTRUI, kapt. H.D. Klatter (opm: smak VROUW GEERTRUY, kapt. Hindrik Derks Klatter), van Dantzig (opm: Gdansk) met weedasch.
DC 070823
Vlissingen, 29 juli. Van den 27 dezer tot heden zijn van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild MARIA SOPHIA, kapt. H.O. Hogstrom, en BOREAS, kapt. L. Storm, beide naar Finland met dakpannen; CLARA MARGARETHA (opm: kof), kapt. P.D. Dik naar Liverpool met ballast; ZELDENRUST (opm: kof), kapt. G.H. Jonkhoff naar Milton met boomschors; AURORA, kapt. B. Warren naar Boston met ballast; de GOEDE HOOP, kapt. C. van der Bent, naar Schotland, en CALYPSO, kapt. P. Hutchinson naar Londen beide met boomschors; URANIA, kapt. A. le Cocq, naar Guernsey met dakpannen; ANNA KRANENBURG (opm: kof ANNA KRANENBORG), kapt. H. Smit, naar Colchester met boomschors; de WINDLUST (opm: kof), kapt. G.R. Engelman, en MAGDALENA (opm: kof), kapt. H.R. Lutje, beide naar London met boomschors, THE JANE, kapt. P. Brabyn, naar Newcastle, en de VROUW GEERTRUI (opm: smak), kapt. H.D. Klatter naar Londen, beide met boomschors.
LC 101023
Harlingen. Den 4 dito binnen gekomen de smakschepen MARIA SOPHIA, kapt. R.D. Lovius, met hout van Hamburg, de VROUW GESINA, kapt. T.J. Deddes, met hout van Dantzig, de VROUW GEERTRUIDA, kapt. H.D. Klatter, met raapzaad van Itsworden naar Antwerpen gedestineerd, door schade alhier binnen.
1824
RC 180324
Rotterdam, 17 augustus. Den 15 maart zeilden uit de Maas de VIJF GEBROEDERS, kapt. L.L. Roelfsema, naar Hull, doch ligt in de put ten anker; de VROUW GEERTRUI, kapt. H.D. Klatter, naar Hamburg
Op 7 september 1824 wordt voor de VROUW GEERTRUI door Fredrik Smit uit Amsterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. Hendrik Dirks Klatter.
1825
AC 161225
Texel, 14 december. Binnengekomen: MARY EN BETSY, kapt. J. Helmers, van Alexandrië; VROUW LUCIA, kapt. J.H. Alberts, van Petersburg; GEERTRUI, kapt. H.D. Klatter, van Londen
1826
DC 070126
Brielle, 4 januari. De kapiteins Mellema en Wilson zijn gisteren wel in zee gekomen, en kapt. Soupat ligt in de put ten anker. Heden zeilden naar zee: HENDRIKA ELISABETH, kapt. A. Glazener naar Belfast; VROUW GEERTRUI, kapt. H.J. Klatter; HERMINA, kapt. A.J. Hubert en EDINBURG PACKET, kapt. J. Williams, alle naar Londen.
1827
Op 17 maart 1827 wordt voor de VROUW GEERTRUI door Fredrik Smit uit Amsterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. Hendrik Dirks Klatter.
RC 260427
Arrivementen
Te Hamburg H.D. Klatter van Amsterdam.
OHC 040827
Den 30 Juli zijn in Terschelling binnen gekomen G. Oltmans van Petersburg, A. W. Bandng van Riga, H. D. Klatter van Memel.
1828
AH 130228
Binnengekomen schepen.
Texel, 8 februari. DE VROUW CATHARINA, kapt. J.B. Mulder, van Heiligenhafen.
Uitgezeilde schepen.
Texel, 8 februari, TRITON, kapt. S.W. de Vries, naar Bordeaux; GEERTRUIDA, kapt. H.D. Klatter; CORNELIA, kapt. J. de Jong, naar Londen
AH 180628
Cargalijsten. Amsterdam, 16 juni. DRIE GEBROEDERS, kapt. H.K. Ruyl, van Suriname; DE HOOP, kapt. H.E. de Jonge, van Memel; ANNA, kapt. C. Lange, van Memel; WILHELMINA HENDRIKA, kapt. D.D. de Jonge, van Koningsbergen; VROUW ALIDA, kapt. H.A. Jonken, GEZINA CATHARINA, kapt. H. Stutvoet, van Koningsbergen; JUPITER, kapt. C.A. Jongebloed, van Memel; CATHARINA GEERTRUIDA, kapt. H.L. Doctor en VIER GEBROEDERS, kapt. H.G. Prins, van Koningsbergen; VROUW GEERTRUIDA, kapt. H.D. Klatter, van Dantzig
1829
AH 010429
Advertentie. In lading liggende schepen te Amsterdam, naar de volgende plaatsen:
Bremen. Het Nederlandse schip DE VROUW GEERTRUY, kapt. H.D. Klatter. Adres bij Blikman & Co.
1830
AH 100330
Advertentie. In lading liggende schepen te Amsterdam.
Dantzig. De Nederlandse smak DE VROUW GEERTRUY, kapt. H.D. Klatter. Adres bij de Wed. J. Salm & Meijer en H.A. Hespe.
AH 210430
Advertentie. In lading liggende schepen te Amsterdam.
Dantzig, De Nederlandse smak DE VROUW GEERTRUY, kapt. H.D. Klatter. Adres bij de wed. J. Salm & Meijer en H.A. Hespe.
AH 140730
Carga-lijsten. Amsterdam, 13 juli. ZEELUST, kapt. J.F. Deddes, van Stockholm; MERCURIUS, kapt. H.G. Schulte, THETIS, kapt. J.F. Galle; EIZO DE WENDT, kapt. W.G. Hellinga, DE JONGE GERBRAND, kapt. R.C. Jaski; ADRIANA JACOBA, kapt. J.C. Reus en ANTHONIJ, kapt. W. Mennen van Riga; JETSKE HILLEGINA, kapt. G.E. Broekema, JACOBA, kapt. H.R. Grimminga, FENNA, kapt. A.K. de Weerd, GEERDINA, kapt. E.A. Doewes, PETRONELLA, kapt. A.R. Zwaal, MARIA, kapt. H.J. Lange, VRIENDSCHAP, kapt. H.J. Ketelaar en GOUDVIS, kapt. J.H. Scholtens, van Koningsbergen; JANTINA, kapt. L.H. Mulder, VROUW GEERTJE, kapt. D.J. Dirks en VROUW ANTJE, kapt. M.G. Feyes, van Dantzig; VROUW RIEKA, kapt. R.E. Zoutman, van Wismar; JUFVROUW TITSIA, kapt. D.G. Schuur, van Riga; HENDERIKA, kapt. J.O. Visser en DE VROUW MARGARETHA, kapt. A.T. Steffens, van Koningsbergen; VROUW GEERTRUY, kapt. H.D. Klatter, van Dantzig.
RC 280930
Rotterdam, 27 september. De 27e dezer, des morgens, zeilden uit de Maas JOHANNA DE VRIES, kapt. L.C. de Vries, naar Faro; DE VROUW JANTINA, kapt. G.. Jonkhoff, naar Bristol; DE VROUW MAARTJE, kapt. J. Spanjersberg, naar Lissabon; MARIA EN ADRIANA, kapt. J. Parlevliet, naar Villenova; DE HOOP, kapt. D. Guyt en DE JONGE WILLEM, kapt. F. Parlevliet, naar Liverpool; DE WISSELVALLIGHEID, kapt. A. van der Weyde, naar Malaga; MINERVA, kapt. J.G. Tiegs en DE VROUW GEERTRUI, kapt. H.D. Klatter, naar de Oost Zee.
RC 021130
Amsterdam, 31 oktober. Volgens brief van Cuxhaven, van de 25e dezer, waren, wegens tegenwind, aldaar in de haven en ter rede binnengekomen de schepen HERRIBERTUS HERMANUS, kapt. H. Ryke, naar Nantes; JEANNETTE, kapt. J.A. Bellinger, naar Cherbourg; DE JUFVROUW MARIA, kapt. C. van Duffelen, naar Rotterdam; DE VROUW GEERTRUI, kapt. H.D. Klatter, DE JONGE YPE, kapt. E.J. Karst, DOROTEA, kapt. J.P. Kuhl, GEZINA, kapt. F. Joosten, alle vier naar Amsterdam.
AH 021230
Carga-lijsten. Amsterdam, 1 december. TWEE GEBROEDERS, kapt. T.T. Borst, van Dantzig; HET JONGE RIJNTJE, kapt. P.J. Colle, JONGE WILLEM, kapt. W.J. Mellema, van Koningsbergen; DE JONGE TJALLING, kapt. H.H. Mellema en VROUW GEERTRUIDA, kapt. H.D. Klatter, van Hamburg.
1831
AH 050331
Advertentie. Liggen in lading te Amsterdam:
Naar Hamburg en Altona. Het Nederlandse smakschip DE VROUW GEERTRUI, kapt. H.D. Klatter. Adres bij de Wed. Jan Salm en Meijer.
AH 120331
In lading liggende schepen te Amsterdam:
Naar Hamburg en Altona. Het Nederlandse smakschip DE VROUW GEERTRUI, kapt. H.D. Klatter. Adres bij de Wed. Jan Salm en Meijer. Vertrekt 19 maart.
Op 10 mei 1831 wordt voor de VROUW GEERTRUI door Fredrik Smit uit Amsterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. Hendrik Dirks Klatter.
AH 210631
Vlie, 16 juni. Vertrokken: VIER GEBROEDERS, kapt. Douwes, naar Riga; DE VROUW GEERTRUI, kapt. Klatter, naar Danzig
AH 240931
Texel, 21 september. 22 september. NICOLAAS WITSEN, kapt. L. Wildschut, van Suriname; DE JONGE LODEWIJK ANTHONIE, kapt. R. Tjebbes, van Suriname; HENRIETTE EN HENRI, kapt. F.J. Vlieger, van Suriname; DE PLANTER, kapt. C. Jessen, van Demerary; DE VROUW GEERTRUI, kapt. H.D. Klatter, van Havre-de Grace.
1832
AH 070232
Schepen in lading te Amsterdam:
Naar Hamburg en Altona. Het Nederlands smakschip DE VROUW GEERTRUY, kapt. H.D.
Klatter. Adres bij de wed. Jan Salm en Meijer.
AH 050632
Terschelling, 31 mei. Binnengekomen: HOOP OP WELVAART, kapt. J.A. Panjer, van Danzig, na visitatie van de quarantaine ontslagen.
1 juni. HILLEGINA, kapt. W.J. Panman, van Koningsbergen; DE VROUW GEERTRUY, kapt. H.D. Klatter, van Hamburg
AH 110832
Texel, 9 augustus. Vertrokken: Zr.Ms. korvet TRITON, kapt. luitenant Van Sonn, naar Vlissingen; MERCURIUS, kapt. J.H. Seepe, naar Baltimore en Batavia; AURORA, kapt. J.A. de Haas, naar Baltimore en Batavia; ELISABETH CORNELIA, kapt. J.D. Dietz, naar Suriname; HELENA JACOBA, kapt. W.J. Zelling, naar Marseille; DE VERWACHTING, kapt. D.H. Kramer, naar Bordeaux; ST. AIGNAN, kapt. A. de Joie, naar Duinkerken; VROUW GEERTRUIDA, kapt. D.H. Klatter, naar Hull.
1833
AH 130533
Carga-lijsten Amsterdam: ANNA MARGARETHA, kapt. J.C. Jans, van Fredriksund; JOHANNA, kapt. J.L. de Vries, van Wismar; VIER GEBROEDERS, kapt. C.H. Christiaans, van Neustadt; FREDERIKA HENRIETTE, kapt. N. Niekelsen, van Büsum; JANTINA, kapt. G. Wessels, van Itzehoe; VROUW ANNA, kapt. J.B. Schoon, van Itzehoe; GEZINA, kapt. B.H. de Vries, van Brake; GRIETJE, kapt. H.B. Gewald, van Hamburg; GEERTRUY, kapt. H.D. Klatter, van Hamburg.
Op 24 augustus 1833 wordt voor de VROUW GEERTRUI door Fredrik Smit uit Amsterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. Hendrik Dirks Klatter.
AH 261133
Binnengekomen:
Texel, 24 november. AGENORIA, kapt. W. v.d. Kolff, van Suriname; HENDRIKA, kapt. K.B. de Weerd, van Alexandria; BRISEIS, kapt. P. Bakker, van Smirna; CLOTILDE, kapt. H.J. Polter, van Genua; DE HOOP, kapt. P. Hazenoot, van Lissabon; WISSELVALLIGHEID, kapt. A. v.d. Weyde, van Malaga, als bijlegger naar Rotterdam, met schade; DOROTHEA, kapt. S.J. Prange, LIZETTE CAROLINA, kapt. T.M. Gnodde, WELKOMST, kapt. J.R. Brons, MERCURIUS, kapt. H.K. de Groot en JOHANNA CAROLINA, kapt. J. Verdoes, van Bordeaux; VROUW GEERTRUIDA, kapt. H.D. Klatter, van Oléron.
1834
Op 27 februari 1834 wordt de zeebrief teruggezonden zonder opgave van reden.
Vaart onder kapitein H.J. Kruiter verder met de naam VROUW BERTHA.
1835
In 1835 gaat kapt. H.D. Klatter varen op HET VERTROUWEN ex. ONDERNEMING.
