Inloggen
ELISABETH ANTHONIA - ID 10281


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1837-10-27 / 1860-02-24 | Reden uitgevlagd: Sloop, afgekeurd

Identification Data

Bouwjaar: 1837
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Fregat
Masten: Three masts
Material Hull: Wood, sheathed with copper
Dekken: 2
Construction Data

Scheepsbouwer: C. Gips & Zonen - Werf 'De Merwede', Dordrecht, Zuid-Holland, Netherlands
Date Laid Down: 1836-12-06
Launch Date: 1837-09-27
Delivery Date: 1837-10-06
Technical Data

Gross Tonnage: 425.00 lasts
Gross Tonnage 2: 805.00 tons (oude meting)
 
Length 1: 42.15 Meters Registered
Beam: 6.99 Meters Registered
Depth: 6.15 Meters Registered
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1837
Datum agenda: 1837-10-27
Register nr: 18370444
Scheepsnaam: ELISABETH ANTHONIA
Type: Fregat
Lasten: 425
Gebouwd in provincie: Zuid-Holland
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Voute & Co.
Plaats: Amsterdam
Kapitein op moment van verzoek: Veer, S.H.
Opmerkingen: Nieuwe zeebrief

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1837-10-06 ELISABETH ANTHONIA
Manager: Firma Voûte & Co., Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands

Date/Name Ship 1844-07-24 ELISABETH ANTHONIA
Manager: Jean Jacques Granpré Molière en Albert Willem ten Cate, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands

Bezitters van parten (aandelen) in het schip

Bijlage bij acte 41 van 1837, fregat ELISABETH ANTHONIA
eigenaren per medio oktober 1837

firma Voute & Co., Amsterdam (boekhouders en 3/32e part)
J.J. Voute, Amsterdam, zo in prive 4/32e part als q.q. 2/32e part
firma P.& S. Rendorp, Amsterdam (2/32e part)
firma Gebr. van Coppenaal, Amsterdam (2/32e part)
J.W. van den Broek, Amsterdam (1/32e part
J. Borski, Amsterdam (1/32e part)
W. Borski, Amstrerdam (1/32e part)
firma Daniel Crommelin & Zoonen, Amsterdam (1/32e part)
D. Birrius Campen, Amsterdam (1/32e part)
A. Hartsen, Amsterdam (1/32e part)
Pieter Huidekoper, Amsterdam (1/32e part)
G.M. Willink, douairière A. Bierens, Amsterdam (1/32e part)
Wed. D. Bloemen, Amsterdam (1/32e part)
J.C. Ihnken, Amsterdam (1/32e part)
firma Ketwich & Voombergh, Amsterdam (1/32e part)
firma De Lepel & Labouchère, Amsterdam (1/32e part)
P. Lespinasse, Amsterdam (1/32e part)
Otto Roelofs, Amsterdam (1/32e part)
Wed. F. Tayspil, Amsterdam (1/32e part)
B. Trakranen, Amsterdam (1/32e part)
S.A. Voute, ’s-Gravenhage (1/32e part)
A.D. Willink van Bennebroek, Amsterdam (1/32e part)
G.C. Crommelin en M.A.M.Th. Liotard, beiden te Amsterdam, samen 1/32e part)

bijlage bij acte 55, fregat ELISABETH ANTHONIA
eigenaren per primo november 1839:

firma Voute & Co., Amsterdam (boekhouders en 3/32e part)
J.J. Voute, Amsterdam (4/32e part)
P. Voute, wonend bij Deventer (3/32e part)
firma P.& S. Rendorp, Amsterdam (2/32e part)
firma Gebr. van Coppenaal, Amsterdam (2/32e part)
Mevr. G.M. Willink, douairière A. Bierens, Amsterdam (1/32e part)
Wed. D. Bloemen, Amsterdam (1/32e part)
J. Borski, Amsterdam (1/32e part)
W. Borski, Amsterdam (1/32e part)
firma Daniel Crommelin & Zoonen, Amsterdam (1/32e part
D. Beruys Campen, Amsterdam (1/32e part)
A.M. Brants, echtgenote van B.A. Baron van Verschuer, Amsterdam (1/32e part)
Pieter Huidekoper, Amsterdam (1/32e part)
J.C. Ihnken, Amsterdam (1/32e part)
Ketwich Voombergh, Amsterdam (1/32e part)
De Lepel Labouchère, Amsterdam (1/32e part)
Otto Roelofs, Amsterdam (1/32e part)
Mevr. A.W. Broes, weduwe Tayspil, Amsterdam (1/32e part)
B. Trakranen, Amsterdam (1/32e part)
Mej. F.C. Voute, Elkom (opm: Ellecom?) (1/32e part)
dames M.A. en M.T. Liotard, Amsterdam, samen 1/32e part)

bijlage bij acte 4 van 1843, fregat ELISABETH ANTHONIA
eigenaren per ultimo februari 1843

firma Voute & Co., Amsterdam (boekhouders en 3/32e part)
J.J. Voute, Amsterdam (4/32e part)
P. Voute, Deventer (3/32e part)
firma Gebr. van Coppenaal, Amsterdam (2/32e part)
firma P.& S. Rendorp, Amsterdam (2/32e part)
A.D. Willink van Bennebroek, Amsterdam (1/32e part)
W. Borski, Amsterdam (1/32e part)
J. Borski, Amsterdam (1/32e part)
J.W. van den Broek, Amsterdam (1/32e part)
D. Berrius Campen, Amsterdam (1/32e part)
firma D. Crommelin & Zoonen, Amsterdam (1/32e part’
P. Huidekoper, Amsterdam (1/32e part)
J.C. Ihnken, Amsterdam (1/.32e part)
firma Ketwich & Voomberg, Amsterdam (1/32e part)
D. Koopmans, Amsterdam (1/32e part)
firma De Lepel & Labouchère, Amsterdam (1/32e part)
firma Otto Roelofs & Zoon, Amsterdam (1/32e part)
B. Trakranen, Amsterdam (1/32e part)
Erven de weduwe D. Bloemen, Amsterdam (1/32e part)
firma G.C. Crommelin & M.A. Liotard, Amsterdam (1/32e part)
A.M. Brants, echtgenote van B.A. baron van Verschuer, Amsterdam 1/32e part)
Mej. F.C. Voute, Elkum (opm: Ellecom?) (1/32e part)
Mevr. G.M. Willink, douairière A. Biezen, Amsterdam (1/32e part)

bijlage bij acte 16 van 1844, fregat ELISABETH ANTHONIA
eigenaren per medio juli 1844

J.J. Granpré Molière en A.W. ten Cate, beide wonende te Amsterdam, voerende samen de boekhouding en hebbende samen 1/32e part
L.A. Granpré Molière, J.M. Rijnvaan en H.P. Witkamp, executeurs van wijlen J.J. Voute en liquidateurs van de firma Voute & Co, Amsterdam (6/32e part)
P. Voute, Olst (3/32e part)
firma Gebr. van Coppenaal, Amsterdam (2/32e part)
firma P.& S. Rendorp, Amsterdam (2/32e part)
A.D. Willink van Bennebroek, Amsterdam (1/32e part)
W. Borski, Amsterdam (1/32e part)
J. Borski, Amsterdam (1/32e part)
J.W. van den Broek, Amsterdam (1/32e part)
D. Birrius Campen, Amsterdam (1/32e part)
firma D. Crommelin & Zoonen, Amsterdam (1/32e part’
P. Huidekoper, Amsterdam (1/32e part)
P.C. Ihnken, Amsterdam (1/.32e part)
firma Ketwich & Voombergh, Amsterdam (1/32e part)
D. Koopmans, Amsterdam (1/32e part)
firma De Lepel & Labouchère, Amsterdam (1/32e part)
firma Otto Roelofs & Zoonen, Amsterdam (1/32e part)
B. Trakranen, Amsterdam (1/32e part)
Erven de weduwe D. Bloemen, Amsterdam (1/32e part)
firma G.C. Crommelin & Mej. M.A. Liotard, Amsterdam (1/32e part)
A.M. Brants, echtgenote van R.A. baron van Verschuer, Amsterdam 1/32e part)
Mej. F.C. Voute, Elkum (opm: Ellecom?) (1/32e part)
Mevr. G.M. Willink, douairière A. Bierens, Amsterdam (1/32e part)

(opm: vergelijk acte 4 van 1843, de dato 27 februari 1843. Er treden verschillen op tussen met name de voorletters van sommige eigenaren. Dit is te wijten aan moeilijk leesbare letters, dan eens zus dan weer zo geinterpreteerd)

Bijlage bij eigendomsbewijs 19 van 1847, fregat ELISABETH ANTHONIA
eigenaren per ultimo mei 1847

J.J. Granpré Molière en A.W. ten Cate, beide te Amsterdam, samen boekhouders en samen 4/64e part
Mevr. J.A. Mittendorff, weduwe P. Voute, bij Deventer (4/64e part)
F.C. Voute, Ellecom (2/64e part)
Mevr. G.M. Willink, weduwe A. Bierens, Amsterdam (2/64e part)
Mevr. Granpré Molière, geboren J.E. Voute, bij Deventer (2/64e part)
Baronesse van Verschuer, geboren Brants, Amsterdam (2/64e part)
M.A. Liotard, Amsterdam (1/64e part)
firma P. & S. Rendorp, Amsterdam (6/64e part)
firma Daniel Crommelin & Soonen, Amsterdam (2/64e part)
P. Huidekoper, Amsterdam (2/64e part)
P.G. Voute, bij Deventer (2/64e part)
erven weduwe D. Bloemen, Amsterdam (2/64e part)
W. Borski, Amsterdam (2/64e part)
J. Borski, Amsterdam (2/64e part)
Daniel Birrius Campen, Amsterdam (2/64e part)
firma Ketwich & Voombergh, Amsterdam (2/64e part)
A.D. Willink van Bennebroek, Amsterdam (2/64e part)
B. Trakranen, Amsterdam (2/64e part)
J.C. Ihnken, Amsterdam (2/64e part)
D. Koopmans, Amsterdam (2/64e part)
firma Otto Roelofs & Zonen, Amsterdam (2/64e part)
firma De Lepel & Labouchère, Amsterdam (2/64e part)
Gulian C. Crommelin, Amsterdam (1/64e part)
C. Abrahamsz, Amsterdam (2/64e part)
P. Pet, Amsterdam (2/64e part)
P. Kuijper van Harpen, Amsterdam (2/64e part)
firma H. Jonker & Zoon, Amsterdam (2/64e part)
P. Bakker, Amsterdam (2/64e part)
Dirk Beth, Amsterdam (2/64e part)


Bijlage bij cedule 19 van 10 maart 1854, fregat ELISABETH ANTHONIA
Eigenaren:

J.J. Granpré Molière en A.W. ten Cate, boekhouders en 4/64e part
Firma P.& Y. Rendorp (6/64e part)
Forma D. Crommelin & Soonen (2/64e part)
W. Borski (2/64e part)
J. Borski (2/64e part)
D. Birrius Campen (2/64e part)
B. Trakranen (2/64e part)
J.C. Ihnken (2/64e part)
Firma Otto Roelofs & Zonen (2/64e part)
P.C. Labouchère 2/64e part)
J. Kuyper van Harpen (2/64e part)
C. Abrahamsz (2/64e part)
P. Bakker (2/64e part)
Erven P. Huidekoper (2/64e part)
Erven Wed. D. Bloemen (2/64e part)
Firma Ketwich & Voomberg (2/64e part)
Firma H. Jonker & Zoon (2/64e part)
J.A. Mittendorf, wed. P. Voute (4/64e part)
IJ.E. Granpré Molière, geboren Voute (2/64e part)
T.E. Voute (5/64e part)
Baronesse Verschuer, geboren Brants (2/64e part)
Wed. P. Pet, geboren Heense (2/64e part)
M.A. Liotard (1/64e part)
Erven A.D. Willink van Bennebroek (2/64e part)
L.A. Granpré Molière (1/64e part)
J. Broes, wed. D. Koopmans (2/64e part)
en G.C. Crommelin (1/64e part)
 

Ship Events Data

1837-07-29: Meetbrief No. 19 d.d. Dordrecht 29 juli 1837
1859-04-11: Final Fate: Broken up

Advertentie. H.J. Rietveld, G.J. Boelen en J.R. Bos Janszen, makelaars, zullen ten overstaan van de notarissen Commelin & Amija Esser, op maandag de 11e april 1859, des avonds ten zes ure, te Amsterdam, in de Nieuwe Stads Herberg te Amsterdam aan het IJ in publieke veiling verkopen: twee extra ordinair welbezeilde, gekoperde en kopervaste fregatschepen, varende onder Nederlandse vlag, genaamd:
- HET SCHOON VERBOND, gevoerd door kapt. D. Doornbos Borchers, volgens meetbrief lang 40 ellen 60 duimen, wijd 7 ellen 79 duimen, hol 6 ellen 15 duimen, en alzo gemeten op 864 tonnen of 457 lasten.
(opm: het schip werd in deze vrijwillige veiling voor NLG 19.000 aangekocht door firma Gebr. Goedkoop, Amsterdam, 4/8e part en G. Schalk, Buiksloot, 4/8e part; kapitein werd D. Doornbos Borchers)
- ELISABETH ANTHONIA, gevoerd door kapt. J. Jansen, volgens meetbrief lang 41 ellen 60 duimen, wijd 7 ellen 89 duimen, hol 5 ellen 91 duimen, en alzo gemeten op 862 tonnen of 455 lasten. (opm: verkocht voor de sloop, zie NRC 240260)
- Wijders nog 6 aandelen à NLG 250 in de Reederij tot het Slepen van Schepen in en uit het Nieuwediep en 4 bewijzen van eigendom in voorzegde rederij.
Voornoemde fregatschepen liggen aan de werf Het Wapen van Harlingen, in de Groote Wittenburgerstraat en is het schip HET SCHOON VERBOND in gewone beurtbevrachting voor de Nederlandsche Handel-Maatschappij laatstelijk binnengekomen op de 9e mei 1857. Iemand nader onderricht begerende, spreke met bovengemelde makelaars of met de cargadoors d'Arnaud & Co.

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Simon Hendriks Veer werd geboren te Emden in 1795. Hij trouwde te Amsterdam op 06 januari 1829 met Maria Bodeman (gedoopt 11 mei 1800 in de Nieuwe Kerk te Amsterdam als dochter van Jan Hendrik Bodeman en Trijntje Hessels, overleden te Bussum op 12 januari 1871 in huis Delta, begraven te Hilversum op de begraafplaats Gedenk te Sterven). Zij was de zuster van koopvaardijkapitein Johan Herman Bodeman (zie aldaar).

Simon Veer was eerst koopvaardijkapitein en later landbouwer te Bussum. Hij woonde in 1829 op de Acherburgwal bij de Lijnbaanssteeg 185 te Amsterdam. Sedert 1846 woonde hij in Huis “Delta” te Bussum. Simon Veer overleed te Bussum op 14 oktober 1884 en werd begraven op de begraafplaats “Gedenk te Sterven te Hilversum. Aan hem dankt de Veerstraat in Bussum zijn naam.

Informatie uit “Oude Sporen”, afdelingsblad van de afdeling Gooiland van de Nederl. Geneal. Vereniging 14 (1):5-7, maart 2003.

 

Jan Hendrik Bodeman was in het bezit van drie graven op de begraafplaats Hilversum. Het is dus zeer waarschijnlijk dat hij en zijn vrouw Trijntje Hessels begraven zijn op de begraafplaats “Gedenkt te Sterven”. In 1916 wordt er nog melding gemaakt van een grafsteen van zijn nicht Maria Bodeman en haar man Simon Hendrik Veer.

Uit: “Oorden van Schoonheid. Buitenplaatsen en landgoederen in Hilversum” Red. Ton Coops, . 2000, Uitgeverij Verloren, Hilversum. Hierin het artikel “Verzonken Romantiek. Nieuweroord” door Harry van der Voort. p. 145-162.

Zie meer informatie over de familie Bodeman bij kapitein Johan Herman Bodeman

 

S.H.Veer werd geboren te Emden op 28 januari 1797.

 Hij was gehuwd met Maria Bodeman, geboren te Amsterdam op 06 mei 1800.003

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

S.H.Veer werd met vlagnummer 119 per 10 mei 1825 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein F.Bodeman. Toegevoegd is “bedankt” 002.

 

In de notulen van de Algemene Vergadering van het zeemanscollege Zeemanshoop te Amsterdam van 10/17 mei 1825 werd voorgedragen/benoemd Simon Hendriks Veer, oud 28 jaar, wonende aan boord met als adres P.F.Wegener op het Nieuwe Waalseiland bij de Schipperstraat te Amsterdam. De voordracht was door P.F.Wegener en het vlagnummer 119023.

S.H.Veer was van 1828-1829, van 1833-1839 en in 1842 bestuurslid van het College Zeemanshoop019.

Hij werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 12 olktober 1825. Bedankt in 1842003

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 29 augustus 1833 staat een brief van kapitein S.H.Veer, waarin hij zijn vertrek naar Java meldt.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 25 augustus 1842 staat de mededeling van kapitein S.H.Veer dat hij de zeevaart heeft verlaten en derhalve zijn functie van commissaris neerlegt. Wil voorts worden geschrapt als deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop maar wil wel effectief lid blijven. Het Bestuur gaat accoord.042

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 25 september 1845 gaat het Bestuur accoord met zijn overgang van het effectieve naar het honoraire lidmaatschap.042.

 

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 13 september 1842 wordt een brief dd 14 augustus gememoreerd van kapitein S.H.Veer “berigtende zijn beroep ter zeevaart te hebben verlaten en alzoo zijn betrekking als commissaris uit de effectieve leden van dat college neder te leggen, alsmede af te staan van zijn deelneming in het fonds van het college, echter met verzoek om daarom toch zijn effectief lidmaatschap te mogen behouden”. Dit verzoek wordt toegestaan.023.

In de notulen van de Algemene Ledenvergadering van Zeemanshoop dd 21 oktober 1845 staat het besluit van het Bestuur om kapitein S.H.Veer toe te staan zijn effectief lidmaatschap om te zetten in een honorair lidmaatschap.023.

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 06 januari 1885 staat de mededeling van de secretaris “dat door Wijlen den Heer S.H.Veer aan het Weldadig Zeemansfonds is gelegateerd geworden eene som van f 500,- vrij van successierecht.”.023.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                 jaren          type                 scheepsnaam                                       naam reder/boekhouder

     119                           1825          fregat              Kornelia                                                geen opgave

                                     1826-1828    fregat              Zeemeeuw                                           Voute & Co

                                     1829-1835    fregat              Anna Katharina                                  idem

       71                           1836          geen vermelding van schip en boekhouder

                                     1837-1841    fregat              Elisabeth Anthonia                             Voute & Co

                                     1842-1844    geen vermelding van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt S.H.Veer als gezagvoerder gedurende:

*   1823 t/m 1826 op het 3/m schip “Cornelia”, gebouwd in 1809 in Engeland, 370 ton o.m., varend voor Voûte & Co te Amsterdam. Het schip werd in 1826 gesloopt;

*   1825 t/m 1828 van de 3/m pink “Zeemeeuw”, gebouwd in 1823 te Middelburg, 360 ton o.m., varend voor Voûte & Co te Amsterdam;

*   1829 van hetzelfde schip maar nu varend voor J.J.Poncelet & Zn te Amsterdam;

*   1830 t/m 1836 op het 3/m schip “Anna Catharina”, gebouwd in 1829 te Amsterdam, 450 ton o.m., varend voor Voûte & Co te Amsterdam;

*   1838 t/m 1842 op het 3/m schip “Elisabeth Antonia”, gebouwd in 1837 te Dordrecht, 862 ton o.m., varend voor Voûte & Co te Amsterdam.

 

Overige bijzonderheden

“De Vrienden" op de rede van Batavia057:

04 dececember 1834 "... heden morgen vertrok van hier Capt.Veer naar Surabaja ...".

“De Vrienden" op de rede van Passoeroean:

01 januari 1835        "... heden morgen ... vertrok naar Amsterdam Capt Veer ...".

Het fregat "Anna Catharina" onder gezag van Siemon Hendks Veer en met 23 manschappen dateerde zijn monsterrol op 04 juli 1834 met bestemming Batavia. Boekhouder Vôute & Comp.011.

 

Uit de notulen van de Algemene Ledenvergadering van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 02 juni 1829 blijkt dat S.H.Veer lid is van de “Commissie van Toezigt van ’t Zeevaartkundig onderwijs” en medeondertekenaar van het Reglement van het Wis en Zeevaartkundig onderwijs van het College Zeemanshoop gedateerd 30 mei 1829023.

 

S.H.Veer verzorgde per 10 februari 1826 vanuit Texel met de “Zeemeeuw” een troepentransport van 4 officieren en 100 man. Het schip arriveerde te Batavia op 25 jul 1826 na 165 dagen en verloor onderweg 1 militair.

Met hetzelfde schip voer hij op 26 september 1827 vanuit Texel met 3 officieren en 100 manschappen. Hij kwam te Batavia aan op 30 januari 1828 na 126 dagen en had onderweg 3 militairen door overlijden verloren.

Tenslotte voer hij op 29 november 1829 vanuit Texel uit met de “Anna Catharina” incl. 3 officieren en 130 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 03 maart 1830 na 121 dagen en had onderweg 1 militair door overlijden verloren065.

 

 

Datum vanaf: 1837
Kapitein: Veer, Simon Hendriks
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Pieter Bakker werd geboren te Amsterdam op 05 november 1788.

Hij huwde met Neeltje Jongeboer, geboren te Terschelling op 24 april 1788. Uit het huwelijk werden (minstens) geboren: 1 dochter op 21 juli 1816; 1 dochter op 31 maart 1819; 1 dochter op 29 september 1820; 1 dochter op 02 december 1822; 1 zoon op 23 oktober 1825. Lid van Weldadig Zeemans Fonds op 20 mei 1826 en bedankt in april 1856003.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

P.Bakker werd met nr.42 effectief lid van Zeemanshoop. Datum niet vermeld. Zijn schip was de “Maria Catharina”. Hij is honorair lid geworden002. In de Algemene Ledenvergadering van 25 februari 1825 werd P.Bakker, “varende op Smirna”, aangenomen als effectief lid op voordracht van kapitein Wegener023.

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 13 mei 1856 staat een verzoek vermeldt van kapitein P.Bakker om van effectief lid over te mogen gaan naar het honoraire lidmaatschap, hergeen wordt toegestaan.023.

P.Bakker was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1825 t/m 1856 met de vlagnummers 42 (1825 t/m 1836), 21 (1836 t/m 1854) en 9 (1854 t/m 1856). Daarna werd hij honorair lid.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 30 augustus 1827 staat berichten van zowel B7W van Amsterdam als de Staatsraad Gouverneur van Noord-Holland, waarin de ontvangst wordt gemeld van “4 bewijzen van Z.M. hoge tevredenheid over het gedrag van de kapiteinen Gt de Jong, J.Ingerman, P.Bakker en J.J.Bart geduurende de watervloed van 1825.” 042

In de notulen van de Bestuursvergadering  van Zeemanshoop dd 24 april 1856 gaat het Bestuur accoord met het verzoek zijn effectieve- in een honorair lidmaatschap om te zetten.042.

In de Algemene Vergadering van Zeemanshoop van 04 september 1827 werden missiven ingebracht van Burgemeesters en Wethouders van Amsterdam dd 16 en 21 augustus 1827 “wegens de uitkeering van bewijzen van Zijne Majesteits tevredenheid over het gehouden gedrag bij de watersnood in 1825 aan de kapiteinen G.de Jong, J.Ingerman, P.Bakker en J.J.Bart”.023.

 

De schepen van de kapitein

Vermelding in de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart001:

vlagnummer             jaren type        scheeps  naam                                     naam reder/boekhouder

         42                 1825-1834            brik         Briseïs                                    S.Paleologo

                                     1835                 sch.kof  Maria Catharina                 geen opgave

         21                 1836-1841            bark       Anna Catharina                  Voute en Co

                                1842-1843            fregat     Elisabeth Anthonia             idem

                                1844-1848            fregat     Elisabeth Anthonia             J.J.Granpré Molière en A.W.ten

                                                                                                                                  Cate

                                1849-1852            geen opgave van schip en boekhouder

          9                  1853-1855            geen opgave van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt P.Bakker als gezagvoerder gedurende:

*       1819 t/m 1835 van de brik “Briseïs”, gebouwd in 1808, bouwplaats onbekend, 127 ton o.m., varend voor S.Paleologo te Amsterdam;

*       1836 op de sch.kof “Maria Catharina”, gebouwd in 1825 te Nieuwendam, 124 ton o.m., varend voor Jeremias Meijjes te Amsterdam;

*       1837 t/m 1842 van het 3/m schip “Anna Catharina”, gebouwd in 1829 te Amsterdam, 450 ton o.m., varend voor Voûte & Co te Amsterdam. Het schip ging in 1843 over naar J.P.Jeannette Walen te Amsterdam en herdoopt in “Geertruida”;

*       1843 van het 3/m schip “Elisabeth Antonia”, gebouwd in 1837 te Dordrecht, 862 ton, varend voor Voûte en Co te Amsterdam;

*       1844 op hetzelfde schip maar nu voor J.J.Granpré Molière & A.W.ten Cate te Amsterdam.

 

In het Archief van de Waterschout te Amsterdam011a zijn monsterrollen op naam van Pieter Bakker als gezagvoerder van:

“Briseïs, dd  08 april 1819; 12 mei 1820; 14 mei 1821; 13 juni 1822; 17 april 1824 02 mei 1825; 25 maart 1826; 21 oktober 1826; 10 juli 1827; 01 april 1828; 16 december 1828, 23 juli 1829; 15 april 1830; 19 maart 1831; 02 maart 1832; 29 augustus 1832; 03 mei 1834

“Maria Catharina” dd 03 juni 1835, 26 oktober 1836, 14 september 1836

“Anna Catharina” dd 29 september 1836; 09 maart 1838.

 

Overige bijzonderheden

Bernardus Sikkens werd vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als ligtmatroos geplaatst op de “Elisabeth Anthonia” onder kapitein Bakker voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij meldde zich weer terug op school per 10 februari 1844004(533/1922).

 

Rotterdamsche Courant 22 juli 1820114

Amsterdam, 20 juli. Het Zeemans-Collegie te Amsterdam heeft berigt ontvangen van kapt. K.A. Blaauw, van Amsterdam te Port-à-Port gearriveerd, dat door hem den 8 juni, tussen Goudstaart (opm: Start Point) en Portland, in goede staat gepraaid is het schip (opm: brik) BRISEIS, kapt. P. Bakker, van Amsterdam naar Smirna (opm: Izmir), hebbende N.W. wind.

 

Rotterdamsche Courant 30 december 1820114

Amsterdam, 28 december. De schepen BRISËIS, kapt. P. Bakker, van Smirna (opm: Izmir) naar Amsterdam, en de ONDERNEMING, T.J. Hazewinkel, van Kiel naar Wormerveer, zijn, wegens de vorst, te Medemblik, in goede staat, binnengelopen.

 

Rotterdamsche Courant 16 juni 1821114

Amsterdam, 14 juni. Het schip BRISEIS, kapt. P. Bakker, den 31 mei uit Texel gezeild naar Smirna (opm: Izmir), was, volgens brief van de kapitein, in dato 3 juni, destijds met een gunstige gelegenheid in goede staat zeilende op de hoogte van Wight.

 

Rotterdamsche Courant 02 augustus 1821114

Amsterdam, 31 juli. Het brikschip BRISEIS, kapt. P. Bakker, van Amsterdam naar Smirna (opm: Izmir), is den 1 juli te Malta in goede staat binnengelopen.

 

Rotterdamsche Courant 16 augustus 1821114

Amsterdam, 14 augustus. Het schip (opm: brik) BRISEIS, kapt. P. Bakker, van Amsterdam naar Smirna (opm: Izmir), te Malta binnengelopen, zou, volgens brief van den 14 juli, aldaar blijven liggen, tot men met de verwacht wordende paketboot van Smirna omtrent de staat van zaken bericht zou hebben bekomen (opm: er heerste daar de pest).

Zr.Ms. oorlogsfregat DIANA, kapt. Van der Loef, was den 12 dito te Malta aangekomen, en de volgende dag naar Smirna gezeild (opm: zie ook RC 150122); met hetzelve had kapt. Bakker brieven gezonden aan de Nederlandse consul te Smirna, ten einde hem zijn verblijf op te geven, en zulks aan de ontvangers der lading te berigten.

 

Rotterdamsche Courant 22 september 1821114

Amsterdam, 20 september. Volgens brief van kapt. P. Bakker, voerende het schip BRISEIS, van hier naar Smirna (opm: Izmir), in dato Malta den 28 juli, had de aldaar aangekomen paket van Smirna zeer ongunstige berigten aangebragt, zo dat hij, op aanraden van de consul, met en benevens alle de naar Smirna gedestineerde en te Malta binnengelopen schepen, aldaar vooreerst nog zou blijven liggen

 

Rotterdamsche Courant 30 oktober 1821114

Amsterdam, 28 oktober. Volgens brief van Malta, van 11 september, zou het aldaar liggend schip (opm: brik) BRISEIS, kapt. P. Bakker, van Amsterdam naar Smirna (opm: Izmir), ingevolge zeer geruststellende berigten, van Smirna te Malta ontvangen, waarschijnlijk nog die dag de reis vervolgen

 

Rotterdamsche Courant 12 maart 1822114

Amsterdam, 10 maart. Sedert onze laatste is in Texel binnengekomen P. Bakker van Smirna, in quarantaine op de rede liggend is, wegens schade, onder vergunning heden in het Nieuwe Diep gekomen.

 

Rotterdamsche Courant 16 maart 1822114

Amsterdam, 14 maart. Het schipo BRISEIS, kapt. P. Bakker, van Smirna, is van de quarantaine ontslagen.

 

Rotterdamsche Courant 13 juli 1822114

Amsterdam, 11 juli. Het schip BRISEÏS (BRISEIS), kapt. P. Bakker, van Amsterdam naar Genua en Livorno, den 7 dezer uit Texel gezeild, is den 9 dito op de breedte van de Maas in goede staat gepraaid door kapt. J. Scholtijs (opm: SAMARANG, uit Surinamen).

 

 

Datum vanaf: 1843
Kapitein: Bakker, Pieter

Familiegegevens en opleiding

Jan Veenstra werd geboren ca.1817 te Texel als zoon van Hendrik Veenstra en Jannetje Koning.

Hij trouwde op 01 augustus 1845 te Texel als scheepsgezagvoerder met Marretje Koning, geboren ca. 1820 te Texel als dochter van de landeigenaar Jan Koninge en Elisabeth Boon.

Jan Veenstra overleed op 26 november 1872 te Texel, 55 jaar, kapitein.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.Veenstra werd met vlagnummer 686 per 16 juli 1844 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein T.Gollards. Als zijn schip is genoemd de “Castor”. Toegevoegd is “bedankt” 002. Ten tijde van de inschrijving was Veenstra ongehuwd en 27 jaar002a.

In de Algemene Vergaderingen van 09/16 juli 1844 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd als effectief lid voorgesteld/aangenomen Jan Veenstra, oud 27 jaar, voerend de bark “Castor”, wonende te Buiksloot, op voordracht van kapitein T.Gollards. 023.

 

Jan Veenstra was effectief lid van “Zeemanshoop” met vlagnummer 686 in de periode 1844 t/m 1854 en met vlagnummer 320 in de periode 856 t/m 1858.

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                 jaren          type                 scheepsnaam                   naam reder/boekhouder

     686                           1844          bark                Castor                               Jonkh.J.Hartsen

                                     1845-1848    geen vermelding van schip en boekhouder

                                     1849-1851    fregat              Elisabeth Antonia           J.J.Granpré Molière & A.W.ten Cate

                                     1852-1853    fregat              Schoonverbond              idem

     320                        1854-1855    fregat              Schoonverbond              idem

                                     1856-1858    geen vermelding van schip en boekhouding

 

Bouma025 vermeldt J.Veenstra als gezagvoerder gedurende:

*   1845 van de bark “Castor”, gebouwd in 1834 te Amsterdam, 475 ton o.m., varend voor J.Hartsen te Amsterdam;

*   1850 t/m 1852 van het 3/m schip “Elisabeth Antonia”, gebouwd in 1837 te Dordrecht, 862 ton o.m., varend voor J.J.Granpré Molière & A.W.ten Cate;

*   1853 t/m 1856 van de 3/m pink “Het Schoon Verbond”, gebouwd in 1837 te Amsterdam 880 ton o.m., varend voor J.J.Granpré Molière en A.W.ten Cate te Amsterdam. Het schip werd gebouwd op de werf ‘d Oranjeboom door scheepsbouwmeester A.de Graaf013.

 

In het Archief van de Waterschout in het Gemeentearchief van Amsterdam011 bevindt zich 1 monsterrol op naam van Sies Jans Rotgans en wel dd 05 oktober 1838 met de schoner “Egmond” voor een reis naar Batavia met als boekhouder J.Harsink (sic) en een equipage van 14 man. Daaronder onderstuurman J.Veenstra, oud 21 jaar, afkomstig uit Texel, met een gage van f 40,-/maand

 

Overige bijzonderheden

Gerardus Hendricus Timmerman werd vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam per 03 augustus 1849 geplaatst als jongen op de "Elisabeth Antonia" onder kapitein Veenstra voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij meldde zich weer op school per 30 mei 1850004(533/2112).

 

 

Datum vanaf: 1849
Kapitein: Veenstra, Jan

Familiegegevens en opleiding

Jan Hugo Schepers (“zich schrijvende Jan Hugo Schippers”) werd geboren te Amsterdam 26 mei 1811.

Hij trouwde met Alida Catharina Ruyter, geboren te Amsterdam op 09 april 1811en overleden 11 april 1877.

Jan Hugo overleed op 20 april 1872. Bij zijn overlijden werd Amsterdam als woonplaats vermeld.003 een 118.

In het Bevolkingsregister 1851 van Amsterdam staat de koopvaardijkapitein Jan Hugo Schippers, geboren 26 mei 1811 te Amsterdam, Nederlands Hervormd, in 1853 gekomen van Buiksloot wonend in de Haarlemmer Houttuinen en in 1855 op de Haarlemmerdijk.

 

Jan Hugo Schippers werd per 17 mei 1824 “ingenomen” als leerling van de Amsterdamse Kweekschool voor de Zeevaart. Hij was toen 13 jaar, 1 el/44 duim lang en had de “natuurl.(ijke) kinderz.(iekten) gehad”. Volgens doopcedule 1544 werd hij op 31 juli 1811 te Amsterdam gedoopt als zoon van Jan Hugo Schippers uit Gouda, van beroep schipperknecht, en Gesina de Ruyter uit Amsterdam, beiden gereformeerd en wonende in de Hasselaarssteeg nr.18 te Amsterdam.

Van zijn schoolvorderingen werden 3-maandelijkse rapporten bijgehouden van 17 mei 1824 t/m 01 juli 1829 in de vakken zeevaartkunde, schoolonderwijs (bestaande uit hollands, frans en engels), scheepswerk en tekenen. Voorts zijn de volgende bijzonderheden vermeld:

10 oktober 1825        “gepl. bij de Engelse meester”;

06 oktober 1825        “bekomt eene prijs in het schoolonderwijs v.d.Palin(?) Gedenkschriften”;

01 januari 1826         “gepl. bij den tekenmeester”;

01 april 1826              “bij den Constapel”;

20 december 1826    “als Ledemaat aangenomen bij Do Wunder”;

06 augustus 1827      “bij het uitdelen der prijzen loffelijke vermelding in de 3e klasse Zeevaartkunde”;

20 maart 1828           “geplaatst als ligtmatroos op het schip Mary & Hellegonda Capt. A.Glasener naar Batavia voor Rotterdam”;

06 april 1829             “terug van de reis met goede attestatie”;

19 oktober 1829       geplt als ligtmatroos op het schip Miltiades Kapt. J.P.Corbiëre naar Smirna”;

22 februari 1832       “terug van de reis met goede attestatie”; “op dato honorabel ontslagen” 004-532/1544.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.H.Schippers werd met vlagnummer 335 per 03 januari 1836 ingeschreven als effectief lid van Zeemanshoop op voorspraak van kapiteinH.Mulder. Zijn schip ten tijde van de inschrijving was de “Margaretha Catharina”. Toegevoegd is “overleden”002.

In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 29 december 1835/05 januari 1836 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Jan Hugo Schippers, oud 25 jaar, voerende de bark “Margaretha Catharina”, wonende te Amsterdam, op voordracht van Hendrik Mulder023.

Hij werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 12 juni 1838. Toegevoegd is “met de 1e mei 1855 van beroep veranderd”

J.H.Schippers was van 1854-1870 bestuurslid van het College Zeemanshoop019.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 22 februari 1855 verklaart J.H.Schippers “van beroep te zijn veranderd en geen plan te hebben voor eerst weer te gaan varen.”042

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 30 juli 1857 staat vermeld dat J.H.Schippers en D.Boer Lutjens als lid toetreden tot de Commissie voor het Wetenschappelijke der Zeevaart.042

In de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 29 augustus 1872 staat een verzoek om de reglementaire uitkering door de wed. kapitein J.H.Schippers geb. Ruyter, welke haar in de vergadering dd 26 september 1872 wordt toegekend ingaande 01 november 1872.042

In de notulen van de Algemene Vergadering van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd 08 oktober 1872 staat vermeld dat per 01 mei 1872 een uitkering in de 1e klasse is toegekend aan de weduwe J.H.Schippers geb. Ruijter.023.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer               jaren          type                 scheepsnaam                  naam reder/boekhouder

       335                      1836-1843    bark                Margaretha Catharina   H.Angelkot Willink

                                    1844-1850    fregat              Johanna                        J.J.Granpré Moliëre & A.W.ten Cate

                                       1851          geen vermelding van schip en boekhouder

                                    1852-1853    fregat              Elisabeth Antonia          J.J.Granpré Moliëre & A.W.ten Cate

       109                      1854-1871    geen vermelding van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt J.H.Schippers als gezagvoerder gedurende:

*   1837 t/m 1844 van de bark “Margaretha Catharina” ex Welvaart, gebouwd in 1826 te Amsterdam, 268 ton o.m., varend voor H.Angelkot Willink te Amsterdam;

*   1845 t/m 1851 van het 3/mschip “Johanna”, gebouwd in 1833 te Amsterdam, 840 ton o.m., varend voor J.J.Granpré-Moliëre & A.W. ten Cate. Het schip voer in 1852 voor Boissevain & Kooy te Amsterdam en was herdoopt in “Hester”;

*   1853 t/m 1854 van het 3/m schip “Elisabeth Antonia”, gebouwd in 1837 te Dordrecht, 862 ton o.m., varend voor J.J.Granpré Molière & A.W.ten Cate.

 

Overige bijzonderheden

In een adres dd 12 december 1855 aan de Tweede Kamer der Staten Generaal drongen 58 gezagvoerders aan op de invoering van een Tuchtwet. Zij meldden dat de uitvoering van hun beroep dagelijks meer en meer werd belemmerd door de onmogelijkheid om aan boord der schepen behoorlijke orde en tucht te bewaren. Een van de ondertekenaars was oud-gezzagvoerder J.H.Schippers, commissaris van Zeemanshoop.104.

 

In 1856 werd door de overheid een Raad van Tucht ingesteld die als taak had klachten over wangedrag van kapiteins de onderzoeken en te beoordelen. Van deze Raad waren drie koopvaardijkapiteins lid te weten “D.Boes Lutjens, J.H.Schippers en T.D.Sickens. Kapitein Dirk Boes Lutjens fungeerde tevens als secretaris. De Raad hield in Amsterdam zitting.” 104.

 

Op 09 juni 1838 werd Sierik Visman vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als ligtmatroos geplaatst op de “Margaretha Catharina” onder kapitein J.H.Schippers voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij keerde op 28 juni 1839 op school terug004-532/1790.

Op 16 juli 1839 werd Sierik Visman vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als ligtmatroos geplaatst op de “ Margaretha Catharina onder kapitein J.H.Schippers voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij keerde op 09 mei 1840 op school terug004-532/1790.

Johannes Wamsteker werd per 18 juni 1840 vanuit de Amsterdamse Kweekschool voor de Zeevaart als ligtmatroos geplaatst op de “Margaretha Catharina” onder kapitein J.H. Schippers voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij keerde op de school terug op 06 juli 1841004-532/1835.

Op 29 september 1841 werd vanuit de Amsterdamse Kweekschool voor de Zeevaart Evert Roelof Bijl als ligtmatroos geplaatst op de “Margaretha Catharina” onder kapitein Schippers voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Zij gage was f 10,-. Hij keerde op school terug op 15 november 1842 met de “Sara Johanna” onder kapitein van der Hucht. 004-949/532-1837.

Op 15 mei 1845 werd Jacob Jonker vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als jongen geplaatst op de “Johanna” onder kapitein Schippers voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij keerde terug op 08 maart 1846004(533/1994).

Op 15 mei 1845 werd Frederik Willem Hendrik van Straaten vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als jongen geplaatst op de “Johanna” onder kapitein Schippers voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij meldde zich weer op school op 08 maart 1846004(533/1992).

Op 01 juli 1848 werd Tjerk Dirk Gollards vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als jongen geplaatst op de Johanna onder kapitein Schippers voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij kwam terug van de reis per 02 april 1849004(533/2062).

 

Jacob Spin schilderde een aquarel van de “Elisabeth Antonia” welk schip onder kapitein J.H.Schippers het in februari 1853 zwaar te verduren had in de Indische Oceaan.

 

Algemeen Handelsblad 30 april 1853

Batavia, 12 maart. Op 6 dezer is alhier ter rede teruggekeerd het op 31 januari jl. naar Nederland vertrokken koopvaardijschip ELISABETH ANTONIA, kapt. A. Schippers. Die bodem is in de open zee door hevige stormen overvallen en ondervond grote moeilijkheid, om tegen de hoge zeeën op te werken. Hierdoor kreeg het schip enige averij en werd lek, waarom de kapitein besloot, de reis niet voort te zetten maar naar Batavia terug te keren. Het is nog onzeker of de vertimmeringen aan hetzelve hier of elders zullen geschieden. Aan boord bevonden zich als passagiers mevrouw de weduwe Van der Hucht en vijf kinderen, benevens de kapitein der genie E.A. Haitink en echtgenoot, voor wie deze terugkeer wel een grote teleurstelling genoemd mag worden.

NRC 29 april 1853

Batavia, 9 maart. Op de 6e dezer is alhier ter rede teruggekeerd het op de 31e januari j.l. naar Nederland vertrokken koopvaardijschip ELISABETH ANTHONIA, kapt. A. Schippers (opm: J.H. Schippers, zie ook NRC 030553 en 220653). Die bodem is in zee door hevige stormen overvallen en bekwam daardoor enige averij en werd lek, waarom de kapitein besloot, de reis niet voort te zetten maar naar Batavia terug te keren. Het is nog onzeker, of de vertimmeringen aan hetzelve hier of elders zullen geschieden.

NRC 03 mei 1853

Advertentie. Het fregatschip ELISABETH ANTHONIA, gezagvoerder J.H. Schippers, op welke bodem zich de ondergetekende, met nog zeven leden zijner familie als passagier bevond om van Batavia naar Nederland te worden overgevoerd, werd tussen de 17e en 20e februari j.l, op 15º Z.B. en 98º Lengte, door een orkaan belopen, waardoor hetzelve zwaar lek werd, en naar Batavia moest terugkeren. Wij brengen hier niet alleen hulde toe aan de gezagvoerder, die als bekwaam zeeman reeds enige dagen van tevoren het ontstaan van dit natuurverschijnsel voorzien had, maar verklaren tevens, dat het aandachtig gadeslaan van dit gebeurde ons de overtuiging heeft gegeven, dat wij aan zijn zo tijdig genomen voorzorgen, voorbeeldige bedaardheid en waakzaamheid, zowel in de orkaan, als na het ontstaan der averij, de redding van het schip en de lading, het behoud van ons leven en gelukkig weder bereiken van Batavia verschuldigd zijn, en volbrengen langs deze weg een aangename taak, door de gezagvoerder J.H. Schippers, hiervoor openlijk onze dank te betuigen.

Batavia, 7 maart 1853, E.A. Haitink, kapitein-ingenieur

NRC 22 juni 1853

Amsterdam, 21 juni. Het schip ELISABETH ANTHONIA, kapt. J.H. Schippers, van Batavia herwaarts gedestineerd, te Batavia lek uit zee terug gekomen (opm: zie NRC 030553), had volgens brief van de kapitein van de 26e april de reparatie geëindigd en zou waarschijnlijk tegen medio mei de reis weder aannemen.

 

 

Datum vanaf: 1852
Kapitein: Schippers, Jan Hugo

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt J.Jansen als gezagvoerder gedurende:

*    1831 t/m 1834 van de brik “Reigersdaal”, gebouwd in 1814, bouwplaats niet vermeld, 262 ton, rederij niet vermeld, maar wellicht S.Paleologo te Amsterdam. Het schip werd in 1834 verkocht;

*    1855 t/m 1858 van het 3/m schip “Elisabeth Antonia”, gebouwd in 1837 te Dordrecht, 862 ton o.m., varend voor J.J.Granpré Molière & A.W.ten Cate. Het schip werd in 1859 gesloopt;

*    1864 t/m 1868 van het fregat “Eendragt”, gebouwd in 1837 te Schiedam, 793 ton o.m., varend voor Trakranen & Co te Amsterdam. Het schip is in 1868 gezonken op de kust van Guinea, alwaar het dienst deed als depotschip.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1854
Kapitein: Jansen, J.

Monsterrollen

Opgemaakt Amsterdam
Datum: 1837-10-03
Scheepsnaam voorvoegsel:
Scheepsnaam: ELIZABETH ANTONIA
Schipper: Veer, Simon Hendrik
Scheepstype: fregat
Grootte:

Bekijk alle monsterrollen Bekijk alle monsterrollen
Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

Stadsarchief Amsterdam Archiefnummer AMS 5074.1417.1837.41

deel VII, foto 2 – 15,16
CEDULE

Naam schip ELISABETH ANTHONIA

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, … oktober 1837

type schip fregat

bouwwerf/verkoper niet vermeld

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper zie bijlage

te voeren door kapt. S.H. Veer

grootte in tonnen 425 lasten of 805 zeetonnen

tuigage / aantal dekken drie masten, twee dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd te Dordrecht

plaats / datum registratie Amsterdam, 24 oktober 1837

nummer registratie deel 34, folio 160, verso, vak 6

notaris Regtbank van Eerste Aanleg, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de bijlbrief; het schip is gebouwd voor rekening van de in de bijlage genoemde eigenaren en ligt thans nog te Dordrecht..
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1819-1838.
De eed wordt afgelegd door Joan Carl von Gebauer, voor en namens de in de bijlage genoemde eigenaren.






researcher/datum research: ML / 010616


Bijlage bij acte 41 van 1837, fregat ELISABETH ANTHONIA
eigenaren per medio oktober 1837

firma Voute & Co., Amsterdam (boekhouders en 3/32e part)
J.J. Voute, Amsterdam, zo in prive 4/32e part als q.q. 2/32e part
firma P.& S. Rendorp, Amsterdam (2/32e part)
firma Gebr. van Coppenaal, Amsterdam (2/32e part)
J.W. van den Broek, Amsterdam (1/32e part
J. Borski, Amsterdam (1/32e part)
W. Borski, Amstrerdam (1/32e part)
firma Daniel Crommelin & Zoonen, Amsterdam (1/32e part)
D. Birrius Campen, Amsterdam (1/32e part)
A. Hartsen, Amsterdam (1/32e part)
Pieter Huidekoper, Amsterdam (1/32e part)
G.M. Willink, douairière A. Bierens, Amsterdam (1/32e part)
Wed. D. Bloemen, Amsterdam (1/32e part)
J.C. Ihnken, Amsterdam (1/32e part)
firma Ketwich & Voombergh, Amsterdam (1/32e part)
firma De Lepel & Labouchère, Amsterdam (1/32e part)
P. Lespinasse, Amsterdam (1/32e part)
Otto Roelofs, Amsterdam (1/32e part)
Wed. F. Tayspil, Amsterdam (1/32e part)
B. Trakranen, Amsterdam (1/32e part)
S.A. Voute, ’s-Gravenhage (1/32e part)
A.D. Willink van Bennebroek, Amsterdam (1/32e part)
G.C. Crommelin en M.A.M.Th. Liotard, beiden te Amsterdam, samen 1/32e part)

ML / 010616

Naam ELISABETH ANTHONIA
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1837
Toegang 5074
Inventaris 1418
Klik hier om de originele akte te bekijken

GEMEENTEARCHIEF Amsterdam
archiefnummer 5074 – 1420 – 1837 – no. 41

BIJLBRIEF Elisabeth Anthonia

plaats en datum acte Dordrecht, 9 oktober 1837

type schip fregatschip

kapitein

Bouwwerf Cornelis Gips Zoonen, scheepsbouwmeesters te Dordrecht,
werf Merwede

Eigenaar Voute & Cie, Amsterdam

te voeren door kapt.

grootte in tonnen 805 ton / 425 lasten

tuigage / aantal dekken

afmetingen 42,15 x 6,99 x 6,15 hol

kiellegging 6 december 1836

tewaterlating 27 september 1837

plaats / nr van registratie Dordrecht, deel 25 folio 161 verso vak 7

datum registratie 6 oktober 1837

notaris

prijs

bijzonderheden meetbrief No. 19 d.d. Dordrecht 29 juli 1837

Naam ELISABETH ANTHONIA
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1837
Toegang 5074
Inventaris 1420
Klik hier om de originele akte te bekijken

Noord-Hollands Archief, Haarlem Archiefnummer AMS 198.3168.1839.55 foto IMG 2035 – 2037

CEDULE

Naam schip ELISABETH ANTHONIA

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 4 november 1839

type schip fregat

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper zie bijlage

te voeren door kapt. S.H. Veer

grootte in tonnen 453 lasten

tuigage / aantal dekken drie masten, twee dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd te Dordrecht

plaats / datum registratie Amsterdam, 7 november 1839

nummer registratie deel 38, folio 137, verso, vak 6

notaris Arrondissements Rechtbank, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de bijlbrief; het schip is gebouwd voor rekening van de in de bijlage genoemde eigenaren en ligt thans te Nieuwediep.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1838-1868.
De eed wordt afgelegd door Joan Carl von Gebauer, voor en namens de in de bijlage genoemde eigenaren.


researcher/datum research: ML / 090616






bijlage bij acte 55, fregat ELISABETH ANTHONIA
eigenaren per primo november 1839:

firma Voute & Co., Amsterdam (boekhouders en 3/32e part)
J.J. Voute, Amsterdam (4/32e part)
P. Voute, wonend bij Deventer (3/32e part)
firma P.& S. Rendorp, Amsterdam (2/32e part)
firma Gebr. van Coppenaal, Amsterdam (2/32e part)
Mevr. G.M. Willink, douairière A. Bierens, Amsterdam (1/32e part)
Wed. D. Bloemen, Amsterdam (1/32e part)
J. Borski, Amsterdam (1/32e part)
W. Borski, Amsterdam (1/32e part)
firma Daniel Crommelin & Zoonen, Amsterdam (1/32e part
D. Beruys Campen, Amsterdam (1/32e part)
A.M. Brants, echtgenote van B.A. Baron van Verschuer, Amsterdam (1/32e part)
Pieter Huidekoper, Amsterdam (1/32e part)
J.C. Ihnken, Amsterdam (1/32e part)
Ketwich Voombergh, Amsterdam (1/32e part)
De Lepel Labouchère, Amsterdam (1/32e part)
Otto Roelofs, Amsterdam (1/32e part)
Mevr. A.W. Broes, weduwe Tayspil, Amsterdam (1/32e part)
B. Trakranen, Amsterdam (1/32e part)
Mej. F.C. Voute, Elkom (opm: Ellecom?) (1/32e part)
dames M.A. en M.T. Liotard, Amsterdam, samen 1/32e part)

ML / 090616

Naam ELISABETH ANTHONIA
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1839
Toegang 198
Inventaris 3168

Noord-Hollands Archief, Haarlem Archiefnummer AMS 198.3169.1843.4
foto IMG 2388 - 2391

CEDULE

Naam schip ELISABETH ANTHONIA

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 27 februari 1843

type schip fregat

gevoerd door kapt. geweest door kapt. S.H. Veer

eigenaar/koper zie bijlage

te voeren door kapt. wordt kapt. Pieter Bakker

grootte in tonnen 455 lasten of 862 tonnen

tuigage / aantal dekken drie masten, twee dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd te Dordrecht

plaats / datum registratie Amsterdam, 1 maart 1843

nummer registratie deel 45, folio 61, verso, vak 3

notaris Arrondissements Rechtbank, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de bijlbrief; het schip is gebouwd voor rekening van de in de bijlage genoemde eigenaren en ligt thans te Amsterdam.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1838-1868.
De eed wordt afgelegd door Johan Carl von Gebauer, Amsterdam, voor en namens de in de bijlage genoemde eigenaren.



researcher/datum research: ML / 030816






bijlage bij acte 4 van 1843, fregat ELISABETH ANTHONIA
eigenaren per ultimo februari 1843

firma Voute & Co., Amsterdam (boekhouders en 3/32e part)
J.J. Voute, Amsterdam (4/32e part)
P. Voute, Deventer (3/32e part)
firma Gebr. van Coppenaal, Amsterdam (2/32e part)
firma P.& S. Rendorp, Amsterdam (2/32e part)
A.D. Willink van Bennebroek, Amsterdam (1/32e part)
W. Borski, Amsterdam (1/32e part)
J. Borski, Amsterdam (1/32e part)
J.W. van den Broek, Amsterdam (1/32e part)
D. Berrius Campen, Amsterdam (1/32e part)
firma D. Crommelin & Zoonen, Amsterdam (1/32e part’
P. Huidekoper, Amsterdam (1/32e part)
J.C. Ihnken, Amsterdam (1/.32e part)
firma Ketwich & Voomberg, Amsterdam (1/32e part)
D. Koopmans, Amsterdam (1/32e part)
firma De Lepel & Labouchère, Amsterdam (1/32e part)
firma Otto Roelofs & Zoon, Amsterdam (1/32e part)
B. Trakranen, Amsterdam (1/32e part)
Erven de weduwe D. Bloemen, Amsterdam (1/32e part)
firma G.C. Crommelin & M.A. Liotard, Amsterdam (1/32e part)
A.M. Brants, echtgenote van B.A. baron van Verschuer, Amsterdam 1/32e part)
Mej. F.C. Voute, Elkum (opm: Ellecom?) (1/32e part)
Mevr. G.M. Willink, douairière A. Biezen, Amsterdam (1/32e part)

ML / 030816

Naam ELISABETH ANTHONIA
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1843
Toegang 198
Inventaris 3169

Noord-Hollands Archief – Haarlem Archiefnummer Amst.198.3179-1843.4

DVD XI – 433, 434
BIJLBRIEF

Naam schip ELISABETH ANTHONIA

plaats en datum acte bijlbrief, Dordrecht, 6 oktober 1837

type schip fregat

bouwwerf/verkoper Cornelis Gips & Zonen, scheepsbouwmeesters te Dordrecht, werf De Merwede, in de Lijnbaan aldaar

gevoerd door kapt.

eigenaar/aankoper firma Voūte & Co., Amsterdam

te voeren door kapt.

grootte in tonnen 805 tonnen of 425 lasten (meetbrief Dordrecht, 29 september 1837)

tuigage / aantal dekken

afmetingen 42,15 x 6,99 x 6,15 meter

kiellegging 6 december 1836

tewaterlating 27 september 1837

plaats / datum registratie Dordrecht, 6 oktober 1837

nummer van registratie deel 25, folio 161, verso, vak 7 en volgende.

notaris

prijs NLG.

bijzonderheden



researcher/datum research: ML / 300708

Naam ELISABETH ANTHONIA
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1843
Toegang 198
Inventaris 3179

Noord-Hollands Archief, Haarlem Archiefnummer AMS 198.3170.1844.16
foto IMG 2485 - 2490

CEDULE

Naam schip ELISABETH ANTHONIA

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 24 juli 1844

type schip fregat

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper zie bijlage

te voeren door kapt. kapt. Pieter Bakker

grootte in tonnen 455 lasten of 862 tonnen

tuigage / aantal dekken drie masten, twee dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd te Dordrecht

plaats / datum registratie Amsterdam, 6 augustus 1844

nummer registratie deel 47, folio 163, recto, vak 1

notaris Arrondissements Rechtbank, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de bijlbrief; het schip is destijds gebouwd voor rekening van de in de bijlage genoemde eigenaren, doch door het overlijden van J.J. Voute en de liquidatie van zijn firma is de partenverdeling veranderd en was een nieuwe eigendomsverklaring nodig. Het schip ligt thans te Amsterdam.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1838-1868.
De eed wordt afgelegd door Johan Carl von Gebauer, Amsterdam, voor en namens de in de bijlage genoemde eigenaren.



researcher/datum research: ML / 030816



bijlage bij acte 16 van 1844, fregat ELISABETH ANTHONIA
eigenaren per medio juli 1844

J.J. Granpré Molière en A.W. ten Cate, beide wonende te Amsterdam, voerende samen de boekhouding en hebbende samen 1/32e part
L.A. Granpré Molière, J.M. Rijnvaan en H.P. Witkamp, executeurs van wijlen J.J. Voute en liquidateurs van de firma Voute & Co, Amsterdam (6/32e part)
P. Voute, Olst (3/32e part)
firma Gebr. van Coppenaal, Amsterdam (2/32e part)
firma P.& S. Rendorp, Amsterdam (2/32e part)
A.D. Willink van Bennebroek, Amsterdam (1/32e part)
W. Borski, Amsterdam (1/32e part)
J. Borski, Amsterdam (1/32e part)
J.W. van den Broek, Amsterdam (1/32e part)
D. Birrius Campen, Amsterdam (1/32e part)
firma D. Crommelin & Zoonen, Amsterdam (1/32e part’
P. Huidekoper, Amsterdam (1/32e part)
P.C. Ihnken, Amsterdam (1/.32e part)
firma Ketwich & Voombergh, Amsterdam (1/32e part)
D. Koopmans, Amsterdam (1/32e part)
firma De Lepel & Labouchère, Amsterdam (1/32e part)
firma Otto Roelofs & Zoonen, Amsterdam (1/32e part)
B. Trakranen, Amsterdam (1/32e part)
Erven de weduwe D. Bloemen, Amsterdam (1/32e part)
firma G.C. Crommelin & Mej. M.A. Liotard, Amsterdam (1/32e part)
A.M. Brants, echtgenote van R.A. baron van Verschuer, Amsterdam 1/32e part)
Mej. F.C. Voute, Elkum (opm: Ellecom?) (1/32e part)
Mevr. G.M. Willink, douairière A. Bierens, Amsterdam (1/32e part)

(opm: vergelijk acte 4 van 1843, de dato 27 februari 1843. Er treden verschillen op tussen met name de voorletters van sommige eigenaren. Dit is te wijten aan moeilijk ,leesbare letters, dan eens zus dan weer zo geinterpreteerd)

ML / 090816

Naam ELISABETH ANTHONIA
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1844
Toegang 198
Inventaris 3170

Noord-Hollands Archief, Haarlem Archiefnummer AMS 198.3170.1847.19
foto IMG 2795 - 2800

CEDULE

Naam schip ELISABETH ANTHONIA

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 28 mei 1847

type schip fregat

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper zie bijlage

te voeren door kapt. P. Bakker

grootte in tonnen 455 lasten of 862 zeetonnen

tuigage / aantal dekken drie masten, twee dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd te Dordrecht

plaats / datum registratie Amsterdam, 28 mei 1847

nummer registratie deel 42, folio 72, verso, vak 4

notaris Arrondissements Rechtbank, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de oorspronkelijke bijlbrief; het schip ligt thans te Amsterdam.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1838-1868.
De eed wordt afgelegd door Johan Carl von Gebauer, Amsterdam, voor en namens de in de bijlage genoemde eigenaren.
Van inlevering van een vorige zeebrief wordt niet gerept.




researcher/datum research: ML / 220916



Bijlage bij eigendomsbewijs 19 van 1847, fregat ELISABETH ANTHONIA
eigenaren per ultimo mei 1847

J.J. Granpré Molière en A.W. ten Cate, beide te Amsterdam, samen boekhouders en samen 4/64e part
Mevr. J.A. Mittendorff, weduwe P. Voute, bij Deventer (4/64e part)
F.C. Voute, Ellecom (2/64e part)
Mevr. G.M. Willink, weduwe A. Bierens, Amsterdam (2/64e part)
Mevr. Granpré Molière, geboren J.E. Voute, bij Deventer (2/64e part)
Baronesse van Verschuer, geboren Brants, Amsterdam (2/64e part)
M.A. Liotard, Amsterdam (1/64e part)
firma P. & S. Rendorp, Amsterdam (6/64e part)
firma Daniel Crommelin & Soonen, Amsterdam (2/64e part)
P. Huidekoper, Amsterdam (2/64e part)
P.G. Voute, bij Deventer (2/64e part)
erven weduwe D. Bloemen, Amsterdam (2/64e part)
W. Borski, Amsterdam (2/64e part)
J. Borski, Amsterdam (2/64e part)
Daniel Birrius Campen, Amsterdam (2/64e part)
firma Ketwich & Voombergh, Amsterdam (2/64e part)
A.D. Willink van Bennebroek, Amsterdam (2/64e part)
B. Trakranen, Amsterdam (2/64e part)
J.C. Ihnken, Amsterdam (2/64e part)
D. Koopmans, Amsterdam (2/64e part)
firma Otto Roelofs & Zonen, Amsterdam (2/64e part)
firma De Lepel & Labouchère, Amsterdam (2/64e part)
Gulian C. Crommelin, Amsterdam (1/64e part)
C. Abrahamsz, Amsterdam (2/64e part)
P. Pet, Amsterdam (2/64e part)
P. Kuijper van Harpen, Amsterdam (2/64e part)
firma H. Jonker & Zoon, Amsterdam (2/64e part)
P. Bakker, Amsterdam (2/64e part)
Dirk Beth, Amsterdam (2/64e part)

ML / 220916

Naam ELISABETH ANTHONIA
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1847
Toegang 198
Inventaris 3170

Noord-Holl.Archief, Haarlem Archiefnummer Amst.198.3172.1854.19

DVD XLIV – 2331-2334
CEDULE

Naam schip ELISABETH ANTHONIA

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 10 maart 1854

type schip fregat

bouwwerf/verkoper

gevoerd door kapt.

eigenaar J.J. Granpré Molière en A.W. ten Cate, Amsterdam, boekhouders en mede-reders (zie bijlage)

te voeren door kapt. J. Jansen

grootte in tonnen 455 lasten of 862 zeetonnen

tuigage / aantal dekken drie masten, twee dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating schip is gebouwd te Dordrecht

plaats / datum registratie Amsterdam, 14 maart 1854

nummer van registratie deel 66, folio 54, recto, vak 1.

datum eedsaflegging voor verkrijging zeebrief: 16 maart 1854

prijs NLG.

Bijzonderheden: het schip was nieuw gebouwd voor rekening van de in de bijlage genoemde rederij van het schip; de bijlage en bevestigende verklaring stadsbestuur van Dordrecht werden overlegd.







researcher/datum research: ML / 310510




Bijlage bij cedule 19 van 10 maart 1854, fregat ELISABETH ANTHONIA



Eigenaren:

J.J. Granpré Molière en A.W. ten Cate, boekhouders en 4/64e part
Firma P.& Y.Rendorp (6/64e part)
Forma D. Crommelin & Soonen (2/64e part)
W. Borski (2/64e part)
J. Borski (2/64e part)
D. Birrius Campen (2/64e part)
B. Trakranen (2/64e part)
J.C. Ihnken (2/64e part)
Firma Otto Roelofs & Zonen (2/64e part)
P.C. Labouchère 2/64e part)
J. Kuyper van Harpen (2/64e part)
C. Abrahamsz (2/64e part)
P. Bakker (2/64e part)
Erven P. Huidekoper (2/64e part)
Erven Wed. D. Bloemen (2/64e part)
Firma Ketwich & Voomberg (2/64e part)
Firma H. Jonker & Zoon (2/64e part)
J.A. Mittendorf, wed. P. Voute (4/64e part)
IJ.E. Granpré Molière, geboren Voute (2/64e part)
T.E. Voute (5/64e part)
Baronesse Verschuer, geboren Brants (2/64e part)
Wed. P. Pet, geboren Heense (2/64e part)
M.A. Liotard (1/64e part)
Erven A.D. Willink van Bennebroek (2/64e part)
L.A. Granpré Molière (1/64e part)
J. Broes, wed. D. Koopmans (2/64e part)
en G.C. Crommelin (1/64e part)



ML / 310510

Naam ELISABETH ANTHONIA
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1854
Toegang 198
Inventaris 3172

Bronnen

Jaar: 0000
Bron: ARCHIEF Gemeente Amsterdam
Omschrijving: BIJLBRIEF: archiefnummer 5074 – 1420 – 1837 – no. 41
Documentatie Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders (SKHV), w.o. collectie Hoedemaker/Smit/Suyk