1832

Op 22 augustus 1832 werd de eerste zeebrief, alsmede een Turkse pas, verstrekt voor de PETRUS, aangevraagd door de directeuren der Sociëteit van Nederlandsche Scheepsbouw en Scheepvaart, Amsterdam, voor F.H. Trip als kapitein.

AH 220832
Advertentie. Schepen in lading te Amsterdam:
- Naar Batavia. Het nieuw gebouwd en gekoperd tweedeks fregatschip PETRUS, kapt. F.H. Trip, van Amsterdam. Adres bij Coopman en De Witt en Lenaertz, Van Olivier en Co., Hoyman en Schuurman en De Vries en Co.
AH 251032
Texel, 23 oktober. Vertrokken: PETRUS, kapt. F.H. Trip, naar Batavia; HENRIETTE, kapt. J.E. Schneebeeke, naar Suriname; GOEDE VERWACHTING, kapt. J.B. Bodeman, naar Suriname; FLORIDA, kapt. J. Tinkham, naar Savannah.

1833

JC 090233
Batavia, 7 februari. Heden is alhier gearriveerd het schip PETRUS, kapt. F.H. Trip, met een passagier, de 23 oktober vertrokken van Amsterdam.
AH 140633
De 6^e februari j.l. is in de Straat Sunda gearriveerd het schip PETRUS, kapt. Fokele Hendriks Trip, van Amsterdam naar Batavia (in 106 dagen).

1834

AH 300134
Scheepstijdingen: Kapt. Fokele Hendriks Trip, voerende het fregatschip PETRUS, van Batavia 18 oktober jl. vertrokken en 28 januari in Texel binnen (alzo de terugreis in 100 dagen afgelegd hebbende), rapporteert dat vóór hem van Batavia gezeild zijn, de schepen ZEEMANSHOOP, kapt. J.A. Witsen en WILLEM ERNST, kapt. J.G. Veening, alsmede met hem de schepen CONCORDIA, kapt. J.H. Backer en OLIVIER VAN NOORD, kapt. H. de Jong, alle vier naar Amsterdam. Wijders dat vóór zijn vertrek aldaar gearriveerd was, het schip DE NEDERLANDEN, kapt. A.J. Struik, van Amsterdam, alsmede dat hij in Straat Sunda gezien heeft het schip SURINAME, kapt. W. Landzaat en nog een schip, zo hij meende, ONS GENOEGEN, kapt. C. van Zameren, beide van Amsterdam naar Batavia bestemd.
AH 300134
Binnengekomen Texel, 28 januari. PETRUS, kapt. F.H. Trip, van Batavia.
AH 300134
Carga-lijsten Amsterdam: PETRUS, kapt. F.H. Trip, van Batavia met koffie, suiker, indigo, ruwe zijde, tabak, huiden, staartpeper en bindrotting.

Op 19 maart 1834 werd een Turkse pas verstrekt voor de PETRUS, aangevraagd door de directeuren der Sociëteit van Nederlandsche Scheepsbouw en Scheepvaart, Amsterdam, voor F.H. Trip als kapitein.

AH 210434
Texel, 18 april. PETRUS, kapt. F.H. Trip, naar Batavia; LISETTE CAROLINA, kapt. T.M. Gnodde, naar Bordeaux; CORNELIA, kapt. J. Beekman, naar Hull.
AH 160534
Scheepstijdingen. De PETRUS, kapt. F.H. Trip, van Amsterdam naar Batavia, is gepraaid op 49º breedte en 7º lengte.
JC 090834
Batavia, 5 augustus. Heden is alhier aangekomen het Nederlandse schip PETRUS, kapt. F.H. Trip, met Zr.Ms. troepen, van Amsterdam vertrokken de 18^e april.
JC 011034
Batavia, 30 september. Aan boord van het Nederlandse schip PETRUS, kapt. F.H. Trip, liggende te dezer rede, ontstond zaterdag de 20^e dezer een hevige brand tussendeks, die echter zonder veel belangrijke schade aan te richten, spoedig geblust werd door de tijdige hulp zo door brandspuiten als anderszins van Zr.Ms. wachtbrik ORESTES en van Zr.Ms. oorlogsschepen PALEMBANG, AMPHITRITE en brik MEERMIN. De brand werd na middernacht te half vier ontdekt, doch men heeft de oorzaak van dit ongeval niet kunnen opsporen.

1835

AH 210135
Scheepstijdingen. Binnengekomen:
Batavia, 14 september. PETRUS, kapt. F.H. Trip, van Soerabaya.
Soerabaya, 13 augustus. ROTTERDAMS WELVAREN, kapt. F.F. Okkens, van Batavia.
AH 050235
Binnengekomen: Texel, 3 februari. PETRUS, kapt. F.H. Trip, van Batavia. Terug uit zee: Zr.Ms. brik SNELHEID, luit. ter zee Ferguson.
AH 070335
Advertentie. Schepen in lading.
Naar Nederlandse koloniën:
Batavia. Het gekoperd tweedeks fregatschip HOLLAND, kapt. G.W. van Barneveld Kooy, van Amsterdam. Adres bij B.D. Bosscher.
Batavia. Het gekoperd tweedeks fregatschip PETRUS, kapt. Fokels Hendriks Trip, van Amsterdam. Adres bij Coopman en de Witt en Lenaertz, van Olivier en Comp., Hoyman en Schuurman en De Vries en Comp.

Op 23 maart 1835 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de PETRUS, aangevraagd door de directeuren der Sociëteit van Nederlandsche Scheepsbouw en Scheepvaart, Amsterdam, voor F.H. Trip als kapitein.

AH 210435
Uitgezeild:
Texel, 19 april. PETRUS, kapt. F.H. Trip, naar Batavia; ATALANTA, kapt. C. Meyer, naar Suriname; HERSTELLER, kapt. C. van der Wind, naar Rio-Janeiro; JONGE JAN, kapt. T.J.D. Wal en MEDEMBLIK, kapt. J. Grey, naar Londen.
JC 120835
Batavia, 9 augustus. De 7^e augustus is alhier aangekomen het Nederlandse schip JAVA, kapt. J.Y. van der Zweep, de 28^e april van Rotterdam vertrokken. De 8^e dito is alhier aangekomen de dito bark JACOBUS, kapt. J. Laurens, de 28^e april van Rotterdam vertrokken. Heden is alhier aangekomen het dito schip PETRUS, kapt. F.H. Trip, de 19^e april van Amsterdam vertrokken.
JC 071035
Van Soerabaija vertrokken schepen:
De 24^e september: de Nederlandse schoener SRIE BANDAN, kapt. Intje Achmat, naar Samarang en Batavia. De 27^e september: het Nederlandse schip PETRUS, kapt. F.H. Trip, met vier passagiers, over Batavia naar Nederland. De 28^e september: de civiele schoener CALYPSO, kapt. J.H. Prins, met een passagier naar Makasser, en twee buitenlandse schepen. De 30^e september: het Nederlandse schip JULIA, kapt. J. Gordon, naar Batavia.
AH 091235
Binnengekomen:
Batavia, 7 augustus. JAVA, kapt. Jan Y. van der Zweep, van Rotterdam. 9 augustus. PETRUS, kapt. Fokele Hendriks Trip, van Amsterdam; 17 augustus, DIANA, kapt. O. Lindeman, van Rotterdam. 18 augustus, HOLLAND, kapt. G.W. van Barneveld Kooy, van Amsterdam en Padang. 20 augustus. MARIA, kapt. J.A. Pronk, van Rotterdam; ELISA, kapt. H. Peters, van Rotterdam. MAKASSAR, kapt. H. Poppen, van Vlissingen.

1837

Op 19 mei 1837 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de PETRUS, aangevraagd door de directeuren der Sociëteit van Nederlandsche Scheepsbouw en Scheepvaart, Amsterdam, voor F.H. Trip als kapitein.

RC 220637
Kapt. F.J. Hofmann, van Passarouang in Texel binnen, rapporteert gezien te hebben op 12 juni op de hoogte van de Lezard (opm: Lizard) twee schepen, het ene tonende de Bremer vlag No. 106 en het andere de Rotterdamse vlag met No. 153 zijnde die van kapt. H.F. Horneman, voerende het schip JOHANNA CORNELIA, van Rotterdam naar Batavia, en op 17 juni in de Noordzee een schip, tonende de vlag van het Collegie Zeemanshoop, met No. 229, zijnde die van kapt. F.H. Trip, voerende het schip PETRUS, van Amsterdam naar Batavia.
RC 200737
Rotterdam, 19 juli. Kapt. J. Sipkes Feykesz, van Marennes in Texel binnen, heeft den 25 juni, op 49º N.B. 6º W.L. gepraaid het schip (opm: fregat) PETRUS, kapt. F.H. Trip, van Amsterdam naar Batavia, en den 8 dezer, op de hoogte van Bevezier (opm: Beachy Head), het schip ABEL TASMAN, kapt. H.G. Zeylstra, mede van Amsterdam naar Batavia.

1839

Op 10 oktober 1839 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de PETRUS, aangevraagd door de directeuren der Sociëteit van Nederlandsche Scheepsbouw en Scheepvaart, Amsterdam, voor F.H. Trip als kapitein.

1840

JC 010440
Te Batavia aangekomen schepen:
De 29^e maart: Zr.Ms. stoomschip HEKLA, commandant luit.t.zee 2^e klasse B.H. Staring, van Sidarie; het fregat ADMIRAAL ZOUTMAN, kapt. L. Heijkoop, van Samarang de 27^e maart met een passagier; het fregat PETRUS, kapt. F.H. Trip, van Pekalongan de 26^e maart met twee passagiers; het fregat VAN GALEN, kapt. M. Marcussen, van Soerabaija.
Van Samarang vertrokken schepen:
De 21^e maart: het fregat IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelief, over Batavia naar Amsterdam met een passagier. De 22^e maart: het fregat PETRUS, kapt. F.H. Trip, over Pekalongan en Batavia naar Nederland met passagiers.
ZP 270740
Volgens brief van Texel van de 26^e juli waren aldaar voorgaats twee schepen, volgens informatie de IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. Zoetelief, en PETRUS, kapt. Trip, beide van Batavia naar Amsterdam, doch wegens tegenwind en stroom verhinderd binnen te komen.
ZP 110840
De lichter, gevoerd door schipper Kaan, met suiker uit het van Batavia in Texel binnen zijnde schip PETRUS, kapt. Trip, is de 7^e augustus bij Enkhuizen gezonken, doch met adsistentie aldaar binnengebracht. Circa 60 kanisters suiker waren in goede staat geborgen.
PGC 031140
Kapt. De Groot, van Cardiff te Rotterdam gearriveerd, rapporteert den 7 oktober, 3 mijlen NNO. van Lézard, gepraaid te hebben het schip PETRUS, kapt. Stokvliet, voor kapt. Trip, van Amsterdam naar Batavia, en gezien ene bark, tonende vlag van het Collegie Zeemanshoop met No. 129, zijnde die van kapt. Remkes, voerende het schip MARIA, mede van Amsterdam naar Batavia.

1842

OHC 220342
Advertentie. Na ene langdurige ongesteldheid en bijkomende toevallen, overleed heden, tot mijne droefheid, mijn geliefde echtgenoot, Fokele Hendriksz Trip, Koopvaardij Kapitein op Oost Indië, in den ouderdom van 45 jaren, na ene genoeglijke echtverbintenis van 15 jaren, mij nalatende twee kinderen, nog te jong om hun verlies te beseffen.
A. Stapert, Wed. F.H. Trip.
Amsterdam,
16 maart 1842.

Op 23 juni 1842 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de PETRUS, aangevraagd door de directeuren der Sociëteit van Nederlandsche Scheepsbouw en Scheepvaart, Amsterdam, voor A. Stokvliet als kapitein.

1844

Op 8 juni 1844 werd een Turkse pas verstrekt voor de PETRUS, aangevraagd door P. Scheffer & Zoon, Amsterdam, voor A. Stokvliet als kapitein.

1849

Op 11 juli 1849 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de PETRUS, aangevraagd door P. Scheffer & Zoon; directeur der Sociëteit van Nederlandsche Scheepsbouw en Scheepvaart, Amsterdam, voor A. Stokvliet als kapitein.

1851

NRC 120651
Amsterdam, 11 juni. Het schip PETRUS, kapt. Stokvliet, van North Shields naar Manila, is volgens brief van Rio de Janeiro van de 22^e april, de vorige dag aldaar lek en met schade binnengelopen, hebbende op 25º ZB 28º WL een hevige storm doorgestaan. (opm: zie NRC 160951)
NRC 160951
Amsterdam, 15 september. Het schip PETRUS, kapt. A. Stokvliet (opm: fregat, bouwjaar 1832), van Newcastle naar Manilla, met schade te Rio de Janeiro binnengelopen (opm: zie NRC 120651), is volgens brief van daar van de 13^e augustus afgekeurd en zou verkocht worden.

1852

Op 13 januari 1852 verzond het Ministerie van Marine in Den Haag de geretourneerde zeebrief naar de Staatsraad met de vermelding ‘schip afgekeurd in Rio de Janeiro’, waarna op 16 januari 1852 royement volgde. Het schip werd ter plaatse verkocht.