Inloggen
Gezagvoerder

Ginkel, Frans van

Naam: Ginkel, Frans van
Schepen waarop deze gezagvoerder heeft gevaren

Aantal gevonden schepen: 1
Naam Bouwjaar Type Voortstuwing Ship id
DORTENAAR 1831 Fregat Sailing Vessel 9679 Bekijk schip

Overige informatie van deze gezagvoerder:

Familiegegevens en opleiding

Frans van Ginkel werd geboren in 1802 te Rotterdam.

Hij overleed op 01 december 1832 ’s morgens om 3 uur aan boord van zijn schip het fregat de “Dordtenaar” op de rede van Semarang. Hij werd aan land begraven. Zijn overlijdensakte is gedateerd 31 december 1833 te Dordrecht.064.

 

Javasche Courant 25 december 1832

 

Dordrechtsche Courant 23 april 1833114

Advertentie. Gisteren avond ontving ik de treurige tijding, dat mijn hartelijke geliefde enige zoon, Frans van Ginkel, kapitein op het Nederlands koopvaardij-fregatschip de DORTENAAR, op 1 december 1832 te Samarang aan een leverziekte is overleden, in de ouderdom van éénendertig jaren. Hoe deze nieuwe wonde mijn vaderhart doet bloeden, dat thans voor de vijftiende maal aldus is getroffen, zal ieder beseffen die het edel karakter van mijn dierbare zoon, die enig overgeblevene van mijn zo talrijk gezin was, gekend heeft. In mijn klimmende jaren alleen overgebleven, blijft mij op deze aarde niets overig, dan de berusting in de wil van Hem wiens doen onberispelijk is, en de hoop om mijn afgestorvene, met allen die hem zijn voorgegaan, eenmaal in zalige gewesten weder te zien.

Rotterdam, 21 april 1833, J.P. van Ginkel.

Vrienden en bekenden gelieven deze algemene ook als bijzondere kennisgeving te willen aannemen.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

  1. van Ginkel was met vlagnummer R12 van 1827 t/m 1830 lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058

 

  1. van Ginkel was lid van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” met vlagnummer 19 van 27 april 1832 t/m zijn overlijden in december 1832.064a

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1830 van de Maatschappij tot Nut der Zeevaart staat vermeld dat hij in 1830 zijn lidmaatschap opzegde058.

 

De schepen van de kapitein

Bouma025  vermeldt F. van Ginkel als gezagvoerder gedurende:

*    1832 (moet zijn 1831) t/m 1832 van het 3/m schip “de Dortenaar” (sic), gebouwd in 1830 te Dordrecht, 900 ton o.m., varend voor A.Blussé van Oud-Alblas te Dordrecht.

 

Overige bijzonderheden

Het fregat de “Dordtenaar” maakte in totaal 5 reizen waarvan onder gezag van kapitein F. van Ginkel:

1ste reis      Stuurman van Ginkel nam het gezag tijdens de 1ste reis over van kapitein D. van der Koogh, die onderweg overleed. Vertrek in februari 1831 naar Batavia en terug in maart 1832.

2de reis       Mei 1832 naar Batavia en terug in oktober 1833.

Gegevens van de heer P.Blussé te Vught, die ze ontleende aan het rederijarchief in het Stadsarchief van Dordrecht,

 

Ontleend aan  van Blokland-Visser064:

Op 25 februari 1831 monsterde Leendert Tuk (later gezagvoerder, zie aldaar) aan op het fregat “De Dordtenaar”, eerste schip van reeder A.Blussé van Oud-Alblas onder gezagvoerder Dirk van der Koogh, 32 jaar oud. De reis met 44 bemanningsleden ging naar Batavia. Hij overleed onderweg op 16 mei 1831 (akte van overlijden 27 april 1832 te Dordrecht) ter hoogte van 12o13’ ZB en 29o13’WL. De eerste stuurman Frans (van) Ginkel, geboren 1802 te Rotterdam, 29 jaar uit Rotterdam, nam het gezag over.

Volgens monsterrol nr. 565 in het Gemeentearchief van Dordrecht dd 01 mei 1832 monsterde Frans van Ginkel, wonend te Dordrecht, 30 jaar, als gezagvoerder aan op “De Dordtenaar”, voor een reis naar Batavia met een equipage van 42 man.

De “Dordtenaar” vertrekt op 19 mei 1832 uit Hellevoetsluis op weg naar Java met kapitein Frans van Ginkel, 30 jaar. Hij was op de eerste reis van dit schip 1e stuurman maar moest op de heenweg op de Indische Oceaan het gezag overnemen van kapitein Dirk van der Koogh die ziek werd en aan boord overleed. Op 2 oktober 1832 komt het schip aan in Sourabaya waar het eerst, vanwege stormschade moest worden gerepareerd.. In november 1832 overlijden twee bemanningsleden aan de cholera. Op 28 november 1832 worden er 1000 balen koffie geladen in Semarang. Kapitein van Ginkel is dan al een week ziek, maar probeert nog de zaken af te handelen. Het logboek meldt op 30 november 1832 dat de kapitein zwaar ziek en buiten kennis is. Hij overlijdt ’s nachts om 3 uur. De vlaggen werden halfstok gehesen en er werden 7 treurschoten afgevuurd. Hij werd op de begraafplaats van Semarang begraven. Het gezag werd overgenomen door de 1e stuurman Pieter Kraay.

In het Gemeentearchief van Dordrecht.,( nr. 124-18, rederij Blussé van Oud Alblas.) bevindt zich een scheepsjournaal van de reis van de “Dordtenaar” van mei 1832-okt 1833 naar Batavia en terug. Na een aantal meldingen van de ziekte van de kapitein staat er op 01 december 1832 vermeld:

“ … de Kapt had gedurende de nagt geen kennis meer en ten 3u des morgens gaf hij de geest; met den dag heeschen de vlaggen halfstok en deden zeven treurschoten, zoo ook te 12u en te 5u wanneer het lijk toen met allen land en scheepsceremonien ter aarde is besteld. Door het overlijden van den gezagvoerder nam de 1ste Stuurman P.Kraaij het bevel op zich en stelde den 2de S. van de Koppel als Eerste, den derde als 2de, den 4de als derde en de Hofmeester A.Meinderts als 4de Stuurman aan.”

 

Willem Verhoeven werd per 24 april 1832 vanuit de Amsterdamse Kweekschool voor de Zeevaart als ligtmatroos geplaatst op de Dordtenaar onder kapitein van Ginkel voor een reis van Dordrecht naar Batavia. Hij kwam terug op school per 11 oktober 1833004-532/1651.

 

Rotterdamsche Courant 18 juni 1833114

Rotterdam, 17 juni. Het schip DE DORTENAAR, gevoerd door de tweede stuurman S. van Kappel, voor wijlen kapt. F. van Ginkel, met koffie en suiker van Batavia naar Dordrecht, laatst van St. Helena, is, volgens brief van Philadelphia van de 14e mei, naar Noord-Amerika koers zettende, op die kust bij Delaware aan de grond geraakt, doch met hulp weer afgebracht en te Philadelphia lek binnengelopen; de lading, welke men veronderstelt dat niet beschadigd zal zijn, zijnde het opgepompte water geheel helder, zou men nog die dag beginnen te lossen en na te zien.