Inloggen
Gezagvoerder

Abbema, Jean Frederic Pierre Antoine

Naam: Abbema, Jean Frederic Pierre Antoine
Schepen waarop deze gezagvoerder heeft gevaren

Aantal gevonden schepen: 2
Naam Bouwjaar Type Voortstuwing Ship id
TEST VERSIE 2 1833 General Cargo schip Aux. Sailing Vessel 16711 Bekijk schip
DORTENAAR 1831 Fregat Sailing Vessel 9679 Bekijk schip

Overige informatie van deze gezagvoerder:

Familiegegevens

Navolgende gegevens zijn ontleend aan archivalia (o.a. krantenadvertenties) uit het Centraal Bureau voor Genealogie te Den Haag, het Stadsarchief van Amsterdam, het Stadsarchief van Dordrecht en gegevens van dhr. A.Abbema te Reeuwijk.

 

Jan Frederik Abbema, zoon van Sybrand Abbema en C.M.Testas, was gehuwd met Marie Elisabeth Martin.

“Heden zijn ondertrouwd J.F.Abbema en M.E.Martin.

Amsterdam 15 februarij 1803”

 

“Heden ontving ik op het onverwachtst het droeve berigt dat mijn waarde Echtgenoot Jan Fredrik Abbema, Majoor Onder Inspecteur in de tweede groot Militaire Afdeeling op het Eiland Java, op zijne reis herwaarts kort na zijne aankomst te Bordeau overleden is. Smertelijk treffend is dit verlies voor mij en mijne drie kinderen, waarvan ik hier mede aan vrienden en verdere bekenden berigt geve.

Marie Elisabeth Martin  Wed. J.F.Abbema

Amsterdam den 20 mei 1820.”

 

“Heden overleed alhier, Vrouwe MARIE ELISABETH MARTIN, Weduwe van den Wel-Edel Gestrenge Heer Jan Frederik Abbema, in den ouderdom van 76 jaren.

Amsterdam, 3 Augustus 1846.

Wegens afwezigheid van hare beide Zoons, is deze Advertentie niet eerder geplaatst

 

Het echtpaar Abbema-Martin kreeg 3 kinderen en wel:

  1. Elisabeth Maria Abbema, geboren te Den Haag op 03 augustus 1803, getrouwd te Amsterdam op 09 juni 1824 met Charles Aimé Liotard. Het huwelijk bleef kinderloos.

2    Samuel André Louis Abbema, geboren te Den Haag op 13 oktober 1804. Hij vertrok in 1818 naar Nederlands Oost-Indië en werd kapitein bij de artillerie. Hij bleef ongehuwd. Hij overleed te Soerabaja in september 1859.

“Overleden te SOURABAIJA in de maand September 1859, de Wel Ed. Gest. Heer SAMUEL ANDRÉ LOUIS ABBEMA, in den ouderdom van 55 Jaren. In leven gepensionneerd kapitein der Artillerie, ridder der Militaire Willemsorde 4de klasse, Geliefde Broeder van                                                        J.F.P.A.Abbema.

            Gelieve deze Bijzondere en Algemeene Kennisgeving aan te nemen.

3    JEAN FRÉDÉRIC PIERRE ANTOINE ABBEMA, geboren/gedoopt te Den Haag op 04/30 maart 1806. Hij vertrok in 1821 naar Nederlands Oost-Indië, keerde terug naar Nederland en trouwde te Amsterdam op 14 april 1830 met Christina Elisabeth Valentijn. geboren 31 mei 1810 als dochter van Hendrik Valentijn en Clara Maria Hobby. Zij overleed te Amsterdam op 26 mei 1865.

      Volgens het Huwelijksregister te Amsterdam trouwde Jean Frédéric Pierre Antoine Abbema op 14 april 1830 met Christina Elisabeth Vallentijn, geboren en wonende te Amsterdam, oud 19 jaar, geboren op 31 mei 1810 en op 06 juni 1810 evangelisch luthers gedoopt als dochter van Hendrik Vallentijn, overleden en Clara Maria Hobby.

      In de akte staat dat de bruidegom geen behoorlijke overlijdensakte van zijn vader kan overleggen, maar dat hij diens overlijden met getuigen kan staven.

      Voorts wordt verstrekt “de Geboortecedule van Jan Frederik Valentijn, alhier geboren 15 Januarij 1830 welk kind de verloofden ons verklaarden bij elkander te hebben verwekt en bij deze te echten.”

      In diverse akten wordt de naam van Christina Elisabeth maar ook van haar verwanten gespeld zowel als Valentijn als Vallentijn

 

      Volgens het Overlijdensregister te Amsterdam overleed Jean Frederic Pierre Antoine Abbema te Amsterdam op 20 juni 1862, s’middags om 15 uur in de Groote Wittenburgerstraat 421, op de leeftijd van 56 jaar, geb. te ’s Gravenhage en echtgenoot van Christina Elisabeth Vallen tijn. Zijn beroep was scheepsbouwmeester.

 “Heden overleed op het alleronverwachts, mijn dierbare Echgenoot JEAN FREDERIC PIERRE ANTOINE ABBEMA, in den ouderdom van 56 jaren, diep betreurd door mij en mijne Kinderen.

Amsterdam                                                                                                                          Wed. J.F.P.A.Abbema,

20 Junij 1862                                                                                                                          Valentijn

                                                   Eenigste kennisgeving voor buiten deze Stad.”

 

      Volgens het Overlijdensregister te Amsterdam overleed op 26 mei 1865 ’s middags om 11 uur op de Brouwersgracht Kanton 3, Buurt U, nr. 64 Christine Elisabeth Vallentijn, zonder beroep, 54 jaar, geboren te Amsterdam als dochter van Hendrik Vallentijn en Clara Maria Hobby, weduwe van Jean Frederic Pierre Antoni Abbema

“Heden overleed tot onze diepe droefheid, onze teedergeliefde Moeder CHRISTINA ELISABETH VALLENTIJN, Weduwe van JEAN FREDERIC PIERRE ANTOINE ABBEMA, in den ouderdom van 55 jaren, na een allersmartelijks doch met voorbeeldig geduld doorgestaan lijden van 3½ jaar.

Amsterdam, 26 Mei 1865                                                                                                    J.F.P.A.Abbema

                                                                                                                                             Uit aller Naam

 

      Deze Jean Frédéric Pierre Antoine Abbema was gezagvoerder bij o.a. de rederij Blussé van Oud Alblas, zie hierna.

      Na een zeemansloopbaan werd hij scheepsbouwmeester te Amsterdam

Volgens een akte dd 3 october 1849, gepasseerd voor notaris Eduard Baak te Amsterdam zijn Jan Frederik Pieter Antonij Abbema en Hendrik Marinus Franciscus van Cleef, beiden zonder beroep en wonend te Amsterdam een vennootschap aangegaan, gevestigd te Amsterdam

“tot het bouwen en herstellen van alle soorten van houten en ijzeren Schepen en Vaartuigen, het vervaardigen en leveren van alle Smids- en Timmerwerk, zoo voor Schepen, Woon- als Pakhuizen en Molens, en voorts tot de uitoefening van alles, wat op eene welingerigte Scheepstimmerwerf en eene Smederij kan worden verrigt en tot de Scheeps- en Huistimmermans- en Smids-Affaire eenigszins behoort, onder de Firma ABBEMA en VAN CLEEF.”

      De vennootschap werd aangegaan voor 5 jaar met mogelijkheid tot verlenging. De opheffing moet tussen 1849 en 1862 zijn gerealiseerd want in een advertentie dd Amsterdam februari 1862 staat:

“Blijkens Acte, behoorlijk geregistreerd, is de Vennootschap tot het uitoefenen van Houthandel, Scheepsbouw en Scheepssmederij, tusschen wijlen den Heer  J.F.P.A.ABBEMA en den laatstondergeteekende, onder de Firma ABBEMA & HAVERKAMP uitgeoefend op de Werf IJHOEK alhier, ONTBONDEN, van af 18 September 1862, en de Liquidatie dier Firma aan den laatstondergeteekende opgedragen.

Amsterdam                                                                                                                         Wed. J.F.P.A.Abbema Geb. Valentijn

Februarij 1862                                                                                                                                                          A.M.E.Abbema

             P.Haverkamp.

      en

             12 september 1862

Ieder, die iets onder zich berustende of te vorderen heeft van, of verschuldigd is aan de Nalatenschap van wijlen den Heer J.F.P.A.ABBEMA, in leven Scheepsbouwmeester, in de Groote Wittenburgerstraat alhier, wordt verzocht daarvan zoo spoedig mogelijk opgave of betaling te doen aan Mr. F.U.H.REIGER, Leliegracht bij de Heerengracht, RR no 75.”

      en

Blijkens Acte, behoorlijk geregistreerd, is de Vennootschap tot het uitoefenen van Houthandel, Scheepsbouw  en Scheepssmederij, tusschen wijlen den Heer J.F.P.A.ABBEMA en de laatstondergeteekende, onder de firma ABBEMA & HAVERKAMP uitgeoefend op de werf Yhoek alhier, ontbonden, vanaf den 18 September 1800 twee-en-zestig en de Liquidatie dier firma aan den laatstondergeteekende opgedragen.

Wed. J.F.P.ABBEMA geb. Valentijn

A.M.E.Abbema

P.HAVERKAMP

Amsterdam Februarij 1863

 

In de diverse Bevolkingsregisters te Amsterdam worden maximaal 4 kinderen vermeld. De bij het huwelijk geëchte Jan Frederik komt in geen van de overzichten voor.

In het Geboorteregister te Amsterdan wordt op 15 januari 1830 ’s morgens 4 uur de geboorte vermeld van Jan Frederik, zoon van Christina Elisabeth Valentijn, wonende op het Hekelveld 215. In de kantlijn van de geboorteakte staat de aantekening dat deze zoon is geëcht bij het huwelijk op 14 april 1830 met Jean Frédérik Pierre Antoine Abbema.

 

Volgens het Bevolkingsregister 1851 te Amsterdam bestond het gezin uit vader Jan Frederik Pierre Antoine, moeder Christina Elisabeth Valentijn en de vier ongehuwde kinderen. Allen waren Nederlands Hervomd.

*    Maria Elisabeth A., geboren te Amsterdam op 26 juli 1836, (Blijkt de aangiftedatum. Ook de volgorde van de vóórnamen is veranderd)

      Volgens het Geboorteregister te Amsterdam wordt op 25 juli 1836 ’s morgens 5 uur op de O.Z.Voorburgwal 22 geboren Antonia Maria Elisabeth Abbema. Tijdens de geboorte is de vader afwezig.

*    Jan Frederik P.A., geboren te Amsterdam op 20 november 1843;

      Volgens het Geboorteregister te Amsterdam wordt op 20 november 1843 ’s morgens 3 uur geboren Jan Frederik Pierre Antoine Abbema.

*    Samuel André L. geboren te Amsterdam op 31 december 1851 en

Heden morgen beviel voorspoedig van een welgeschapen ZOON, CHRISTINA ELISABETH VALENTIJN, geliefde Echtgenoote van J.F.P.A.Abbema

Amsterdam, 31 December 1850

 

      Volgens het Geboorteregister te Amsterdam wordt op 31 december 1851 geboren Samuel André Louis Abbema. De aangifte geschiedt door de vader die wordt aangeduid als scheepsbouwmeester van de werf Y-hoek.

*    Pierre Henrij A. geboren te Amsterdam op 31 juli 1852.

Heden verloste van een ZOON, C.E.Valentijn, Echtgenoot

van J.F.P.A.Abbema

Amsterdam, 31 Julij 1852

      Volgens het Geboorteregister te Amsterdam wordt op 31 juli 1852 in de Gr. Wittenburgerstraat 35 geboren Pierre Henri Antoine Abbema. De aangifte geschiedt door de vader die wordt aangeduid als scheepsbouwmeester.

 

Bovendien woonden op dit adres, i.c. Grote Wittenburgerstraat (klein nummer 698 – buurtnummer T421) nog drie dienstboden. (maar of die in dienst waren van de familie Abbema is niet duidelijk)

 

Het Bevolkingsregister 1864 T421-2458  te Amsterdam geeft het volgende:

*    Christina Elisabeth Valentijn, hoofd, geboren 31 mei 1810 te Amsterdam, weduwe, religie NH, per 1859 gekomen van de Grote Wittenburgerstraat en per februari 1863 naar dossier TT164-413 (i.c.de Brouwersgracht 164).

      Vader Abbema was inmiddels overleden, en vandaar dat moeder als hoofd staat geregistreerd – zie hierna

*    Maria Elisabeth Antonia, geboren 26 juli 1836 te Amsterdam. Rest als bij moeder. (Ook hier is de naamsvolgorde anders dan in de akte. Zie hiervoor)

*    Jan Frederik Pieter Antonius, geboren 20 november 1843 te Amsterdam. Rest als bij moeder.

Jan Frederik Pieter Antonius, geboren in 1844 is naar Nederlands Oost-Indië vertrokken gezien de volgende advertentie:

“Getrouwd Jean Frederic Pierre Antoine Abbema en Wilhelmina Henriette Jeanne de Graaf.

Blitar Java. 17 Januarij 1873.”

      In het Geboorteregister van Amsterdam wordt het overlijden gemeld op 30 november 1887, ’s middags half vier op het Leidseplein 16 van Johan Frederic Sjaard Abbema, zoon van Jean Frédéric Pierre Antoine Abbema en Mathilda Eugenie Amalia Tol “beiden laatst woonachtig te Kedirie, Oost Java.”

*    Samuel André Louis, geboren 21 december 1850 te Amsterdam. Rest als bij moeder.

*    Pierre Henri Antonie, geboren 31 juli 1852 te Amsterdam. Rest als bij moeder.

 

Het Bevolkingsregister TT 164-413 te Amsterdam geeft het volgende:

De huizing is Brouwersgracht 164.

*    Christina Elisabeth Vallentijn, hoofd, overleden op 26 mei 1865. Overige bijzonderheden als hiervoor.

*    Maria Elisabeth Antonia, in mei 1871 vertrokken naar Velp

Volgens Genlias overleed op 08 juni 1921 te Ede Antonia Maria Elisabeth Abbema, oud 84 jaar, zonder beroep, dochter van Jean Frederic Pierre Antoine Abbema en Christina Elisabeth Vallentijn.

De voornamen zijn kennelijk door elkaar gehusseld, want de leeftijd klopt met die van Maria Elisabeth Antonia.

*    Samuel André Louis, in juli 1869 vertrokken naar Kampen.

*    Pierre Henri Antonie, in januari 1870 vertrokken naar dossier ff253 te Amsterdam (zie hierna)

 

Het Bevolkingsregister ff253 te Amsterdam geeft het volgende:

*    Pierre Henri Antonie kwam in januari 1870 van TT164 en vertrok per 27 juli 1872 naar Bordeaux

      Bericht in het politieblad 1873 onder nummer 156:

Abbema, Pierre Henry Antoine, geboren te Amsterdam, 31 juli 1852, laatst wonende aldaar. Houdt, herstel van gezondheid, verblijf te Bordeaux.”

*    Samuel André Louis kwam per 16 december 1872 vanuit Breda en vertrok in 1872 weer naar Haarlem.

“Getrouwd S.A.L.Abbema en E.G.M.Ridderhof.   Amsterdam 18 mei 1876.

Die tevens hunnen dank betuigen voor den bewijzen van belangstelling ondervonden.”

      Volgens het Huwelijksregister te Amsterdam trouwde op 18 mei 1876 Samuel André Louis Abbema , geboren en wonende te Amsterdam, oud 25 jaar, beide ouders overleden, met Elsje Gijsberta Maria Ridderhof, geboren en wonende te Amsterdam, 26 jaar, dochter van de onderwijzer Marinus Ridderhof en Jeanette Philippine Perk. Eén van de getuigen was George Jacob Vallentijn, een oom van de bruidegom.

 

VAN HIERUIT VERDER GEZOCHT NAAR DEZE SAMUEL ANDRÉ LOUIS ABBEMA

 

Op 20 september 1879 werd te Baarn een dochter geboren in het gezin Abbema-Ridderhof.

      Geboorteakte Baarn van Christina Jeanette, dd 20 september 1879, voormiddags om half twee met als ouders Samuel André Louis Abbema en Elsje Gijsberta Maria Ridderhof.

      In Baarn geen verdere nakomelingen en geen huwelijks- en overlijdensgegevens van een Abbema gevonden

 

Het Bevolkingsregister te Baarn bevat de volgende gegevens:

      Samuel André Louis Abbema werd ingeschreven te Baarn in 04 mei 1878. Hij staat te boek als hoofd van het gezin, geboren 31 december 1850 te Amsterdam, gehuwd, Nederduits Hervormd, wonend in de Laanstraat A263 te Baarn. Hij kwam vanuit ’s Graveland en vertrok op 22 mei 1880 wederom naar ’s Graveland.

      Zijn vrouw Elsje Gijsberta Maria Ridderhof werd geboren op 06 augustus 1849 te Amsterdam. Zij was remonstrants. Overige gegevens als haar echtgenoot.

      Dochter Christina Jeannette werd geboren op 20 september 1879. Als haar religie wordt NH opgegeven. De overige gegevens zijn gelijk aan die van haar ouders.

 

Per 3 augustus 1880 werd per advertentie het faillissement vastgesteld van Samuel André Louis Abbema “vroeger boekverkooper en Leesbibliotheekhouder te Baarn”.

 

      Er is een advertentie dd 15 juni 1933 waarin 

Samuel André Louis Abbema door de deurwaarder te Rotterdam wordt opgeroepen, maar “tegenwoordige woon- en verblijfplaats onbekend.

Hierna blijkt er ook een zoon Samuel André Louis Abbema te hebben bestaan. Wellicht dat voorgande advertentie op de zoon slaat.

 

Het Bevolkingsregisterte ’s Graveland bevat het volgende:

In het register 1880-1894 staan vermeld:

Samuel André Louis Abbema, hoofd van het gezin, wonend in huizing 124, echtgenote Elsje Gijsberta Maria Ridderhof, dochter Christina Jeanette en zoon Samuel André Louis, geboren 06 april 1881.

Het Geboorteregister te ’s Graveland vermeldt de geboorte van deze Samuel André Louis Junior op 06 april 1881 voormiddags half 11 in huizing nr. 124. Bij de vader is “zonder beroep” aangegeven.

Het Bevolkingsregister van 1880-1894 bevat géén uitschrijving van het gezin Abbema-Ridderhof, maar wèl de vermelding van Jeanette Philippine Ridderhof Perk, geboren 11 februari 1808 te Amsterdam, weduwe, evangelisch luthers, wonend in huizing 276 en overleden op 19 april 1883.

Het Overlijdensregister meldt het overlijden op 19 april 1883 ’s morgens om 4 uur van Jeanette Philippine Perk in huis 276, 75 jaar, dochter van Cornelis Perk en Elsje Frerichs, weduwe van Gijsbertus Marinus Ridderhof. De aangifte van overlijden werd gedaan door de schoonzoon Samuel André Louis Abbema, behuwd zoon, letterzetter, oud 32 jaar en wonend te Arnhem.

In de diverse registers te ’s Graveland zijn door mij geen overlijdens of huwelijken van een Abbema gevonden.

 

Een Persoonskaart op de naam van Samuel André Louis Abbema via het Centraal Bureau voor Genealogie leverde het volgende:

Geboren op 06 april 1881 te ’s Graveland als zoon van Samuel André Louis Abbema en Elsje Gijsberta Maria Ridderhof.

Nationaliteit Nederlands. Beroep administrateur.

Getrouwd op 30 augustus 1900 te Amsterdam met Hendrika Settelaar, geboren op 05 juli 1878 te Leiden. Het huwelijk werd ontbonden door echtscheiding op 12 november 1917 te Amsterdam. Uit deze verbintenis werden geboren a.)Jeannette Philippine op 04 februari 1901 te Amsterdam; b) Christina Jeannette op 19 april 1906 te Amsterdam.

Hij hertrouwde op 29 november 1817 te Amsterdam met Antoinetta Susanna Wilhelmina Huffstadt, geboren te Utrecht op 12 januari 1893. Het huwelijk werd ontbonden door echtscheiding op 16 december 1933 te Amsterdam. Uit deze verbintenis werden geboren c) Elsje op 21 februari 1918, gehuwd in juni 1944 met D.Moojen; d) Tjerk op 06 september 1920 te Hilversum; e) Wiepke op 23 februari 1926 te Den Haag; f) Olga op 01 september 1931 te Schiedam en g) Sietske op 11 juni 1836 te Amsterdam.

In het overzicht van “Gemeente en adres” staat vermeld:

                                                                                                                                      Schiedam (geen verdere aanduiding)

Amsterdam Gen. Vetterstraat 10b. Aangiftedatum 23 juni 1933. Afgifte Persoonsbewijs nr. 18313 op 15 mei 1941

                                                                                 De Bilt Bilthoven Van Dijcklaan 17. Aangiftedatum februari 1948.

                                                                                                                   idem Beetslaan 5. Aangiftedatum 27 april 1949.

                                                                                                 idem Sweelincklaan 2d. Aangiftedatum 22 augustus 1955

Samuel André Louis overleed op 25 maart 1956 te De Bilt

 

Volgen telefonische informatie dd 09 augustus 2008 van de heer E.P.A.Moojen te Enschede woont mevr. E.Moojen-Abbema sinds kort in Laag-Keppel, Zorghotel De Gouden Leeuw, Rijksweg 91 6998 AG Laag Keppel, 0314-389367.

De enige mannelijke Abbema uit de huwelijken van Samuel André Louis Abbema was de hiervoor genoemde Tjerk, die in Duitsland woonde en aldaar is overleden. Deze heeft nakomelingen.

Tevens is er nog. O(lga) de Breuk-Abbema, Burgemeester van Heemstrakwartier 13, 3731 TA de Bilt, 030 2210399.

 

Op 15 augustus 2008 had ik telefonisch contact met mevr. Moojen-Abbema te Laag Keppel. Zij heeft recent een tia gehad en is om die reden in het hiervoorgenoemde zorghotel. Zij weet weinig van de genealogie. Wel herinnerde zij zich dat in haar ouderlijk huis een scheepsportret hing, maar ze weet niet meer van welk schip dit was en waar het portret is gebleven.

Haar broer Tjerk Abbema is overleden, woonde in Duitsland en heeft mannelijke nazaten, die eveneens in Duitsland wonen. Die weten weinig of niets van de genealogie van de Abbema’s.

Ik sprak ook met mevr. Olga de Breuk-Abbema in de Bilt. Zij herinnerde zich geen scheepsportret.

 

De afstammingsreeks is dus als het volgt:

Jan Frederik Abbema  x  Marie Elisabeth Martin  Jean Frédéric Pierre Antoine Abbema, koopvaardijkapitein  x  Christina Elisabeth Valentijn Samuel André Louis  x  Elsje Gijsbertha Maria Ridderhof Samuel Antoine Louis Abbema Jr  x  Antoinetta Susanna Wilhelmina Huffstadt Elsje Abbema  x D.Moojen c.q Olga de Breuk-Abbema

 

Opleiding

Jean Frederic Pierre Antoine Abbema kwam per 16 juli 1818 als leerling op de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam. Hij werd 30 maart 1806 te 's Gravenhage gedoopt als zoon van Jan Fredrik Abbema uit Utrecht, gereformeerd, en Maria Elisabeth Martin uit 's Gravenhage, gereformeerd "Beiden in leven. De Vader in Militaire dienst, te Batavia, de Moeder wonende alhier op de Keijzersgragt tusschen de Runstraat en 't Molenpad No587 ...". De moeder "heeft de jongeling aangeboden onder betaling van ¦240,- 's Jaars en is het verbandschrift getekend door de Moeder M.E.Abbema geb.Martin". De leerling is gereformeerd, bij de aangifte 12¼ jaar, 5 voet en "gevaccineerd volgens attest".

    Vermeld zijn gegevens over het verblijf in en buiten "het gesticht" en inzake vorderingen:

"1 jan 1819 ... is aan de driehoeken, doch heeft daarvan maar een oppervlakkige kennis ...".

"1 April Idem is als boven".

"1 July Id is aan de schuinse koersen. Geresolveert hem te ontslaan uit hoofde van onvatbaarheid".

"August 1819  Ontslagen en het gesticht verlaten"004(531/1357).

De leerperiode aan de Amsterdamse Zeevaartschool is niet succesvol geweest. Toch heeft hij het later tot kapitein gebracht. Hij zal zijn kennis in de praktijk hebben opgedaan.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.F.P.A.Abbema werd met nr.439 effectief lid van Zeemanshoop op 13 oktober 1835 op voorspraak van H.M.Lelsz. Zijn schip was de "Dordtenaar"002.

In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 06/13 oktober 1835 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Jan Frederik Pieter Antonie Abbema, oud 29 jaar, voerend het schip “Dortenaar”, met adres de Oude Zijds Voorburgwal nr. 224, op voordracht H.G.Bergveld023.

Hij werd op 10 februari 1846 ingeschreven als deelnemer van het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop "Met 1 Mei 1851 van beroep veranderd"003

J.F.P.A.Abbema was effectief lid van “Zeemanshoop” in de periode 1835 t/m (minstens) 1860 met de vlagnummers 439 (1835-1836), 326 (1836-1854) en 106 (1854-minstens 1860).

 

J.F.P.A.Abbema was met vlagnummer 41 lid van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” in de periode 25 september 1835 t/m 1857.111

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de Notulen van de Algemene Vergadering van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd 05 mei 1857 staat een uitnodiging van J.F.P.A.Abbema, waarin hij de leden uitnodigt aanwezig te zijn bij de van stapel loop op 09 mei 1857 op zijn werf IJhoek te Amsterdam van de bark “Stad Assen” 023

Uit deze mededeling blijkt dat hij na zijn kapiteinsperiode scheepsbouwmeester is geworden. Zie hiervoor de opmerking “Van beroep veranderd”.

 

In een kasboek van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” dd 1834-1835 staat de entreestorting ad f 15,- per oktober 1835 van kapitein J.P.A.F.Abbema. 064b

In de notulen van de Bestuursvergadering van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” dd 21 september 1839 staat het volgende:

“Wordt door kaptein Meppelder en Noort en vanwegen de kapteins Mik en van Driesten aanklagt gedaan tegen kaptein Abbema welke bij het passeren op de rivier dezer Stad hunne No vlag hebben gehijscht doch door genoemde Abbema niet is beantwoord op gelijke wijze.” Het Bestuur legt kapitein Abbema conform artikel 22 van het Reglement een boete op van f 8,-. In de notulen van 11 oktober 1839 staat vermeld dat hij de boete heeft betaald..064a

 

De schepen van de kapitein

In de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart staat vermeld001:

vlagnummer                    jaren           type                  scheepsnaam                                       naam reder/boekhouder

       439                   1835        fregat               de Dortenaar                              geen opgave

       326              1836-1838  fregat               de Dortenaar                              A.Blussé van Oud Alblas te Dordrecht

                            1839-1843  fregat               Isis                                               idem

                            1844-1848  fregat               Admiraal van Heemskerk       L.Zegers Veeckens

                            1849-1853  geen opgave van schip en boekhouder

       106              1854-1860  geen opgave van schip en boekhouder

Vaarperioden niet gelijk aan die uit Bouma en Blussé (zie hierna). Blussé lijkt me de meest betrouwbare.

 

Bouma025 vermeldt J.F.P.A. Abbema als gezagvoerder gedurende:

*    1836 t/m 1838 op het 3/m schip “De Dordtenaar”, gebouwd in 1830 te Dordrecht, 900 ton o.m., varend voor A.Blussé van Oud Alblas te Dordrecht;

*    1840 t/m 1845 op het 3/m schip “Isis”, gebouwd in 1839 te Dordrecht, 925 ton o.m., varend voor A.Blussé van Oud Alblas te Dordrecht;

*    1846 t/m 1849 op het 3/m schip “Admiraal van Heemskerk”, gebouwd in 1839/40 te Dordrecht, 1115 ton o.m., varend voor L.Zegers Veeckens te Amsterdam.

 

De bark de “Dordtenaar” van de rederij Blussé van Oud Alblas heeft 5 reizen gemaakt waarvan de volgende onder kapitein J.F.P.A.Abbema:

*       4e reis. November 1835 naar Batavia en weer terug in oktober 1836

*       5e reis. April 1837 naar Batavia en weer terug in december 1838. Het schip werd in april 1839 verkocht.

Het fregat “Isis” van de rederij Blussé van Oud Alblas heeft 10 reizen gemaakt waarvan de volgende onder kapitein J.F.P.Abbema:

*       1ste reis. Oktober 1839 naar Batavia en terug in oktober 1840

*       2de reis. Juni 1841 naar Batavia en terug in mei 1842.

*       3de reis. Augustus 1843 naar Batavia en terug in juni 1844.

Het fregat “Admiraal van Heemskerk” van de rederij Blussé van Oud Alblas heeft 10 reizen gemaakt waarvan de volgende onder kapitein J.F.P.A.Abbema::

*       3de reis. Oktober 1844 naar Batavia en weer terug in december 1845.

*       4de reis. Juli 1846 naar Batavia en weer terug juni 1847

*       5de reis. Mei 1848 naar Batavia en weer terug in april 1849.

Gegevens de heer P.Blussé te Vught, april 2008. Ontleend aan Blussé archief in Stadsarchief van Dordrecht.

 

Overige bijzonderheden

De ligtmatroos Jan Koning (later gezagvoerder – zie aldaar) werd vanuit de Amsterdamse Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam geplaatst op de "Dordtenaar" onder kapitein J.F.P.A.Abbema voor reizen vanuit Dordrecht naar Batavia. De plaatsings- en terugkeerdata van Jan Koning waren 10 oktober 1835 en 02 november 1836. 004(532/1733).

Sybrand Stapert werd per 11 oktober 1835 vanuit de Amsterdamse Kweekschool voor de Zeevaart als ligtmatroos geplaatst op het schip de “Dordtenaar” onder kapitein Abbema voor een reis van Dordrecht naar Batavia. Hij keerde per 02 november 1836 op school terug004-532/1722.

Ferdinand Willem Mulder werd vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als ligtmatroos geplaatst op de "Dordtenaar" onder kapitein Abbema per 14 februari 1837. Bestemming wordt niet genoemd004(532/1731).

 

Bron? CBG-collectie annonces

“DORDRECHT, den 27ste Maart. (1837) Het fregatschip Dortenaar, Kapitein J.F.P.A.Abbema, hetwelk des morgens van den 25sten Februarij, door den toen heerschenden stormvloed, alhier op strand was gezet, is gepasseerden Zaturdagavond, omstreeks half acht ure, met het beste gevolg af en in vlot water gebracht.”

 

NRC 19 maart 1849

“Kaap de Goede Hoop, 10 januari. De ADMIRAAL VAN HEEMSKERK, kapt. J.F.P.A. Abbema, van Batavia, is de 9e dezer deze haven binnengekomen om te repareren.”

 

NRC 31 maart 1849

(Geen plaats of datum). Kapt. J.M. Pfeil, voerende het schip WHAMPOA, van Batavia te Hellevoetsluis binnen, rapporteert de 5e januari 1849 op 35º18’ Z.B. en 21º O.L. gepraaid te hebben het schip ADMIRAAL VAN HEEMSKERK, kapt. J.T.P.A. Abbema, van Batavia naar Amsterdam, welke kapitein hem mededeelde, dat hij de 26e december j.l. op 32º Z.B. en 31º51’ O.L. een hevige storm heeft doorgestaan, welke begon uit het noord-oosten en na circa 8 uur uit die streek te hebben gewaaid, uitschoot naar het zuid-westen en met even veel kracht bleef aanhouden. In deze storm had het schip vreselijk zwaar gewerkt, waardoor de naden in het dek gedeeltelijk waren gesprongen en hetzelve een lek boven water in de boeg en in het holverwulf (opm: vermoedelijk is hier de hennegatskoker bedoeld) bekomen had. Het dicht gereefde groot- en voormarszeil vloog door de eensklaps invallende wind uit de lijken en buitendien had hij nog enige schade hier en daar meer bekomen. Kapt. Abbema had plan de Kaap de Goede Hoop voorbij te zeilen en St. Helena aan te doen om het lek op te sporen en dan aldaar te verhelpen.

 

1850 NEPTUNUS, G.F. Abbema, Amsterdam.

In 1854 (27 feb) in veiling voor NLG 4250 verkocht door Jan Fredrik Pieter Anthony Abbema, scheepsbouwmeester, en Henricus van Geldorp, apotheker, beiden te Amsterdam, aan P.J. Bredenbach, Amsterdam.

De naam van de schoener was toen NEPTHUN.

Luc: 26.11.1857 van Curacao naar Amsterdam.

6.12.1857 met schade terug te Curacao; in december 1857 afgekeurd.

Gegevens via G.J.Mulder te Capelle aan de IJssel, juli 2008

 

Navolgend overzicht is bewerkt naar van Blokland-Visser064

MRD = monsterrol in Gemeentearchief van Dordrecht

Op 09 november 1833 (MRD 652) monsterde J.F.P.A.Abbema, wonend te Amsterdam, oud 28 jaar , met een gage van f 70,- per maand als 1e stuurman op het fregat “De Dordtenaar”. Het schip stond onder gezag van kapitein Hendrik Philips Visser en voer voor reder Adolph Blussé van Oud Alblas te Dordrecht. Het vertrok op 02 februari 1834 uit Hellevoetsluis met 43 man naar Batavia en Nagasaki/Japan. Hij keerde terug op 30 augustus 1835.

Op 8 oktober 1835 (MRD nr 750) is J.F.P.A.Abbema 29 jaar, wonend te Amsterdam en kapitein op “de Dordtenaar”.Hij vertrekt voor het eerst als gezagvoerder in november 1835 naar Batavia. In oktober 1836 komt hij terug in Holland.

Het verslag van deze reis is te lezen in de logboeken nrs 21 / 22 archief 124 rederij Blussé van Oud Alblas te Dordrecht Stadsarchief Dordrecht.

Op 5 april 1837 (MRD nr 817) vertrekt hij voor zijn 2de reis met de “Dordtenaar” met 40 man naar Batavia. Op de terugweg komt het schip op het 65e etmaal vanuit Batavia volgens het logboek van deze reis terecht in een storm bij Simonsbaai en komt op het Kaapse rif terecht. Het schip moet worden gerepareerd in Simonsstad en vertrekt op 4 september 1838 uit Zuid Afrika en komt op 12 december 1838 aan op de rede van Brouwershaven.

Op 11 mei 1839 wordt zijn schip bij publieke verkoop te Amsterdam te koop aangeboden via de cargadoors Visser en Muller te Dordrecht.

Op 6 september 1839 (MRD nr 945) is hij de eerste kapitein op het nieuwe fregat “Isis”, 487 last, gebouwd op de werf Cornelis Gips te Dordrecht voor reder A. Blussé van Oud Alblas te Dordrecht. Hij vertrekt op 4 oktober 1839 uit Hellevoetsluis met 39 man naar Batavia en keert terug in Holland op 20 oktober 1840.

Zij tweede reis op de “Isis” is van 18 juni 1841 tot en met de terugkeer op 28 mei 1842. Van een derde reis keert hij terug 07 juni 1844.

Op 23 oktober 1844 vertrekt hij als kapitein op het fregat “Admiraal van Heemskerk” 599 last, gebouwd op de werf van Cornelis Gips te Dordrecht voor reder A. Blussé van Oud Alblas te Dordrecht naar Batavia. Hij keert terug in Holland op 12 december 1845. Een tweede reis is van 11 juli 1846 t/m 12 juni 1847. En een derder reis van 16 mei 1848 t/m 26 april 1849.

In 1851 heeft hij geen schip meer, veranderde van beroep en wordt scheepsbouwer/eigenaar van de werf “IJhoek” te Amsterdam.