Familiegegevens en opleiding
Klaas Tap werd geboren te Oude Pekela op 08 november 1838 als zoon van schipper Klaas Alberts Tap en Tetje Harms Hesseling. Hij was de broer van de kapiteins en collegeleden Albert (Klaasz) (1832) en Harm (Klaasz) (1844).
Klaas huwde op 30 december 1863 te Nieuwe Pekela als schipper met Hinderika Harding, geboren te Nieuwe Pekela op 16 mei 1831 als dochter van de schipper Tonnis Freerks Harding en Hinderika Klaassens de Weerd. Hinderika overleed op 25 oktober 1864 te Nieuwe Pekela, 23 jaar, in het kraambed van zoon Klaas, geboren 06 oktober 1864.
Klaas huwde voor de tweede maal te Nieuwe Pekela op 14 januari 1868 als schipper met Grietje (Tonnis) Harding, een tweelingzus van zijn eerste vrouw, geboren op 16 mei 1831 te Nieuwe Pekela. Deze Grietje was op 07 maart 1855 te Nieuwe Pekela eerder getrouwd met schipper Renke Kuiper uit Nieuwe Pekela. Grietje overleed op 05 juli 1890, 59 jaar, weduwe.
Klaas Tap overleed op 23 november 1876 te Oude Pekela, 38 jaar, schipper.
Burgerlijke Stand akten uit de provincie Groningen vermelden Klaas Klaasz. Tap als schipper in 1863, 1864, 1868, 1869, 1871, 1874, 1876.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
K.K.Tap was effectief lid van het zeemanscollege “De Trouw” in Oude Pekela met vlagnummer 134 in de periode 1866 t/m 1876.
K.K.Tap was effectief lid van het zeemanscollege “ Voorzorg” te Nieuwe Pekela met vlagnummer 60 in de perriode 1870 t/m 1876.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
lid van het college "Voorzorg" te Nieuwe Pekela036
vlagnummer periode type naam van het schip boekhouder/reder
NP60 1871-1876 bark Marnix (ex Martha Allen) J.H.van Loon & Zn, Harlingen
Bouma025 vermeldt K.K.Tap als gezagvoerder van/in:
* 1868 van de 2-mastschoener “Beerta Hendrika”, gebouwd in 1851 te Harlingen, 158 ton o.m., varend voor Barend Visser te Harlingen. Het schip voer in 1869 voor Zeilmaker & Co te Harlingen en was herdoopt in “Cornelia Catharina”.
* 1871 t/m 1877 van de bark “Marnix” ex Martha Allen, gebouwd in 1849 te Scituate, 225 ton o.m., varend voor J.H. van Loon & Zn te Harlingen.
Een kap. K.K.Tap op de kof “Maria Beerta” wordt niet genoemd in Bouma.
Wèl vermeld Bouma de volgende reeks met een kapitein Tap op de kof “Maria Beerta”, gebouwd in 1840 te Pekela, 163 ton
1841 K.A.Tap voor P.J.Huizinga te Pekela
1859 K.A.Tap voor H.T.Kranenborg te Pekela
1871 H.K.Tap, geen reder genoemd
1874 H.K.Tap voor de wed. H.T.Kranenborg te Pekela
1875 A.K.Tap als kapt/eigenaar banuit Pekela
1878 A.K.Tap voor U. Zuiderveen te Pekela
1879 A.N.Redeker voor J.J.Koerts & Zn te Pekela. en dan vernoemd tot “Ida”
Kennelijk heef K.K.Tap rond 1866 op dit schip het gezag gevoerd.
De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:
23 februari 1861, schip “Maria Beerta”, kapitein Klaas A.Tap, stuurman Klaas K.Tap uit Oude Pekela.
21 januari 1862, schip “Maria Beerta”, kapitein Klaas A.Tap, stuurman Klaas K.Tap uit Oude Pekela.
15 februari 1866, kof “Maria Beerta”, kapitein Klaas K.Tap, uit Oude Pekela.
08 mei 1866, kof “Maria Beerta”, kapitein Klaas Klaassens Tap, 27 jaar uit Oude Pekela.
08 augustus 1866, “Maria Beerta”, kapitein Klaas Klaassens Tap, 27 jaar uit Oude Pekela.
20 februari 1867, kof “Maria Beerta”, kapitein Klaas K.Tap, uit Oude Pekela.
06 februari 1868, kof “Maria Beerta”, kapitein Klaas K.Tap, 29 jaar uit Oude Pekela.
16 februari 1869, kof “Maria Beerta”, kapitein Klaas K.Tap, 30 jaar uit Oude Pekela.
01 maart 1870, bark “Marnix”, kapitein Klaas K.Tap, 31 jaar uit Nieuwe Pekela.
14 februari 1871, bark “Marnix”, kapitein Klaas Klaassens Tap, 32 jaar uit Nieuwe Pekela
Krantenberichten
Provinciale Groninger Courant 30 januari 1874
Harlingen, 27 januari. Allengs meer begint men ongerust te worden over de volgende schepen, die uit Noorwegen en de Oostzee hier reeds in het afgelopen jaar verwacht werden en toen 3 à 4 maanden op de terugreis waren, nl.: Kapt. De Groot, BAUDINA ELISABETH; kapt. Pothuis, GRIETJE DE WEERD; kapt. Helmers, MERCURIUS; kapt. Scherpbier, ALBERDINA; kapt. Bakker, CATO; kapt. Tap, MARNIX en kapt. Smit, ANTJE VISSER.
Handelsblad 23 maart 1874.
Harlingen, 21 maart 1874: Het Nederlandsche schip “GEBROEDERS”, kapitein Rapp, is hier heden met averij binnengekomen, zijnde op de reede van Vlieland in aanzeiling geweest met het schip “MARNIX”, kapitein Tap.