Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
L.Keus was met vlagnummer R74 in de periode 1850 t/m 1854 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
geen
De schepen van de kapitein
In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat kapitein L.Keus met vlagnummer R74 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
* 1851 van de bark “Johanna Maria” 250 last varend voor Vaesen & Steinhaus te Rotterdam
Bouma025 vermeldt L.Keus als gezagvoerder gedurende:
* 1852 t/m 1853 van de bark “Johanna Maria”, gebouwd in 1851 te Delfshaven, 474 ton o.m., varend voor Vaesen & Steinhaus te Rotterdam.
Overige bijzonderheden
Geen
Datum vanaf: |
1851 |
Kapitein: |
Keus, L. |
Overige informatie: |
0 |
Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
A.Sissingh was met vlagnummer R206 in de periode 1853 t/m 1885 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
In het Jaarverslag 1885 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij in dat jaar voor het lidmaatschap heeft bedankt058.
De schepen van de kapitein
In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein A.Sissingh met vlagnummer R206 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
- * 1853 bark “Johanna Maria” 250 last Vaesen & Steinhaus te Rotterdam 1862 t/m 1864 bark “Henrietta Gerardina Susanna” 307 last Vaesen & Steinhaus te Rotterdam
- * 1865 t/m 1867, 1874 bark “Landbouw” 383 last Vaesen & Steinhaus te Rotterdam
- * 1877, 1878, 1880 t/m 1883 geen vermelding van schip en boekhouder
Bouma025 vermeldt A.Sissingh als gezagvoerder gedurende:
* 1858 van de bark “Johanna Maria”, gebouwd in 1851 te Delfshaven, 474 ton o.m., varend voor Vaesen & Steinhaus te Rotterdam;
* 1866 t/m 1870 van de bark “Landbouw”, gebouwd in 1856 te Papendrecht, 725 ton o.m., varend voor Vaesen & Steinhaus te Rotterdam;
* 1871 van de bark “Robertus Hendrikus”, gebouwd in 1858 te Papendrecht, 754 ton o.m., varend voor Vaesen & Steinhaus te Rotterdam;
* 1873 t/m 1876 van de bark “Landbouw”, gebouwd in 1856 te Papendrecht, 725 ton o.m., varend voor Vaesen & Steinhaus te Rotterdam.
Overige bijzonderheden
A.Sissing vertrok op 21 november 1862 vanuit Hellevoetsluis met de “Henriette Gerarda Susanna” (sic) en 1 landmachtofficier. Hij arriveerde te Batavia op 23 februari 1863 na een reis van 94 dagen.
Op 09 november 1867 vertrok hij van Nieuwediep met de “Landbouw” en 1 landmachtofficier. Hij arriveerde te Batavia op 29 februari 1868 na een reis van 112 dagen065.
Bremer094 vermeldt de stranding van de bark “Landbouw”op 11 augustus 1876 in het Schulpengat. Geen gezagvoerder vermeld.
Familiegegevens en opleiding
Peter Ipsen Dam werd geboren op 10 januari 1820 te Neksoe in Denemarken als zoon van de Lutherse Lars Peter Dam, zeeman, en Kristine Albertine Hei.
Hij trouwde op 24 maart 1852 te Rotterdam met Maria van Essen, dochter van Harmen Hinrich van Essen en Jacominiena (Leeuweina) Steynmesh. Hinrich huwde later met Lodewika Johanna Wilhelmina Vorstman.
Peter overleed op 06 juni 1874 te Rotterdam aan de Steiger005.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
P.I.Dam was met vlagnummer R379 in de periode 1858 t/m 1874 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat kapitein P.I.Dam met vlagnummer R379 als gezagvoerder in de ledenlijst van058:
* 1858, 1859, 1862 t/m 1864
bark “Johanna Maria” 250 last Vaesen & Steinhaus te Rotterdam
* 1865 t/m 1867 “Henriette Gerardina Susanna” 303 last Vaesen & Steinhaus te Rotterdam
Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:
P.J.Dam Johanna Maria 10 april 1860 28 oktober 1861
Bouma025 vermeldt P.J. Dam als gezagvoerder gedurende:
* 1866 t/m 1873 van de bark “Henriëtte Gerardina Suzanna” ex Henriëtte Maria, gebouwd in 1854 te Delfshaven, 575 ton o.m., varend voor Vaesen & Steinhaus te Rotterdam;
* 1859 t/m 1865 van de bark “Johanna Maria”, gebouwd in 1851 te Delfshaven, 474 ton o.m., varend voor Vaesen & Steinhaus te Rotterdam.
Overige bijzonderheden
In: Gestikt in een ruw vat in branderij De Hoop. Een onbekende en unieke bron op het Nationaal Archief ontsloten door
B.van Dooren en L.M. van der Hoeven
Gens Nostra 62, p.143, 2007
“Op heden 10 december 1865 zeilende met het Nederlandse barkschip Henriette Gerardina Suzanna in de Zuider Atlantische Oceaan op 240 34 zuiderbreedte en 20 35 oosterlengte verklaarden Pieter Dorius Lusink, officier van gezondheid, tevens verloskundige, en Hendrik Arnoldus Heijmans, eerste stuurman, dat op die dag op de gemelde bodem is bevallen Johanna Wilhelmina Damen, geboren Vorstman, en echtgenote van Pieter opten Dam, van een kind van het vrouwelijk geslacht Henriette Gerardina Siuzanna.
Bijzonder is dat het kind de naam van het schip heeft gekregen. Op de akte prijkt het stempel van het Nederlandse consulaat op St.Helena.”
In “Reizen rond Kaap Hoorn onder Nederlandse vlag. Overzicht vanaf de ontdekking in 1616 tot het einde van de Nederlandse grote zeilvaart in 1911”. door H.Hazelhoff Roelfzema. Uitgave Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarder, 2010, 88 pp plus Bijlage met een Chronologisch Register van Reizen van 1616 tot 1911.121
-
69-71 Van Indié naar S. Francisco en om Kaap Hoorn naar Europa 1870-1871. Henriette Gerardina Suzanna, Doesborgh.
Het fregat “ Henriette Gerardina Suzanna” onder kapitein P.J.DamWerd in 1870 geregistreerd te Manzanillo aan de W.-kust van Mexico afkomstig uit Ned. Indié. Het leed op de terugreis schade bij de ronding van Kaap Hoorn en keerde terug te Bremen op 23 december. Een relaas van de reis is vastgelegd in een Levensschets van matroos W. van der Plas uit ca. 1928, als typoscript aanwezig in de bibliotheek van de Stichting Nederlandse Kaaphoornvaarders. Het geciteerde deel begint in Batavia in januari 1870. Het beschrijft in welhaas fonetisch nederlands o.a. het drossen van 4 zeelieden in Manzanillo. Met vier man minder werd Kaap Hoorn gerond. Via Falmouth ging het aan op Bremerhafen. Behalve schade te Kaap Hoorn werd ook schade geleden op de Gronden en teslotte raakte het schip bij Alte Weser aan de grond en moest daarvan af worden gesleept.
Familiegegevens en opleiding
Geboorteakte Eliza Adrianus Kleijnenberg, 31 maart 1833, Piershil
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt E.A.Kleijnenberg als gezagvoerder gedurende:
* 1866 t/m 1867 van de bark “Johanna Maria”, gebouwd in 1851 te Delfshaven, 474 ton o.m., varend voor Vaesen & Steinhaus te Rotterdam. Het schip werd in 1867 vermist.
Overige bijzonderheden
Zierikzeesche Courant 23 januari 1864
Gearriveerd te Brouwershaven op 21 januari 1864 de “Landbouw” kapiteinE.A.Kleinenberg komend van Semarang naar Rotterdam.
|