Familiegegevens en opleiding
Willem Hendrik Cramer werd geboren op 14 augustus 1803 te Amsterdam als zoon van Hendrik Cramer en Gerendina Roesma.
Hij trouwde met Antje Jans, geboren 31 augustus 1805 in Friesland en overleden 26 oktober 1886
Hij woonde in 1855 in de Steegoversloot te Dordrecht met zijn vrouw Antje Jans, geboren 1805 te Friesland, zijn gezin en zijn moeder Gerendina Roesma. In januari 1856 verhuist het gehele gezin naar Jutphaas. Antje overleed op 26 oktober 1886.118
Willem overleed in 1860 en bij zijn overlijden werd als woonplaats Utrecht opgegeven.118
Hij werd in 1846 met nummer 281 ingeschreven als lid van de Dordtse vrijmetselaarsloge “La Flamboyante”. gegevens van Blokland
Het GAA geeft op de website de volgende gegevens:
Willem Hendrik Cramer als zoon van Willem Stephanus Cramer en Philippina Henrietta Lenaertz, geboren op 14 oktober 1803 en gedoopt op 10 november 1803 door pastor jean Thomas Griot in de Nieuwe Waalse Kerk.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
W.H.Cramer werd met nr.737 effectief lid van Zeemanshoop per 22 september 1846 op voorspraak van G.J.Stam de Jonge. Zijn schip was de "Sphynx"002. Ten tijde van de inschrijving waren Cramer en zijn vrouw 42 resp. 41 jaar. Ingeschreven staan 3 zoons: Willem Stephanus (1832), Charles Guillaum (1837) en Willem Hendrik (1845) en 1 dochter Magdalena Willemina (1835)002a.
In de Algemene Vergaderingen van 15/22 september 1846 werd als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop voorgedragen/benoemd Willem Hendrik Cramer, oud 42 jaar, voerend de bark “Sphinx”, wonend te Dordrecht, adres bij en op voordracht van kapitein G.J.Stam de Jonge te Amsterdam.023.
W.H.Cramer was in de periode 30 mei 1846 t/m 1860 met vlag 26 lid van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart”. Ten tijde van de inschrijving was zijn schip de “Sphynx”.111 en 64a..
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 31 mei 1860 vraagt de wed. W.H.Cramer, geb. Jans om een uitkering. In de vergadering dd 28 juni 1860 wordt informatie gevraagd omtrent het overlijden van kapitein Cramer. In de vergadering dd 30 augustus 1860 staat “dat na minder aangename correspondentie door de Weduwe de datum van overlijden van haren man is opgegeven.” Op die gron wordt haar een uitkering toegezegd met ingang van 01 mei 1860.042.
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 04 mei 1860 staat vermeld dat per 01 maart 1860 een uitkering in de 1e klasse wordt uitgekeerd aan de weduwe W.H.Cramer geb. Jans.023.
In het kasboek van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” dd juni 1846 staat de inboeking van f 15,- als entreegeld van kapitein M.Cramer, kapitein van de Sphynx.064b
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
737 1846 bark Sphynx geen opgave
1848-1853 bark Anna F.van Wageningen te Dordrecht
360 1854-1855 bark Anna idem
1856-1859 fregat Osiris F.en J.van Wageningen c.s. te Rotterdam
In Ledenlijsten de Dortse zeemansalmanak (Stadsarchief Dordrecht, inv. 93, nrs 16-33) staat W.H.Cramer als gezagvoerder064a:
* 1850; 1852 t/m 1856 bark “Anna” boekhouders J. & F. van Wageningen te Dordrecht
* 1857 geen vermelding van een schip
* 1858, 1859 fregat “Osiris” boekhouders J. & F. van Wageningen te Dordrecht
Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:
W.H.Cramer Osiris 30 oktober 1858
Bouma025 vermeldt W.H.Cramer als gezagvoerder gedurende:
* 1847 op de bark “Sphynx”, gebouwd in 1846 te Dordrecht, 263 ton o.m., varend voor F.& J. van Wageningen te Dordrecht;
* 1849 t/m 1856 op de bark “Anna”, op 16 september 1847 te Dordrecht, 306 ton o.m., varend voor J.& F.van Wageningen & Visser & v/d Sande te Dordrecht;
* 1857 t/m 1859 op het 3/m schip “` Osiris”, gebouwd in 1840 te Dordrecht, 975 ton o.m., varend voor F.& J.van Wageningen te Dordrecht. Gestrand op Madoera en wrak.
Overige bijzonderheden
Ontleend aan. van Blokland-Visser064 met de volgende bijzonderheden:
MRD = Monsterrol in het Gemeentearchief van Dordrecht.
Op 8 maart 1844 (MRD nr 1197) is hij 1e stuurman met een mandgage van f 70,- op het fregat “Broedertrouw”onder kapitein is Gijsbertus Isaac Stam de Jonge.
Op 20 september 1846 vertrekt hij als gezagvoerder met de “Sphynx” met 14 man naar Batavia. Onderweg loopt hij Mauritius binnen met schade. Hij keert in Nederland terug op 04 september 1847.
Per 21 november 1847 (MRD nr 1354) was hij gezagvoerder op de bark “Anna” met een equipage van 14 man voor een reis naar Batavia. Hij vertrok toen weer uit Batavia op 13 juli 1848 en keerde in Nederland terug op 02 november 1848.
Op een rei dd 05 ferbruari 1850 heeft hij zijn zoon J.F.Cramer, 18 jaar, als lichtmatroos aan boord voor een maandgage van f 16,-
Op 15 december 1859 strandde hij als gezagvoerder van de “Osiris” op de kust van Madoera, waarbij een deel van de lading koffie en suiker kon worden geborgen.
De bark “Anna” onder kapitein W.H.Cramer voer op 02 mei 1851 vanuit Dordrecht en bereikte via Kaap Hoorn op 05 september 1851 Valparaiso. Via San Francisco en Macao arriveerde het schip Hong Kong.121
Familiegegevens en opleiding
Gerrit Wegman (vermoedelijk een verschrijving?) werd geboren op 27 juni 1818 te Oude Schild
Hij trouwde met Susanna Frederika Hardes, geboren in 1818 te Alkmaar. In 1854 woonde hij aan de Nieuwe Haven A397 te Dordrecht met zijn vrouw en zoon Pieter (Amsterdam, 1847). Het gezin vertrok in 1855 naar Amsterdam. Zoon Pieter Wegman is op 18 maart 1869 2e stuurman op de bark Grootmeester Nationaal” onder kapitein Willem Adolph Frederik Giesse.
Hij overleed in 1860 te Amsterdam.
Hij trad per 05 november 1848 met nr. 295 tot tot de Dordtse vrijmetselaarsloge “La Flamboyante” 064
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
G.Wigman was met vlagnummer R286 in de periode 1850 t/m 1864 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.
G.Wigman was in de periode 10 augustus 1847 t/m 1860 lid van het Dortse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” met vlagnummer 32. Ten tijde van de inschrijving was zijn schip de bark “Anna”.111
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
In het Jaarverslag 1864 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat G.Wigman in 1864 “volgens Art. 37 … van het Lidmaatschap vervallen verklaard moet worden”. Dit artikel regelt royement wegens het niet voldoen aan de financiële verplichtingen058.
In het kasboek van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” dd 01 oktober 1847 staat de inboeking van f 15,- als entreegeld van kapitein Wigman.064b
De schepen van de kapitein
In Ledenlijsten de Dortse zeemansalmanak (Stadsarchief Dordrecht, inv. 93, nrs 16-33) staat G.Wigman als gezagvoerder064a:
* 1850; 1852 t/m 1855 bark “Sphynx” boekhouders J.& F.van Wageningen, Dordrecht
* 1856 t/m 1859 geen vermelding van een schip
In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein G.Wigman met vlagnummer R286 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
* 1851, 1855 van de bark “Sphynx” 139 last varend voor J.& F. van Wageningen, Dordrecht
* 1858, 1859, 1862, 1863 geen vermelding van schip en reeder
Bouma025 vermeldt G.Wigman als gezagvoerder gedurende:
* 1847 van de bark “Anna”, gebouwd in 1847 te Dordrecht, 306 ton o.m., varend voor J.& F.van Wageningen & Visser & v/d Sande te Dordrecht. Bouma vermeldt de kapitein zonder zijn initiaal. Uit de inschrijving bij het Dordtse zeemanscollege (zie hierna) gaat het om Gerrit Wigman.
* 1848 t/m 1855 van de bark “Sphynx”, gebouwd in 1846 op de werf van Jan Schouten te Dordrecht, 263 ton o.m., varend voor F.& J.van Wageningen te Dordrecht;
* 1855 van het houten schroefstoomschip “Amstel”, gebouwd in 1855 in Frankrijk, 194 ton o.m., varend voor Paul van Vlissingen, Amsterdamsche Stoombootreederij, opgericht in 1825.
Van Sluijs013 vermeldt kapitein G.Wegman in 1856 als gezagvoerder van het schroefstoomschip “Amsterdam”, gebouwd in 1853, 221 ton n.m., varend voor de Amsterdamsche Stoombootmaatschappij. Paul van Vlissingen. (staat niet in Bouma en is dezelfde als Gerrit Wigman?025)
Overige bijzonderheden
In 1842 is hij 2e stuurman op de bark “Decima” met kapitein Klaas Jans Bolhuis en als 2e stuurman Jacob Bouten en vertrekt naar Java.
Op 06 oktober 1847 is hij gezagvoerder op de bark “Sphynx” en vertrekt op 13 oktober 1847 uit Hellevoetsluis met 17 man naar Java. Hij komt op 29 januari 1848 te Batavia aan en keert op 01 juli 1848 weer in Nederland terug. Hij maakt met dit schip nog 4 reizen tot 02 november 1854.
Een krantenbericht dd 30 april 1856 meldt dat kapitein Gerrit Wegman van de clipper “Electra”, gebouwd in 1851 in Amerika als “Witch of the Wave” een record reis van 76 dagen heeft gemaakt van Liverpool naar Melbourne. Reder de Heren Eeghen kochten het schip in 1855 in het Nieuwe Diep.
Familiegegevens en opleiding
Albert Kruizinga werd geboren te Veendam op 23 januari 1813 als zoon van de schipper Albert Pieters Kruizinga en Jakobje Jakobs.
Albert Kruisinga trouwde op 27 december 1843 te Veendam als zeeman met Jeltje Jans Vos, geboren te Veendam 02 juli 1814 als dochter van de zeeman, later schipper, Jan Lammerts Vos en Geessien/Geesjen Hendriks. Jeltje overleed op 01 januari 1901 te Stadskanaal, 86 jaar, weduwe.
Geen overlijdensakte van Albert gevonden maar wellicht te Dordrecht.
In Burgerlijke Stand akten uit de provincie Groningen wordt Albert Kruisinga/Kruizinga vermeld als zeeman in 1843, 1844, als schipper in 1847, 1849, 1853, 1855.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
A.A.Kruisinga was met volgnummer 59 lid van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” in de periode 26 oktober 1849 t/m 1859. Ten tijde van de inschrijving was hij gezagvoerder van de kof “Vrouw Neeltje”.064a.
A.A. Kruisinga was effectief lid van het zeemanscollege “De Harmonie” te Wildervank met vlagnummer 110 in 1858
A.A. Kruizinga was effectief lid van het Veendammer zeemanscollege “Maatschappij tot Nut der Zeevaart” met vlagnummerZ6 resp. 145 in de periode 1851 t/m 1858
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
In het kasboek van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” staat op 21 november 1849 de storting van f 15,- als entreegeld voor lidmaatschap van het college door A.A.Kruisinga.064b
De schepen van de kapitein
In Ledenlijsten de Dortse zeemansalmanak (Stadsarchief Dordrecht, inv. 93, nrs 16-33) staat A.A.Kruisinga als gezagvoerder064a:
* 1850 kof “Vrouw Neeltje” boekhouder Klerk & Voogd te Dordrecht
* 1852 t/m 1855 galjoot “Eensgezindheid” boekhouder J. van Oldenborgh & Zn te Dordrecht
* 1856 t/m 1857 bark “Sphynx” boekhouder J. van Oldenborgh & Zn te Dordrecht
* 1858 t/m 1859; geen vermelding van een schip
Bouma025 vermeldt A.A.Kruisinga als gezagvoerder gedurende:
* 1849 t/m 1851 van de kof “Vrouw Neeltje”, gebouwd in 1826 te Lemmer, 155 ton o.m., varend voor Klerk & Voogd te Dordrecht;
* 1853 t/m 1854 van de galjoot “Eensgezindheid” ex Braamspunt, ex Gouverneur Baron van Sytzama, gebouwd in 1841 te Woudsend, 191 ton o.m., varend voor D.J. van Oldenborgh & Zn te Dordrecht;
* 1856 t/m 1857 van de bark “Sphynx”, gebouwd in 1846 te Dordrecht, 263 ton o.m., varend voor F.& J.van Wageningen te Dordrecht. Het schip voer in 1858 voor J. van Oldenborgh & Zn te Dordrecht maar Bouma vermeldt geen gezagvoerder.
In de Almanak voor Zeevarenden 1852, vermoedelijk uitgegeven door het college “Eendracht” te Groningen en aanwezig in het Veenkoloniaal Museum te Veendam staat in de ledenlijst van het Veendammer zeemanscollege kapitein A.A.Kruizinga met vlagnummer Z6 als gezagvoerder van de “Vr. Neeltje”.
De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:
* 27 januari 1836, schip “Jantiena Annechiena”, schipper Hindrik Geuchies Sap. Voorts stuurman, kok, volmatroos Albert Alberts Kruisinga en een lichtmatroos.
* 13 februari 1839, kof “Jonge Tamming”, schipper Pieter Jans Bakker. Voorts stuurman Albert Alberts Kruisinga en een kok.
* 21 februari 1841, kof “Jonge Tamming, schipper Pieter Jans Bakker. Voorts stuurman Albert Alberts Kruisinga, kok en een matroos.
Overige bijzonderheden
Op 9 juli 1855 (Monsterrol nr.1698 in het Gemeentearchief te Dordrecht) is hij kapitein opde bark “Sphynx”, 139 last, gebouwd in 1846 op de werf van Jan Schouten met als reder Joan v Oldenborgh en vertrekt met 11 man naar Brazilie via Cardiff.064
Familiegegevens en opleiding
Henderikus werd geboren te Wildervank 22 augustus 1825 als zoon van de arbeider, later koopman, Hendrik Harms Smit en Elsje Hindriks Schuur.
Hij trouwde op 02 september 1846 te Wildervank met Annegina Engelina de Jonge, geboren te Wildervank 01 maart 1821 als dochter van de schipper Remke Jeltes de Jonge en Engeltje Geerts Jager. Volgens aangifte te Wildervank op 18 april 1874 is Annegina Engelina op 27 december 1873 overleden te Bahia aan de gele koorts.
Volgens een aangifte op het gemeentehuis te Wildervank op 13 april 1874 is kapitein H.H.Smit van de bark Sphinx overleden aan de gele koorts te Pernambuco op 29 december 1873, 49 jaar, weduwnaar.
Portretten van Annechina Engelina de Jonge en haar man de gezagvoerder Hendericus Smit hange in de permanente collectie van het Veenkoloniaal Museum te Veendam. De portretten en een bijbehorend huwelijksdocument zijn in 1964 door de kleinzoon van de kapitein H.H.Smit uit Heerde aan het Museum geschonken
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
H.H.Smit was effectief lid van het zeemanscollege “De Harmonie” te Wildervank met vlagnummer 47 in de periode 1850 t/m 1874.
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt H.H.Smit als gezagvoerder gedurende:
* 1850 t/m 1852 van de kof “Annechiena Engelina” ex Geziena, gebouwd in 1842 te Sappemeer, varend als kapitein/eigenaar vanuit Wildervank. Het schip is op 29 oktober komend van Amsterdam voor de haven van Stettin gestrand;
* 1854 t/m 1860 van de schkof “Annechiena Geziena’, gebouwd in 1853 te Veendam, 117 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Wildervank. Het schip is in maart op Scio (Kaap Melona) gestrand;
* 1861 t/m 1869 van de 2/msch. “Annechiena”, gebouwd in 1861 te Wildervank, 125 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Wildervank. Het schip werd in 1869 overzeild;
* 1871 van de 2/msch “Time is Money” ex Henriëtte Louise, gebouwd in 1856 te Amsterdam, 183 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Wildervank. Het schip is op 21 oktober 1871 geladen met pijpaarde op de Zuiderhaaks verongelukt.
Een scheepsportret van de “Time is Money” hangt in de permanente collectie van het Veenkoloniaal Museum te Veendam. Kapitein is H.H.Smit. zie ook www.veenkoloniaalmuseum.nl/journalen.html;
* 1873 t/m 1874 van de bark “Sphynx”, gebouwd in 1846 te Dordrecht, 263 ton o.m., varend voor J.M.Meihuizen & Zn te Wildervank.
Monsterrollen op site van het Noordelijk Scheepvaart Museum te Groningen vermelden Hendrikus Hendriks Smit op:
20 januari 1840, kof “ Jonge Wicher”, schipper Derk Derks Kuitse. Voorts stuurman, kok Henderikus Hend. Smit, en 2 matrozen.
27 februari 1841, kof “ Eensgezindheid”, schipper Geert Nannes van Driemen. Voorts stuurman, kok Henderikus Hindriks Smit, en 2 matrozen.
19 februari 1842, kof “ Vrouw Styna”, schipper Eilt Hendriks Bekkering. Voorts stuurman, kok Henderikus Smit, en een matroos.
19 februari 1848, kof “ Bougina”, schipper Remke Jeltes de Jonge. Voorts stuurman Henderikus Hendriks Smit, kok, matroos en een lichtmatroos.
20 januari 1849, kof “ Annegina Engelina”, schipper Henderikus Hendriks Smit. Voorts stuurman, kok en een matroos.
04 februari 1850, schip “ Annegina Engelina”, schipper Henderikus Hendriks Smit”. Voorts stuurman, kok en een matroos.
01 februari 1851, kof “ Annegina Engelina”, schipper Henderikus Smit. Voorts stuurman, kok en een matroos.
24 mei 1853, schoenergaljoot “ Annechina Gezina”, schipper Henderikus Hendriks Smit, 27 jaar uit Wildervank. Voorts stuurman, kok, matroos en een lichtmatroos.
29 januari 1857, galjoot “ Annegina Gesina”, schipper Henderrikus Hendriks Smit, 31 jaar uit Wildervank. Voorts stuurman, matroos en een lichtmatroos.
29 januari 1859, galjoot “ Annechiena Gezina”, schipper Hinderikus H.Smit, 33 jaar uit Wildervank. Voorts stuurman, kok en een matroos.
30 maart 1861, galjoot “ Annechiena”, schipper Henderikus H.Smit, 35 jaar uit Wildervank. Voorts stuurman, matroos een lichtmatroos.
In 11 monsterrollen op het overzicht van het Noordelijk Scheepvaart Museum te Groningen wordt gesproken van Hendrikus Hendriks Smit
Het overzicht luidt:
1840 kok op de kof “Jonge Wicher” onder Derk Derks Kuitse geen leeftijd
1841 kok op de kof “ Eensgezindheid” onder Geert N. van Driemen idem
1842 kok op de kof “Vrouw Styna” onder Eilt H.Bekkering idem
1848 stuurman op de kof “Bougina” onder Remke J. de Jonge (zijn schoonvader) idem
1849-1851 schipper op de kof “Annegina Engelina” idem
1853-1859 schipper op de schoenergaljoot “ Annegina Gezina” 27-33 jaar
1861 schipper op de “ Annechiena” 35 jaar
Overige bijzonderheden
Bremer094 vermeldt de stranding van de schoonerbrik “Time is Money” op 21 oktober 1871 op de Zuiderhaaks, geladen met pijpaarde onder gezag van Hendrikus H.Smit.
Een scheepsportret van de “Time is Money” hangt in de permanente collectie van het Veenkoloniaal Museum te Veendam. Kapitein is H.H.Smit. Het schip werd gebouwd in 1856 te Amsterdam als “Henriëtte Louise” voor rederij Postuma & Gosling te Dokkum. In 1870 werd het verkocht aan Hendrik Hindriks Smit uit Wildervank en is in 1871 bij de Noorderhaaks vergaan.
zie ook www.veenkoloniaalmuseum.nl/journalen.html
Familiegegevens en opleiding
Jan Peper werd geboren op 11 oktober 1829 te Oude Pekela als zoon van de schipper Jan Freerks Peper en Fennechien Israels Vos.
Hij trouwde op 11 maart 1863 te Oude Pekela als schipper met Jantina Margaretha Hinderika Hut, geboren op 27 augustus 1830 te Oude Pekela als dochter van de landbouwer, eerder touwslager, Teunis Harms Hut en Frouke Meijer. Jantina was op 14 december 1853 te Oude Pekele eerder getrouwd met schipper Harm de Weerd, die op 14 december 1853 te St. Petersburg overleden was. Jantina overleed op 28 mei 1868 te Oude Pekela, 37 jaar.
Jan hertrouwde te Oude Pekela op 11 mei 1870 als schipper met Elisabeth Schuur, geboren op 25 mei 1829 te Oude Pekela als dochter van de winkelier Pieter Geerts Schuur en Janna Israels Vos. Zij overleed op 04 januari 1908 te Groningen, 78 jaar.
Jan Vos Peper overleed op 15 december 1906 te Groningen, 77 jaar.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
J.Vos Peper was met vlagnummer 144 in de periode 1858 t/m 1873 en in de periode 1874 t/m 1877 effectief lid van het zeemanscollege “De Trouw” te Oude Pekela.112.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt J.Vos Peper als gezagvoerder gedurende:
* 1859 t/m 1863 van de schoenerkof “Alida”, gebouwd in 1846 te Pekela, 91 ton o.m., varend voor B.Haitsema Viëtor te Winschoten. Het schip stond in 1864 onder kapitein/eigenaar E.A.Nieboer te Pekela en was herdoopt in “Zwaantina”. Het is in dat jaar verongelukt;
* 1865 t/m 1873 van de kof “Jantina Margaretha”, gebouwd in 1864 te Pekela, 164 ton o.m., varend voor H.T.Kranenborg te Pekela;
* 1875 van de bark “Sphynx”, gebouwd in 1846 te Dordrecht, 263 ton o.m., varend voor J.M.Meihuizen & Zn te Wildervank. Het schip is gestrand bij Windau en wrak geraakt.
Overige bijzonderheden
Provinciale Groninger Courant 22 januari 1863114
Advertentie. Mr. B. Haitzema Viëtor, notaris te Winschoten, gedenkt op woensdag 4 februari 1863, des avonds te 6 uur. ten huize van logementhouder D. Randa Mulder, te Winschoten, publiek te verkopen het in de jare 1846 nieuwgebouwde kofschip ALIDA, bevaren door J. Vos Peper, groot 91 zeeton, thans liggende te Antwerpen, met deszelfs staand en lopend want, bij Bureau Veritas geclassificeerd 5/6 G 2.1. Koper zal de helft van de koopschat tot handgeld moeten betalen en het overige op interest kunnen behouden. De inventarissen zullen intijds op de gewone plaatsen ter lezing worden gelegd.
-
Haitzema Viëtor.
|