Familiegegevens en opleiding
Jan Amesz werd geboren te Amsterdam op 02 november 1826, ’s avonds 7 uur op de Haarlemerdijk 174, als zoon van Hendrik Jan Amesz en Jacoba Clasina Osti.
Hij trouwde te Amsterdam als scheepsgezagvoerder op 14 maart 1861, 34 jaar, met Geertruy Elisabeth Winthouwer, geboren op 19 februari 1835 ’s middags 3 uur te Amsterdam als dochter van de cargadoor Evert Winthouwer en Geertruy Elisabeth Fromberg. Zij overleed op 21 augustus 1870, ’s middags half twee op de Brouwersgracht 244, Amsterdam, 35 jaar.
Jan Amesz overleed op 28 april 1897 in de Linnaeusstraat 89, met als woonadres Leidscheplein 16, 70 jaar
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
J.Amesz werd met nr. 633 effectief lid van Zeemanshoop op 12 juni 1855 op voordracht van G.J.de Jong. Zijn schip was de "Holland"002.
In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 05/12 juni 1855 werd als lid voor de vlag voorgedragen/benoemd Jan Amesz, oud 28 jaar, voerend de bark “Holland”, wonend op de Kloveniersburgwal bij de Hoogstraat te Amsterdam, op voordracht van kapitein G.J. de Jong.023.
Jan Amesz was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1855 t/m 1892 met vlagnummer 633.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
Vermelding in de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart001:
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
633 1855 bark Holland J.H.Hackman Asschenberg
1856-1871 bark Nicot Wuste & Hintzen
1872-1892 geen opgave van schip en boekhouder
Bouma025 vermeldt J.Amesz als gezagvoerder gedurende:
* 1855 t/m 1856 van het 3/m schip “Holland”, gebouwd in 1832 te Amsterdam, 365 ton o.m., varend voor van Santen & van Asschenberg te Amsterdam. Onder kapitein Mellen als “Adèle” verongelukt op reis van Savannah. Bouma vermeldt dat kapitein Amesz in 1856 is overleden maar dit moet een foute opgave zijn, gezien zijn gezag over een volgend schip. ;
* 1857 t/m 1866 van de bark “Nicot”, ex Euphrosyne, gebouwd in 1855 te Bathurst, 439 ton o.m., varend voor Wuste & Hintzen te Amsterdam.
Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093
J.Amesz Nicot 26 nov. 1859 16 dec. 1860
Nicot 13 maart 1861 09 november 1862
Nicot 15 februari 1863 27 oktober 1864
Nicot geen melding 13 oktober 1866
Nicot 26 oktober 1867 24 januari 1867
Overige bijzonderheden
Handelsblad 29 september 1871:
"30 Sept. 1871 Naar Semarang en Soerabya ligt te Amsterdam in het Oosterdok in lading het snelzeilend eerste klasse Barkschip NICOT Kapt.J.Amesz. Expeditie in de loop der maand October. Adres de Cargadoors de Vries & Co, IJgracht U32 en Schout & Co"038
De “Holland”, geen reisroute genoemd, onder gezag van kapitein Amesg (sic) is “Afgekeurd en in Mei 1856 onder de naam van Adèle op de reize van Savannah verongelukt”.078
Familiegegevens en opleiding
Bij de toekenning van een uitkering in 1881 woonde de wed. A.van Det op de Lauriergracht hoek Konijnenstraat boven nr. 29.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
A.van Det, adres 1ste Bloemdwarsstraat D.D. 487, werd met vlagnummer 860 effectief lid van Zeemanshoop per 16 augustus 1870 op voorspraak van L.Tuk. Zijn schip was de "Senior"002. Ten tijde van de inschrijving was van Det 47 jaart002a.
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 09/16 augustus 1870 is als effectief lid voorgedragen/benoemd kapitein A. van Det, oud 47 jaar, voerend de bark “Senior”, voor rekening van Bunge & Co op voordracht van kapitein L.Tuk.023.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 27 februari 1873 vraagt de wed. A. van Det, geb. Mulder om de reglementaire uitkering welke in de vergadering van 27 maart 1873 wordt afgewezen op grond van artikel 15C van het Reglement van het Weldadig Zeemans Fonds.042.
Artikel 15C stelt: “Indien het Bestuur de overtuiging erlangt, dat reeds vóór de reize, een deelhebber door kwalen of gebreken was aangetast, welke verborgen zijn gehouden of onbekend gebleven, zal de deelneming als niet geldig worden beschouwd, de gestorte contributie verbeurd, en alle aanspraak op uitkeering of onderstand vervallen zijn.”
In de Bestuurvergadering dd 31 augustus 1876 wordt de wed. A. van Det een gratificatie uit de bussen toegekend van f 20,-. Idem per 30 augustus 1877.Idem per 25 juli 1878. Idem per 29 juli 1879. Idem per 27 oktober 1881. Idem per 28 februari 1884. Idem per 27 november 1884. Idem per 24 september 1885. Idem per 25 november 1886. Idem per 05 januari 1888. Idem per 07 februari 1889. In een vergadering dd 04 juli 1889 worden nieuwe uitkeringsbedragen vastgesteld en die van H.J.Brouwer verlaagd tot f 15,- (kennelijk in verband met de penibele situatie van de kas van de bus.) In de vergadering dd 02 januari1 1890 staat zelfs een uitkering van f 10,-. Weer f 10,- op 05 februari 1891. Idem 04 februari 1892. Idem 02 februari 1893. Idem 01 maart 1894. Idem 07 maart 1895. 042
In de notulen van de Algemene Vergadering van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd 15 april 1873 staat vermeld een aanvrage om onderstand door de wed. kapitein A. van Det geb. Mulder. Deze wordt afgewezen op grond van art. 15 Lid C van het reglement van het Weldadig Zeemans Fonds. 023.
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 12 september 1876 staat vermeld dat een gratificatie ad f 20,- is toegekend aan de wed. A. van Deth (is dit dezelfde A. van Det?). Idem per 18 september 1877. Idem per 20 augustus 1878. Idem per 22 november 1881. Idem per 25 maart 1884. Idem per 23 december 1884. Idem per 27 oktober 1885. Idem per 14 december 1886 aan de wed. A. van Det geb.Muller. Idem per 14 februari 1888. Idem per 05 maart 1889. Idem ad f 10,- per 06 februari 1890. Idem per 03 maart 1891. Idem per 02 maart 1893. Idem per 05 april 1894023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
860 1870 bark Senior Bunge en Co
1871-1872 geen opgave van schip en boekhouder. "Overleden".
Bouma025 vermeldt A.van Det als gezagvoerder gedurende:
* 1870 t/m 1871 van de bark “Senior”, gebouwd in 1854 te Amsterdam, 588 ton o.m., varend voor Bunge & Co te Amsterdam. Het schip werd in 1871 verkocht naar Engeland;
* 1872 van de bark “Nicot” ex Euphrosyne, gebouwd in 1855 te Bathurst, 439 ton o.m., varend voor Wuste & Hintzen te Amsterdam. Het schip werd in 1872 verkocht naar Noorwegen.
Overige bijzonderheden
Geen