Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
J.van Leeuwen was met vlagnummer R34 in de periode 1869 t/m 1886 lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart. In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum) staat hij vanaf 1880 vermeld als lid voor de vlag. Dit betekende dat hij vanaf dat jaar wèl de Maatschappijvlag mocht voeren, maar geen aanspraak had op financiële tegemoetkomingen058.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In het Jaarverslag 1886 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij in 1886 als lid voor de vlag heeft bedankt058.
De schepen van de kapitein
In de Jaarverslagen van
de Maatschappij staat kapitein J. van Leeuwen met vlagnummer R34 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
* 1874 fregat “Honingbij” 400 last F.H. von Lindern Jr te Alblasserdam
* 1877, 1878, 1880 fregat “Nieuwe Waterweg II” 1267 ton n.m. F.H. von Lindern te Alblasserdam
* 1881 geen vermelding van schip en boekhouder
* 1882 bark “F.H. von Lindern” c. 1000 ton F.H. von Lindern Jr te Alblasserdam
* 1883 fregat “Insulinde” 1326 ton F.H. von Lindern Jr te Alblasserdam
* 1885 fregat “Insulinde” 1326 ton Von Lindern & v.Vessem te Rotterdam
J.van Leeuwen was in 1884 gezagvoerder op de ijzzeren bark “F.H.von Lindern”, gebouwd in 1883/84 bij de Nederlandsche Maatschappij voor Scheepsbouw en Dokken (C. en J.von Lindern) te Amsterdam, 985 ton, varend voor de reders F.H.von Lindern Jr te Alblasserdam052.
Bouma025 vermeldt J. van Leeuwen als gezagvoerder gedurende:
* 1869 t/m 1873 van de bark “Helena” ex Pieter, ex Karel Hendrikus, gebouwd in 1857 te Capelle aan de IJssel, varend voor F.H. von Lindern te Alblasserdam. Het schip werd in 1873 verkocht naar Noorwegen;
* 1874 t/m 1876 van het fregat “Honingbij”, gebouwd in 1856 te Alblasserdam, 755 ton o.m., varend voor F.H. von Lindern te Alblasserdam. Het schip voer in 1877 voor J.& J.Vinke te Amsterdam en was herdoopt in “Gerrit & Willem”;
* 1877 t/m 1881 van het 3/mschip “Nieuwe Waterweg II”, gebouwd in 1867 te Alblasserdam, 1432 ton o.m., varend voor F.H. von Lindern te Alblasserdam;
* 1883 t/m 1884 van de bark “F.H. von Lindern”, gebouwd in 1883 bij de Ned. Mij. voor Scheepsbouw te Amsterdam, 985 ton n.m., varend voor F.H. von Lindern Jr te Alblasserdam;
* 1884 van het 3/mschip “Insulinde”, gebouwd in 1879 te Alblasserdam, 1326 ton n.m., varend voor F.H. von Lindern Jr te Alblasserdam;
* 1885 t/m 1886 van hetzelfde schip maar nu varend voor von Lindern & van Vessem te Rotterdam.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Cornelis Willemsz Spaanderman werd geboren te Katwijk op 30 augustus 1838 als zoon van Willem Cornelisz Spaanderman en Annetje Cornelisd. de Reus. Hij trouwde te Katwijk in 1866 met Maria Jansd. Klok en overleed ter plaatse op 18 februari 1920.
Hij was kapitein van 1879-1884 op de “Cornelis Smit”, van 1884-1887 op de “F.H.von Lindern”, van 1887-1891 op het fregat “Insulinde” en van 1891-1892 en in 1895 op de ijzeren bark “Senior”.
De publicatie bevat portretten van Maria Jansd. Klok en Cornelis Willemsz Spaanderman en van de bark “F.H.von Lindern”054-163.
Foto (nr.85) beschikbaar van kapitein C.Spaanderman047.
In 1982 verscheen een privé-uitgave over de stamboom van het zeevaardersgeslacht Ouwehand onder de titel “The Oldhand and the Sea”, waarin tevens gegevens over de familie Spaanderman
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt C.Spaanderman als gezagvoerder van:
* 1880 t/m 1883 op de bark “Cornelis Smit”, gebouwd in 1864 te Kinderdijk, 756 ton o.m., varend voor Murk Lelsz te Alblasserdam. Het schip werd in 1884 verkocht aan Aug.Köpcke te Rotterdam en herdoopt in “Constantia”;
* 1885 t/m 1886 op de bark “F.H.von Lindern”, gebouwd in 1883 bij de Nederl. Mij. voor Scheepsbouw te Amsterdam, 985 ton n.m., varend voor von Lindern & van Vessem te Rotterdam;
* 1887 t/m 1888 op het fregat “Insulinde”, gebouwd in 1879, 1326 ton n.m., varend voor F.H.von Lindern & van Vessem te Rotterdam.
* 1889 t/m 1891 van hetzelfde schip maar nu varend voor J.von Lindern te Rotterdam. Het schip werd in 1891 verkocht naar Noorwegen;
- * 1893 t/m 1895 op de bark “Senior”, gebouwd in 1885 te Rotterdam, (op de werf van Rijkee & Co), 1088 ton n.m., varend voor J.Vroege te Alblasserdam.
“ ‘Amicitia’s’ zusterschip ‘Senior’, onder Kapt.C.Spaanderman, vervoerde begin 1893 ook al eens een lading suiker van Soerabya naar Melbourne, op welke reis zij, na in de Indische Oceaan 3½ dag in een orkaan gezeten te hebben, in 63 dagen Melbourne bereikte.”052.
Overige bijzonderheden
Van Koen Suyk te Heiloo kreeg ik dd. maart 2003 een fotokopie van de brief van Murk Lels aan kapitein C.Spaanderman te Rotterdam gedateerd 12 november 1879. In dit schrijven werd door reder Lels het bevel opgedragen aan kapitein Spaanderman van de “Cornelis Smit”. “Wij hopen dat gij u dat vertrouwen zult waardig en dat nimmer zult beschamen.”. De brief vervolgt met een reeks instructies hoe te handelen zodat er aan het einde van de reis een zo groot mogelijke opbrengst het resultaat zal zijn. “Ten einde u eenigsints een idee te geven wat zooal de kosten zijn van de C.Smit en wat wij noodig hebben om met succes te varen zoo laat ik hier volgen een schets van de nu afgeloopen reis.” Dit deel is zeer gedetailleerd en gebaseerd op een cijfermatig overzich van kosten en baten en tevens op verwachtingen omtrent in te nemen lading in Java in verband met oogsttijd en oogstopbrengst van bv. de suiker. Murk Lels dringt er op aan bij eventuele schade een nauwkeurig rapport te laten opstellen. “Somtijds toch zijn die rapporten zoo vaag en ongedecideerd, zonder melding te maken van het Zeeevenement, doch wel van het vinden van stukjes slecht of vergaan hout, waaruit niet zelden voortvloeit dat assuradeuren niet willen betalen, doch de zaak als vic propre (eigen gebrek) beschouwen. Dit geval heeft zich verleden jaar op Java nog voorgedaan met de Stad Middelburg. In ieder geval, wat er ook voordoet, kijk steeds uit uw eigen oogen en wees zelfstandig want, vooral in averijzaken staat ieder vijandig tegen u over en speculeert in den regel alleen op zijn eigen zak.”
Tevens kreeg ik van Koen Suyk een getuigschrift van Cornelis Spaanderman, opgesteld door Murk Lels, dd 05 november 1889, waarin Lels verklaarde dat Spaanderman “bij hem in dienst is geweest van af april 1865 tot Februari 1883 en wel 12 jaar als stuurman en de laatste 4 jaar als gezagvoerder op het barkschip “Cornelis Smit”. Hij achtte Spaanderman “een zuinig, strikt eerlijk en voortvarend gezagvoerder … “
In het tijdschrift “de Zee” jg.9, 1887, pp.106-108 staat een verslag “Bergloon van het Ned.Schip F.H.von Lindern”. Dit schip was gealden met stukgoederen op weg van Rotterdam naar Batavia en Semarang, bemand met 18 man, alsmede de vrouw van de kapitein.
“De Shipping Gazette van 4 Februari l.l. (=1887) vermeldt het verhoor en de uitspraak van de “High Court of Justice” “Admiralty division” in zake der “Salvage” van het Nederlandsch schip “F.H. von Lindern.”. De eischers voor het bergloon waren, de reeders, gezagvoerder en equipage van de sleepboot ´Conqueror”, …”
“Volgens hunne verklaring bevond zich de “Conqueror” op den avond van 26 December l.l. (=1886) in de “Eastbay of Dungeness” toen men in het ONO het afsteken van blauwlichten ontwaarde. Den koers daarop aan stellende, bevond men, dat de seinen door het Ned. schip “F.H.von Lindern” werden gedaan, welk schip in hachelijke toestand verkeerde … “.
Het gelukte een tros vast te maken, maar die brak weer door zware zee. Na vele pogingen, waarbij het Nederlandse schip in voortdurende moeilijkheden verkeerde, gelukte het de sleepboot de F.H. von Lindern Dover binnen te brengen..
“De “Court” erkende dat aan de diensten door de eischers bewezen, te midden van zulk weêr en met gevaar van hun leven, het behoud van het Ned. schip “F.H. von Lindern” met opvarenden en lading te danken was.”
De Nederlander vond een sleeploon van £ 1000, - voldoende. Uiteindelijk werd een gage van £ 2.500, - toegewezen.
De bark “Senior” onder kapitein C.Spaanderman was op 17 mei 1893 te Melbourne en is vermoeddelijk via Kaap Hoorn naar Falmout gevaren, aankomst 08 september en verder naar Havre, aankomst 18 september.121