Inloggen
PLANTER (DE) - ID 8535


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1827-11-14 / 1855-05-14 | Reden uitgevlagd: Sloop, afgekeurd

Identification Data

Bouwjaar: 1827
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Fregat
Masten: Three masts
Material Hull: Wood, oak, sheathed with copper
Dekken: 2
Construction Data

Scheepsbouwer: Firma Cornelis van Swieten, Werf Hollandia, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Date Laid Down: 1826-09-14
Launch Date: 1827-06-26
Delivery Date: 1827-10-29
Technical Data

Gross Tonnage: 170.00 lasts
Gross Tonnage 2: 322.00 tons (oude meting)
 
Length 1: 29.20 Meters Registered
Beam: 5.57 Meters Registered
Depth: 4.45 Meters Registered
Configuration Changes

Datum 00-00-1838
Type: Shiptype/category changed
Omschrijving: After sale shiptype changed into a Bark.

Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1827
Datum agenda: 1827-11-14
Register nr: 18270759
Scheepsnaam: PLANTER (DE)
Type: Fregat
Lasten: 170
Gebouwd in provincie: Noord Holland
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Heemskerk, Gebr.
Plaats: Amsterdam
Kapitein op moment van verzoek: Jessen, C.
Opmerkingen: Eerste zeebrief
1827 Turksche pas naarDemerary / 1828 naar idem

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1823-09-26 DE PLANTER
Manager: Firma Gebr. Heemskerk & Co., Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands

Date/Name Ship 1838-10-29 ANNA GERTRUIDA
Manager: Herman Angelkot Willink, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands

Date/Name Ship 1844-09-02 ANTONIE EN EUGENIE
Manager: Bunge & Co., Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Bunge & Co., Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands

Bezitters van parten (aandelen) in het schip

Eigenaren per primo november 1827 van de PLANTER:

firma Gebr. Heemskerk, Amsterdam (boekhouders en 4/16e part)
Coerdt Jessen, Amsterdam (schipper en 1/16e part)
J.J. Claasen, Amsterdam (4/16e part)
Rutger Hoyman, Amsterdam (2/16e part)
Erven Jacob Brants, Amsterdam (2/16e part)
Zacharias Kemper, Amsterdam (1/16e part)
J. Sargenton, Amsterdam (1/16e part)
firma Joh. Meijjes & Zoon, Amsterdam (1/16e part)

bijlage bij acte 9 van 1838, bark ANNA GERTRUIDA
eigenaren per ultimo oktober 1838:

Herman Angelkot Willink, Amsterdam (boekhouder en 4/13e part)
W. Willink, Amsterdam (2/13e part)
W. Willink Jr., Amsterdam (2/13e part)
Pieter Huidekoper, Amsterdam (2/13e part)
A. Huidekoper, Amsterdam (2/13e part)
C.E. Duyts, Amsterdam (1/13e part)

 

 

 

Ship Events Data

1838-10-03: History
De verkoop te Amsterdam op 3 oktober 1838 van Gebr. Van Heemskerk aan assuradeur Hermanus Angelkot Willink geschiedde voor de prijs van NLG 30600 en vond plaats t.o.v. notaris Pieter Louwerse te Amsterdam.
1844-04-19: Damaged
AC 20.04.1844
Amsterdam, 19 april. Aangaande het schip ANNA GEERTRUIDA, kapt. Boulet, van Batavia naar herwaarts, aan de Kaap de Goede Hoop binnengelopen, wordt, volgens brief van de kapitein gemeld, dat hetzelve op de hoogte van Madagascar en het rif van Aguilhas een orkaan had doorstaan, waardoor de lijf- en potdekselnaden ontzet waren; ook had hetzelve de timmerman verloren.
1844-08-19: Sold at auction
AC 31.07.1844
Advertentie. G.J. Roland Holst, F. der Kinderen, J.H.A. Balwé, H. Salm, J Schröder en D. Beth, makelaars, zullen op maandag 19 augustus 1844, des avonds ten 6 ure precies, te Amsterdam in de Nieuwe Stads Herberg aan het IJ, ten overstaan van de notaris F.W. Fabius verkopen: een extraordinair welbezeild gekoperd en kopervast tweedeks Nederlands barkschip, genaamd ANNA GERTRUIDA, gevoerd door kapt. Louis Adrien Jules Boulet, volgens Nederlandsche meetbrief lang 29 ellen 50 duimen, wijd 5 ellen 65 duimen, hol 4 ellen 40 duimen, alzoo gemeten op 326 tonnen of 172 lasten; breder bij inventaris en bericht bij bovengemelde makelaars.
1855-05-14: Final Fate: Broken up

NRC 01.05.1855
Advertentie. B.D. Bosscher, makelaar, zal op maandag de 14e mei 1855, des avonds ten 6 ure, te Amsterdam in de Nieuwe Stads-Herberg aan het IJ, ten overstaan van een daartoe bevoegd beambte, verkopen een extra ordinair, welbezeild, gekoperd en kopervast barkschip, genaamd ANTONIE EN EUGENIE, gevoerd door kapt. C. Meijer, volgens Nederlandse meetbrief lang 29 ellen 50 duimen, wijd 5 ellen 65 duimen, hol 4 ellen 40 duimen en alzo gemeten op 326 tonnen of 172 lasten. Breder bij inventaris en bericht bij bovengenoemde makelaar. (opm. verkocht voor de sloop)

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

C.Jessen werd geboren te Grauwdip op 08 mei 1773.

Hij trouwde met Catharina Christen Jansen, geboren te Amsterdam op 20 juni 1785. Het echtpaar kreeg een dochter op 22 maart 1812, een dochter op 28 maart 1815, een zoon op 01 augustus 1818, een dochter op 17 mei 1821 en een zoon op 22 april 1825.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

C.Jessen is in het Inschrijfregister van het Amsterdams zeemanscollege "Zeemanshoop" vermeld onder vlagnummer 74 met de opmerking "honorair lid geworden"002. In de Algemene Ledenvergadering van het college op 21 september 1824 werd Coert Jessen, 45 jaar, wonende op de Haarlemmerdijk bij de Buiten Brouwerstraat, met vlagnummer 74 aangenomen als effectief lid van het college op voordracht van kapitein P.J.Sturk023.

Hij werd per 11 oktober 1825 deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop en bedankte in 1829.003

 

C.Jessen was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1824 t/m 1836 met vlagnummer 74 en van 1836 t/m 1847 met vlagnummer 41. Daarna was hij honorair lid

 

C.Jessen was lid van het Amsterdamse zeemanscollege "De Blaauwe Vlag" en wel in 1827 t/m 1830 met vlagnummer 43 en van 1832 t/m 1836 met nummer 15008.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

 In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 10 juni 1828 staat het bericht van kapitein C.Jessen omtrent zijn op handen zijnde vertrek en derhalve bedankend voor de voortdurende deelneming in het Weldadig Zeemansfonds.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 30 september 1847 en die van de  Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 19 oktober 1847 staan de mededelingen dat het Bestuur aan C.Jessen heeft toegestaan zijn effectief lidmaatschap om te zetten in een honorair lidmaatschap.042 en 023.

 

In de Algemene Ledenvergadering van het college Zeemanshoop van 19 juni 1827 doen C.Jessen en G.van Swieten de uitnodiging om op 26 juni 1827 het van stapel lopen van het fregat “De Planter”op de werf Hollandia bij te wonen023

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                    jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

         74                        1825-1833     fregat               De Planter                                             Gebr.Heemskerk

                                      1834-1835     geen vermelding van schip en boekhouder

         41                        1836-1846     geen vermelding van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt C.Jessen als gezagvoerder gedurende:

*    1826 t/m 1834 van het 3/m schip “de Planter”, gebouwd in 1827 te Amsterdam, 320 ton o.m., varend voor de Gebr. Heemskerk te Amsterdam.

 

Het Archief van de Amsterdamse Waterschout11a bevat monsterrollen op naam van kapitein Coert Jessen op de:

“Jufrouw Klasina”, dd 06 oktober 1814;

“Fortuna”, 06 juni 1815;

“Planter”, dd 23 oktober 1817; 11 november 1818; 08 oktober 1819; 09 oktober 1820; 17 september 1821;10 oktober 1822; 24 oktober 1823 27 oktober 1824; 06 oktober 1825; 07 oktober 1827; 24 mei 1828; 07 maart 1829; 17 oktober 1829; 13 april 1831; 21 april 1832 en 30 november 1833

 

Overige bijzonderheden

Andries Stokvliet werd vanuit de Amsterdamse Kweekschool voor de Zeevaart per 18 november 1824 als kajuitwachter geplaatst op het schip de Planter onder kapitein C.Jessen voor een reis van Amsterdam naar Demerarij. Hij keerde op school terug per 16 juli 1825004-532/1464.

 

Rotterdamsche  Courant 05 maart 1816114

Volgens berichten uit Surinamen, lopende tot den 15 januari, was het schip FRANKLIN, kapt. A. Roos, naar Amsterdam gedestineerd, de rivier afgezakt. Behalve de kortlings gearriveerde schepen, lagen in die Colonie nog de volgende, als MARIA, J. Vos; AMICITIA, M. Meijer; de VRIENDSCHAP, C. Fredriks; PHOENIX, A. Schrant; CORNELIA MARIA, J.L. Klasen; en FORTUNA, C. Jessen, alle van Amsterdam; CATHARINA, kapt Dirks, en HET VERTROUWEN, R. Smidt, van Rotterdam.

Staat deze melding bij de juiste persoon?

 

Rotterdamsche Courant 22 januari 1818114

Amsterdam, 20 januari. Volgens een brief van Cornelis Rab, voerende het schip de BERBICIAAN, van Amsterdam naar St. Eustatius en St. Thomas gedestineerd, in dato 26 december 1817, was hij den 4 dito uit Texel gezeild, zijnde die zelfde avond door zuidwestelijke wind belopen geworden, die de volgende dag zich tot een storm verhief met een hoge zee; de wind hierop ’s nagts Z. en Z.O. en de volgende dag Z.O. tot N.O. lopende, passeerde hij met dikke lucht (opm: slecht zicht) en storm uit het noorden, de Hoofden (opm: Nauw van Calais), in gezelschap van de schepen de DRIE VRIENDEN, kaptein Casper Tol, naar de Kust van Guinea; ZAANDAM, kapt. R.H. Krins, naar Surinamen; de PLANTER, kapt. C. Jessen, naar Demerarij, en de STAD GENT, kapt. G. Swart, naar Charlestown.

 

Rotterdamsche Courant 01 mei 1821114

Rotterdam, 30 april. Uittreksel uit de Lloyd’s Listen van den 24 en 27 april 1821:

Den 20 dezer is van Dartmouth vertrokken het schip CERES, Van Rijn, naar Lissabon; diezelfde dag bevondt zich op de hoogte van Dartmouth het schip PLANTER, Jessen, van Demerary naar Amsterdam…..

 

Rotterdamsche Courant 07 mei 1822114

Amsterdam, 5 mei. Kapt. C. Jessen, voerende het schip de PLANTER, van Demerarij in Texel binnen, meldt van den 1 maart, bij het eiland Dominica een zeerover ontmoet te hebben, waarvan hij door het onverwachte opkomen van een schip gelukkig ontslagen werd. Nog meldt hij gedurende de reis vijf stormen te hebben doorgestaan, waarvan de hevigste tussen den 21 en 22 april, even buiten het Kanaal.

 

Rotterdamsche Courant 24 december 1822114

Rotterdam, 23 december. Uittreksel uit de Lloyd’s Lijst van den 17 december:….

….Den 11 dezer is in de Noordzee gepraaid het schip PLANTER, Jessen (opm: fregat, kapt. Coerdt Jessen), van Amsterdam naar Demerarij; hebbende 33 dagen reis…..

 

Rotterdamsche Courant 26 december 1822114

Amsterdam, 24 december. Volgens brief van kapt. C. Jessen, voerende het schip (opm: fregat) de PLANTER, van Amsterdam naar Demerarij, geschreven den 14 dezer, was hij destijds met een gunstige gelegenheid in het Kanaal, bij het eiland Wight, zeilende; hij had, na zijn vertrek op den 10 november uit Texel, met de vreselijkste stormen geworsteld; was, na reeds twee malen tussen Douvres (opm: Dover) en de Singels (opm: ondiepten in de inham bij Winchelsea, 10 mijl west van Dungeness) geweest te zijn, weder in de Noordzee op de Breeveertien (opm: lange brede zandbank voor de Nederlandse kust, waarop gemiddeld 14 vadem diepte) en tot het Helgolander Diep terug gedreven en had zich dagelijks in doodsgevaar bevonden; den 5 dezer was hij voor Texel geweest, doch had nogmaals zee moeten kiezen, en in de nacht van den 6 tot den 7 dezer gedacht alles te verliezen, alzo het schip op de Eierlandsche gronden aandreef, doch met geweld van zeilen, waarvan verscheiden gescheurd en verloren zijn, had hij het gelukkig afgehouden; het schip was wel en dicht gebleven en de passagiers en manschap waren allen in goede welstand.

 

 

Datum vanaf: 0
Kapitein: Jessen, Coert

Familiegegevens en opleiding

Christian Lörensen Adböll werd geboren te Reitum op het eiland Sylt op 12 maart 1806 (volgens huwelijksakte geboren te List in Denemarken) als zoon van Lorenz Christian Adbölle en Jessina Jessen

Hij huwde op 20 augustus 1834 te Amsterdam als koopvaardijkapitein met Maria Catharina Jessen, geboren te Amsterdam op 22 maart 1812 als dochter van Knud Jessen en Christina Jansen.

Na het overlijden van Christian hertrouwde zij op 02 maart 1848 met de apotheker Pieter Lourens Gude, geboren en wonende te Amsterdam, 34 jaar, zoon van Pieter Louwerens Gude en Josine Anna Sophia Specter. Maria Catharina overleed op 06 november 1891 te Amsterdam.118

Op 26 april 1844 werd te Amsterdam een akte ingeschreven waarin werd gemeld dat op 05 december 1843 namiddags 12 uur overleed Christiaan Lörenzen Adboll, gezagvoerder van het fregat Gezina, wonende te Amsterdam en 37 jaar. “… welk schip toen was zeilende op eene reis van Batavia naar hier op 18o30’’ ZB en 75o 38”L oosten van Greenwich toen onder bevel van C.Jessen Jr …”

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

C.L.Adböll werd met nr. 396 effectief lid van Zeemanshoop op 26 augustus 1834 op voorspraak van C.Jensen. Zijn schip was de "Gezina"002.

In de Algemene Ledenvergaderingen van 19/26 augustus 1834 van het college Zeemanshoop werd voorgedragen/benoemd tot effectief lid Christian Lorenzen Adboll, oud 28 jaar, voerend het fregat  de “Planter”, wonend op de Brouwersgracht hoek Heerengracht, op voordracht van kapitein C.Jessen. Zijn vlagnummer werd 396023.

 

Christian Lörensen Adböll was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1834 t/m 1844 met vlagnummers 396 (1834 t/m 1836) en 283 (1836 t/m 1844)

Hij werd op 18 september 1834 deelnemer bij het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop.003

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 26 maart 1844 staat een verzoek om uitkering van de wed. C.L.Adboll, geb. M.C.Jessen. Op 25 april 1844 gaat het Bestuur accoord met ingang van 01 februari 1844.042

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 27 april 1848 staat de mededeling dat de wed. C.L.Adbol, geboren Jessen (sic), is hertrouwd met de heer Gude en dus haar uitkering beëindigd.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 30 maart 1882 vraagt de wed. P.L.Gude geb. M.C.Jessen, eerder wed. C.L.Adboll om herstel van de vroegere uitkering, hetgeen wordt toegestaan ingaande 01 maart 1882.042

 

In de Bijlagen van de Bestuursvergadering dd 30 maart 1882 (Stadsarchief Amsterdam 491-38) bevindt zich een brief met het verzoek tot herstel van de uitkering door de weduwe van Peter Lourens Gude, geb. Maria Catharina Jessen, apotheker te Amsterdam. Zij was eerder gehuwd met Christian Lorenzen Adboll overleden op 05 december 1843 op terugreis van Batavia.042.

 

In de Algemene Vergadering van 07 mei 1844 wordt melding gemaakt van een uitkering per 01 februari 1844 aan C.Jessen (sic), de weduwe van kapitein C.L.Adboll.023

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 09 mei 1848 staat de mededeling dat de weduwe C.L.Adboll, geboren Jessen (sic) is hertrouwd met de heer Gude, en bedankt voor de uitkering 023.

 

De schepen van de kapitein

Vermelding in de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart001:

vlagnummer                    jaren           type                  scheepsnaam                                       naam reder/boekhouder

        396                       1834-1835     fregat               de Planter                                              Gebr.Heemskerk

        283                       1836-1837     fregat               de Planter                                              idem

                                      1838-1843     fregat               Gezina                                                   J.Schutte Hoyman

 

Bouma025 vermeldt C.L.Adboll als gezagvoerder gedurende:

*    1835 t/m 1838 van het 3/m schip “de Planter”, gebouwd in 1827 te Amsterdam, 320 ton o.m., varend voor de Gebr. Heemskerk te Amsterdam. Het schip was in 1838 te koop te Amsterdam;

             Verhoeff086 vermeldt dat het schip werd gekocht door H.Angelkot Willink te Amsterdam, werd herdoopt in “Anna Geertruida” en ging varen onder L.A.J.Boulet.

*    1839 t/m 1844 van het 3/m schip “Geziena”, gebouwd in 1839 te Amsterdam, 622 ton o.m., varend voor J.Schutte Hoyman te Rotterdam. Het schip liep op 30 juli 1839 van stapel (notulen Alg. Verg. Zeemanshoop 23 juli 1839);

 

In het Archief van de Waterschout op het Stadsarchief van Amsterdam bevinden zich monsterrollen op naam van kapitein Christiaan Lorendsen Adboll op de:

“Planter”, dd 28 februari 1835; 29 januari 1836 en 28 oktober 1837.

 

Overige bijzonderheden

Geen.

 

 

Datum vanaf: 1834
Kapitein: Adböll, Christian Lörensen
College: Zeemanshoop, Amsterdam
Vlagnummer: 396
Overige informatie: Kapt. C.L. Adböll (* Sylt 1806 – 1844) werd met vlagnummernr. 396 effectief lid van ‘Zeemanshoop’ op 26 augustus 1834 op voorspraak van kapt. C. Jensen. (S.P.)

Familiegegevens en opleiding

Louis Adrien Jules Boulet werd geboren te Amsterdam op 04 (of 02?) mei 1800.

Hij huwde met Geertruida Gezina Stadelaar, geboren te Loosdrecht op 15 februari 1800. Hij huwde voor de 2de maal met Hermina Maria Verhoop, geboren te Purmerend op 19 september 1813 en overleden 11 maart 1871.

De religie van Louis was Waalds. Hij woonde in 1853 op de Prinsengracht 327 en in 1854 op de Nieuwendijk

Louis overleed in maart 1867.

 

Louis Adrien Jules Boulet werd op 28 februari 1814 als leerling ingeschreven aan de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam004(531/1139). Volgens doopcedul nr.1139 werd hij gedoopt op 14 mei 1800 (vermoedelijk) te Amsterdam. Zijn ouders waren Louis Boulet, afkomstig uit Rijssel, rooms-katholiek en Elisabeth le Grand de Bologne de Byland, uit Parijs, gereformeerd. Beiden waren tijdens de inschrijving van Louis in leven en woonachtig op de “Roosegragt No90”. De vader had “thans geen beroep”.

Ten tijde van de inschrijving was Louis 14 jaar, 5 voet/2 duim groot en “heeft de natuurlijke kinderziekten gehad”.

Vanaf 01 juli 1814 wordt een driemaandelijkse voortgangsrapportage verzorgd:

“1 julij 1814  3/m rappt  kent de regth _ met. en een groot gedeelte van de evenredigh. ...

19 augustus 1815  als ledemaat (gereformeerd) aangenomen door DoChevallier

 25 septb 1815 geplt als cajuitwachter op het schip Johanna Maria Constantia Capn M.de Harder na Suriname (kapitein Matijs   de Harder dateerde per 21 september 1815 een monsterrol van de “Johanna Maria Constantia”011).

 5 aug 1815  heeft met A.H.Crombosch, Jan Hendk Stoelman en C.Clarisse als de meest gevorderde in de stuurmanskunst na      de Eereprijs gedongen doch is bij loting aan Clarisse is te beurt gevallen

16 julij 1816  van de reise terug met goede attestatie

1 octob 1816  Id. heeft op zijne reise weinig vergeten en is bezig zich verder te bekwamen ...

 9 mei 1817  geplt als jong matroos op het schip Graaf Bulouw (sic) Capitn Hendk Janssen naar de Berbice (Hendrik Jansen   (sic) dateerde per 07 mei 1817 een monsterrol van de Graaf van Bul(l)ow”011).

 17 novemb 1817  terug van de reise met goede attestatie  Verzoekt en bekomt zijn ontslag en attestatie alsmede certificaat       van vrijstelling van de nationale militie”.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

L.A.J.Boulett werd met nr.361 effectief lid van Zeemanshoop per 11 juni 1833 op voorspraak van kapitein J.C.Luddens. Zijn schip ten tijde van de inschrijving was de “Anna Geertruida”002.

In de Algemene Vergaderingen van het College Zeemanshoop van 04/11 juni 1833 is voorgedragen/benoemd tot effectief lid Louis Adrien Jules Boulett, 33 jaar, wonende op de Boomsloot 42 te Amsterdam, voerende het fregat Vrouw Hendrika, op voordracht van kapitein J.C.Ludders. Hij kreeg vlagnummer 361023.

Hij werd per 29 juli 1834 deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop003.

L.A.J.Boulet was effectief lid van Zeemanshoop met vlagnummer 361 in de periode 1833 t/m 1836, met vlagnummer 248 in de periode 1836 t/m 1854 rn met vlagnummer 69 in de periode 1854 t/m 1867.

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 25 oktober 1838 bericht kapitein L.A.J.Boulett dat hij is hertrouwd met een 13 jaar jongere vrouw. Hij vraagt naar de konsekwenties voor het lidmaatschap en krijgt daaromtrent informatie.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 26 februari 1852 is een melding door één van de leden dat kapitein Boulet “zijn Equipagie tegen Zeemanshoop inneemt.” Het Bestuur zal hierover de kapitein aanspreken. In de vergadering dd 30 maart 1852 staat een verslag van dat gesprek . Deze heeft opgemerkt “dat het was geschied in eene kwade luim, weshalve deze zaak alsnu wordt gehouden voor afgedaan.”042

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 29 mei 1856 vraagt kapitein L.A.J. Boulett om een uitkering, die hem in de vergadering dd 24 juni 1856 wordt toegekend met ingang van 01 augustus 1856.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 29 januari 1857 staat een brief van kapitein L.A.J. Boulet, aanbiedende een werkje over de Zeevaart “verzoekende het aan Zeemanshoop te mogen opdragen”. Het verzoek wordt in handen gesteld van de Commissie Wetenschappelijke Zeevaart. In de vergadering dd 26 februari 1857 gaat het Bestuur accoord met het verzoek en in de vergadering dd 26 maart 1857 bedankt kapitein Boulet voor de toestemming.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 28 maart 1867 vraagt de wed. L.A.J.Boulet geb. H.M.Verhoop om de reglementaire uitkering welke haar op 02 mei 1867 wordt toegekend met ingang van 01 mei 1867.042

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 15 juli 1856 wordt gemeld dat aan kapitein L.A.J. Boulet per 01 augustus 1856 een uitkering is toegekend.023.

In de notulen van de Algemene Vergadering van 14 april 1857 staat vermeld een “Brief van Kapt. L.A.J.Boulet bedankende voor de aangenomen opdragt door het Collegie Zeemanshoop van zijn werkje getiteld “de Zeevaart “ en een exemplaar van hetzelve aanbiedende.023.

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 07 mei 1867 staat vermeld dat per 01 mei 1867 een uitkering in de 1e klasse is toegekend aan de we. L.A.J.Boulet geb. Verhoop.023.

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer         jaren       type        scheepsnaam                                                naam reder/boekhouder

        361             1833-1834  fregat     De Vrouw Hendrika Soc.van Scheepsbouw

                               1835        geen opgave van schip en boekhouder

        248             1836-1837  fregat     Jeannette Philippine Soc.van Scheepsbouw

                            1838-1843  fregat     Anna Geertruijda                                         H.Angelkot Willink

                               1844        geen opgave van schip en boekhouder

                            1845-1848  bark       A.R.Falck                                                      Boissevain en Co

                            1849-1853  bark       Adelaar                                                         J.D.Landré en Co

         69              1854-1855  bark       Adelaar                                                         idem

                            1856-1866  geen opgave van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt L.A.J.Boulet als gezagvoeder gedurende:

  • 1834 t/m 1835 op het 3/m schip “Vrouw Hendrika”, gebouwd in 1828 te Amsterdam, 500 ton o.m., varend voor de Societeit voor Scheepsbouw te Amsterdam;
  • 1837 t/m 1838 van het fregat “Jeannette Philippine”, gebouwd in 1830 te Amsterdam, 670 ton o.m., varend voor de Societeit van Scheepsbouw te Amsterdam;
  • 1839 t/m 1844 van de bark “Anna Geertruida”, ex de Planter, gebouwd in 1827 op de werf Hollandia van C. van Swieten te Amsterdam, 322 ton, varend voor H.Angelkot Willink te Amsterdam. Het schip werd in 1844 verkocht.

Verhoeff086 vermeldt dat het schip in 1840 werd gekocht onder de naam “de Planter” van de Gebr. Heemskerk te Amsterdam;

  • 1846 t/m 1849 van de bark “A.R.Falck, gebouwd in 1846 te Alblasserdam, 651 ton o.m., varend voor Boissevain & Co te Amsterdam;
  • 1850 t/m 1855 van de bark “Adelaar”, gebouwd in 1850 te Amsterdam, 440 ton o.m., varend voor J.D.Landrë & Co te Amsterdam. Het schip voer in 1857 voor rederij Wed. van Hasselt & Co te Amsterdam en herdoopt in “Hercules”.

 

Overige bijzonderheden

“In 1846 was de “Anton Reinhard Falck” gebouwd voor Boissevain. Het verzoek voor deze bark van 338 last kwam uit Den Haag, waar invloedrijke personen een protegé, L.A.J.Boulet, een plaats als kapitein wilden bezorgen en in dat geval aandelen wilden nemen. Boulet blijkt commercieel een mislukking: over de eerste twee reizen, die veel te lang duren, vindt weinig uitkering plaats. Bovendien is hij een driftkop die voortdurend overhoop ligt met zijn ondergeschikten, die melden dat “de kapitein geen mens, maar een dier is“. Zijn ontslag kost Boissevain wel een paar slapeloze nachten. De reder wacht vervolgens driekwart jaar, tot zijn meest ervaren kapitein met de “Van der Werff” teruggekeerd is” (i.c. Pieter Teunisz van Duyvenbode050

Na een incident aan boord van de bark “Anna Geertruida” op 4 november 1839, op de retourreis van Padang naar Amsterdam ten NW van de Asforische eilanden, wordt de matroos Jacobus Bruining in de voetboeien gesloten. “Bruining had op die dag onder razen en vloeken zich achter de grote mast begeven en daar de derde stuurman Cornelis Ruygh gegrepen. Eerste stuurman Jacob Botter kwam tussenbeide en gaf Bruining opdracht zich koest te houden.” Bruining trok zich nergens wat van aan en ging door met vechten. Hij werd tenslotte overmeesterd en in de boeien geslagen. 104

Terugkomend van Batavia te Hellevoetsluis rapporteerde op 06 jun 1838 kapitein Bulsing: “Den 4 juni (1838) de “Janette Philiphine” kapt. Boulet onder de Singels”.005.

In de Harlinger Courant van 17 november 1852 staat het volgende bericht096:

Gepraaide schepen:

“Den 24 Aug. op 26o36’Z.Br. en 52o34’OL, Adelaar, Boulet, van Batavia naar Rotterdam.”

 

Datum vanaf: 1837
Kapitein: Boulet(T), Louis Adrien Jules
Vlagnummer: 248
Overige informatie: Kapt. L.A.J.Boulet (* Amsterdam 1800 – † 3/1867) werd op voordracht van kapitein J.C.Ludders effectief lid van het College Zeemanshoop in 1833, voerende het fregat VROUW HENDRIKA. Hij kreeg t/m 1836 vlagnummer 361, van 1836 t/m 1854 vlagnr. 248 en van 185

Familiegegevens en opleiding

Caspar Meyer werd geboren te Nordmarsch op 04 juli 1799.

Hij huwde met Catharina Helena de Planter, geboren te Ostende op 25 november 1800. Catrina overleed op 16 januari 1867 te Amsterdam

Casper overleed op 21 maart 1868 te Amsterdam

 

 

Annoncecollectie uit het Centraal Bureau voor Genealogie te Den Haag

Heden overleed, in den ouderdom van bijna 69 jaren, onze geliefde Vader en Behuwdvader, de Heer CASPER MEIJER, Oud Scheepsgezagvoerder om de West

                                                                                                                                                                J.B.ROLUFS

AMSTERDAM                                                                                                                                    M.S.ROLUFS

21 Maart 1868                                                                                                                                     P.A. MEIJER DE KEYZER

 

Heden overleed, in den ouderdom van zes-en-zestig jaren, mijne dierbare Echtgenoot CARTRINA HELENA DE PLANTER, diep betreurd door mij, mijn dochter, behuwddochter en kleinkinderen

AMSTERDAM  16 Jan. 1867                                                                                                           C.MEIJER

 

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

C.Meijer werd met vlagnummer 179 ingeschreven als effectief lid van Zeemanshoop per 29 augustus 1826 op voorspraak van kapitein F.Groen. Zijn schip was de "Atalanta". Deze vermelding is doorgestreept en vervangen door "Eensgezindheid". Toegevoegd is "hon.lid geworden"002.

In de Algemene Ledenvergaderingen van het Amsterdams zeemanscollege Zeemanshoop van 22/29 augustus 1826 werd Casper Meijer voorgedragen/benoemd tot effectief lid op voordracht van kapitein F.Groen. Hij was toen 27 jaar, woonde op Wittenburg te Amsterdam en voer de schoener “De Vrouw Anthonia”. Zijn vlagnummer werd 179023.

Hij werd deelnemer van het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 01 juni 1826 en bedankte in 1863. 003

 

Casper Meijer was effectief lid van het Amstedamse zeemanscollege “Zeemanshoop” met vlagnummer 179 van 1826 t/m 1836, met vlagnummer 107 van 1836 t/m 1854 en met vlagnummer 29 van 1854 t/m 1864. Van 1864 tot zijn overlijden in 1868 was hij honorair lid.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 26 mei 1864 staat de mededeling dat het aan kapitein C.Meijer is toegestaan zijn effectief lidmaatschap om te zetten in een honorair lidmaatschap.042.

 

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 07 juni 1864 staat de mededeling dat het aan kapitein C.Meijer is toegestaan zijn effectief lidmaatschap om te zetten in een honorair lidmaatschap.023.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                   jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

        179                           1826           schoner            de Vrouw Anthonie                             J.Machielse, Amsterdam

                                          1827           geen vermelding van schip en boekhouder

                                          1828           brik                   de Vrede                                                geen opgave

                                      1829-1831     brik                   de Vrede                                                T.Machielse, Amsterdam

                                      1832-1835     fregat               Atalanta                                                E.Reyns, Amsterdam

        107                       1836-1843     bark                 Eensgezindheid                                    Geb. Reyns, Amsterdam

                                      1844-1846     bark                 Anthonia en Eugenie                           geen opgave

                                      1847-1853     bark                 Anthonia en Eugenie                           Bunge & Co, Amsterdam

          29                           1854           bark                 Anthonia en Eugenie                           Bunge & Co, Amsterdam

                                      1855-1863     geen vermelding van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt C.Meyer als gezagvoerder gedurende:

*    1827 van de 2/msch “Vrouw Anthonia”, geen bouwgegevens vermeld, varend voor J.Machielse, geen thuishaven gemeld;

*    1832 t/m 1838 van het fregat “Atalanta”, gebouwd in 1814, bouwlocatie niet vermeld, 210 ton o.m., varend voor E.Reyns te Amsterdam;

*    1829 t/m 1837 van de brik “De Vrede”, gebouwd in 1800, bouwlocatie niet vermeld,, 120 ton o.m., varend voor T.Machielse te Amsterdam;

de voorgaande perioden stemmen niet overeen met die uit de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart001 - zie hiervoor.

*    1837 t/m 1845 van de bark “Eensgezindheid” ex Immegonda Sara Clasina”, gebouwd in 1816, bouwlocatie niet vermeld, 258 ton o.m., varend voor de Gebr. Reyns te Amsterdam. Het schip was in 1845 te koop;

*    1845 t/m 1855 van de bark “Antonia & Eugenie”, gebouwd in 1827 te Amsterdam, 240 ton o.m., varend voor Bunge & Co te Amsterdam. Het schip werd in 1855 gesloopt.

 

Overige bijzonderheden

"De Drie Gebroeders" op de rede van Paramaribo057:

24 september 1837     “... Tegen den avond arriveerde hier Captijn C.Meijer het barkschip de Eensgezindheid komende van Amsterdam  had 66 dagen rijs ...".

Monsterrol dd 10 juli 1837 van de bark de "Eensgezindheid" onder gezag van Casper Meijer en met 15 manschappen. Bestemming Suriname. Boekhouders Bosch & Reis011.

 

In een adres dd 12 december 1855 aan de Tweede Kamer der Staten Generaal drongen 58 gezagvoerders aan op de invoering van een Tuchtwet. Zij meldden dat de uitvoering van hun beroep dagelijks meer en meer werd belemmerd door de onmogelijkheid om aan boord der schepen behoorlijke orde en tucht te bewaren. Een van de ondertekenaars was C.Meyer.104.

 

Algemeen Handelsblad 29 september 1830114

Carga-lijsten. Amsterdam, 28 september. WILHELMINA, J.M. Klint, van Suriname; BRIGITHE CHRISTINE, kapt. L. Jensen, van Port à Port; DE VREDE, kapt. C. Meijer, JONGE CORNELIS, kapt. H.T. van Slooten en CARTOR EN POLLUX, van Petersburg; DE GOEDE GEZELSCHAP, kapt. H.J. Langherichs, PROVIDENTIA, kapt. T. Dillwitz, VENUS, kapt. B. Ellingsen en GEZINA, kapt. M.N. Huizing, van Riga; ANNA CATHARINA, kapt. J.C. Memer, ANNA SOPHIA, kapt. E.A. Bock, VIER GEBROEDERS, kapt. A.A. Douwes en VROUW TRIJNTJE, kapt. P.G. Carst, van Koningsbergen; NOORD-HOLLAND, kapt. J.S. Rotgans, van Dantzig; ANNA REBECCA, kapt. B. Molenaar; WILHELMUS EN JEANNE, kapt. R. Anker.

 

Algemeen Handelblad 21 juni 1831114

Texel, 17 juni. Binnengekomen: HENRIËTTE, kapt. J.E. Schneebeke, van Suriname; SANTA EUFONIA, kapt. Hararan, van Bilbao; ISIS, kapt. De Vries, van Riga, ligt in quarantaine; EMANUEL, kapt. Evensen, van Drammen.

18 juni. DE NEDERLANDEN, kapt. Arie Jansen Struyk, van Batavia; MINERVA, kapt. Ahlers, van Batavia; MARIA EN JACOBA, kapt. S. van Duijn, van Curaçao; EMBLEM, kapt. R. Heggen, van New York; DE VREDE, kapt. Meijer, van Londen; DE VIER GEBROEDERS, kapt. A.P. Schoonhoven, van Londen; het schip HARVEST, kapt. J. Eldred, van Mantanzas, is van quarantaine ontslagen…..

 

Algemeen Handelsblad 12 juli 1831114

…..Texel, 8 juli. ….

….10 juli. AURORA, kapt. Kukens, naar St. Jago de Cuba; DE VROUW GELIDA, kapt. Louwerens, naar Londen; DE VREDE, kapt. Meijer, naar Londen; TORTOLA, kapt. Anderson, naar Sunderland; ST. PETER, kapt. Grenstrom, naar Archangel.

 

Algemeen Handelsblad 13 september 1831114

Texel, 9 september. Binnengekomen: DE VREDE, kapt. C. Meijer, van Londen; CORNELIA, kapt. H.Y. Zwaga, van Londen; SURINAME, kapt. W. Landzaat, (naar Batavia) terug uit zee met schade wegens aanzeiling. ….

 

Algemeen Handelsblad 04 oktober 1831114

Texel, 30 september. Binnengekomen: ….

…..1 oktober. WIGERDINA, kapt. W.J. Stuit, naar Marseille; HOOP, kapt. G. Nieuwland, naar Londen; DE VREDE, kapt. C. Meijer, naar Londen.

 

Rotterdamsche Courant 18 december 1832114

Rotterdam, 17 december. Het schip ATALANTA, kapt. C. Meijer, van Suriname naar Amsterdam, door een loodsboot te Scilly opgebracht, is van daar door een Engelse gouvernementsstoomboot naar Plymouth gesleept en den 8 dezer aldaar aangekomen. Volgens brieven van Londen van den 11 dito zou dit schip vrijgegeven zijn en ten spoedigste de reis voortzetten.

 

Rotterdamsche Courant 05 januari 1833114

Rotterdam, 2 januari. Het schip ATALANTA, kapt. C. Meyer, van Suriname naar Amsterdam, te Plymouth opgebracht, is, volgens brief van Londen van de 28e december, vrijgegeven geworden.

 

Rotterdamsche Courant 13 juni 1833114

Rotterdam, 12 juni. ….

….Van Vlissingen meldt men, dat de 5e dezer aldaar door de stoomboot HERCULES masteloos in het dok gebracht is het koopvaardijschip van ouds genaamd DE VREDE, van Dordrecht.

 

Algemeen Handelsblad 12oktober 1833114

Advertentie. Schepen in lading…..

….Naar Nederlandse koloniën:

…..Suriname. Het nieuw vertimmerd gekoperd tweedeks fregat ATALANTA, kapt. C. Meyer, van Amsterdam. Adres bij B.D. Bosscher…..

 

Algemeen Handelsblad 04 februari 1834114

…..Texel, 2 februari. JOHANNA, kapt. R. Maalsteed, DE GEZUSTERS, kapt. J. Ingerman en CHRISTINA BERNARDINA, kapt. J.A. Strup, naar Batavia; CLARA HENRIETTA, kapt. H. Blokziel, naar Batavia en St. George d’Elmina; SOPHIA CECILIA, kapt. B.F. Ipsen, HARMONIE, kapt. D. Spreeuw, JONGE WILLEM, kapt. G. van Medevoort; SARA ANNA CORNELIA, kapt. H.K. Dykhuis; HENDRIKA, kapt. K.B. de Weerd, GEBROEDERS, kapt. P.C. Sorgdrager en ATALANTA, kapt. C. Meyer, alle zeven naar Suriname; CATHARINA, kapt. J. Wessels, naar Buenos Ayros; NEPTUNUS, kapt. P.L. Peters, naar St. Thomas; MERCURIUS, kapt. J.C.R. Fonck, naar Port a Port; VREDE, kapt. R.W. Vos en ANNAGINA, kapt. E.P. v.d. Wyk, naar Nantes; GOED BESLUIT, kapt. H.W. Drent en WIGERDINA, kapt. W.J. Stuit, naar Marseille; WELDAAD, kapt. B.E. Boll, naar Bayonne; ANNA MARIA, kapt. P.N. Seplin; BEURS VAN AMSTERDAM, kapt. W.B. Bakker en VENUS, kapt. H.C. Bock, alle drie naar Cette; DE ACHT GEBROEDERS, kapt. J.B. Bossinga, naar La Rochelle; HARMONIE, kapt. H. Deddes; ALIDA, kapt. A.F. Dedeles, ANTONIUS, kapt. E Speelman; ZES GEBROEDERS, kapt. J.E. Drent; JEREMIAS, kapt. S. Stellingwerf en HELDINA, kapt. J. Hensen, alle zes naar Bordeaux; LOUISA, kapt. J.C. Jens en JULIE, kapt. S. Schildwagt, beide op avontuur.

 

Nieuwe Surinaamsche Courant 18 april 1834114

Te Paramaribo liggen in lading naar Amsterdam:

  • het kofschip HENDRIKA, kapt. Klaas B. de Weerd, sluit 25 april. Adres bij Gebr. Reijns.
  • het nieuw vertimmerd gekoperd tweedeks barkschip ATALANTA, kapt. C. Meijer, sluit 5 mei. Adres bij Gebr. Reijns…..

 

Algemeen Handelsblad 21 mei 1834114

Binnengekomen:….

….Suriname, 27 maart. JONGE WILLEM, kapt. G. van Medevoort, HENDRIKA, kapt. K.B. de Weerd; DE FAAM, kapt. J. Andresen en ATALANTA, kapt. C. Meijer, alle van Amsterdam ….

 

Rotterdamsche Courant 26 juni 1834114

Rotterdam, 25 juni. De schepen ATALANTA, kapt. C. Meyer, DE GAAM, kapt. J. Andresen en DE JONGE WILLEM, kapt. G. van Medevoort, zouden de 10e mei van Suriname naar Amsterdam vertrekken.

 

Algemeen Handelsblad 11 juli 1834114

Binnengekomen:

Texel, 9 juli. DE PLANTER, kapt. C.L. Adboll, van Demerary; ATALANTA, kapt. C. Meyer, DE VRIENDSCHAP, kapt. B.H. dekker, van Rouaan…..

 

Algemeen Handelsblad 09 maart 1835114

Texel, 6 maart. ATALANTA, kapt. C. Meyer, van Suriname…..

 

Algemeen Handelsblad 09 maart 1835114

Carga-lijsten Amsterdam: ATALANTA, kapt. C. Meijer, van Suriname met suiker, katoen en hout.

 

Algemeen Handeslblad 21 maart 1835114

Advertentie. Schepen in lading.

Naar Nederlandse koloniën:

Suriname. het gekoperd tweedeks fregatschip ATALANTA, kapt. Casper Meyer, van Amsterdam. Adres bij B.D. Bosscher…..

 

Algemeen Handeslblad 02 april 1835114

Advertentie. Schepen in lading.

Naar Nederlandse koloniën:

Suriname. het gekoperd schoener-kofschip EDAMS WELVAREN, kapt. Klaas Spiegelberg, van Amsterdam. Adres bij Hoyman en Schuurman. Sluit 4 april.

Suriname. Het gekoperd tweedeks fregatschip ATALANTA, kapt. Casper Meyer, van Amsterdam. Adres bij B.D. Bosscher. Sluit 6 april…..

 

Algemeen Handelsblad 21 april 1835114

….Uitgezeild:

Texel, 19 april. PETRUS, kapt. F.H. Trip, naar Batavia; ATALANTA, kapt. C. Meyer, naar Suriname; HERSTELLER, kapt. C. van der Wind, naar Rio-Janeiro; JONGE JAN, kapt. T.J.D. Wal en MEDEMBLIK, kapt. J. Grey, naar Londen…..

 

Algemeen Handelsblad 20 oktober 1835114

Binnengekomen:….

….Uitgezeild:

Texel, 17 oktober. DRIE GEBROEDERS, kapt. S.Y. Parma, naar Batavia; HENDRIKA, kapt. K.B. de Weerd, JONGE CORNELIS, kapt. K.T. van Sloten en ATALANTA, kapt. C. Meyer, alle drie naar Suriname; NEERLANDS TROUW, kapt. B.J. de Groot, naar Bordeaux; VOLHARDING, kapt. W. Leeuwrik, naar Triëst; HOOP, kapt. S. Koorn, naar Drammen; METTINA JOHANNA, kapt. H.H. Koster, naar Newport; FRAUKE KNELSINA, kapt. R.R. de Jonge en HARMANUS WIARDI, kapt. H.A. Post, naar Cardiff; GEZINA, kapt. R.T. Taay, naar Liverpool; JOHANNA GEBIENA, kapt. R.H. Nagel, naar Newcastle; WILHELMINA HENDRIKA, kapt. D.D. de Jong, naar Hull; VROUW MARGARERTHA, kapt. B.R. Berg, naar Bordeaux.

 

Algemeen Handelsblad 17 februari 1836114

Scheepstijdingen:

Van Suriname zouden vertrekken de 21e december de schepen DE JONGE ARIE, kapt. L. Hus, naar Rotterdam en JEANETTE, kapt. T. Bodeman Hzn., de 29e dito de schepen DE NEDERLANDER, kapt. C. Höfker en PARAMARIBO, kapt. J.C. Töpper en de 31e dito het schip ELIZABETH CORNELIA, kapt. J.D. Diets, de vier laatste naar Amsterdam.

Voorts lagen aldaar nog in lading de schepen DE SNELHEID, kapt. C. Wessels; SOPHIA MARIA, kapt. J. Andresen; LA LIBERTÉ, kapt. W. Trip; DE JONGE WILLEM, kapt. G. van Medevoort; DE DAGERAAD, kapt. R.C Stada; ATALANTA, kapt. C. Meyer; HENDRIKA, kapt. K.B. de Weerd; DE EENSGEZINDHEID, kapt. P.T. Kuiper; HET VERTROUWEN, kapt. C. Zaal; HENRIETTE. Kapt. J.C. Willems; NICOLAAS WITSEN, kapt. F. Lange; DE JONGE BAREND, kapt. B.R. van Wyk; DE JONGE CORNELIS, kapt. H.T. van Slooten; SOPHIA CECILIA, kapt. B.F. Ipsen en DE HARMONIE, kapt. A. van der Meyden, alle vijftien naar Amsterdam.

 

Algemeen Handelsblad 18 maart 1836114

Carga-lijsten Amsterdam: ZEEMANSHOOP, kapt. J.A. Witsen, van Soerabaya met koffie, suiker en bindrottingen; ATALANTA, kapt. C. Meyer, van Suriname met suiker, katoen, ossenhuiden en katoen; HILCHINA GEERDINA, kapt. L. Roelfsema, van Londen met verfhout, wijn, rum, ijzer, amandelen, lood, koopm., ijzerwerk, kalk en tapijten.

 

Rotterdamsche Courant 28 mei 1836114

Rotterdam, 27 mei. Kapt. P. Kraay heeft, behalve de reeds in zijn vroeger rapport vermelde (opm. zie AH 210536) nog de volgende schepen gepraaid, als: de 3e april, op 4º NB 22º WL, het schip PAULINE, kapt. L.M. Hoffman, van Passaroeang en Batavia naar Middelburg; de 15e dito, op de hoogte van Wight, de schepen JACOB CATS, kapt. J. Ingerman, van Batavia naar Dordrecht en ANNA MARIA CATARINA, kapt. W.D. Kleininga, van Liverpool naar Harlingen; de 16e dito, op de hoogte van Bevesier, de kof DE VROUW NEELTJE, kapt. K. Parrel, van …. naar …..; de 18e dito, op de hoogte van Douvres, het schip ATALANTA, kapt. C. Meyer, van Amsterdam naar Suriname en de 21e dito, op de hoogte van de Hoek van Holland, het schip PHOENIX, kapt. J.C. Töpper, van Amsterdam naar Suriname.

 

Algemeen Handelsblad 07 november 1836114

Binnengekomen:

Texel, 4 november. ATALANTA, kapt. C. Meyer, van Suriname; CORNELIUS DASSE VIËTOR, kapt. H. Bosker, van Bahia; WILHELMINA HENDRICA, kapt. D.D. de Jong, van Hull.

Texel, 5 november. NEÉRLANDS WELVAREN, kapt. O. Hansse van Malaga.

 

Zeepost 01 januari 1839 – 276114

Schepen in lading (opm: te Amsterdam) naar:…

….Suriname: het gekoperd tweedeks barkschip CLASINA ADRIANA, kapt. A.P. Havinga, van Amsterdam (Westerdok). Adres bij Hoyman & Schuurman en E. Windhouwer.

Idem: het Nederlands gezinkt schoener-kofschip ANTONIA, kapt. E. Speelman, van Amsterdam (Westerdok). Adres bij Hoyman & Schuurman.

Idem: het tweedeks barkschip EENSGEZINDHEID, kapt. C. Meyer, van Amsterdam (Oosterdok). Adres bij B.D. Bosscher…..

 

Zeepost 01 februari 1839 – 303114

Schepen in lading naar:….

....Suriname: het tweedeks barkschip EENSGEZINDHEID, kapt. C. Meijer, van Amsterdam (Oosterdok). Adres bij B.D. Bosscher…

 

Zeepost 24 juni 1839 – 424114

Kapt. Tjebbes, van Suriname in Texel binnen, rapporteert, dat de 15e mei van daar naar Amsterdam zou vertrekken de schepen: CLASINA ADRIANA, kapt. Havinga en de EENSGEZINDHEID, kapt. Meijer; nog meldt kapt. Tjebbes de 18e juni op de hoogte van Plymouth gepraaid te hebben het schip WILHELMINA MARIA, kapt. Atkes, van Amsterdam naar Suriname.

 

Zeepost  01 augustus 1839 – 457114

Schepen in lading naar:….

….Suriname: het gekoperd tweedeks barkschip MERCURIUS, kapt. C. Wessel, van Amsterdam. (Oosterdok) Adres bij B.D. Bosscher.

Idem: het gezinkt schoener kofschip DE ZEEVAART, kapt. K.J. Haasnoot, van Amsterdam. (Oosterdok) Adres bij Hoyman & Schuurman.

Idem: het gekoperd tweedeks fregatschip JONGE LODEWIJK ANTHONIE, kapt. R. Tjebbes, van Amsterdam. (Westerdok) Adres bij Hoyman & Schuurman en E. Windhouwer.

Idem: het gekoperd tweedeks fregatschip NOORD HOLLAND, kapt. H.K. Ruyl, van Amsterdam. (Westerdok) Adres bij Hoyman & Schuurman.

Idem: het gekoperd tweedeks barkschip CLASINA ADRIANA, kapt. A.P. Havinga, van Amsterdam. (Westerdok) Adres bij Hoyman & Schuurman en E. Windhouwer.

Idem: het schoener kofschip JACOBA, kapt. A.K. de Groot (Oosterdok) Adres bij Hoyman & Schuurman.

Idem: het Nederlands gezinkt schoener kofschip ANTHONIA, kapt. E. Speelman, van Amsterdam. (Westerdok) Adres bij Hoyman & Schuurman.

Idem: het nieuw gekoperd tweedeks barkschip DE EENSGEZINDHEID, kapt. C. Meyer, van Amsterdam (Oosterdok) Adres bij B.D. Bosscher…..

 

Zeepost 02 september 1839 – 484114

Schepen in lading naar:….

….Suriname: het gekoperd tweedeks barkschip CLASINA ADRIANA, kapt. S. Nielsen, van Amsterdam. (Westerdok) Adres bij Hoyman & Schuurman en E. Windhouwer.

Idem: het nieuw gekoperd tweedeks barkschip de EENSGEZINDHEID, kapt. C. Meyer, van Amsterdam. (Oosterdok) Adres bij B.D. Bosscher…..

 

Zeepost 23 juli 1840 114

Te Amsterdam zijn heden gearriveerd de schepen EENSGEZINDHEID, kapt. C. Meijer, van Suriname met suiker en katoen, liggende in het Oosterdok, en ANNA, kapt. S.B. de Jong, van Alicante met zout en stukgoed, mede liggende in het Oosterdok, en zijn vertrokken de schepen HELENA, kapt. W. Blom, naar Batavia, de JONGE WILLEM, kapt. G. van Meedevoort, naar Suriname, en YORK, kapt. C.M. Morell, naar New Orleans.

 

Algemeen Handelsblad 18 februari 1841114

Carga-lijsten Amsterdam: EENSGEZINDHEID, kapt. C. Meijer, van Suriname met suiker, katoen, cacao en rum.

 

Algemeen Handelsblad 30 juli 1841114

Carga-lijsten Amsterdam: EENSGEZINDHEID, kapt C. Meyer, van Suriname met suiker, katoen, cacao en rum.

 

Algemeen Handelsblad 21 augustus 1844114

Advertentie van verkoop op 9 september 1844 te Amsterdam het gekoperd barkschip EENSGEZINDHEID, gevoerd door kapt. C. Meijer. Volgens Nederlandse meetbrief lang 27,35 el, wijd 5,7 el, hol 4,53 el, alzo gemeten op 279 ton of 148 last.

 

Amsterdamsche Courant 09 september 1844114

Advertentie. B.D. Bosscher, makelaar, zal op heden de 9e september 1844, des avonds ten 6 ure, te Amsterdam, in de Nieuwe Stads-Herberg, aan het IJ, ten overstaan van een bevoegde beambte verkopen: een extra ordinair welbezeild en gekoperd barkschip, genaamd EENSGEZINDHEID, gevoerd door kapt. C. Meijer, volgens Nederlandsche meetbrief lang 27 ellen 35 duimen, wijd 5 ellen 7 duimen, hol 4 ellen 53 duimen, en alzo gemeten op 259 tonnen of 148 lasten. Breder bij inventaris en bij gemelde makelaar.

 

Amsterdamsche Courant 11 september 1844114

Prijzen der schepen, geveild op 9 september in de Nieuwe Stads-Herberg:

Het gekoperd barkschip EENSGEZINDHEID, kapt. C. Meijer, NLG 6750, in slag NLG 140, opgehouden.

 

Algemeen Handelsblad 15 oktober 1845114

Amsterdam, 14 oktober. Volgens bericht van Suriname zouden vandaar vertrekken het schip ANTONIA EN EUGENIA, kapt. Meijer, de 31 augustus en het schip de GOEDE VREDE, kapt. Zaal, de 5e september, beide naar Amsterdam.

 

NRC 17 maart 1849114

Amsterdam, 16 maart. Volgens brief uit Suriname van de 30e januari zouden binnen twee à drie dagen van daar herwaarts vertrekken de schepen NICOLAAS WITSEN, kapt. Lange, ANNA EN MARIA, kapt. Steenveld en ANTONIA EN EUGENIE, kapt. Meijer

 

 

Datum vanaf: 1844
Kapitein: Meyer/Meijer, Caspar/Casper
Overige informatie: 0

Monsterrollen

Opgemaakt Amsterdam
Datum: 1827-11-07
Scheepsnaam voorvoegsel:
Scheepsnaam: PLANTER
Schipper: Jessen, Coert
Scheepstype: fregat
Grootte:

Bekijk alle monsterrollen Bekijk alle monsterrollen
Algemene informatie

RC 09.05.1837
Rotterdam, 8 mei. Kapitein D. van der Valk, den 1 dezer van Lissabon te Helvoetsluis binnen, heeft den 28 april, op 50º03’ N.B. en 03º50’ W.L. gepraaid een driemast schip, tonende de vlag van het Collegie “Zeemanshoop” met no. 248, zijnde die van kapt. L.A.J. Boulet (opm: voerende het fregat DE PLANTER), van Amsterdam naar Batavia gedestineerd.
RC 20.07.1837
Rotterdam, 19 juli. J.J. Voute S.E. Zoon en A. Voute, makelaars, zullen op woensdag den 26 juli 1837, des voormiddags ten 11 ure, in Den Brakken Grond, te Amsterdam, verkopen:
een partij thee, liggende in Vrij-Entrepôt als:
Congo            1000/4                    kisten
Campoey        37.2/4                    dito
Souchon        402/4, 400/8                dito
Pouchon        39/4                    dito
Pecco            203/4                    dito
Tonkay        782/4, 75/8                dito
Hysan            531/4, 200/16, 100/32        dito
Soulang Hysan    200/8                    dito
Uxim            260/4, 409/8, 200/16, 100/32        dito
Joosjes, grof korrel,    200/16, 100/32            dito
Joosjes, fijn korrel    200/16, 100/32            dito
Aangebracht per het Nederlands schip PLANTER, kapt. C.L. Adböll, van Canton; leverbaar per Ontvang-Cedullen, volgens Prospectus deswege uitgegeven.

1839

Na een incident aan boord van de bark ANNA GEERTRUIDA op 4 november 1839, op de retourreis van Padang naar Amsterdam ten NW van de Asforische eilanden, wordt de matroos Jacobus Bruining in de voetboeien gesloten. “Bruining had op die dag onder razen en vloeken zich achter de grote mast begeven en daar de derde stuurman Cornelis Ruygh gegrepen. Eerste stuurman Jacob Botter kwam tussenbeide en gaf Bruining opdracht zich koest te houden.” Bruining trok zich nergens wat van aan en ging door met vechten. Hij werd tenslotte overmeesterd en in de boeien geslagen. (S.P.)

1844

AC 06.06.1844
30 mei. Gepraaid op de hoogte van de Singels, het schip ANNA GEERTRUIDA, kapt.. Boulet, van Batavia naar Amsterdam, hetzelve was twee maal uit de Noordzee teruggedreven en had altoen een anker verloren.
AC 31.07.1844
Advertentie. G.J. Roland Holst, F. der Kinderen, J.H.A. Balwé, H. Salm, J Schröder en D. Beth, makelaars, zullen op maandag 19 augustus 1844, des avonds ten 6 ure precies, te Amsterdam in de Nieuwe Stads Herberg aan het IJ, ten overstaan van de notaris F.W. Fabius verkopen: een extraordinair welbezeild gekoperd en kopervast  tweedeks Nederlands barkschip, genaamd ANNA GERTRUIDA, gevoerd door kapt. Louis Adrien Jules Boulet, volgens Nederlandsche meetbrief lang 29 ellen 50 duimen, wijd 5 ellen 65 duimen, hol 4 ellen 40 duimen, alzoo gemeten op 326 tonnen of 172 lasten; breder bij inventaris en bericht bij bovengemelde makelaars.
AC 21.08.1844
Prijzen der schepen (opm: de overige geveilde schepen zijn hier buiten beschouwing gelaten), geveild op 19 augustus 1844, in de Nieuwe Stads-Herberg aan het Y:
Het gekoperd Ned. Barkschip ANNA GEERTRUIDA, NLG 14.000, - NLG 5.000 (opm: totaal dus NLG 19.000); B.D. Bosscher (opm: makelaar, handelend namens zijn opdrachtgever).
Koper van het – inmiddels als bark getuigde – schip was Bunge & Co. die de bark de naam ANTONI EUGENIE gaf. (L.C.H.)
AC 23.08.1844
Schepen in lading (opm: te Amsterdam tenzij anders vermeld, uitsluitend Nederlandse schepen, bewerkt en sterk bekort): Naar Suriname:
Het gekoperd tweedeks Barkschip ANTONIE EN EUGENIE, kapt. C. Meijer.
Adres bij B.D. Bosscher.
(opm: ANTONI EUGENIE, ex ANNA GEERTRUIDA; eerste reis voor nieuwe eigenaar Bunge & Co)

1845

AH 00.10.1845
Amsterdam, 14 oktober. Volgens bericht van Suriname zouden vandaar vertrekken het schip ANTONIA EN EUGENUA (opm: ANTONI EUGENIE), kapt. Meijer, de 31e augustus en het schip de GOEDE VREDE, kapt. Zaal, de 5 september.

1849

NRC 17.03.1849
Amsterdam, 16 maart. Volgens brief uit Suriname van de 30e januari zouden binnen twee à drie dagen van daar herwaarts vertrekken de schepen NICOLAAS WITSEN, kapt. Lange, ANNA EN MARIA, kapt. Steenveld en ANTONIA EN EUGENIE, kapt. Meijer.

1854

NRC 24.01.1854
Amsterdam, 23 januari. Lijst van schepen op de onderstaande plaatsen liggende of ingevroren, alle herwaarts gedestineerd.
In het Nieuwe Diep: VALPARAISO, ANNA EN ELISE, DIONYSIA CATHARINA, CLAUDIUS CIVILIS, ZEEVAART, NEPTUNUS, CHRISTINA, ANNA PAULOWNA, DOGGERSBANK, NEHALENNIA, MAGDALENA, GRAAF DIRK III, allen van Batavia; DIANA, van Padang; SCHOON VERBOND, van Cheribon (opm: Cirebon); BALTIMORE, van Soerabaya; ADMIRAAL TROMP, BIESBOSCH, beiden van Passaroeang; PRINS HENDRIK, van Panaroekan; OOSTERGOO, TWEELING ZUSTERS, beiden van Akyab; AUGUST JULIUS, PYLADES, QUEEN BEE, allen van Bahia; WILHELMINA, WILHELMINA FREDERIKA, ONDERNEMING, GOEDE VREDE, JUNO, ANTONIE EN EUGENIE, allen van Suriname.

1855

NRC 01.05.1855
Advertentie. B.D. Bosscher, makelaar, zal op maandag de 14e mei 1855, des avonds ten 6 ure, te Amsterdam in de Nieuwe Stads-Herberg aan het IJ, ten overstaan van een daartoe bevoegd beambte, verkopen een extra ordinair, welbezeild, gekoperd en kopervast barkschip, genaamd ANTONIE EN EUGENIE, gevoerd door kapt. C. Meijer, volgens Nederlandse meetbrief lang 29 ellen 50 duimen, wijd 5 ellen 65 duimen, hol 4 ellen 40 duimen en alzo gemeten op 326 tonnen of 172 lasten. Breder bij inventaris en bericht bij bovengenoemde makelaar.
AH 15.05.1855
Verkoping van schepen, gehouden te Amsterdam in de Nieuwe Stads Herberg aan het IJ op 14 mei 1855: het gekoperd en kopervast barkschip ANTONIE EN EUGENIE, kapt. C. Meijer: NLG 12.000, in slag NLG 40 (opm: totaal dus NLG 12.040), koper C. Ament.

Op 14 mei 1855 werd de ANTONI EUGENIE in Amsterdam verkocht, waarna het schip  werd gesloopt. (L.C.H.)

Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

ARCHIEF Gemeente Amsterdam archiefnummer 5074/1419-1827-30

BIJLBRIEF
Schip: de PLANTER

plaats en datum acte bijlbrief, Amsterdam, 29 oktober 1827

soort schip fregat

gevoerd door kapt.

Bouwwerf/verkoper Cornelis van Swieten, scheepsbouwmeester te Amsterdam, werf Hollandia

eigenaar/aankoper S. (?) Heemskerk & Co, Amsterdam

te voeren door kapt.

groot volgens meetbrief in tonnen 322 tonnen of 170 lasten

tuigage en aantal dekken tweedeks eikenhouten kopervast en gekoperd

afmetingen 29,20 x 5,57 x 4,45 meter

kiellegging 14 september 1826

tewaterlating 26 juni 1827

plaats en nummer van registratie Amsterdam, deel 16, folio 9 recto vak 2

datum van registratie 8 november 1827

notaris B&W van Amsterdam, 9 november 1827, get. D.W. Elias

prijs (bij aan-/verkoop)

bijzonderheden








researcher/datum research ML-030906

Naam PLANTER (de)
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1827
Toegang 5074
Inventaris 1419
Klik hier om de originele akte te bekijken

Stadsarchief Amsterdam Archiefnummer AMS 5074.1417.1827.30

deel VI, foto 047, 048
CEDULE

Naam schip de PLANTER

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 6 november 1827

type schip fregat

bouwwerf/verkoper niet vermeld

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper zie bijlage

te voeren door kapt. Coerdt Jessen, mede-eigenaar

grootte in tonnen 170 lasten of 322 zeetonnen

tuigage / aantal dekken drie masten, twee dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd te Amsterdam

plaats / datum registratie Amsterdam, 8 november 1827

nummer registratie deel 16, folio 9, verso, vak 7

notaris Regtbank van Eerste Aanleg, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de bijlbrief; het schip ligt thans te Amsterdam.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1819-1838.
De eed wordt afgelegd door Nicolaas de Roo, Amsterdam, voor en namens de in de bijlage genoemde eigenaren.

researcher/datum research: ML / 020815

bijlage bij acte 30 van 1827, fregat de PLANTER
eigenaren per primo november 1827:

firma Gebr. Heemskerk, Amsterdam (boekhouders en 4/16e part)
Coerdt Jessen, Amsterdam (schipper en 1/16e part)
J.J. Claasen, Amsterdam (4/16e part)
Rutger Hoyman, Amsterdam (2/16e part)
Erven Jacob Brants, Amsterdam (2/16e part)
Zacharias Kemper, Amsterdam (1/16e part)
J. Sargenton, Amsterdam (1/16e part)
firma Joh. Meijjes & Zoon, Amsterdam (1/16e part)

ML / 020815

Naam PLANTER (de)
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1827
Toegang 5074
Inventaris 1417
Klik hier om de originele akte te bekijken

Noord-Hollands Archief, Haarlem Archiefnummer AMS 198.3168.1838.9
foto IMG 1925 - 1927

CEDULE

Naam schip voorheen genaamd de PLANTER, thans door kopers te noemen ANNA GERTRUIDA (opm: dus niet GEERTRUIDA)

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 29 oktober 1838

type schip bark

bouwwerf/verkoper niet vermeld

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper zie bijlage

te voeren door kapt. Louis Adriën Jules Boulet

grootte in tonnen 170 lasten of 322 zeetonnen

tuigage / aantal dekken drie masten, twee dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd te Amsterdam

plaats / datum registratie Amsterdam, 1 november 1838

nummer registratie deel 36, folio 78, recto, vak 6

notaris Arrondissements Rechtbank, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de koopacte; het schip ligt thans te Amsterdam.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1838-1868.
De belofte wordt afgelegd door Herman Angelkot Willink, Amsterdam, voor zich en zijn mede-reders.
De vorige zeebrief werd op 11 oktober 1838 ingeleverd bij de ontvanger te Amsterdam.


researcher/datum research: ML / 040616


bijlage bij acte 9 van 1838, bark ANNA GERTRUIDA
eigenaren per ultimo oktober 1838:

Herman Angelkot Willink, Amsterdam (boekhouder en 4/13e part)
W. Willink, Amsterdam (2/13e part)
W. Willink Jr., Amsterdam (2/13e part)
Pieter Huidekoper, Amsterdam (2/13e part)
A. Huidekoper, Amsterdam (2/13e part)
C.E. Duyts, Amsterdam (1/13e part)

ML / 040616

Naam ANNA GERTRUIDA
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1838
Toegang 198
Inventaris 3168

Noord-Hollands Archief - Haarlem Archiefnummer Amst.198.3179-1838.9

DVD - XI – 208, 209
ACTE KOOP/VERKOOP

Naam schip de PLANTER


plaats en datum acte onderhandse verkoop/koop, Amsterdam, 3 oktober 1838

type schip fregat

bouwwerf/verkoper Jan Jacob Bijsterus Heemskerk, voor zijn firma Gebr. Heemskerk, kooplieden te Amsterdam

gevoerd door kapt. C.L. Adböll

eigenaar/aankoper Hermanus Angelkot Willink, assuradeur te Amsterdam

te voeren door kapt.

grootte in tonnen

tuigage / aantal dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating

plaats / datum registratie Amsterdam, niet vermeld

nummer van registratie deel niet vermeld

notaris Pieter Louwerse, notaris te Amsterdam

prijs NLG. 30.600,-

bijzonderheden



researcher/datum research: ML / 170708

Naam PLANTER (de)
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1838
Toegang 198
Inventaris 3179

Noord-Hollands Archief, Haarlem Archiefnummer AMS 198.3170.1844.19
foto IMG 2500 - 2503

CEDULE

Naam schip bevorens genaamd ANNA GERTRUIDA, doch thans door kopers genaamd ANTONIE EN EUGENIE

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 2 september 1844

type schip bark

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper firma Bunge & Co., Amsterdam (enig eigenaren)

te voeren door kapt. Casper Meijer

grootte in tonnen 172 laten of 326 zeetonnen

tuigage / aantal dekken drie masten, twee dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd te Amsterdam

plaats / datum registratie Amsterdam, 2 september 1844

nummer registratie deel 47, folio 188, recto, vak 5

notaris Arrondissements Rechtbank, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de koopacte; het schip ligt thans te Amsterdam.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1838-1868.
De eed wordt afgelegd door Barend Dirk Bosscher, Amsterdam, voor en namens de enige eigenaar.
De vorige zeebrief no. 267 van 15 mei 1843, werd op 23 augustus 1844 ingeleverd bij de ontvanger te Amsterdam.


researcher/datum research: ML / 100816

Naam ANNA GERTRUIDA
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1844
Toegang 198
Inventaris 3170

Noord-Hollands Archief - Haarlem Archiefnummer Amst.198.3180-1844.19

DVD XI – 484, 485
ACTE KOOP/VERKOOP

Naam schip ANNA GEERTRUIDA

plaats en datum acte openbare verkoping, Amsterdam, 19 augustus 1844

type schip bark

bouwwerf/verkoper Jan Abraham Willink Wilhelmuszoon, Amsterdam, als vertegenwoordiger der deelhebbers in het schip.

gevoerd door kapt. Louis Adrien Jules Boulet

eigenaar/aankoper Fredrik Hendrik Bunge, voor zijn firma Bunge & Co., kooplieden te Amsterdam

te voeren door kapt.

grootte in tonnen 326 tonnen of 172 lasten

tuigage / aantal dekken

afmetingen 29,50 x 5,65 x 4,40 meter

kiellegging

tewaterlating

plaats / datum registratie Amsterdam, 21 augustus 1844

nummer van registratie deel

notaris F.W. Fabius, notaris te Amsterdam

prijs NLG. 19.000,-

Bijzonderheden:







researcher/datum research: ML / 030908

Naam ANNA GEERTRUIDA
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1844
Toegang 198
Inventaris 3179

NA-Den Haag Archiefnummer Rott.3.03.17.01.3675.98b
DVD VIII – 210 - 214
ACTE VAN KOOP/VERKOOP
Naam schip ANNA GEERTRUIDA

plaats en datum acte openbare verkoping, Amsterdam, 19 augustus 1844

type schip bark

bouwwerf/verkoper Jan Abraham Willink Willemszoon, zonder beroep, te Amsterdam. De drie schepen behoorden toe aan de rederijen van wijlen Herman Angelkot Willink, door de aandeelhouders in die rederijen tot verkoping gemachtigd


gevoerd door kapt.

eigenaar/aankoper

te voeren door kapt.

grootte in tonnen

tuigage / aantal dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating

plaats / datum registratie Rotterdam,

nummer van registratie deel

notaris Fredrik Wilhelm Fabius, notaris te Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: omdat in deze Rotterdamse acte niet verder wordt ingegaan op de veiling van de ANNA GEERTRUIDA, lijkt het aannemelijk, dat deze acte in Haarlem is.

Zie actes Rott.3.03.17.01.3675.98a en c






researcher/datum research: ML / 140108

Naam ANNA GEERTRUIDA
Archiefinstelling Nationaal Archief Den Haag
Jaar 1844
Toegang 3.03.17.01
Inventaris 3675

Bronnen

Jaar: 0000
Bron: Diverse Bronnen
Omschrijving: Gemeentearchief Amsterdam, archiefnummer 5074 / 1419 -1827- 30
Noord-Hollands Archief , Haarlem, Archiefnummer Amst.198.3179-1838.9
AC = Amsterdamsche Courant
NRC = Nieuwe Rotterdamsche Courant
AH = Algemeen Handelsblad (notities van M. Hoedemaker) (AH)
L.C. Heijboer (L.C.H.)
S. Parma (S.P.)