Inloggen
AMICITIA - ID 8514


Kroniekberichten

Datum 06 april 1849
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Kiellegging, bouw en stapelloop van schepen

Amsterdam, 5 april. Heden namiddag ten 1½ ure is van de werf De Boot van de scheepsbouwmeester Fred. Groen in de Grote Wittenburgerstaat alhier met goed gevolg te water gelaten het op die werf gebouwd koopvaardij barkschip AMICITIA, groot circa 250 Java-lasten, gebouwd voor rekening van de heren d’Arnaud & Co, gevoerd zullende worden door kapt. C. Abrahamsz Jr. en bestemd voor de vaart op Oost-Indië.

Afbeelding
Datum 10 mei 1849
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Schepen in lading

Advertentie. Naar Batavia ligt te Amsterdam in lading en zal in de loop dezer maand vertrekken het nieuw gebouwd en gekoperd tweedeks barkschip AMICITIA, kapt. C. Abrahamsz Jr, zijnde uitmuntend ingericht voor passagiers. Adres bij D. Arnaud & Co, Geldersche Kade No. 10 te Amsterdam.

Afbeelding
Datum 11 januari 1851
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Rotterdam, 10 januari. Volgens brief van kapt. Abrams Jr, voerende het schip AMICITIA, van Batavia naar Amsterdam gedestineerd, in 91 dagen in Texel binnen, in dato Nieuwe Diep, 9 januari, had hij de 1e dito op 45º41’ NB 15º12’ WL lenzende voor dicht gereefd groot-marszeil en gereefde fok met zuidenwind, een stortzee over gehad, waardoor de boven-verschansing aan beide zijden nagenoeg geheel, enz, de beide zijtrappen, stormleer, riemen en planken werden weggeslagen, de boot en barring (opm: alle waarloos rondhout) van hun plaats raakten, de ringbouten in het dek krom trokken, de heksloep stuk sloeg, en voorts enig water in de kerk (opm: ruimte vóór de kajuit, daarvan gescheiden door een schot; daar hield men vroeger de kerkdiensten aan boord) en logies kwam.

Afbeelding
Datum 02 april 1851
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Rotterdam, 1 april. Door de Nederlandsche Handel Maatschappij zijn bevracht de navolgende 45 schepen als:
Voor Rotterdam: GERARDINA, kapt. M.J. Witch, BUITENZORG, kapt. P. Flens; HELENA CHRISTINA, kapt. M. van der Plas; d’ELMINA, kapt. J.C. Jansen; BROUWERSHAVEN, kapt. M.W. Zwart; PRESIDENT RAM, kapt. J.R. Ulrich; MARIA ELISABETH, kapt. K.J. Jonker; MARY & HILLEGONDA, kapt. L. Visser; STAD ‘S GRAVENHAGE, kapt. C.J. Ninck Blok; PRINSES SOPHIA, kapt. J. H. Pellenwessel; KONING WILLEM II, kapt. L. R. Giezen; KORTENAER, kapt. A. Glazener jr; CANTON, kapt. H.J. Tweehuys; WILHELMINA CATHARINA, kapt. J.A. van Doorninck; CONSTANTIA, kapt. C.J. Kaleshoek.
Voor Amsterdam: CORNELIS HOUTMAN, kapt. J.H. Rolman; CLAUDIUS CIVILIS, kapt. E.A. Niehoff; ADOLF VAN NASSAU, kapt. D. Doornbos Borchers; AMSTEL, kapt. J. van Duyn; OOST INDIË, kapt. E.E. Mos; AGNETA, kapt. J.D. Dekker; AMICITIA, kapt. C. Abrahamsz. Jr; VAN DER WERF, kapt. B. van der Plas; AMPHITRITE, kapt. K.J. de Jong; JUPITER, kapt. G.J. van der Mey; AEOLUS, kapt. G. Schlichtenbree Jr; PRESIDENT VERKOUTEREN, kapt. C.F. Eylerts; HOLLAND, kapt. R. Dekker; ADMIRAAL JAN EVERTSEN, kapt. C.P. Kuyper; THEODORA EN SARA, kapt. A. van Oosteroom; SARA ALIDA MARIA, kapt. H.A. Tekelenburg; BATAVIER, kapt. D. Grim; ARDJOENO, kapt. S.R. Post; STAATSRAAD BAUD, kapt. T. de Jong; CAPELLA, kapt. A.P. Sandberg Jr; JACQUELINE EN ELISE, kapt. O. de Haas; BERNHARD HERTOG VAN SAXEN WEIMAR, kapt. P.H. Hazewinkel (van Dordrecht).
Voor Schiedam: PIETER CORNELISZ. HOOFT, kapt. D.H. de Boer; STELLA MARIS; kapt. J.F.C. Börger; WILLEM III, …….
Voor Dordrecht: BIESBOSCH, kapt. P. M. Vogelsang; ‘s-HERTOGENBOSCH, kapt. F.J. Matthijssen.
Voor Middelburg: ZEEPAARD, kapt. J. Giltjes Lzn., MIDDELBURG,…….; SCHELDE, kapt. J. van Delft Cz.

Afbeelding
Datum 01 september 1852
Krant JC - Javasche Courant
Type bericht Strandingen, verongelukking en vermissing

Volgens het Anjer-rapport van doorgezeilde schepen, van 27 augustus, is het Nederlandse schip AMICITIA, kapt. D. Crap Hillingman (opm: bark, kapt. D. Crap Hellingman), de 26ste aldaar gepasseerd, aan boord hebbende drie schipbreukelingen van het bij Christmas-eiland verongelukte schip VICE-ADMIRAAL RIJK (opm: bark, bouwjaar 1846), welke personen op dat eiland 56 dagen in de grootste ellende hadden doorgebracht.
Van een verplichtende hand heeft de redactie hieromtrent de volgende bijzonderheden vernomen. De drie geredde personen, te weten de heer Pieter Graat, opper-stuurman,
Carel Kipping, matroos, en de heer Roelof Arnold Herman Tollius Bennet, passagier, hebben verklaard:
- dat zij de zevende maart dezes jaars, met het Nederlandse barkschip, genaamd VICE-ADMIRAAL RIJK, beladen met stukgoederen, van Ramsgate zijn vertrokken, koers stellende naar Batavia.
- dat de equipage van die bodem was samengesteld uit negentien personen, als: de heer J. Bakker, gezagvoerder; de heer Pieter Graat, opper-stuurman; F. Schelkes, tweede stuurman; H. Vuijk, derde stuurman; M. Zeilstra, bootsman; Monson, zeilmaker;
Matzen, timmerman; E. Hollander, kok; Carel Kipping, P. Visser, P. van der Wal, L. Ringsma, M. Zwensen, E. Hansen, matrozen; J. Booij, J. Terhagen, W. Bakker, J. Valkema, en P. Engelhart, lichtmatrozen, en de heer Tollius Bennet, die zich als passagier aan boord bevond.
- dat zij tot op de zevenentwintigste juni jongstleden de reis tot op de hoogte van Christmas-eiland, zonder onheilen, hebben voortgezet.
- dat zij de avond van die dag, ongeveer ten half acht ure, terwijl de opperstuurman de wacht overnam, om de zuid zijn overstag gegaan, zeilende het schip in goede staat, met dik buiig weer, naar gissing op twee en een halve mijl bezuiden Christmas-Eiland; dat zij ten half tien ure, de lucht afgeschoond zijnde, dat eiland in zicht kregen, noord ten oosten half oost, op een afstand, naar gissing van drie mijlen; dat zij toen om de noord zijn overstag gegaan, en alle dienstdoende zeilen bij hadden, sturende noord; dat zij, na een half uur die richting te hebben gevolgd, het meer genoemde eiland op een afstand van circa twee en een halve mijl ten noord noordoosten van het schip hadden; onder welke omstandigheden de opperstuurman de wacht overgaf aan de kapitein, en volgens gebruik zich naar de kooi begaf.
- dat de meergemeld opperstuurman P. Graat, omstreeks half vier ure in de morgen van de achtentwintigste juni ontwaakte, door het geschreeuw van de tweede stuurman; “Er komt een zware bui opzettten. Op je roer!”
- dat hij daarop naar het dek ijlde, land ontdekte en last gaf om de achterra’s op te halen; nadat die last, met veel moeite zo spoedig doenlijk ten uitvoer gebracht was, vernam hij dat het schip bereids gestoten had, waarop hij zich naar de zogenaamde hel begaf, en deze reeds vol water vond; vervolgens kapte hij de sjorrings der boten, doch, daar het schip hard begon te zinken, vluchtte alle man naar en in de kleine sloep, welke in de davits hing. Door de plotselinge last welke deze daardoor ontving, vierde de voortalie af en sloeg de boot over kop, zodat de gehele equipage in zee stortte; intussen hadden de bovengenoemde opperstuurman en de matroos Kipping het geluk uit de boot te kunnen springen en het dek te bereiken der hut, welke middelerwijl aan stuk was geslagen; op dit ogenblik ontmoetten zij de heer Bennet en de kok E. Hollander, in zee zwemmende, welke zij beiden opnamen.
- dat zij alzo vier in getal, tegen vier ure na de middag op de noordwestpunt van Christmas Eiland strandden, waarbij de kok het leven verloor; hier werd een in de hut aanwezige vlag opgeslagen, zonder gedurende de vierendertig dagen welke zij op dat punt verbleven, door een der verschillende schepen welke passeerden, ontdekt te worden, waarom zij besloten naar de zuidwestpunt van het eiland te gaan, die zij, na een tocht van acht dagen bereikten; hier zetten zij andermaal de vlag op, waartoe zij twee dagen nodig hadden, omdat zij in hun verzwakte toestand tegen de steile rotswanden moesten opklimmen.
- dat zij de drieëntwintigste augustus op deze plaats zijn ontdekt en gered door de gezagvoerder D. Crap Hillingman, van het Nederlandse barkschip AMICITIA, die hen aan boord opnam, verpleegde, en zaterdag de achtentwintigste behouden ter rede van Batavia aanbracht.
- dat de omstandigheden volstrekt niet hebben toegelaten om iets hoegenaamd van de scheepspapieren of van de aan boord zijnde goederen te redden of te bergen, en dat de genoemde geredden gedurende hun verblijf op Christmas Eiland niets hadden om in hun behoeften te voorzien, dan de vogels welke zij vingen en onbereid moesten verslinden, benevens het zoete water, hetwelk daar door de aanhoudende regens voorhanden was.
Wijders verklaarden de drie gemelde personen, dat gedurende de reis alle mogelijke naarstigheid, en toezicht zijn aangewend, zowel door de gezaghebber als door ieder man der equipage, en dat alzo het verlies van schip en lading aan geen andere dan de hiervoor beschreven omstandigheden kan worden geweten.
De gezagvoerder van het Nederlandse schip OLIVIER VAN NOORD, P. Kievift (opm: bark, kapt. O. de Kievyt), de 30ste augustus ter rede van Batavia aangekomen, rapporteert dat hij, de 24ste augustus des avonds, omstreeks 9 ure toen hij Christmas Eiland oost langs zeilde, op 3 mijl gegiste afstand op dat eiland een groot vuur heeft zien branden. Dit is dus geweest, op de dag na dien, waarop de drie schipbreukelingen van het schip VICE-ADMIRAAL RIJK, door de AMICITIA gered zijn. (opm: zie o.a. NRC 151152)

Afbeelding
Datum 01 september 1852
Krant JC - Javasche Courant
Type bericht Berichten uit het buitenland incl havens

Batavia, 31 augustus. Alhier zijn aangekomen: de 27e augustus het Nederlandse schip VICE ADMIRAAL GOBIUS, kapt. W.M. Zwart, vertrokken van Rotterdam de 16e mei; de 28e augustus het Nederlandse schip JUNO, kapt. L.W. van Rijn van Alkemade, vertrokken van Port Wakefield de 1e augustus, en het Nederlandse schip A.R. FALCK, kapt. P. van Duijvenboden, met enige passagiers, vertrokken van Amsterdam de 5e mei; de 29e augustus het Nederlandse schip AMICITIA, kapt. D.C. Hellingman, met enige passagiers, vertrokken van Amsterdam de 5e mei, het Nederlandse schip POLLUX, kapt. J. Kooij, met een passagier, vertrokken van Amsterdam de 21e mei, en het Nederlandse schip ROTTERDAM, kapt. P. Vis, met een aantal passagiers en Zr.Ms. troepen, vertrokken van Rotterdam de 16e mei; de 30e augustus het Nederlandse schip TELEGRAPH, kapt. J.B. Rolufs, vertrokken van Amsterdam de 3e mei, het schip OLIVIER VAN NOORD, kapt. O. Kievijt, vertrokken van Liverpool de 25e mei, en het Nederlandse schip JOHANNA JACOBA, kapt. J.H. van der Horst, vertrokken van Hongkong de 25e juli.

Afbeelding
Datum 15 november 1852
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Strandingen, verongelukking en vermissing

Javasche Courant, 1 september. Volgens het Anjer-rapport van doorgezeilde schepen van de 27e augustus is het Nederlandse schip AMICITIA, kapt. D. Crap Hellingman, de 26e aldaar gepasseerd, aan boord hebbende drie schipbreukelingen van het bij Christmas-Eiland (opm: 10º30’ Z.B. 105º30’ O.L.) verongelukte schip VICE-ADMIRAAL RIJK, welke personen op dat eiland 56 dagen in de grootste ellende hadden doorgebracht. De drie geredde personen hebben verklaard (opm: voor verklaring zie JC 010952; zie ook NRC 100253).
Nadat deze berichten ontvangen waren, ontstond het vermoeden, dat zich op Christmas-Eiland, behalve de door de AMICITIA geredden, nog andere schepelingen, afkomstig van het verongelukte koopvaardijschip, konden ophouden; dientengevolge is Zr.Ms. stoomschip SAMARANG, onder bevel van de luitenant-ter-zee 1e klasse J.J. Wichers, door de schout-bij-nacht, commandant van Zr.Ms. zeemacht in Oost Indië en inspecteur der marine, onmiddellijk derwaarts gezonden, tot het instellen van een nauwkeurig onderzoek. Die last, met de meeste zorg en ijver ten uitvoer gebracht, heeft tot uitkomst gehad, dat men geen enkel spoor, zelfs van de aanwezigheid van mensen, heeft bespeurd, en ook niets van een vuur heeft ontwaard. Ten overvloede zijn nog kanonschoten gelost tot het wekken der aandacht in het hoogst onwaarschijnlijke geval, dat zich mensen in het hoge en bijna ondoordringbare binnenland mochten ophouden. De SAMARANG had gedurende de reis harde koelten en hoge zee, eveneens bij het herhaald stomen langs en oponthoud bij het eiland, hetwelk na 1½ etmaal is verlaten, toen de commanderende officier de stellige overtuiging had verkregen, dat er niets meer te verrichten viel.

Afbeelding
Datum 09 januari 1853
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Strandingen, verongelukking en vermissing

Rotterdam, 8 januari. Directeuren der hier ter stede gevestigde Zuid-Hollandsche Maatschappij tot Redding van Schipbreukelingen hebben wederom besloten te doen uitreiken:
De grote zilveren medaille aan D. Crap Hellingman, voerende het Nederlandse barkschip AMICITIA, te huis behorende te Amsterdam; de gewone zilveren medaille aan T. Zeis, opperstuurman, en G. Addicks, bootsman op gemelde bodem, benevens NLG 10 aan ieder der matrozen, die mede de sloep bemand hebben en NLG 50 om verder onder zijn equipage te verdelen en wel voor het volgend en aller-menslievendst bedrijf op zijn reis van Amsterdam naar Batavia. Op de 23e augustus j.l. namelijk, in de nabijheid van Christmas eiland zeilende en toevallig bespeurende dat zich daarop mensen bevonden, die hoogstwaarschijnlijk schipbreukelingen waren (opm: zie NRC 151152), werd de boot, door gemelde stuur- en bootsman, benevens drie matrozen bemand, die met zeer veel moeite en krachtsinspanning door de hevige branding het strand bereikten, en van daar drie personen redden, welke bleken te zijn twee man der equipage en een passagier van het reeds de 27e juni op gemeld eiland gestrande en totaal verbrijzelde Nederlandse barkschip VICE ADMIRAAL RIJK, gevoerd door kapitein J. Bakker, mede te Amsterdam te huis behorende, zijnde de overige manschappen bij dit ongeluk een prooi der golven geworden; en wegens het overbrengen van gemelde geredden op de AMICITIA, hen aldaar met alle mogelijke hulp en gastvrijheid te ontvangen, in hun deerniswaardige toestand te voorzien en eindelijk veilig te Batavia aan land te brengen.
De grote gouden medaille aan Jean Larréa, voerende het Franse brikschip LE JEUNE BASQUAIRE, te huis behorende te Bayonne en de grote zilveren aan de opper-stuurman, benevens 200 francs om onder de equipage te verdelen, en wel voor het de14e november j.l. op 45º30’ N.B. en 07º25’ W.L. op de meridiaan van Parijs, op zijn reis van Duinkerken naar Bayonne, bij zeer onstuimig weer en hoogoplopende zee, onder bijzondere en hoogst moeilijke omstandigheden, en wel in drie tochten met de sloep, redden der equipage van het reeds ontmaste en in een zinkende staat verkerende Nederlandse kofschip CERES, gevoerd door kapitein J.W. Zelling (opm: kapt. Wilke Jans Zelling), te huis behorende te Veendam, komende van Cardiff en bestemd met kolen naar Lissabon; zijnde op de laatste tocht, waarin kapitein Zelling en zijn zonen gered werden, de sloep bemand door kapitein Larrea, zijn stuurman benevens twee matrozen, aangezien de overige equipage, ten gevolge van het groot gevaar weigerde zich verder met de sloep in zee te begeven, waarna al de schipbreukelingen aan boord der brik met zeemanshartelijkheid bijzonder goed zijn verzorgd en veilig te Bayonne aan wal gebracht; bij welke medailles getuigschriften, waarin die edele daad omstandig vermeld zijn, gevoegd. (opm: zie PGC 071252 en NRC 151252)

Afbeelding
Datum 10 februari 1853
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Strandingen, verongelukking en vermissing

(Geen plaats of datum) Gisterenavond, de 8e februari, werden in de wekelijkse vergadering van het collegie Zeemanshoop, aan kapt. D. Grap Hellingman, D. Zeis, stuurman en G. Abdiks, bootsman, allen van het Nederlandse schip AMICITIA, uitgereikt de medailles, hun toegekend door de Zuid Hollandsche Maatschappij tot Redding van Schipbreukelingen, gevestigd te Rotterdam, wegens het op de 23e augustus 1852 redden van drie schipbreukelingen van het op de 28e juni van dat jaar bij het Christmas-eiland verongelukte schip VICE-ADMIRAAL RIJK; en wel aan kapt. Hellingman de grote zilveren, aan de stuurman en bootsman de gewone zilveren medaille, en aan elk hunner een daarbij behorend getuigschrift. (opm: zie NRC 151152)
De secretaris van het collegie, de heer mr. W.J.C. van Hasselt, als tot het uitreiken uitgenodigd door de voorzitter van de Zuid-Hollandsche Maatschappij, hield bij die gelegenheid een hartelijke toespraak en stelde namens de meergenoemde maatschappij aan de heer G.W. van Barneveld Kooy, reder en boekhouder van het schip AMICITIA, een som van NLG 130 ter hand, om daarvan aan elk der manschappen, die de stuurman en bootsman naar het Christmas-eiland in de boot te hebben vergezeld, NLG 10 uit te reiken en het overige onder de ganse equipage te verdelen. De aanspraak des heren Van Hasselt werd door de heren Crap Hellingman en Van Barneveld Kooy, ook onder dankbetuigen aan de Zuid-Hollandsche Maatschappij beantwoord.

Afbeelding
Datum 22 juli 1853
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Amsterdam, donderdag 21 juli. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht de navolgende 14 schepen, als:
Voor Amsterdam: MARGARETHA JOHANNA, kapt. M. Schou; ADMIRAAL JAN EVERTSEN, kapt. C.P. Kuyper; VAN DER WERF, kapt. P.C. Rogier; AMICITIA, kapt. D. Crap Hellingman; OTTOLINA, kapt. J.J. Prange, van Rotterdam; DRIE VRIENDEN, kapt. L.P. Anderson; LUCTOR ET EMERGO, kapt. S. Ouwehand, de beide laatsten van Middelburg.
Voor Rotterdam: PRINSES SOPHIA, kapt. J.H. Pellenwessel; HENDRINA, kapt. A. van Marion; BEZOEKIE, kapt. N. Schaap.
Voor Dordrecht: MARGARETHA IDA, kapt. H. Hagers, van Rotterdam.
Voor Schiedam: STELLA MARIS, kapt. A.P. Hulser; PRESIDENT RAM, kapt. J.R. Ulrich; JAN VAN BRAKEL, kapt. A.J. Delclisur, van Rotterdam.

Afbeelding
Datum 21 januari 1854
Krant JB - Javabode
Type bericht Berichten uit het buitenland incl havens

Batavia, 20 januari. De 18e dezer zijn hier aangekomen de Nederlandse schepen WALCHEREN, kapt. Verhulst, van Sydney vertrokken de 27e november, AMICITIA, kapt. Hellingman, van Sydney vertrokken de 3e december, en PRINS VELDMAARSCHALK, kapt. De Vries, vertrokken van Kaap de Goede Hoop de 6e december.
Heden is hier aangekomen het Nederlandse schip JAN VAN BRAKEL, kapt. Esink, vertrokken van Nederland.

Afbeelding
Datum 07 februari 1855
Krant JB - Javabode
Type bericht Berichten uit het buitenland incl havens

Batavia, 5 februari. Gisteren is hier aangekomen de Nederlandse bark BURGEMEESTER VAN REENEN, kapt. Van der Meer van Kuffelen, de 22e december vertrokken van Melbourne.
Heden is hier aangekomen de Nederlandse bark AMICITIA, kapt. Jan Janse, de 7e oktober vertrokken van Amsterdam.

Afbeelding
Datum 29 maart 1856
Krant JB - Javabode
Type bericht Berichten uit het buitenland incl havens

Batavia, 27 maart. Gisteren is hier aangekomen de Nederlandse bark AMICITIA, kapt. J. Janse, met een passagier, van Amsterdam vertrokken de 4e november.
Heden zijn hier aangekomen het dito schip SARA JOHANNA, kapt. J.L. ten Boekel, met een passagier, van Amsterdam vertrokken de 10e december, de dito bark LOUISA KROONPRINCES VAN ZWEDEN, kapt. J. van der Linden, van Bordeaux vertrokken de 3e december. het dito schip d’ELMINA, kapt. Teengs, van Rotterdam, de dito bark NEERLANDS KONING, kapt. W. Calander, van Rotterdam vertrokken de 20e november, de dito bark WELVAART, kapt. Mooy, van Amsterdam en de dito schoener JOHANNA CATHARINA, van Liverpool.

Afbeelding
Datum 09 april 1856
Krant JB - Javabode

Advertentie. Op de vendutie van de 15e dezer zullen de ondergetekenden verkopen, voor rekening van belanghebbenden, een afgekeurde fokkemast, afkomstig van het Nederlandse schip AMICITIA, kapt. Jan Jansen.
Abeelen, Dennison & Co.

Afbeelding
Datum 21 maart 1857
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Rotterdam, 20 maart. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht de volgende 30 schepen, als:
Voor Rotterdam: PRINSES CHARLOTTE, kapt. H.L. Hille; JACOBA, kapt. M.F. Schaap; VOORWAARTS, kapt. G.F. Bus; FOP SMIT, kapt. L. Hoffman; CATHARINA MARIA, kapt. G.L. Gortmans; DAVO, H. Wijtenhorst; HEBE, kapt. A.H. Kiehl; CONSTANCE, kapt. H.G. Borcherts; EERSTELING, kapt. C. Koens.
Voor Amsterdam: ESTAFETTE, kapt. A.M.H. Rietveld; JOHANNA CATHARINA, kapt. C.J. van Loon; BAREND WILLEM, kapt. J.W. Retgers; AMICITIA, kapt. F. Molenaar; STAD NIJMEGEN, kapt. H.P. Cruijs; WELVAART, kapt. J.N. Mooi; MARIA CATHARINA, kapt K. Poel; AREND, kapt. L. Hus; EENSGEZINDHEID, kapt. J. Portengen; WALVISCH, kapt. T. Schut; ZEELUST, kapt. J.A. Knaap; LOUISE, kapt. P. Buijs Jr; DRIE GEZUSTERS, kapt. G.C. Fischer; FERDINANDINA EMMA, kapt. R.A. Tange; METALEN KRUIS, kapt. J.P. Zuurdeeg; SUMATRA, kapt. H. Grivel; van Dordrecht.
Voor Dordrecht: GEERTRUIDA MARIA, kapt. C. Spiegelberg; JHR. MR VAN DER WALL VAN PUTTERSHOEK, kapt. K.F. Lammerts;
Voor Schiedam: STAD SCHIEDAM, kapt. F. Wulp; ANTOINETTE, kapt. J.M. de Winter Jr, van Rotterdam.
Voor Middelburg: STAD MIDDELBURG, kapt. D.D. Ouwehand.

Afbeelding
Datum 15 januari 1862
Krant JB - Javabode
Type bericht Verkoop schepen

Scheepvaartberichten uit Nederland (opm: van medio november 1861)
Het schip (opm: 3m) AMAZONE, kapt. J.E. Kramer, vaart thans onder de rederij A. Kuyper van Harpen & E. Sanders; de (opm: bark) CELERITAS (ex-IRIS), kapt. G.A. Wagner, voor de reder James Barge, en het schip CESAR, kapt. de Jonge, voor de reder J. Keyser van Bulderen, allen te Amsterdam.
Het schip AMICITIA, kapt. Graaff, is uit de hand verkocht aan de rederij Harmens & Zoon te Harlingen voor NLG 16.200 en zal gevoerd worden door kapt. Vitringa Coelon. (opm: herdoopt in MACASSAR)
Met het schip (opm: bark) CHERIBON, kapt. W.J. Coers, zullen 150 militairen en 7 kajuitpassagiers naar Batavia getransporteerd worden.
De Nederlandsche Handel Maatschappij heeft scheepsruimte aangevraagd voor de overvoer naar Soerabaija van 400 à 500 Engelse tonnen steenkolen, te laden te Birkenhead.

Afbeelding
Datum 01 februari 1862
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Schepen in lading

Schepen in lading te Rotterdam:
Naar Batavia en Soerabaija de Nederlandse bark RIDDERKERK, kapt. H. Teerlink.Adres 't Hoen, Hudig & Co., Hudig & Pieters en J.A. Nieuwkamp & Co.
Naar Batavia de Nederlandse bark ALCOR, kapt. F.J. van Oppen. Adres Vlierboom & Suermondt.
Naar Batavia en Soerabaija het Nederlandse fregat PRESIDENT VAN RIJCKEVORSEL, kapt. C. Vermeij. Adres Wm. Ruys & Zonen.
Naar Batavia en Samarang de Nederlandse bark MAARTEN VAN ROSSEM, kapt. P.F. Rijken. Adres van Overzee & Co. en P.A. van Es & Co. alhier en de Coningh & Co. te Amsterdam.
Naar Batavia en Soerabaija het Nederlandse clipper-fregat NOACH, kapt. P. Wierikx Adres de bevrachters 't Hoen, Hudig & Co. en de cargadoors Hudig & Pieters, alhier, en Vriesendorp & Gaade, te 's Hage.
Naar Batavia de Nederlandse brik BENGALEN, kapt. H.F. Planten. Adres Hudig & Blokhuyzen en Kuyper, van Dam & Smeer.
Naar Batavia de Nederlandse bark NIJVERHEID, kapt. E.F. Bonjer. Adres Kuyper, van Dam & Smeer en Hudig & Blokhuyzen.
Naar Batavia, Samarang en Soerabaija het Nederlandse clipper-campagne-fregat JAN DE WITT, kapt. F. Guijt Jr. Adres Kuyper, van Dam & Smeer, Hudig & Blokhuyzen en bij de reders Corn. Balguerie & Zoon.
Naar Batavia de Nederlandse bark HUYDECOPER, kapt. C.J.N. Blok (termijn: 1858-1962).
Adres van Zeylen & Decker en P. Varkevisser & Zonen te Rotterdam.
Naar Belfast de Nederlandse kof EENDRAGT, kapt. A.J. Bos. Adres Kuyper, van Dam & Smeer.
Naar Boston de Nederlandse schoener SIRENE, kapt. J.P. Schroot. Adres Wambersie & Zoon.
Naar Boston de Nederlandse brik KAREL AUGUST, kapt. A. van der Eijk. Adres Hudig & Blokhhuyzen en Wambersie & Zoon.
Naar Boston de Nederlandse brik AMERIKA, kapt. J.T. Meermans. Adres Hudig & Blokhuyzen en Wambersie & Zoon.
Naar Bremen de Hanoverse schip ALIDA IKEA, kapt. L.B. Pieper. Adres Seeuwen & Co.
Naar Decima en Kanagawa de Nederlandse brik JAPAN PACKET, kapt. ……Adres C. Vlierboom & Zonen, Vlierboom & Suermondt en P.A. van Es & Co.
Naar Genua en Livorno de Deense schoener ERNDTE, kapt. H. Breckwold.
Adres Kuyper, van Dam & Smeer.
Naar Gibraltar en Malta de Nederlandse hoeker KLEINKINDEREN, kapt. G. de Jong .
Adres Seeuwen & Co.
Naar Hamburg het Nederlandse kofschip BIJKA, kapt. E.J. Gort. Adres Seeuwen & Co.
Naar Java het Nederlandse campagne-clipper-fregat TERNATE, kapt. T. Carst Tzn.
Adres bij de reder H. van Rijckevorsel en de scheepsmakelaars Hudig & Blokhuyzen en Kuyper, van Dam & Smeer.
Naar Montevideo en Buenos-Ayres de Nederlandse schoener ALIDA, kapt. G.A. Valk .
Adres Kuyper, van Dam & Smeer.
Naar New York de Pruisische bark EDUARD, kapt. H. Wieting. Adres Wambersie & Zoon.
Naar New York de Nederlandse bark NEDERLAND. Adres Hudig & Blokhuyzen en Wambersie & Zoon.
Naar Philadelphia de Nederlandse schoener PAULINA EN CORNELIA, kapt. K.K. Hagedoorn. Adres P.A. van Es & Co. alhier, de Groot Roelants & Co. te Schiedam en Oolgaardt & Bruinier te Amsterdam.
Naar Samarang direct de Nederlandse bark VIJF VRIENDEN, kapt. C. Johan.
Adres Kuyper, van Dam & Smeer en Hudig & Blokhuyzen.
Naar Singapore en Hongkong de Nederlandse drie mastschoener D.T. VISSER, kapt. W. van der Linden. Adres Ch. Cornelder & Zonen.
Naar Soerabaija direct de Nederlandse bark KAAP HOORN, kapt. L.J. Dik.
Adres P.A. van Es & Co.
Naar Soerabaija direct de Nederlandse bark NEDERLAND EN ORANJE, kapt. L.T. van Ruyven. Adres van Zeylen & Decker en P. Varkevisser & Zonen alhier.
Naar Soerabaija en Macassar de Nederlandse bark EDOUARD MARIE, kapt. A. van der Kolf. Adres 't Hoen, Hudig & Co., Hudig & Pieters en Chs. Cornelder & Zonen.
Naar Sydney, N.Z.W. de Nederlandse bark JAVA, kapt. F.G.C. Mann. Adres de Vries & Co., te Amsterdam, en Vlierboom & Suermondt of Dörschlag & Gerbaulet, alhier.
-   Schepen in lading te Vlaardingen:
Naar Gibraltar en Malta de Nederlandse hoeker KOOPHANDEL EN ZEEVAART, kapt. H. den Breems. Adres Kuyper, van Dam & Smeer, te Rotterdam.
-   Schepen in lading te Amsterdam:
Naar Batavia, Samarang en Soerabaija de Nederlandse bark AMALIA AUGUSTA, kapt. K.C. de Veer. Adres de Coningh & Co. alhier en P. Varkevisser & Zonen, te Rotterdam.
Naar Batavia de Nederlandse bark HERMAN DE RUITER, kapt. P.J. Feijnt. Adres Oolgaardt & Bruinier.
Naar Batavia de Nederlandse campagne-bark FERDINAND EN LOUIS, kapt. D.E. Nolting. Adres Oolgaardt & Bruinier.
Naar Dantzig de Hanoverse schoener ESPERANCE, kapt. A.J. Dirksen. Adres A. Spekman.
Naar Kanagawa, met vrijheid Batavia aan te doen het Nederlandse brikschip DOLFIJN, kapt. T.D. Gollards, Adres de Coningh & Co., alhier, en Hudig & Pieters te Rotterdam.
Naar Macassar, via Amboina de Nederlandse bark MACASSAR, kapt. P. Vitringa Coulon. Adres Canne & Balwé alhier en C.W. Koning Jr. en Hudig & Blokhuyzen te Rotterdam.
Naar Melbourne (Hobsons Bay) de Nederlandse bark BALTIMORE, kapt. G.H. Brakke. Adres de Vries & Co. alhier, en Vlierboom & Suermondt of Dörschlag & Gerbaulet te Rotterdam.
Naar Samarang de Nederlandse bark ALBRECHT BEYLING, kapt. G.L. Muller. Adres Oolgaardt & Bruinier alhier, P.A. van Es & Co. te Rotterdam en de Groot Roelants & Co. te Schiedam.
Naar Samarang de Nederlandse bark WAALSTROOM, kapt. P.W.B. Mellink. Adres Oolgaardt & Bruinier.
Naar Soerabaija de Nederlandse bark HENRIETTA, kapt. J. Portengen. Adres Oolgaardt & Bruinier.
Naar Soerabaija direct de Nederlandse bark OTTOLINA, kapt. A. Eeleman. Adres de Coningh & Co. te Amsterdam, en Kuyper, van Dam & Smeer en Hudig & Blokhuyzen te Rotterdam.
-   Riviervaart van Rotterdam:
Naar Antwerpen en Brussel het schip VROUW HELENA, kapt. W. Schellaers.
Adres H. Braakman & Co.
Naar Antwerpen en Brussel het schip VIER GEBROEDERS, kapt. M. Martins.
Adres H. Braakman & Co.
Naar Biebrich en Frankfort het schip FRANS ELBERT, kapt. F. Elbert. Adres H.A.T. Koek.
Naar Dusseldorp het schip DE HOOP, kapt. J. Fischer. Adres H.A.T. Koek.
Naar Gent het schip MARIA LOUISE, kapt. P. Ponsen. Adres H. Braakman & Co.
Naar Maastricht, Luik en Aken het schip HENDRIKUS JOHANNA, kapt. A.J. Oomes.
Adres H. de Groot.
Naar Mannheim en Ludwigshafen het schip FLORA, kapt. H.P. Disch. Adres H.A.T. Koek.

Afbeelding
Datum 12 januari 1864
Krant DC - Dordtsche Courant

Zeetijdingen.
Helvoet, 10 januari. Aangekomen: ALBERDINA, kapt. Boerhave, v. St.Petersburg; HELENA, kapt. Gortmaker, en ERNST REINHARD, kapt. Ellerman, beiden van Riga; CERES, kapt. Rieckleff, van Libau; VICTOR. kapt. Jensen, van Odensee, allen met assistentie van sleepboot en ijssloepen. De stoomboot LEVANT is geschut, heeft geprobeerd in het Kanaal door het ijs te breken, doch heeft het moeten opgeven en is blijven liggen. De wind O.
Brouwershaven, 10 januari Aangekomen: ENGELINA, kapt. Smith, van Libau.
Vertrokken: LOODSKOTTER NO. 6, kapt. De Neef, Geen ijs. ZZO.
Van Batavia vertrokken: 3 november. JOHANN, kapt. Verduin, en 5 nov., CORN. ANTHONY, kapt. Reinders, beiden naar Nederland; 6 nov., IDA WILLEMINA, kapt. Rotgans, en CORNELIS GIPS, kapt. Seyfert, beiden naar Soerabaija; 8 nov., INDIA, kapt. Vonck, en  CATHARINA MARIA, kapt. v. Amerongen, beiden naar Nederland; HELLEVOETSLUIS, kapt. Steffens, naar Pekalongang; 13 nov, ROBERTUS HENDRIKUS, kapt. Mulder; BONI, kapt. Möller; 16 nov., SCHEVENINGEN, kapt. Annokkee; 18 nov., CHERIBON, kapt. Coers; JAN DANIËL, kapt. Zweede ; 19 nov., SUSANUA ELISABETH, kapt. Ouwehand; 22 nov., HENRIETTE, kapt. Drijver qq.; 26 nov., WATERGEUS, kapt. Giezen; GOEDE VERWACHTING, kapt. Hellenius; KORTENAAR, kapt. Schuchard; RUDOLF, kapt. Meinsma, en CORNWALLIS, kapt. Bliek, allen naar Nederland.
Van Samarang vertrokken, 28 nov., KOSMOPOLIET, kapt. Koning, naar Batavia.
Van Passaroeang vertrokken, 9 nov., JEANNETTE EN CORNELIA, kapt. Romijn, naar Ned. Van Banjoewangie vertrokken, 29 okt., MACASSAR, kapt. Vitringa Coulon, naar Rotterdam;
A.R. FALCK, kapt. Van Duyvenboden, naar Amsterdam.
Van Tjilatjap vertrokken, 12 nov., KIJKDUIN, kapt. Dekker, naar Amsterdam.
Te Hongkong aangekomen, 29 nov., ANTH. PETRONELLA, kapt. Van de Velde, van Cardiff.

Afbeelding
Datum 10 maart 1864
Krant DC - Dordtsche Courant

Zeetijdingen.
Voor Dordrecht ingeklaard: MERWESTROOM, kapt. H. de Goede, van Lissabon, met 170 mooijen zout; MERCUR, kapt. J.J. Rinderhagen, van Londen, met 95 ton gebroken glas.
Helvoet, 8 maart. Aangekomen: HOLLANDER, van Bordeaux; VOLUNTEER, van Leith; THERESE, van Grangemouth.
Brouwershaven, 8 maart. Gisteren aangekomen: CHERIBON, kapt. Coers; H. LIDUINA, kapt. v. d. Brink, en CORTGENE, kapt. Rusman, allen van Batavia; MACASSAR, kapt. Vitringa Coulon, van Macassar.
Te Texel aangekomen, 7 maart, JOHANNES CHRISTIAAN, kapt. Obelt, van Batavia; ALIDA MARIA, kapt. De Vries, van Bantam.
Te Zierikzee aangekomen, 7 maart, BROUWERSHAVEN, Huizer, van Padang naar Rotterdam.
Te Vlissingen aangekomen, 7 maart, SUSANNA EN ELISABETH, kapt. Ouwehand,
van Batavia naar Middelburg.
Te Deal aangekomen, 5 maart, ALPHA, kapt. Don, van Dordt naar Belfast.
Van Samarang vertrokken, 9 januari, MARIA CATH., kapt. De Bos; 22 dito, PEKING, kapt. Deinum; ALCYONE, kapt. Landweer, en 23 dito, SIRIUS, kapt. Van Rees, allen naar Nederland.
Van Hongkong vertrokken, 19 januari, CORNELIA HENDRIKA, kapt. Van Straten, n. Liverpool.
Te Colombo aangekomen, 5 februari, COLUMBINE, kapt. Kok, van Melbourne.

Afbeelding
Datum 20 juli 1866
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant

Rotterdam, 19 juli. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht de navolgende 13 schepen, als:
Voor Rotterdam: KAREL AUGUST, kapt. P. Meermans; SINGAPORE, kapt. J.P. Stoop; NEREUS, kapt. H.F. Planten; KRIMPENERWAARD, kapt. H.P. Kluit; CATHARINA JACOBA HENRIETTE, kapt. C.J. Tönjes.
Voor Amsterdam: CATHARINA, kapt. S. Visman; ASTREA, kapt. J. Koorders; VICE ADMIRAAL MAY, kapt. N.M.O. de Groot Stiffry; MACASSER, kapt. P. Vitringa Coulon; SIRIUS, kapt. W. van Wijngaarden van Rees; NEDERLAND EN ORANJE, kapt. P. Haasnoot; BARON VAN PALLANDT VAN ROOSENDAAL, kapt. W.S. Kramers.
Voor Dordrecht: GROOTMEESTER NATIONAAL, kapt. A.F. Giesse.

Afbeelding
Datum 10 maart 1868
Krant DC - Dordtsche Courant
Type bericht Berichten uit het buitenland incl havens

Batavia, 14 februari. Aangekomen schepen: ANTONY VAN HOBOKEN, kapt. Hazewinkel; BARON VAN HARDENBROEK, kapt. Rossum; ELECTRA, kapt. Landweer; ELISABETH, kapt. Storm; EVA JOHANNA, kapt. Hordijk; MACASSAR (ex AMICITIA), kapt. P. Vitringa Coulon; MARY EN HILLEGONDA, kapt. Walters; SCHEVENINGEN, kapt. Anokkee; TERNATE, kapt. Kars.
Vertrokken schepen: AUSTRALIË, kapt. .... (opm: D.B. Jochems); BALTIMORE, kapt. Brakke; CONSTANCE, kapt. Schroot; DOELWIJK, kapt. Hoefman; GEZINA MARIE, kapt. Rolff; LICHTSTRAAL, kapt. Wierikx; SAMARANG (ex EUTERPE), kapt. De Groot; PASSAROEANG, kapt. F. Hollanders, naar Australië; JOHANNA EN WILLEM, kapt. Wier.

Afbeelding