1858
NSC 170658
Blijkens verklaring, op 14 juni, voor den Kantonregter te Noordwijk verleden, en op de minute geregistreerd, heeft Mejufvrouw Adeleyda Verdoes, zonder beroep, weduwe van de heer Fierman Eduard Meerburg, wonende te Katwijk aan Zee, aan haren minderjarigen zoon Eduard Sebastiaan Meerburg handlichting verleend tot het uitoefenen ener Reederij, Scheepmakerij, Zeilmakerij, Taanderij, en het drijven van handel in Vis; en daartoe in vennootschap deel te nemen.
1860
NRC 161160
Katwijk aan Zee, 14 november. Alhier is aangekomen de bom FIERMAN EDUARD, schipper P. Plokker behorende tot de rederij firma Meerburg met 64.000 stuks steurharing.
1861
Op 02-01-1861 wordt voor de FIERMAN EDUARD door Eduard Sebastiaan Meerburg uit Katwijk aan Zee een zeebrief aangevraagd voor kapt. P. Plokker.
1889
NVD 260389
Aan het verslag over 1888 der in 1824 opgerichte Noord- en Zuid-Hollandsche Redding-Maatschappij, ontlenen wij bet volgende: Zes-en-veertig schipbreukelingen werden in het afgelopen jaar met de middelen der maatschappij gered bij zeven strandingen, zodat het gezamenlijk aantal personen, door haar toedoen sedert de oprichting gered, thans is geklommen tot 3193. De reddingen verdelen zich over de verschillende stations als volgt: 7 oktober 1888, Ameland (Nes) 8 man van de AUBREY PEAKE; 13 oktober 1888, Schiermonnikoog, 2 man van de BLACKHALL; 2 november 1888, Vlieland (Vliehors) 8 man van de MÖWE; 15 november 1888, Nieuwediep (Pannekoek) 3 man van de GAYTON; 17 november 1888, Nieuwediep (Razende Bol) 14 man van de APOLLO; 19 november 1888, Petten (Hondsbossche zeewering) 3 man van de FIERMAN EDUARD; (opm. Het schip bleef behouden want het vaart in 1889 en 1890 ter haringvangst uit.)
Tot en met 1901 wordt de bom FIERMAN EDUARD nog steeds genoemd in de visserijlijsten.
Het openen van de haven bij IJmuiden en later Scheveningen zullen de levensduur van deze bom aanmerkelijk verlengd hebben.