De pleit (opm: Zuid-Nederlandse benaming voor een smak) ANNA MARIA is steeds eigendom geweest van Arnoldus van der Kaa, die tot in elk geval 1819 in Baesrode heeft gewoond en vanaf 1825 in Brussel. Deze constante was een uitstekende leidraad om het schip in de contemporaine kranten vanaf 1814 terug te kunnen vinden. Volgens André Delporte is kapt. Van der Kaa waarschijnlijk eind 1828 overleden, waarna de laatste zeebrief op 30 januari 1829 werd geroyeerd. 

Naast een Cedule van 10 januari 1817 hebben we uit de Noord-Nederlandse periode enkele zeebrieven, waarop de scheepsnaam wisselend is gespeld. Naast MARIA ANNA zien we MARIANNA, MARIANNE, MARIE ANNO en MARIE ANNE, de door Delporte  in een archief uit oktober 1803 gevonden naam, kapt. A. van der Kaa.  Deze laatste is de Nederlandse vertaling van het Franse MARIA ANNA.
 

1814

JAG 031214
Oostende. Aangekomen MARIANNE, Vanderkaa (opm: pleit [smak] MARIA ANNA, kapt. A. van der Kaa), van Oost-Engeland, agentuur MacLagan.

JAG 281214
Oostende. Vertrokken kapt. A. van der Kaa, naar Whitstable met kaas aan agentuur MacLagan.
 

1817

In de Cedule van 10 januari 1817, waarin Arnoldus van den Kaa, verklaart de pleit ANNA MARIA in eigendom te bevaren, is een verklaring van scheepsbouwer Emanuel van Praet opgenomen dat hij het schip in 1803 op zijn werf in Baesrode heeft gebouwd.
In de Cedule wordt de naam van de kapitein als Van den Kaa gespeld, maar in alle overige documenten, zeetijdingen (en bij Delporte) vinden we de naam geschreven als Van der Kaa.

Op 1 mei 1817 tekent kapt. Arnoldus van der Kaa voor de Waterschout in Oostende voor zijn smak MARIE ANNE een monsterrol voor de bestemming Duinkerken.

 

1819

Op 29 januari 1819 vraagt kapt. Arnoldus van der Kaa uit Baesrode voor de MARIA ANNA, met zichzelf als kapitein, een zeebrief aan. Eerdere zeebrieven zullen in Brussel zijn uitgemaakt, maar deze heeft Marhisdata niet gevonden.

 

1821

Op 2 maart 1821 vroeg kapt. A. van der Kaa vanuit Antwerpen voor zijn MARIA ANNA een nieuwe zeebrief aan.

Op 16 maart 1821 tekent kapt. Arnoldus van der Kaa voor de Waterschout in Oostende voor zijn smak MARIE ANNE een monsterrol voor de bestemming Londen. 

RC 120521

Rotterdam, 11 mei. Van Vlissingen wordt van den 8 gemeld: van den 2 tot den 8 dezer, voor Antwerpen bestemd, alhier ter rede gekomen de schepen de EENDRAGT, B.H. Cappen, de VREDE, J.J. Greeven, en la MARIE FRANÇOISE (opm: MARIA FRANCISCA, smak, thuishaven Oostende), J. de Sorgher, van de Marennes; NEPTUNES, C. Gottsche, van Kiobenhaven (opm: Kopenhagen); de VROUW MARIA, Z.K. Schut, en NEPTUNIS, J.F. Benter, van Bordeaux; CONCORDIA, H.J. Nagel, HAPPY RETURN, R. Shellabean, de MORGENSTAR, H.T. Veen, de VRIENDSCHAP (opm: smak, thuishaven Gent), J.B. le Secq, de EENDRAGT, H.J. Koster, de UNIE, J.B. Neurenberg, CHRISTINA TITRIA (opm: CHRISTINA EN TITIA), A.A. Potjer, de HOOP, Ede G. Jonker (opm: Ede Geerts Jonker), de ONDERNEMING, R. Hakker, de VROUW MARGARETHA, H.J. Veen, de ZEEPLOEG, M.N. Sikkes, AURORA (opm: smak), J.F. de Jong, en ANNA POUWLOWNA, H. Pothoff, van Liverpool; de VROUW ENGELINA, H.T. de Jonge, en de NOORDERSTAR, J.F. de Jong, van Noirmoutier; de JUFVROUW ENNA, H.J. Haverbult, van Oleron; MARIJANNE (opm: MARIA ANNA, pleit, thuishaven Brussel), A. van der Kaa, van Londen.

 

1824

RC 200124

Vlissingen, 13 januari. Van den 10 tot den 12 zijn naar zee gezeild de schepen VROUW MARCHINA, kapt. J.B. Boer, naar Arbroath met vlas; VIERGE MARIE (opm: brik, Kortrijk), kapt. J. de Meire, naar Messina met ballast; MARIA ANNA (opm: pleit, Brussel), kapt. A. van der Kaa, naar Londen met boomschors; 

JRB 300524

Brussel. Vertrokken MARIA ANNA (opm: pleit), kapt. Van der Kaa, naar Londen met schors.

RC 050624

Rotterdam, 4 juni. Van Vlissingen meldt men den 1 dezer, dat sedert ons laatste bericht van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild zijn de schepen la VIERGE MARIE, kapt. J. de Meire, naar Messina; JULIA (opm: kof, Antwerpen, nieuwe kapitein), kapt. J.P. Visser, naar Bordeaux, en MARIA ANNA, kapt. A. van der Kaa, naar Londen.

JRB 010924
Brussel. Aangekomen MARIA ANNA, kapt. Van der Kaa, van Leith.

JRB 170924
Brussel. Vertrokken MARIA ANNA, kapt. Van der Kaa, met haver naar Londen.

 

1825

DC 050525

Vlissingen, 30 april. Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen, en van den 26 dezer tot heden naar zee gezeild: DE VROUW CATHARINA, kapt. J. van der Schuit met boomschors en MARIANNE (opm: pleit MARIA ANNA), kapt. A. van der Kaa, met meekrap, beide naar Londen.

JAG 270525
Antwerpen. Aangekomen MARIA ANNA, kapt. A. van der Kaa, van Londen met verfhout en stukgoed.

DC 070625

Vlissingen, 28 mei. Van den 25 dezer tot heden voor Antwerpen bestemd op onze rede aangekomen:; HERCULES, kapt. T. Schipman, van Havre-de-Grace met stukgoederen; THE JASON, kapt. W. Cavan, van Rio de Janeiro met koffie en potasch; JEREMIAS, kapt. L. Sijbes, van Newhaven met koffie en suiker; de JUFFROUW JOHANNA, kapt. J.J. Tiddens, van Liverpool met klipzout; MARIA ANNA, kapt. A. van der Kaa, van Londen;

DC 230625

Vlissingen, 18 juni. Van den 14 dezer tot heden zijn van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild: DE JUFFROUW JOHANNA, kapt. J.J. Tiddens, naar Liverpool met ballast; MARIA ANNA, kapt. A. van der Kaa, naar Londen met meekrap.

DC 070725

Vlissingen, 2 juli. Van den 28 juni tot heden zijn voor Antwerpen bestemd op onze rede aangekomen: CONCORDIA, kapt. J.D. Zijlstra van Marseille en CATHARINA, kapt. D.E. Brunger van Bayonne, beide met stukgoederen; MARIA ANNA, kapt. A. van der Kaa, van Londen met ballast;

DC 011025

Dordrecht, 30 september. Aan deze stad is gearriveerd: de MARIANNE, kapt. A. van der Kaa (opm: pleit MARIA ANNA, thuishaven Brussel), met een lading kolen, slijpstenen, goudglit en zwartsel van Newcastle naar Rouaan gedestineerd, met lekkagie;

Op 12 november 1825 vroeg kapt. A. van der Kaa, woonachtig te Brussel, voor zijn MARIANNA (opm: MARIA ANNA) een nieuwe zeebrief aan.

DC 061225

Brielle, 2 december. Gisteren namiddag zeilden in zee: VROUW JOHANNA, kapt. C. van Vliet naar Newry; MARIA ANNA, kapt. A. van der Kaa naar Rouaan;

DC 061225

Brielle, 2 december. Gisteren namiddag zeilden in zee: MARIA ANNA, kapt. A. van der Kaa naar Rouaan.

 

1826

DC 030626

Vlissingen, 27 mei. Den 25 dezer zijn voor Antwerpen bestemd op onze rede aangekomen:  ENGELINA JANTINA, kapt. B.J. Wijgers, van de Marennes met zout; MARIANNA (opm: pleit MARIA ANNA), kapt. A. van der Kaa, van Havre-de-Grace met stukgoederen;

DC 290826

Veere, 20 augustus. Heden morgen zeilde van deze rede naar zee: het van Antwerpen naar Topsham met schors, gedestineerde Nederlandse smakschip (opm: ook wel pleit genoemd) MARIA ANNA, kapt. A. van der Kaa.

DC 091126

Vlissingen, 3 november. Van den 31 oktober tot heden is voor Antwerpen bestemd op onze rede aangekomen: MARIANNE (opm: MARIA ANNA, kapt. A. van der Kaa, van Havre-de-Grace met stukgoederen

 

1827

Op 27 oktober verkreeg kapt. A. van der Kaa, woonachtig te Brussel, voor zijn MARIANNA (opm: MARIA ANNA) een nieuwe zeebrief.

RC 151127

Rotterdam, 13 november. De 13^e, des morgens, zeilde van Helvoetsluis ROTTERDAM, kapt. J. Laming naar Londen; DE LEEUW, kapt. J. Verbruggen, naar Lynn; MARIA ANNA, kapt. A. van der Kaa, naar Wisbech; HENRIETTE, kapt. J.J. Groot, naar Libau.

JRB 291227

Brussel. De MARIANNE (opm: pleit MARIA ANNA), kapt. A. van der Kaa, is naar Londen vertrokken.

 

1828

RC 090228

Rotterdam, 8 februari. De 7^de, des morgens, zeilden van Helvoetsluis DE VRIENDSCHAP, kapt. R.R. Sap, naar Newry.

De 7^e, des morgens, zeilde van Brielle ONVERWAGT, kapt. C. van der Kolff, naar Cette.

Te Antwerpen zijn gearriveerd BELLE ALLIANCE, kapt. Wildeman (opm: pleit, kapt. O.A. Wilman) en MARIA ANNA, kapt. Van der Kaa, van Londen.

RC 200328

Rotterdam, 19 maart. Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen en naar zee gezeild MARIA ANNA, kapt. A. van der Kaa, THERESIA, kapt. F. van der Perre, DE AREND, kapt. H. Elbring, de NIEUWE UNION, kapt. J. van den Broecke, MERKURIUS, kapt. J. Roose, LA JOYEUSE ARRIVÉE, kapt. F. Beniest, NEPTUNES, kapt. P. Waerens en CATHARINA, kapt. J. van der Schuyt, naar Londen; de laatstgemelde is uit zee terug.

GPB 240428

Antwerpen. Aangekomen MARIA ANNA, Van der Kaa, van Londen met koffie, suiker en indigo.

JAG 070728
Antwerpen. Aangekomen MARY ANN (opm: pleit MARIA ANNA), Van der Kaa, van Londen met stukgoed.

RC 161028

Rotterdam, 15 oktober. De 14^e dezer, des namiddags, arriveerden in de Maas DE VRIENDSCHAP, kapt. R.R. Sap, van Drontheim en MARIA ANNA, kapt. A. van der Kaa, van Bergen naar Gent; als bijlegger door averij en nood.

OHC 151128
Amsterdam, 13 november. Te Antwerpen is binnengekomen kapt. A. van der Kaa, van Bergen.
(opm: de pleit MARIA ANNA, thuishaven Brussel, is na de averij [zie RC 161028] binnendoor van de Maas naar Antwerpen gevaren; na lossing moet het schip, bouwjaar 1803, zijn gesloopt; rond deze tijd moet volgens ‘Den Haag’ ook kapitein-eigenaar Arnoldus van der Kaa zijn overleden)

 

1829

Op 22 januari 1829 werd de laatste zeebrief van de MARIA ANNA, kapt. A. van der Kaa, door de Gouverneur van de Provincie in Antwerpen naar Den Haag teruggezonden met de mededeling ‘eigenaar van het vaartuig overleden’, waarna op 30 januari het document werd geroyeerd.