Inloggen
CAROLUS - ID 17434


Kroniekberichten

Datum 03 augustus 1826
Krant DC - Dordtsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlissingen, 23 juli. Van quarantaine zijn ontslagen en naar Antwerpen opgezeild: REINIERA, kapt. G. Meugens, THE WARBLER, kapt. E. Chassee en CALEDONIAN, kapt. N. Gifford.
Van den 19 dezer tot heden zijn, voor Antwerpen bestemd, alhier ter rede gekomen: DE VIER GEZUSTERS, kapt. R.G. Oostra en DE VROUW CATHARINA, kapt. B. Otten, beiden van Petersburg met potasch; THEODORA, kapt. J.T. Wilderman, van Stockholm met teer en pik; DE TWEE GEBROEDERS, kapt. S.H. Deke, van St. Jago (opm: Santiago) op Cuba met suiker; DIE HOFFNUNG, kapt. C.F. Streifert, van Dantzig met pik, teer en potasch; DE HARMONIE, kapt. C.R. Platte, van Cette met wijn en brandewijn; CALEDONIAN, kapt. W. Griffith, van de Havanna met koffie en suiker; MONT VERNON, kapt. I. Buersley, van Charlestown met rijst en katoen en BYRON, kapt. F.A. Cotton, van New Orleans met katoen; de drie laatste moeten quarantaine houden.
Voorts zijn van Antwerpen de Schelde afgekomen, en sedert den 21 dezer van onze rede naar zee gezeild: PRINS FREDERIK DER NEDERLANDEN, kapt. D. Jonkman naar Demerary; FLOYD, kapt. J.H. Perkins naar Boston; KRONOS, kapt. J. Lund naar Reichwig en DE VROUW HOUWINA, kapt. H.J. Valk naar de Oostzee, alle vier met ballast; CAROLUS, kapt. H.A. Nieberding naar Londen met boomschors; SAMUEL, kapt. E. le Blancq, naar Jersey met dakpannen; KAREL EN WILLEM, kapt. J.F. Schulte, JOANNA MARIA, kapt. J.A. Schönefeld en DE MARIA, kapt. J. Zirck, alle drie naar de Marennes met ballast; LE CESAR, kapt. M. Schalk en DE JUFFROUW JOHANNA, kapt. J.J. Tiddens, beiden naar Penzance met boomschors; THE EAGLE, kapt. H. Duckworth, MINERVA, kapt. T. Mooy, DE JONGE JOHANNA, kapt. E. Ziffer, DE COMMERCIE, kapt. H.A. de Vries en DE VROUW JANNETJE, kapt. F. Rose, alle vijf naar Londen met boomschors; LEONIDAS, kapt. J. Lawton, naar Gibraltar met ballast; APOLLO. kapt. D. Steur en DELPHINA, kapt. C. Brandaris, beiden naar Batavia met troepen; L’AUGUST, kapt. J. Thomas, naar Havre-de-Grace en ENDEAVOUR, kapt. J.D. Gilles, naar Schotland, beiden met ballast; DE HERSTELLING, kapt. B.H. Smit en DE JUFVROUW HENDRIKA, kapt. H.H. Scholtens, beiden naar Falmouth met boomschors; HENDRIKA, kapt. T.T. Harding, naar Noirmoutier met ballast; ZEPHYR, kapt. J. Flemming, naar de Havanna met stukgoederen; LE JEAN BAPTISTE, kapt. P. le Breton, naar Duinkerken met krenten; DE TWEE BROEDERS, kapt. S.J. Brouwer en CHRISTINA VOS, kapt. N.A. Smaal, beiden naar Tremblade met ballast.

Afbeelding
Datum 21 oktober 1826
Krant DC - Dordtsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlissingen, 7 oktober. Den 2 en 3 dezer zijn, voor Antwerpen bestemd, alhier ter rede gekomen: DE VRIENDSCHAP, kapt. S. Hubroek, van Lissabon met zout en huiden; RUBBENS, kapt. Th. Versluijs, van Batavia met stukgoederen; MAGNANIME, kapt. J. Sietzes, van Rio de Janeiro met koffie en huiden (opm: na thuiskomst van de rondreis naar Callao [zie DC 130626] is de brik MAGNANIME [= Edelmoedige] niet weer uitgezeild; eind september 1828 werd de zeebrief ingeleverd met de vermelding zullende het schip worden gesloopt); CONCORDIA, kapt. J.J. Willems van Batavia en CHARLOTTE EMELIE, kapt. J. Claeys van Marseille, beide met stukgoederen; HEBE, kapt. R. Heaviside, van Rio de Janeiro met koffie.
Ook is van quarantaine ontslagen en naar Antwerpen opgezeild, THE GARNET, kapt. Th. Torrey van de Havanna.
Door kapt. Versluys, voerende de Nederlandse brik RUBBENS, van Batavia naar Antwerpen bestemd en alhier gearriveerd, is op den 20 mei ll. in Straat Sunda, in goeden staat gepraaid de Nederlandse brik ADÈLE, kapt. Machielsen, gedestineerd naar Batavia.
Den 7 dito. Gisteren is alhier ter rede gekomen THE BETSEY, kapt. J. Bryson, van Falmouth naar Dantzig gedestineerd met ballast.
Ook zijn, van den 4 dezer tot heden, voor Antwerpen bestemd, op onze rede aangekomen; THE JANE, kapt. J. Knight, van Malaga met lood; DE VICTORIE, kapt. G. Kuper, van Duinkerken met ballast; CAROLUS, kapt. H.A. Nierberding van Londen en L’ETIENNE, kapt. B. Pignoret van St. Jago, beide met stukgoederen; THE PELICAN, kapt. P. Manuel, van Rio de Janeiro met suiker en koffie; AURORA, kapt. A. Matheson, van Stockholm met ijzer en staal; DIE FRAU ALBERTINA, kapt. J. Maack, van Hamburg met stukgoederen; SCOTLAND, kapt. P. Lamb, van Rio de Janeiro met koffie; DISPATCH, kapt. J. Crabb, van Licatain in Sicilië met zwavel; PONNAWESTA, kapt. J. Koesot, van Bona Vista met stukgoederen.
Van Antwerpen is de Schelde afgekomen en den 4 dezer van onzer rede naar zee gezeild; THE EDWINN, kapt. J. Thacher naar New York met ballast.
Den 10 dito. Den 7 dezer zijn naar zee gezeild: PROVIDENTIA, kapt. E.J. Salvesen, van deze stad naar Noorwegen met ballast en THE BETSEY, kapt. J. Bryson, van Falmouth naar Dantzig, mede met ballast.
Ook zijn van Antwerpen de Schelde afgekomen en den 7 dezer van onze rede naar zee gezeild: LA REINE CHÉRIE, kapt. J.C. Kuyper, naar Hull met haver; ALEXANDER, kapt. A. Sorensen, naar Noorwegen met ballast; HENDRIKA, kapt. T.T. Harding naar Hull en DE VROUW KLASINA, kapt. J.C. Boon naar Montrose, beide met haver; ARENTINA JOHANNA, kapt. A.H. Breeland en THE COMET, kapt. J. Rivelt, beide naar Yarmouth met boomschors; ALEXANDER THE GREAT, kapt. W. Pace, naar Londen met boomschors; DE VROUW AUKE, kapt. H.A. Wolkammer, naar Hamburg met paarden en glas.
Voorts zijn eergisteren alhier ter rede gekomen: de JONGE FERDINAND, kapt. J.J. Doesken, van Bordeaux, laatst van Falmouth, gedestineerd naar Brussel met wijn en DE VROUW CATHARINA, kapt. J. van der Schuyt, van Londen naar Antwerpen bestemd met stukgoederen.

Afbeelding
Datum 23 januari 1827
Krant MCO - Middelburgsche Courant

Zeetijdingen - Vlissingen, 20 januari. De 17 dezer is alhier ter rede gekomen, LE VANNEAU, kapT L. Huillier, van Cherbourg naar Rotterdam bestemd, met ballast.
Ook zijn den 17 en 18 dezer, voor Antwerpen bestemd, op onze rede aangekomen: MAGDALENA, kapt. H.R. Lutje, van Petersburg, en ANTWERPS PACKET, kapt. L. Hawegh, van Hull, beide met stukgoederen; L'AVENTURE, kapt. J.M. Jongheim, van Rio-Grande, met huiden en horens; MARIA (opm: kof), kapt. P.E. Boer, en DE JONGE ISABELLA (opm: kof), kapt. H.B. Drent, beide van Londen, met stukgoederen.
Voorts zijn van Antwerpen de Schelde afgekomen, en de 17 en 19 dezer van onze rede naar zee gezeild: DE VROUW HENDRINA, kapt. H. van den Oever, met boomschors; DE VROUW HELENA, kapt. S.C. de Vries, met haver, en LONDON PACKET, kapt. H. Ie Macky, met stukgoederen, alle drie naar Londen; THE ALFRED, kapt. W. Bellingham, naar Guernsey, met stukgoederen; CAROLUS, kapt. C.J. Claassens, naar Topsham, met boomschors; LINCOLN, kapt. F. Wood, naar New-Orleans, met ballast; CLOTILDE, kapt. H.J. Polter, naar Liverpool, met vlas en rogge; THE MARY ANN, kapt. J. Walter, naar Duinkerken, met ballast; ANTWERPSCH WELVAREN, kapt. N. Peters, naar Rio de Janeiro, met stukgoederen; DE JULIA, kapt. J. P. Visser, naar Londen, met haver; DE VRIENDEN, kapt. T. Nosten, naar Rio de Janeiro, met ballast; ZEPHYR, kapt. W. Osgood, naar New-Orleans, met metselsteen; THE CONFUCIONS, kapt. J. Riley, naar Cadix, met ballast.

Afbeelding