Stadsarchief Amsterdam Archiefnummer AMS 5074.1414.1820.158 foto IV– 2-38 CEDULE Naam schip bevorens genaamd de VERWAGTING, thans door koper genaamd JONGE CATHARINA plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 15 november 1820 type schip smak bouwwerf/verkoper niet vermeld gevoerd door kapt. eigenaar/koper Beerend Hendriks, Wildervank, enig eigenaar te voeren door kapt. Beerend Hendriks, in eigendom bevaren grootte in tonnen 22 lasten tuigage / aantal dekken twee masten, een dek afmetingen kiellegging tewaterlating gebouwd te Sappemeer plaats / datum registratie Amsterdam, 15 november 1820 nummer registratie deel 5, folio 63, verso, vak 5 notaris Regtbank van Eerste Aanleg, Amsterdam prijs Bijzonderheden: getoond wordt de laatste koopacte; het schip ligt thans te Amsterdam. De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1819-1838. De cedule is in de kantlijn genummerd 19072. researcher/datum research: ML / 070215
ARCHIEF Gemeente Amsterdam archiefnummer 5074/1419-1820-158 ACTE AAN-/VERKOOP schip de VERWAGTING, doch thans door koper genaamd JONGE CATHARINA plaats en datum acte Amsterdam, 10 november 1820 soort schip smak gevoerd door kapt. Bouwwerf / verkoper Lodewijk Klahn, namens zijn firma Bakker, Klahn & Strik, cargadoors te Amsterdam Eigenaar / aankoper Beerend Hendriks, schipper te Wildervang te voeren door kapt. groot volgens meetbrief in tonnen tuigage en aantal dekken afmetingen kiellegging tewaterlating plaats en nummer van registratie datum van registratie notaris Mr. Jan Bartholomeus van der Meersch, notaris te Amsterdam prijs (bij aan-/verkoop NLG. 1225,- bijzonderheden researcher/datum research ML-050306
GRONINGER ARCHIEVEN Archiefnummer Appingedam 143.236.388 DVD L – 234-239 – foto 7188 - 7201 Scheepsverklaring Naam schip de JONGE CATHARINA Scheepstype: smak Gevoerd door: Berend Hendriks plaats en datum acte Appingedam, 30 oktober 1823 Verscheen voor Mr. H.P.B. Taure, president van de Regtbank van Eerste Aanleg te Appingedam Berend Hendriks, schipper van het smakschip de JONGE CATHARINA, van Bergen gedestineerd met een lading traan en stokvis en andere goederen naar Hamburg. Hij had van 22 t/m 25 september in Bergen geladen en is, nadat de Z.O. wind was bedaard, de 28e met een Z. wind vertrokken. Van 1 tot 12 oktober had hij Z.W. storm gehad en op 13 oktober achter Viborg het anker heeft moeten laten vallen. Na vertrek kreeg het schip steeds weer slecht weer, en dreigde het zeil te barsten. Bergen was vanwege het veelvuldig overslaande water niet mogelijk, zodat Comparant het – half sleets – grootzeil heeft moeten snijden, terwijl de stukken van het zeil met het lopend touwwerk en blokken overboord sloegen en wegspoelden. Op 21 oktober had hij een ander grootzeil aangeslagen en weldra bedaarde het weer. Op 23 oktober was de wind gedraaid en weer toegenomen en weer moest het grootzeil – beter dan half sleets – worden weggesneden. Tenslotte geraakten ze in de branding waar ze voor twee ankers bleven liggen. Ze werden door een visserman (de ZELDEN RUST uit Delfzijl) gepraaid en nadat ze een boei aan een lijn hadden laten drijven kwam een visserman aanboord om de bemanning te helpen weer slaags te geraken. Nadat ze weer in diep water waren werd een tweede man van het vissersschip overgenomen om mee te helpen pompen (ze hadden drie voet water in het ruim). Tenslotte is de smak op een tros van de visserman het Huberts Gat binnengesleept. Op 28 oktober zijn ze tot voor de haven van Delfzijl gesleept. Omdat alle opvarenden erg vermoeid waren heeft commissionair Vos uit Delfzijl op verzoek van Comparant nog twee pompers naar boord gestuurd om te assisteren, waarna zij erin slaagden om het schip op het slijk te werken om voor zinken te bewaren en het schip in Delfzijl in veiligheid te brengen. Comparant verklaart te protesteren tegen alle reeds gemaakte en nog te maken onkosten, welke door dit gedwongen binnenlopen reeds zijn of bij vervolg zouden kunnen worden veroorzaakt, als zijnde dezelve aangewend tot behoud van schip en lading. Een soortgelijke verklaring werd opgemaakt door Ede Hindriks Bos uit Delfzijl, oud 36 jaar, visser van beroep, en Jan Berends Jager (33), uit Delfzijl en stuurman op de ZELDEN RUST. Zie akte 391 NB het schip is februari 1824 nabij Helgoland vergaan – bron: retour zeebrieven researcher/datum research: GM / 11.09.2011
GRONINGER ARCHIEVEN Archiefnummer Appingedam 143.236.391 DVD L – 234-239 – foto 7202 - 7203 Scheepsverklaring Naam schip de JONGE CATHARINA Scheepstype: smak Gevoerd door: Berend Hendriks plaats en datum acte Appingedam, 1 november Verschenen voor Mr. H.P.B. Taure, president van de Regtbank van Eerste Aanleg te Appingedam Harm Jans van het Werf, mr. scheepstimmerman, Jan Hoving, touwslager, en IJzebrand de Boer, respectievelijk te Appingedam, als deskundigen om de staat van het kofschip de JONGE CATHARINA vast te stellen. Enz. Zie verder akte 388 Geregistreerd te Appingedam 3 november 1823, deel 13 folio 190 vak 5 researcher/datum research: GM / 11.09.2011