Inloggen
THORBECKE - ID 15188


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1857-03-19 / 1861-01-07 | Reden uitgevlagd: Verongelukt of vermist (zie final fate)

Identification Data

Bouwjaar: 1857
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Schoener
Construction Data

Werfnummer:
Technical Data

Gross Tonnage: 48.00 lasts
 
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1857
Datum agenda: 1857-03-19
Register nr: 18570222
Scheepsnaam: THORBECKE
Type: Schooner
Lasten: 48
Gebouwd in binnen- of buitenland: Buitenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Roemeling, J.H.
Kapitein op moment van verzoek: Roemeling, J.H.
Opmerkingen: Zb

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1857-03-19 THORBECKE
Manager: Jan Hanssens Roemeling, Finsterwolde, Groningen, Netherlands
Eigenaar: Jan Hanssens Roemeling, Finsterwolde, Groningen, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Finsterwolde / Netherlands

Ship Events Data

1861-01-07: Final Fate:
14 januari 1861
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Duinkerken, 10 januari. De Nederlandse schoener THORBECKE, kapt. F.H. Witting, van Newcastle met ijzer naar Sevilla, is in de nacht van 7 dezer ten oosten van Grevelingen (opm: hier is Gravelines bedoeld) gestrand en verbrijzeld, doch het volk gered (opm: zie NRC 010261).

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Fokke Witting werd geboren/gedoopt op 23 januari/17 februari 1811 te Nieuweschans als zoon van de loods Halbert Jans Witting en Johanna Fokkes.

Hij trouwde op 27 december 1838 te Nieuweschans met de diensmeid Maria Jans Sluiter, geboren ca 1812 te Ditzum als dochter van de dagloner Jan Georg Sluiter en Antje Derks. Zij overleed op 15 februari 1908 te Nieuweschans, 96 jaar.

Fokke werd in 1872 vermist met zijn schoenerbrik “Thorbecke”.

 

Provinciale Groninger Courant 07 februari 1873114

Advertentie: Na lang tussen hoop en vrees te hebben gezweefd geloof ik eindelijk tot de treurige zekerheid te moeten komen dat mijn dierbare echtgenoot Fokke Halberts Witting, oud 62 jaren, gezagvoerder van het schoonerschip THORBECKE en mijn geliefde zoon Johannes, stuurman op die bodem in de storm van 12 op 13 november j.l hun graf in de golven hebben gevonden, mij na een gelukkige echtvereniging van 34 jaren, 5 kinderen nalatende. Op 3 october van Kroonstad naarr Elseneur vertrokken zijnde om orders, heeft men tot heden niets van schip of equipage vernomen. Allen die de overledenen gekend hebben zullen beseffen dat ik in hen een geliefde echtgenoot en zoon en mijne overgebleven kinderen een zorgvolle vader en broeder hebben verloren. Doch God die de vader der weduwen en wezen wil zijn zal ook mij sterkte en troost schenken om dit zwaar verlies met onderwerping te dragen.

Nieuwe Schans. 6 februarij 1873, namens mijn kinderen en behuwd kinderen. Wed. T.H Witting, geboren Sluiter.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

F.H.Witting was effectief lid van het zeemanscollege “De Trouw” te Oude Pekela met vlagnummer 131 in de periode 1857 t/m 1872.112

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt F.H.Witting als gezagvoerder gedurende:

*   1857 t/m 1861 van de 2-mastschoener “Thorbecke” ex Agnes, gebouwd in 1840 te Emden, 91 ton o.m., varend voor J.H.Roemelingh te Finsterwolde. Het schip is in januari gestrand op de Vlaamse Banken;

*   1862 (en later?) van de schoenerbrik “Thorbecke” ex Noach S.Lotinga, gebouwd in 1857 te Hoogezand, 175 ton o.m., varend voor J.H.Roemelingh te Finsterwolde.

*   1863 t.m 1872 van hetzelfde schip maar nu varend voor reder D.Mulder & Zn te Winschoten.

 

 

Nadere bijzonderheden

NRC 14 januari 1861114

Duinkerken, 10 januari. De Nederlandse schoener THORBECKE, kapt. F.H. Witting, van Newcastle met ijzer naar Sevilla, is in de nacht van 7 dezer ten oosten van Grevelingen (opm: hier is Gravelines bedoeld) gestrand en verbrijzeld, doch het volk gered.

 

NRC 01 februari 1861114

Rotterdam, 31 januari. In de nacht van de 6e op de 7e januari strandde onder Duinkerken de Nederlandse schoener THORBECKE, kapt. P.H. Witting. De bemanning werd gered.

Omtrent de redding en verpleging vernemen wij de volgende bijzonderheden, ontleend aan een rapport van de heer Cousin, president van de Société Dunkerquoise pour l'Encouragement des Sciences, des Lettres et des Arts:

Na gedurende de nacht de angstkreten van de schepelingen te hebben gehoord, ontdekte men hen des morgens van de douanepost du Clipon, gemeente Loon, in de masten van het zinkende vaartuig. Een bode werd dadelijk naar Grevelingen (opm: Gravelines) gezonden om de marine-autoriteit aldaar te verwittigen en hulp van manschap en vaartuigen te verzoeken. Intussen lagen nog een paar sloepen van vroeger vergane schepen een goed eind wegs ver op het strand. Op aanvraag om paarden tot vervoer van deze boten bij de landbouwer Isaert, snelde deze onmiddellijk toe met paarden en volk. Spoedig waren de boten ter plaatse en zover mogelijk in zee gebracht. Zeelieden uit het fort Philippe, onder de leiding van de loods Lepretre, begaven zich in die vaartuigen en stuurden op de THORBECKE aan. Twee malen mislukte de poging om het schip te naderen, en de toeschouwers aan het strand verkeerden in de grootste angst voor de schipbreukelingen en de edele redders. Bij een derde poging gelukte het zó nabij het schip te naderen om een tros aan boord te brengen. Door dit middel kwamen er vier man in de boot. Een vijfde zat in de fokkemast. Men kon niet bij hem komen. Diensvolgens werden de vier geredden eerst aan wal gebracht. Toen opnieuw in een andere koers de tocht ondernomen, en het gelukte ook de vijfde, de kapitein, te redden. Reeds menende dat men hem aan zijn lot moest overlaten, had hij zich van zijn kleren ontdaan, om zo mogelijk het strand te bereiken.

De geredden, die een zo verschrikkelijke nacht hadden doorgebracht, werden allen menslievend opgenomen en met liefderijke zorg verpleegd bij de reeds genoemde landbouwer Isaert, vanwaar de Nederlandse vice-consul hen met rijtuig naar Duinkerken heeft afgehaald. Aandoenlijk was het afscheid van de geredden van hun redders en verplegers. De Nederlandse consul heeft verder gezorgd voor al wat zij behoefden, huisvesting, voeding en nieuwe kleding, in plaats van die, welke zij reeds van de familie Isaert hadden ontvangen.

Bij deze redding hebben zich onderscheiden: Agnieray, kustwachter, Lepretre en Engrand, loodsen, Vandenbussche, Gilliot, Evrard, Jannequin, Ghys, Matorez en Wadou, matrozen, de landbouwers Isaert, Anauez, Dutriaux, en de heer Decreus, chef der marine te Grevelingen.

 

NRC 26 juni 1861114

Landscrona, 20 juni. De te Amsterdam te huis behorende schoener THORBECKE, kapt. F.H. Witting, van Dantzig (opm: Gdansk) met tarwe naar Leith bestemd, is eergisteren op Walogrund gestrand, doch kwam na ontlossing van een gedeelte van de lading vlot en hier gisteren in de haven, waar de lading nu verder gelost zal worden .

 

NRC 01 juli 1861114

Landscrona, 25 juni. De Nederlandse schoener THORBECKE, kapt. F.H. Witting, van Dantzig naar Leith, welke de 19e dezer alhier, na op strand gezeten te hebben, werd binnengebracht – zie NRC van 26 juni – zal morgen gelost worden. Alhoewel het schip lek is, gelooft men toch, dat er maar weinig van de lading beschadigd zal zijn.

 

NRC 06 juli 1861114

Landscrona, 30 juni. De lading van het op 19 juni alhier in averij binnengelopen Nederlandse schip THORBECKE, kapt. F.H. Witting, van Dantzig naar Leith bestemd, is geheel gelost en zonder schade. Het schip is boven water gekalefaterd en zal nu gekield worden, om de bodem te onderzoeken, daar men veronderstelt dat een gedeelte van de loze kiel en van de zinkhuid weg is.

 

Provinciale Groninger Courant 24 september 1861114

Harlingen, 19 september. Het schip (opm: brik) THORBECKE, kapitein F.H. Witting, van Leith naar Lissabon, is alhier met verlies van stengen, ra’s, zeilen, kluiverboom enz. binnengelopen, na op 16 september onder de Engelse kust een hevige storm uit het Z.W. doorstaan te hebben; is dicht gebleven.

 

NRC 09 december 1863114

Texel, 7 december. Het Nederlandse schip THORBECKE, kapt. Witting, van Hamburg naar Rio Grande, is alhier met verlies van zeilen en gekapte grote steng binnengelopen. Het schip verloor onder Noord-Voorland (opm: North Foreland) drie ankers en kettingen.

 

Algemeen Handelsblad 12 januari 1866114

Harburg, 8 januari. Gedurende het jaar 1865 zijn hier aangekomen 753 schepen, waaronder 45 onder Nederlandse vlag. Aan het einde van het jaar waren hier liggende de Nederlandse schepen JOHANNA GEERDINA, kapt. Schoon; FROUKJE, kapt. Koops; ANTINA, kapt. Dijk; THORBECKE, kapt. Wieting en CLASINA, kapt. Roseboom.

 

Provinciale Groninger Courant 13 december 1866114

Advertentie. Op donderdag de 10e januari 1867, des voormiddags te 11 uur, zal ten huize van J. Knoop Pathuis, te Onderdendam, publiek worden geveild en verkocht, mede behorende tot de nalatenschappen van de heer mr. J.F. Feisser en mevrouw:

1/20 aandeel in het brikschip THORBECKE, gebouwd in 1857, gemeten op 175 tonnen, gezinkt en gevoerd bij kapt. P.H. Witting. Informaties zijn te bekomen bij de boekhouder, de heren D. Mulder en Zonen, te Winschoten en ten kantore van de notaris te Onderdendam, mr. A.J. van Roijen.

 

Provinciale Groninger Courant 08 januari 1867114

Advertentie. Op donderdag 10 januari 1867, des voormiddags te 11 uur, zal ten huize van J. Knoop Pathuis te Onderdendam publiek worden verkocht, mede behorende tot de nalatenschap van de heer M.J. Feisser en echtgenote 2/20 aandeel in het brikschip THORBECKE, gebouwd in 1857, gemeten op 175 tonnen. Gezinkt en gevoerd door kapt. P.H. Witting. Informatiën zijn te bekomen bij de boekhouder D. Mulder & Zn. te Winschoten en ten kantore van de notaris te Onderdendam.

Get: Mr. A.J. Van Royen.

 

NRC 08 oktober 1868114

Bahia, 2 september. De 28e augustus is alhier binnengelopen het schip (opm: brik) STAD OLDENZAAL, kapt. J. Hoogterp, van Rotterdam naar Hongkong, hebbende de 23e van die maand het tuig verloren (opm: zie NRC 091068), doch was dicht gebleven en zou niet behoeven te lossen, en de 1e september het schip (opm: brik) THORBECKE, kapt. F.H. Witting, van Rosario naar Liverpool, met schade.

 

NRC 05 oktober 1871114

Texel, 3 oktober. Heden is alhier gearriveerd van St. Petersburg het schip THORBECKE, kapt. Witting, met ingeslagen verschansing, verlies van zeilen, watervaten, enz.

 

NRC 13 deccember 1871114

Colberg, 9 december. Het schip THORBECKE, kapt. Witting, van Amsterdam met stukgoederen naar Stockholm bestemd, is alhier lek binnengelopen. De lading wordt gelost en is vermoedelijk beschadigd.

 

 

Datum vanaf: 1857
Kapitein: Witting, Fokke Halbertz

Algemene informatie
Groninger Courant 01-04-1857. Termunterzijl , 28 Maart. 
Vertrokken 26 Maart, Pasman de VR ELISABETH en Pasman MARIA, Leer ;  de Groot MARGARETHA, Ditzum; Witting THORBECKE , avontuur.
 
Kapitein Witting is, vanaf het begin in 1857,  kapitein geweest .
 
Kroniekberichten

Toon kroniekberichten