Inloggen
CATHARINA SOPHIA - ID 13757


Kroniekberichten

Datum 05 mei 1848
Krant PGC - Provinciale Groninger Courant

Uit Kiel wordt van de 29e april bericht, dat kapt. Kroon, schip CATHARINA HENDRIKA, met stukgoederen naar Lubeck, kapt. Van Sluis, schip ETTINA, kapt. De Jong, schip CATHARINA CORNELIA, alle drie van Londen, de beide laatsten met suiker naar Koningsbergen, en CATHARINA SOPHIA, kapt. Spanjer, van Hamburg in ballast naar Mollerup, welke alle door het voor de haven liggende Deense oorlogsschip teruggewezen zijn, zich bij de Nederlandse consul aldaar hebben aangemeld. De schepen liggen bij Holtenau.

Afbeelding
Datum 15 mei 1848
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant

Men leest in de Staatscourant:
Nadere bij de regering ontvangen berichten van Zr.Ms. minister-resident bij het Deense hof, van de 5e, de 6e en de 7e dezer maken melding van nieuwe door hem bij het ministerie te Kopenhagen gedane stappen ter zake van een herhaalde terugwijzing en aanhouding van Nederlandse schepen door een Deens oorlogsschip bij het uitzeilen van het Sleeswijk-Holsteinse kanaal en zulks alvorens dat kanaal werkelijk geblokkeerd en de blokkade ter kennis van het publiek was gebracht.
De aangehouden en aan Jhr. Martini bekend gemaakte schepen waren: de JACOBA, kapt. Muntendam, waarvan reeds vroeger melding is gemaakt, voorts de CATHARINA HENDRIKA (opm: naam kapt. niet vermeld), met koopgoederen van Londen naar Lübeck, de EDDINA, kapt. Van Sluis, met suiker van Londen naar Koningsbergen, de CATHARINA CORNELIA, kapt. De Jong, met suiker van Londen naar Koningsbergen, de CATHARINA SOPHIA, kapt. Spanjer, in ballast van Hamburg naar Seeland bestemd. Bovendien was het schip WUBBINA CATHARINA, kapt. Tanjer, hetwelk de 19e april het kanaal had verlaten en de 22e te Gravestein was aangekomen met een lading rogge, op de 25e april, toen het zijn lading wilde lossen, door een Deense oorlogs-stoomboot uit de haven eerst naar Holnis en vervolgens verder gesleept, ten aanzien van welk laatste geval echter bijzonderheden worden gemeld, welke een nader onderzoek zullen nodig maken.
De nota van ’s konings minister-resident, waarbij, onder opgaven van al het voorgevallene, het volste vertrouwen op de billijkheid van het Deense gouvernement werd uitgedrukt, en de vaste overtuiging werd te kennen gegeven, dat ook ten aanzien van de thans vermelde gevallen dezelfde orders tot loslating en billijke schadevergoeding zouden worden uitgevaardigd, is, even als de vroegere, door de Deense minister van buitenlandse zaken eerst mondeling en daarna schriftelijk in de meest welwillende bewoordingen beantwoord geworden, onder bijvoeging, dat men van de zijde van Denemarken al het mogelijke zal doen om de door oponthoud of anderszins veroorzaakte schade te vergoeden, en deswege de nodige opgave tegemoet ziet. Daarbij is tevens het uitzicht geopend op de uitreiking van vrijpassen aan zodanige der vrij te laten Nederlandse schepen, welke bestemd mochten zijn naar havens, welke thans werkelijk zijn geblokkeerd, met inbegrip van de te Kopenhagen of te Elseneur aangehouden Nederlandse schepen, welke naar havens in de Oostzee bestemd zijn.
Reeds zijn door ’s konings minister-resident de verschillende in deze betrokken consuls uitgenodigd om hem ten spoedigste de vereiste mededelingen en opgaven te doen toekomen, om van dezelve zodanig gebruik te maken, als de aard der zaak zal komen mede te brengen.
Eindelijk wordt door de minister-resident nog gemeld, dat door de Deense regering is afgezien van het blokkeren van de Elbe en van Lübeck, zodat ook de mond van de Eider of de westelijke ingang van het Sleeswijk-Holsteinse kanaal vrij blijft. Volgens een bekendmaking van de Deense minister van marine van de 4e mei zijn de thans werkelijk in staat van blokkade gestelde havens de volgende: Pillau, Dantzig, Swinemünde , Stralsund, Rostock, Wismar en Kiel met het Sleeswijkse Kanaal. In deze opgave is Stettin niet begrepen, doch daarentegen wel Swinemünde, waardoor intussen eerstgenoemde plaats als van zelf is geblokkeerd. Volgende voorts uit deze bekendmaking, dat de havens in vroegere opgaven, doch niet in deze laatste vermeld, te beschouwen zijn als niet werkelijk (effectief) geblokkeerd te zijn.

Afbeelding
Datum 12 april 1850
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Strandingen, verongelukking en vermissing

Cuxhaven, 7 april. Gisteren is een Nederlandse tjalk, vermoedelijk de CATHARINA SOPHIA, kapt. Spanjer, van Gent komende, door de Holsteiner schoener SANI, kapt. Brandt, van Triëst, bij Oste aangezeild en gezonken.

Afbeelding