1838
Op 24-02-1838 wordt voor de JONGE DIRKJE door B. Pronk uit Scheveningen een eerste zeebrief aangevraagd voor kapt. K. van der Zwan.
AB 100338
Gravesend, 2 maart. Aangekomen JONGE MARIA, Roellands van Egmond. Op 3 maart NEERLANDS KONING, Heijer, JONGE DIRKJE, van der Zee (opm. K. van der Zwan), TWEE GEBROEDERS, Kruse, JONGE ARIE, Verbaan, van Scheveningen.
1841
12 januari 1841
RC - Rotterdamsche Courant
Advertentie. Te Scheveningen (opm: wegens ijsgang op de stromen naar Rotterdam werden vissersschepen ingezet die vanaf het strand opereerden) liggen in lading naar Londen, om achtereen volgende met de eerste gelegenheid te vertrekken:
Het bomschip VROUW HELENA, schipper J. Overduin.
Het bomschip JONGE ADRIANA, schipper Jan den Heijer.
Het bomschip JONGE DIRKJE, schipper K. van der Zwan.
Het bomschip JONGE DIRK, schipper L. Spaans.
Het bomschip AELBERT, schipper A. Pronk.
Adres bij P.A. van Es, cargadoor.
Op 24-02-1841 wordt voor de JONGE DIRKJE door B. Pronk uit Scheveningen een zeebrief aangevraagd voor kapt. K. van der Zwan.