1842
Op 19 september 1842 werd de eerste zeebrief verstrekt voor de JONGE JOHANNES, aangevraagd door O.K. Beerta, Groningen, voor zichzelf als kapitein. In Den Haag noteert men: ‘opzenden zeebrief van de Consul te Bremen gevraagd’. Op 15 september had de Ontvanger te Hoogezand de zeebrief van kapt Beerta voor de zojuist verkochte CATHARINA naar Den Haag opgezonden, waarna het document op 17 september werd geroyeerd. Vermoedelijk hebben deze handelingen de aanvraag van de eerste zeebrief voor de JONGE JOHANNES gekruist.
GRC 041042
Binnengekomen.
Bremerhaven, 25 september. De JONGE JOHANNES, kapt. Beerta, van Groningen. (opm: eerste reis van de kof onder kapt. O.K. Beerta)
GRC 111142
Binnengekomen te Amsterdam op de 7e november het schip JONGE JOHANNES, kapt. Beerta, komende van Bremen. (opm: wellicht terug van de eerste reis)
AH 061242
Schepen in lading te Amsterdam:
Bremen. Het Nederlands schip DE VROUW HILLEGINA, kapt. A.A. Wolkammer.
Adres bij Blikman en Co.
Bremen. Het Nederlands schip DE VRIENDSCHAP, kapt. W.J. de Vries.
Adres bij Blikman en Co.
Hamburg en Altona. Het Nederlands schip DE VROUW LUBINA, kapt. J.P. Mulder.
Adres bij Blikman en Co.
Hamburg en Altona. Het Nederlands schip DE JONGE JOHANNES, kapt. O.K. Beerta. Adres bij Blikman en Co.
Hamburg en Altona. Het Nederlands schip NEERLANDS WELDAAD, kapt. P.D. van Wyk. Adres bij J.C. van Oven.
1844
AH 050344
Schepen in lading te Amsterdam:
Hamburg en Altona: het Nederlandse kofschip FENNEGINA, kapt. H.H. Duit. Adres bij J.C. van Oven en Zonen.
Hamburg en Altona: het Nederlandse schip HERMINA, kapt. S.S. Brouwer. Adres bij J.C. van Oven en Zonen.
Hamburg en Altona: het Nederlandse kofschip DE JONGE JOHANNES, kapt. O.K. Beerta. Adres bij Blikman en Co.
Hamburg en Altona: het Nederlandse kofschip DE WELVAART, kapt. R.T. Fenenga. Adres bij Blikman en Co.
Hamburg en Altona: het Nederlandse stoomschip WILLEM I, kapt. J.H. Savert. Adres bij Blikman en Co. en de weduwe Jan Salm en Meyer.
Hamburg en Altona: het Nederlandse stoomschip BEURS VAN AMSTERDAM, kapt. K.H. Visser. Adres bij de weduwe Jan Salm en Meyer en Blikman en Co.
Hamburg en Altona: het Nederlandse schip CATHARINA ALIDA, kapt. W.H. Scholtens. Adres bij Blikman en Co.
1845
LL 070945
De JONGE JOHANNES (opm: kof), kapt. Beerta, van Antwerpen naar Stettin, is 23 augustus op Minsener Old Oog gestrand en 26 augustus weer vrij gekomen.
GRC 041145
Gepasseerd te Tonningen:
26 oktober: kapt. Beerta, JONGE JOHANNES, van Antwerpen naar Stettin.
1846
GRC 030246
Vertrokken van Swinemünde den 29 januarI, JONGE JOHANNES, kapt. O.K. Beerta, naar Antwerpen.
GRC 060246
Gepasseerd te Holtenau den 28 januari JONGE JOHANNES, kapt. Beerta, van Stettin naar Antwerpen.
AH 020446
Cuxhaven, 26 maart. De schepen (volgt een lijst met tien Nederlandse scheepsnamen incl. JONGE JOHANNES, kapt. Beerta) zijn alhier wegens tegenwind binnengelopen.
GRC 170446
Te Vlissingen aangekomen den 12 april JONGE JOHANNES, kapt. Beerta, van Stettin.
GRC 190646
Te Hamburg den 13 juni de JONGE JOHANNES, Beerta, van Gent.
GRC 240746
Te Tonningen aangekomen den 15 juli JONGE JOHANNES, Beerta, van Hamburg naar Koningsbergen.
GRC 280846
Den 15 augustus vertrokken JONGE JOHANNES, Beerta, van Pillau naar Amsterdam.
GRC 110946
Gepasseerd te Tonningen JONGE JOHANNES, Beerta, van Koningsbergen naar Amsterdam.
NRC 211046
Cuxhaven, 15 oktober. De Nederlandse kof JONGE JOHANNES, kapt. O.K. Beerta, van Rotterdam naar Stettin, heeft op het Vogelsand (opm: plaat in de monding van de Elbe) gezeten, is zwaar lek en werd gisteren met behulp van loodsen in deze haven gebracht. Men is begonnen de lading te lossen. (opm: zie NRC 241046 en GRC 201146)
DT 241046
Cuxhaven, 18 oktober. Aangaande het schip JONGE JOHANNES, kapt. Beerta, van Amsterdam naar Stettin, alhier met schade binnengelopen, wordt gemeld, dat hetzelve aan de werf was gehaald om te repareren. Van de lading, bestaande uit koffie, suiker en kaas, was een vierde gedeelte beschadigd, hetwelk verkocht zou worden.
GRC 201146
Het schip JONGE JOHANNES, kapt. Beerta, van Amsterdam naar Stettin, te Cuxhaven met schade binnen gelopen, heeft de reparatie geëindigd en is bezig de lading weder in te nemen. (opm: zie NRC 211046)
NRC 281146
Tonningen, 20 november. Gepasseerd JONGE JOHANNES, Beerta, van Amsterdam naar Stettin.
GRC 081246
Gepasseerd te Rendsburg den 29 november, JONGE JOHANNES, Beerta, van Amsterdam naar Stettin.
NRC 060446
Swinemünde, 28 maart. Aangekomen, JONGE JOHANNES, Beerta, van Amsterdam.
1847
NRC 160347
Holtenau, 8 maart. De JONGE JOHANNES, kapt. Beerta, is vertrokken naar Stettin.
NRC 180347
Warnemünde, 10 maart. De Hollandse kof JONGE JOHANNES, kapt. De Beer (opm: kapt. O.K. Beerta), van Amsterdam via Holtenau met suiker en koffie naar Stettin bestemd, is hier vanmiddag aangekomen. Na een reis van drie dagen was het schip ter hoogte van Wittmund gekomen, doch gisteren door storm en sneeuwjacht naar hier teruggewaaid, en kon eerst met grote moeite onze haven bereiken.
1848
GRC 010248
Te Stettin overwinteren de Nederlandse schepen JONGE JOHANNES (opm: kof), kapt. O.K. Beerta, en VROUW BARBARA (opm: tjalk), kapt. R.J. Jonker.
1849
AH 110149
Advertentie. Verkoop van het Nederlandse schip de JONGE JOHANNES, te Stettin.
Den 3den februari 1849 wordt het Nederlandse schip de JONGE JOHANNES, kapt. O.K. Beerta, door het Koninklijk Zee- en Handels Geregt, publiek te Stettin verkocht.
(opm: de kof, bouwjaar 1842, werd verkocht binnen Stettin, kreeg de nieuwe naam BERTHA en L. Haubuss als kapitein; op 29 maart 1859 is de BERTHA, kapt. Haubuss, bij Falsterbo vergaan)
In oktober 1849 onderging de BERTHA reparaties te Kopenhagen en kreeg van Bureau Veritas de classificatie 3 Q.P. 1.1.
1850
In 1850 onderging de BERTHA grote reparaties.
1853
In maart onderging de BERTHA, in Stettin reparaties; en kreeg van Bureau Veritas de classificatie 5-3 3Q, P.2.1.
1855
Op 26 mei 1855 arriveerde de BERTHA onder kapt. Haubuss vanuit Königsberg te Travemünde.
Op 29 augustus 1855 vertrok de BERTHA, Haubuss, van Pillau naar Stettin.
Op 12 oktober 1855 arriveerde de BERTHA, nu tijdelijk onder gezag van kapt. Schultz, van Kopenhagen in Swinemünde.
Op 15 november 1855 vertrok de BERTHA, weer onder kapt. Haubuss, met stukgoed van Swinemünde naar Königsberg.
1859
LL 040459
Danzig, 3 april. De BERTHA (opm: thuishaven Stettin, ex-Nederlandse kof JONGE JOHANNES, bouwjaar 1842), kapt. L. Haubuss, is bij Falsterbo gestrand; het schip is lek en er zijn geen vooruitzichten het te kunnen bergen.
